Sheila Cusons (1922-2004) : mistieke digteres van die Afrikaanse letterkunde
Annemarié Van Niekerk
Annemarié Van Niekerk (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, © 2021 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : Zuid-Afrika 945.7 |
Wim Bossema
ru/eb/19 f
Waarom plegen twee mannen van rond de 20 een domme roofoverval op een gepensioneerde oud-docent van hen, en op diens 88-jarige moeder? Hoe kan de overval zo uit de hand lopen dat de twee gruwelijk worden vermoord? Om een buit van niets. En waarom laten de daders zich zo eenvoudig pakken?
De moord op een vriend en oud-collega in het Zuid-Afrikaanse dorp Ida is de opmaat voor een memoir van Annemarié van Niekerk, die haar geboorteland in 2004 verruilde voor Nederland. Ze ging terug naar Zuid-Afrika voor de begrafenis in 2015 en nog eens voor het proces tegen de daders, anderhalf jaar later. Die bezoeken roepen herinneringen op en geven aanleiding voor bespiegelingen over de gewelddadige geschiedenis van het land.
Dat is een riskante manier van vertellen, soms kriskras door de tijd. Maar Van Niekerk heeft er een samenhangend verhaal van gemaakt. In de jaren tachtig en negentig figureerde Zuid-Afrika prominent in de internationale media. Eerst de gewelddadige nadagen van de apartheid, daarna de vrijlating van Nelson Mandela in 1990, vrije verkiezingen en de terugslag na de euforie omdat corruptie en criminaliteit om zich heen grepen en de verschillen tussen arm en rijk enorm bleven. Zuid-Afrika verdween naar de achtergrond. Van Niekerk kon dus weinig als bekend veronderstellen.
Ze koos voor haar persoonlijke verhaal als rode draad. Dat maakt het boek meeslepend, vooral door de dominante aanwezigheid van twee mannen: haar vader (aanhanger van de apartheid) en haar zwarte partner. Met beiden heeft ze een haat-liefdeverhouding. Haar vader staat ook voor het tijdperk van de witte hegemonie en het bekrompen christelijke wereldje waar vader soms een flink pak slaag uitdeelt.
De verhouding met haar zwarte geliefde weerspiegelt de ambivalente tijd van de overgang naar een democratie, waarin ook ruimdenkende witten en zwarten moeizaam met elkaar omgaan. Wat moet ze doen als haar bewonderde vriend bij vlagen door een demon wordt bezeten, zoals Van Niekerk het noemt, en haar mishandelt? Is dat niet het cliché van de zwarte man, eeuwen vernederd?
Kantelpunt
De spanning in de relatie heeft haar weerslag op vrienden en geestverwanten, velen in de liberale subcultuur van schrijvers en academici. Het zijn de opmerkelijkste passages in Van Niekerks memoir.
Het stel leerde elkaar kennen in het toenmalige 'thuisland' Transkei, waar het apartheidsbewind zwarte burgers wat vrijheden gaf. Van Niekerk beschrijft haar kantelpunt: voor het eerst kan zij een kantoor van het - in Zuid-Afrika zelf verboden - Afrikaans Nationaal Congres bezoeken. Ze is onwennig, maar iedereen is zo aardig en ze koopt een stapeltje leesvoer. Het lezen betekent het einde van het toch al afgebrokkelde wereldbeeld dat ze van haar vader had meegekregen.
In een 'thuisland' konden witte en zwarte docenten aan de universiteit ongestraft een verhouding beginnen. Op bezoek in Zuid-Afrika zelf moesten de twee weer oppassen. Later gingen ze wonen in de eerste wijk waar gemengde bewoning oogluikend werd toegestaan, Hillbrow in Johannesburg. Ook daar was het nog oppassen. Er zijn scheldpartijen door racistische witten, en Van Niekerk krijgt vanuit de flat iets naar haar hoofd gesmeten door een zwarte buurtgenoot. Volgens haar vriend is dat niet te vergelijken, wat weer onderlinge wrevel geeft.
Van Niekerk begrijpt na zoveel jaren nog niet goed waar de woedeaanvallen van haar vriend vandaan kwamen; ze zoekt de oorzaken ook in de gewelddadige geschiedenis van raciale onderdrukking en houdt haar vriend de hand boven het hoofd, ondanks haar verwondingen. Ze wil niet meedoen als andere (witte) vrienden hem aanklagen: hij heeft hen ook mishandeld, omdat Van Niekerk haar toevlucht bij hen had gezocht. Ze keert zelfs nog even bij hem terug, tot bij de volgende schop de breuk definitief is.
De kwestie verdeelt de schrijversbond, waarin beiden actief zijn. De zwarte leden zijn tegen een rechtszaak, de witte voor.
Van Niekerk probeert aan het slot een antwoord te vinden op het waarom van het schijnbaar zinloze geweld onder kansarme jongeren. Uit onderzoeken blijkt dat raciale wraak bijna geen rol speelt: veel meer zwarten zijn slachtoffer van geweld dat de daders weinig oplevert. Het is de uitzichtloosheid die elk normbesef kennelijk ondermijnt. Veel witte Zuid-Afrikanen hebben zich erbij neergelegd, zoals de broer van haar vermoorde vriend, wiens vrouw ook al is vermoord. Zo is Van Niekerks boek even somber als roerend.
