De Mongolen : het Barbaarse ruitervolk van de steppen
Walther Heissig
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Elmar, cop. 2000 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : SPROOKJES EN MYTHEN : SPROOKJES : HEIS |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Elmar, cop. 2000 |
Continenten: Azië CAZI.MON |
31/12/2001
De bundel Mongoolse sprookjes bevat vnl. dierensprookjes en zogenaamde grappige vertelsels. Bij het lezen van deze verhalen had ik meer dan eens de wonderlijke ervaring van het zogenaamde Aha-Erlebnis, want hoe verschillend het dagelijkse leven van de nomaden in vergelijking met dat van de Europeanen ook moge zijn, hun vertelcultuur wijkt nauwelijks van de Europese af: in 'Het verhaal van de berggeit' ontdekt elke sprookjesliefhebber het bekende thema van 'De wolf en de zeven geitjes' (internationaal verteltype: AaTh 123). Het toversprookje 'Hoe de koning hondendrollen at' (internationaal verteltype: AaTh 570) is in heel Europa zowat 400 maal opgetekend. Het verteltype past in de thematiek van de strijd tussen arm en rijk: de underdog neemt op een drastische wijze wraak op een koning die hem onrechtvaardig behandelt (de koning moet het achterste van zijn rijdier kussen, de uitwerpselen opeten, sodomie met zijn dier plegen). Het verhaal wordt soms door de inbreng van een verteller, met het oog op zijn specifiek doelpubliek (o.m. kinderen) sterk afgezwakt, maar de opgenomen variante hier, zoals de titel reeds suggereert, heeft zijn sociaal-kritische tendens behouden. Het novellesprookje 'De dappere uit het noorden en de dappere uit het zuiden' is een variante van het beroemde, reeds in de Oudheid bekende verhaal van de Egyptische farao Rhampsinitos, wiens schatkist op een listige manier leeggeroofd wordt (internationaal verteltype: AaTh 950). Verschillende grappige sprookjes, o.m. 'De zeven kaalkoppen en de onnozele hals' en 'De slimme jongen' behoren tot het zeer populaire verteltype AaTh 1535, dat in totaal meer dan 1000 maal opgetekend werd, voornamelijk in de 19e en 20e eeuw. De oudste bekende variante van dit verteltype is een in het Latijn geschreven gedicht uit de 11e eeuw. Wie zich de vraag stelt hoe een dergelijk verteltype zo ingeburgerd geraakte in de vertelcultuur van de nomaden, ontdekt ongetwijfeld complexe processen van narratieve acculturatie via grensoverschrijdende mondelinge en schriftelijke verspreidingskanalen en een ingewikkelde overleveringsgeschiedenis van vertelpatronen, vertelmotieven en contaminaties. Het is precies die zoektocht die zo verrijkend is. [Harlinda Lox]
I. d'Hooghe
Dit boekje bevat enkele tientallen korte Mongoolse sprookjes. In de verhalen figureren herdersjongens, jagers, wijze oude mannen, dappere vrouwen en veelal ook dieren. Sommige sprookjes spelen zich duidelijk in de Mongoolse nomadencultuur af, andere vertellingen, zoals die van de wolf en de geitjes, tonen veel overeenkomsten met bij ons bekende sprookjes. Achterin het boek is een korte verklarende woordenlijst opgenomen. Een aardige uitgave; de omslag is aantrekkelijk en de sprookjes lezen gemakkelijk. Geschikt voor een breed publiek. Vrij kleine druk, krappe marge. Deeltje uit een reeks bloemlezingen van sprookjes uit de hele wereld.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.