Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Servire, 2003 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 418.7 VANP |
Besprekingen
31/12/2003
Dit boek beschrijft het eerste jaar na de geboorte en dood van Tara Madelinde. Het is door de schrijfster -- de moeder van Tara Madelinde -- vooral bedoeld als een van zich afschrijven van de pijn, het verdriet en alle emoties die de geboorte en het sterven van Tara Madelinde met zich mee hebben gebracht. De auteur wil ook dat dit gelezen wordt. Dat is haar manier om die emoties te delen. Het boek valt uiteen in drie delen: in een eerste deel wordt de rauwheid van de confrontatie met de dood beschreven. Een tweede deel gaat over het hernieuwd contact met de buitenwereld via de werkkring, een contact dat als verschrikkelijk en haast onmogelijk wordt ervaren. In deel drie geeft de auteur aan dat ondanks nieuwe tegenslagen iets van kracht terug komt en haar leven terug op de sporen zet. De auteur geeft zichzelf helemaal bloot. Dat maakt het boekt enerzijds lezenswaard maar vervult de lezer tegelijkertijd met een zekere gêne omwille van de intimiteit van de ontboezemingen, de rauwe pijn, het verdrinken in verdriet, de onmacht. Kenmerkend voor de ontboezemingen is het new-age-achtige karakter ervan en de zeer, zeer sterke gerichtheid op zichzelf. De echtgenoot van de auteur die ook de vader van Tara Madelinde is, komt enkel ter sprake als ondersteuner van haar verdriet. Nooit is hij een persoon die zelf ook rouwt om het verlies van zijn dochtertje. Op het einde van het boek verandert dit een beetje. Daar realiseert de moeder-auteur zich dat ze zijn verdriet niet kent. Daar geeft ze hem de kans zijn verdriet onder woorden te brengen.
De moeder-auteur heeft in de eerste plaats de emoties van zich afgeschreven en dat heeft haar baat gebracht. Deze emoties zijn echter zo persoonlijk dat het een vraag is of anderen met een verlieservaring zich hieraan kunnen spiegelen en zich hieraan kunnen optrekken. [Hilde Debacker]
T. van Oirschot-Sparla
Het vurig begeerde dochtertje van de auteur werd dood geboren en daarna kreeg zij nog twee keer een miskraam. De moeder beschreef het eerste jaar na dit verlies. Het is een verslag geworden van onpeilbaar verdriet (onpeilbaar voor buitenstaanders, waarvan velen denken dat een dergelijke dood toch niet zo erg is als een 'normale' dood van een geliefde). De auteur vertelt over haar dieptepunten, maar ook over de onverklaarbare hoogtepunten in dat trieste eerste jaar. Zij houdt haar dochtertje vast, betrekt haar overal in haar leven, voelt zich daardoor dikwijls heel dichtbij het kindje, maar ondervindt daarvan ook de terugslag. Dit verhaal laat duidelijk zien, hoe verschillend rouwprocessen kunnen zijn. Het boekje is anders dan andere boekjes in dit genre, zoals elk van deze boekjes weer anders is. De auteur stelt dat ze voor zichzelf schrijft - dat is heel duidelijk merkbaar - en voor anderen, die met een verlies worden geconfronteerd. Dat laatste zou ook waar kunnen zijn, want leesbaar wordt dat je openlijk mag lijden, zonder beperkingen. Het enige bezwaar is, dat deze moeder als schrijfster nogal eens te literair wil zijn en dat stoort.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.