Wat we weten
Arthur Umbgrove
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Em. Querido's Uitgeverij, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : UMBG |
Jan Tromp
em/ov/26 n
Hoe is het om particulier secretaris te zijn van een lid van het koninklijk huis? Ben je tassendrager, influisteraar, comrade in crime? De vraag is intrigerend, zeker als het om de naaste dienaar van Bernhard gaat, de dandyprins, bij leven lidmaat van de internationale jetset.
In 1951 verscheen Met de prins op reis, van de hand van dr. F.A. de Graaff, van 1950 tot aan zijn dood in 1962 de particulier secretaris van Bernhard. We weten weinig van De Graaff; in de uitgebreide Bernhard-literatuur komt hij amper voor. In Cees Fasseurs boek over Juliana en Bernhard noemt Juliana hem 'een braaf, goedwillend man'. Met de prins op reis getuigt ervan. Het is een verslag van het officiële bezoek van vijf weken dat de prins in het voorjaar van 1951 bracht aan Uruguay, Argentinië en Chili. Het doel was goodwill te verzamelen voor Nederland als natie en vooral als handelsland. In de inner circle van de politiek werd met beduchtheid gekeken naar het reisgedrag van de prins: was hij wel trouw aan het staatsrecht, was hij trouw aan zijn vrouw? Vrij en blij in het buitenland hanteerde de prins in beide zaken ruime marges.
In het reisverslag van De Graaff staat geen onvertogen woord. Hij neemt met gulle hand uit de pot met stroop: 'Generaal Perón (Argentijns president, red.) zegt het op een aardige manier, dat hoogheid zo dikwijls gepaard gaat met hoogmoed, maar dat de Prins door zijn sympathieke eenvoud de harten van alle Argentijnen heeft gestolen. (...) Zo ontmoette men in Zuid-Amerika een vorstelijk persoon, die waardigheid aan eenvoud paarde.'
Van Met de prins op reis werden we 71 jaar geleden dus niet zo veel wijzer. Maar zie, zojuist verscheen een nieuw verslag van die reis onder dezelfde titel. Auteur is deze keer de schrijver en cabaretier Arthur Umbgrove. Hij heeft het reisverslag van destijds als het ware herschreven in de vorm van een roman en deze keer 'gebaseerd op feiten'. Umbgrove heeft een zeker recht van spreken: Frans de Graaff was zijn oudoom, broer van zijn grootvader aan moederskant. Op zolder bij familieleden stonden nog wat dozen met aantekeningen en foto's van oom Frans. Hoe verliep de reis echt en vooral: wat was de rol van de particulier secretaris?
Umbgrove kruipt niet in de huid van oom Frans en dat is jammer. Secretaris De Graaff blijft de verteller, net als in de versie uit 1951. Het blijft een reisverslag, in het druilerige proza van een vakantiefolder: 'Dan doemde in de verte de Aconcagua op, de hoogste berg van het Andesmassief. Aan alle kanten hoorde men het geklik van camera's en klonk een bewonderend oh of ah bij het zien van deze gigant, die op de schrijver dezes de uitwerking had zich nogmaals te realiseren dat hij slechts een onbetekenend schakeltje is in een veel groter geheel.'Spijtiger is dat Umbgrove aan het eind van het geromantiseerde reisverslag nog een uitgebreide verantwoording aflevert. Heel lang, schrijft hij, heeft hij gedacht dat hij de lezer geen uitleg verschuldigd is over de feiten waarop zijn verhaal is gebaseerd. Gelijk heeft-ie; op de voorkant van zijn boek staat in heldere letters 'roman'. Vervolgens komt hij toch met een soort rechtvaardiging, wel vijftig pagina's lang. Daarmee maakt hij zijn roman als het ware zelf kapot.
Dan toch de vraag: hoe gaat een particulier secretaris om met zijn koninklijke hoogheid? Het verhaal van Umbgrove levert het beeld op van een tragische held. De Graaff voelt zich geroepen om prins Bernhard in de klauw te houden in diens jacht op roem en rokken. Premier Drees zou hem daartoe een persoonlijke opdracht hebben gegeven - onwaarschijnlijk, eigenlijk ondenkbaar.
Tegelijk is hij onder de indruk van Bernhard, als een koorknaap van zijn dirigent. Vanwege diens vlotte voorkomen, vlotte babbel, vlotte omgang met alles wat zijn pad kruist. Gloeiende trots voelt de secretaris dan. Hij is een beste man, hij doet wat hij kan, maar hij is niet opgewassen tegen de eigenzinnigheid van zijn broodheer. Bij tijd en wijle wordt hij gepiepeld door de prins en zijn naaste vrienden, die meereizen onder de officiële dekmantel van adjudant.
Zo krijgt hij in Chili van adjudant Metterman te horen dat een Chileense naaister meegaat naar Argentinië. (Metterman is een gefingeerde naam, waarin makkelijk Bernhards boezemvriend Gerben Sonderman is te herkennen.) 'En wie heeft dat bevolen?', vraagt de secretaris 'Zijne Koninklijke Hoogheid'. 'En met welke redenen als ik vragen mag?' 'Er kunnen tijdens een vakantie ook kleren versteld moeten worden.' 'Is dat de reden?' 'Ook in gewoon tenue kan men kleerscheuren oplopen: men kan vallen en een scheur in zijn broek oplopen; (...) men kan zich bezeren en bloed op een overhemd krijgen en weet u hoe u bloed uit een overhemd haalt?' De particulier secretaris vermeldt dat hij 'ontstemd' was over een besluit waarvan hij niet wist.
Arme oom Frans. Op de terugvlucht ziet hij hoe Bernhard de wc verlaat, gevolgd door een stewardess. Betrapt. Eerst maakt de prins zich uit de voeten, dan keert hij op zijn schreden terug: 'Wat een heerlijke reis was het, nietwaar, Frans?' Frans knikt.
***
Querido; 371 pagina's; € 25,99.
Bookarang
Een op feiten gebaseerde roman over de reis van prins Bernhard naar Zuid-Amerika. In het voorjaar van 1951 maakt Bernhard, met in zijn kielzog zijn particulier secretaris Frans de Graaff, een ‘goodwillreis’. Daarbij bezoekt hij ook het Argentinië van Eva en Juan Perón. De reis is beladen, omdat Perón in Nederland als dictator wordt beschouwd. De Graaff moet de prins behoeden voor fouten, maar hoe doe je dat in de schaduw van een man die zich onaantastbaar waant? Zeventig jaar later krijgt Arthur Umbgrove het archief van de secretaris, zijn oudoom, in handen. Hij vindt daarin een aantal brisante documenten en reist naar Argentinië om de sporen van zijn oudoom te volgen. Heeft hij een diplomatieke rel op wereldschaal weten te voorkomen? En hoe bood hij weerstand tegen het losbandige leven van de prins en zijn entourage? In prettige, meevoerende stijl geschreven. Met zwart-witfoto’s. Voor een breed tot literair lezerspubliek. Arthur Umbgrove (Vught, 1964) is schrijver, cabaretier en kunstenaar. Hij schreef meerdere boeken.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.