Othello
William Shakespeare
Gerrit Komrij (Samensteller)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2003 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : THEMABUNDEL : DOOD |
31/12/2004
Naast een groot aantal boeken over bv. 'De dood en het leven erna', 'Intens leven en sterven' en 'Helpen bij verlies' heeft de Nederlandse boekenweek 2003 met het thema "STYX: leven en dood in de letteren'' ook een aantal gedichtenbundels opgeleverd, waarvan op deze plaats vier ervan (met zeer uiteenlopende kwaliteit en inhoud) de revue zullen passeren.
De pocket Vergeet mij niet brengt in de vorm van een soort 'gelegenheidsbundeling' van zeer verschillende gedichten en teksten bij elkaar, die het thema verlies, afscheid, dood en herinnering proberen te verwoorden. Een bont palet van hedendaagse dichters van meer of minder licht formaat geeft op ontroerende, relativerende, botte, en soms nauwelijks hoorbare wijze uiting aan hun omgang met sterven en herinnering. Judith Herzberg opent de rij met 'grafstenen'. Via Willem Wilminks indrukwekkend gedicht 'Allerzielen' en het mooie gedicht van J. Pressers 'Je lippen, die ik heb gekust...' komen ook volkszanger Andre Hazes en cabaretier Freek de Jonge aan bod: "... Hij is dood, maar geen nood, er is leven na de dood ...".
Van een totaal ander hout gesneden is de keuze van de Nederlandse 'dichter des vaderlands' Gerit Komrij in Lang leve de dood. Zijn uitgangspunt is het feit dat het leven zonder de dood zou willen, maar de dood niet zonder leven kan. In deze concurrentieslag met de dood komt de poëet 'in zijn narrenpak' de geschiedenis binnentreden om gestalte te geven aan de dilemma's van leven en dood. Met nuchterheid en precisie als troost poogt de dichter uit heden en verleden (o.m. Wilmink, Nooteboom, Gogol, Herzberg en Gerlach) de dood een haak te zetten: daarop is de bijzondere en verfrissende keuze rond 16 thema's ( bv. 'Over! Aankomst! Weelde!') van Komrij gebaseerd! Een bijzonder geslaagde bundeling met een boodschap, die J. Eijkelboom in zijn gedicht 'Rafels' zeer treffend verwoord: "... Doodgaan behoort tot het zeer weinige dat niet zou mogen. Toch wordt het veel gedaan".
Jean Pierre Rawie poogt in de bundeling van de mooiste rouwgedichten Wij volgen een voor een hetzelfde pad het onmogelijke te doen, vnl. de grens tussen leven en dood op te heffen -- in ieder geval gedurende de tijd dat een gedicht 'duurt'... Tegen beter weten in laat de dood en het sterven de sterveling tot een gedicht grijpen om het onzegbare zeggingskracht te geven. Rawie's poëzie is literair van hoog niveau en doortrokken met de uiteenzetting met de dood. De gedichten vormen als het ware een indrukwekkend en troostrijk 'monument' voor de worsteling van de mens met het grootste raadsel van het leven. "... dat wat elkaar in alles heeft bestreden, ten slotte met elkander samenviel, de onrust van mijn sterfelijke leden, de hang van mijn onsterfelijke ziel''.
Je moet je op het ergste voorbereiden is de titel van de Twentse dichter Willem Wilmink, vooral bekend in zijn geboortestreek in het oosten van Nederland. Zijn poëzie is vooral gebaseerd op persoonlijke ervaringen en juist daardoor voor een breed publiek zeer toegankelijk. Voorstellingen van hemel en vagevuur na het hebben van een beroerte, een droom ervaren als de boodschap van een overleden goede vriend en een gedicht over de dood van poes Nel, die ooit als zwerver kwam aanlopen zijn maar enkele aspecten van Wilminks vriendelijke en troostrijke dichtkunst: 'huilen is gezond', zou Wilminks motto kunnen luiden. De bundel bevat ook zijn bekend gedicht 'Enschede huilt', dat hij in opdracht van de stad Enschede n.a.v. de vuurwerkramp op 13 mei 2000 schreef. De titel, aangetroffen op een schutting rond het rampgebied, zinspeelt overigens op het lied 'Amsterdam huilt waar het eens heeft gelachen'. "... Arm Enschede, verberg je in de armen van de koningin en huil, want daar is reden voor, en huil dan maar aan één stuk door." [Günther Brandorff]
Redactie
Van de bij het thema van de boekenweek 2003, 'de dood', aansluitende poëziebloemlezingen is dit wel de aardigste, omdat samensteller Komrij ook oog heeft voor de komische talenten van de man met de zeis. Uit het werk van Nederlandstalige dichters uit heden en verleden koos hij ruim honderd gedichten over dood, rouw, zelfmoord en begrafenis: van Achterberg tot Rawie, van Vasalis tot Campert, van Hooft tot Piet Paaltjens. Naast elegieën die het merg verkillen is er ook ijselijk zwarte humor; neem slechts de slotregel van Komrij's eigen 'Dodenpark': 'Slechts af en toe klonk uit een urn een kreet'. In tegenstelling tot andere bundeltjes zijn de gedichten hier dus lang niet allemaal geschikt voor voordracht op uitvaarten, en dat maakt de bundel geen deprimerende, maar integendeel bijna opwekkende lectuur: als een frisse lentewind op een kerkhof. Pocket met een woord vooraf van de samensteller (4 p.).
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.