Ode aan de vreugde
Shifra Horn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Archipel, cop. 2003 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HORN |
31/12/2003
Shifra Horn is wellicht de best verkopende Israëlische schrijfster van het ogenblik. Dit is na Vier moeders (Li 2000, p. 547) en Vier liefdes (Li 2001, p. 638) haar derde roman over generaties jonge vrouwen. Het is het soort exuberante familiesage, waarop Horn een patent heeft. De ikvertelster is Tamara, geboren in 1913, de laatste van drie generaties vrouwen, die in de oude stad Jaffa de peripetieën van de groeiende staat Israël meemaken, maar vooral gefascineerd is Tamara door haar eigen afkomst, die voor haar in geheimen is gehuld. Draagster van die geheimen is haar grootmoeder Simcha, die in een Russische pogrom is verkracht en, kreupel en blind, in 1900 in Jaffa arriveert. Ze wordt inderhaast uitgehuwelijkt aan een jongeman, die op de boot verliefd is geworden op haar. Aan het eind van de ceremonie weet ze aan haar bruidegom te ontsnappen. Ze wil voor de rest van haar leven geen man meer, maar zeven maanden later bevalt ze van een tweeling. Er wordt gefluisterd dat ze een van de borelingen, een zoontje, heeft omgebracht en het andere, een meisje in leven heeft gelaten. Dat meisje is Nechama, die als ze 13 is, na een ongelukkige jeugd verliefd wordt op een buurjongen, die de vader van Tamara zal worden. Nechama komt om bij de geboorte. Haar sterke grootmoeder Simcha zal Tamara opvoeden. In de roman vertelt Tamara hoe ze geleidelijk in de loop der jaren de juiste toedracht van haar afkomst aan de weet komt. Aan het sterfbed van haar grootmoeder wordt het laatste geheim onthuld. De lezer heeft ondertussen Tamara zien opgroeien, verliefd zien worden op een excentrieke Grieks-orthodoxe monnik, die verdrinkt in het meer van Galilea, en huwen met de man die sinds haar kinderjaren verliefd was op haar, de zoon van een joodse vader en een Arabische prostituee. De hele geschiedenis speelt zich af tegen de kleurrijke achtergrond van het exotische Jaffa van voor de Israëlische onafhankelijkheid, een woelige, turbulente stad waarin de spanningen tussen de drie godsdiensten hoog oplopen. Opvallend is de weelderige lyriek van dit verhaal, dat bijzonder sensueel geschreven is: geuren, geluiden, smaken stijgen op van elke bladzijde van deze herinneringen, bevolkt met wonderlijke personages met magische trekjes. Een fascinerende roman. [Jos Van Damme]
M.G. van Mourik
Roman, spelend in Jaffa (Israël) in de periode begin 20ste eeuw tot 1947. Het is een bruisende stad, waarin de joden, moslims en christenen naast elkaar en door elkaar leven tot het gaat gisten en slachtpartijen en plunderingen plaatsvinden. Bij de geboorte van het joodse meisje Tamar sterft haar moeder en zij wordt opgevoed door haar grootmoeder Simcha, die na een pogrom als wees vanuit Rusland naar Israël is gebracht en daar meteen is uitgehuwelijkt aan een weesjongen. Haar harde leven is vol gruwelijke geheimen, die Tamar - de ik-figuur - stuk voor stuk ontrafelt om daarna bepaalde parallellen in hun levens te ontdekken. Zeer indringend geschreven met prachtige persoonsbeschrijvingen (het worden allemaal mensen van vlees en bloed (de beide grootmoeders, de tragische vader, de buurtgenoten), vol levenslust en menselijke driften. Geeft ook een tijdsbeeld van een land onder Engels beheer, waar grote groepen pelgrims komen en immigranten van over de hele wereld. Schrijfster woont in Jeruzalem, studeerde bijbelkunde, archeologie en communicatiewetenschap. Warm aanbevolen. Gebonden; kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.