E. Pelzers
De in Zuid-Afrika geboren en in Nederland wonende letterkundige Annemarié van Niekerk schreef een waargebeurde roman (faction) in de vorm van een memoir. Het boek vangt aan met een moord op vrienden in 2015 in de Oost-Kaap. Vervolgens beschrijft ze een reis die ze met haar conservatieve vader maakte tijdens het apartheidsregime (1986) en twee recente reizen, waarbij ze terugkeerde naar Zuid-Afrika (2015-2017) en waarin ze terugblikt. Ze vertelt haar eigen geschiedenis en moeizame bewustwording in de context van Zuid-Afrika’s worsteling met en ontworsteling aan de onderdrukking van de zwarte bevolking. Tijdens de laatst beschreven reis gaat de auteur dieper in op de achtergronden van de moordzaak. Een recensent van de Groene Amsterdammer omschreef het boek als een 'vlechtwerk van verhalen' (17-11-2021). Van Niekerk beschrijft op indringende wijze veel details, herinneringen en aangrijpende gebeurtenissen. Je moet er even goed voor gaan zitten (460 pagina’s) voor dit diep persoonlijke relaas. Met een stamboom, verantwoording, vertaling van gedichten, tijdlijn, bronnen en noten.
Anna Krijger
ob/kt/30 o
In Om het hart terug te brengen - liefde en geweld in Zuid-Afrika blikt Annemarié van Niekerk terug op haar leven daar. Van Niekerk (1962), die in 2004 naar Nederland zou verhuizen, groeide op in Port Elizabeth, aan de zuidkust van Zuid-Afrika, in een wit, christelijk gezin uit de hogere middenklasse. Apartheid was een door God gegeven hiërarchie, niet iets om je druk over te maken.
Als Van Niekerk jong is ziet ze Angelina, de zwarte hulp (die eigenlijk geen Angelina heet, maar voor het gemak zo wordt genoemd door haar witte werkgevers) een keer zonder hoofddoek, 'open en bloot'. Ze schaamt zich voor Angelina's onbedektheid. "Waarom moeten zwarte vrouwen altijd hoofddoeken dragen?" vraagt ze haar moeder. "Ter wille van de hygiëne", is het antwoord. "Maar ook uit respect." De Afrikaners waren, net als de Israëlieten, een uitverkoren volk.
Wanneer ze gaat studeren, en in aanraking komt met docenten en schrijvers die tegen de apartheid zijn, begint van Niekerk vraagtekens te zetten bij deze 'natuurlijke orde'. Haar liefdevolle familie, haar dierbare moedertaal, en zelfs haar simpele aanwezigheid op het Afrikaanse continent blijken een smet te hebben. Het is net als het aantekeningenboekje dat ze vroeger als kind bijhield: voor in het boekje schreef Van Niekerk waar ze Onze Lieve Heer dankbaar voor was, en achterin schreef ze de akelige dingen waarvan ze hoopte dat Jezus ze zou wegnemen. Hoe meer ze schreef, des te dichter het 'goede' en het 'kwade' bij elkaar kwamen, tot ze door elkaar begonnen te lopen.
"(...) Een waarheid die niet echt waar is, zoals zoveel in Zuid-Afrika tijdens de jaren dat ik opgroeide. Als waar niet waar is, en goed niet goed, dan wordt je beschermlaag zo dun als papier, dan zoek je naar houvast, naar scherp afgetekend zwart en wit en niet naar grijs, je zoekt dolossen om je tegen de grillige golven te beschermen op het onbestemde uur dat het getij keert."
Van Niekerk wordt docent in Transkei, een van de zelfstandige gebieden binnen Zuid-Afrika die aan zwarte mensen zijn toegewezen. Ze krijgt zwarte collega's en zwarte vrienden. Ze leest, ze luistert en leert over de anti-apartheidsstrijd. Het absurde van de hele situatie dringt zich aan haar op: wat deed zij in Port Elizabeth op dagen dat er elders in het land tientallen zwarte mensen door de politie werden doodgeschoten? Een beetje hangen bij het zwembad van de buren, misschien. Zoete jeugdherinneringen worden met bloed besmeurd.
"Ik kreeg steeds meer moeite met mijn bevoorrechte bestaan en met de prijs die anderen daarvoor moesten betalen. Elke keer dat ik politieagenten zag, bedacht ik dat hun rol als beschermer een verschrikkelijke keerzijde had."
Van Niekerks twijfels over de plaats die zij in haar vaderland mag innemen zijn het spiegelbeeld van Trevor Noahs strijd om te mogen bestaan, zoals hij beschrijft in zijn boek Born a crime uit 2016. De presentator en comedian werd geboren uit een zwarte moeder en een witte vader: een 'misdaad' ten tijde van het apartheidsregime. Hij moest in zijn jonge jaren verborgen blijven voor de autoriteiten, dezelfde die Van Niekerk beschermden. Zoals de aanwezigheid van de Afrikaners in Zuid-Afrika eeuwenlang vanzelfsprekend was en uiteindelijk problematisch werd, zo legde het bestaan van Noah de omgekeerde weg af.
EIGEN KEUZES
In haar boek werpt Van Niekerk meerdere malen de vraag op in hoeverre mensen een product zijn van hun sociale omgeving en in hoeverre ze als individu los van die omgeving hun eigen keuzes kunnen maken. Dit gaat niet alleen op voor de Afrikaners, die beïnvloed door hun opvoeding en de door de overheid opgelegde censuur in groten getale de apartheid steunen, maar ook over de slachtoffers van dat systeem. Over zwarte jongens die weinig anders kennen dan armoede en geweld en op hun beurt de meest gruwelijke misdaden plegen. Waar eindigen verzachtende omstandigheden en waar begint schuld?
Als ze begin twintig is krijgt Van Niekerk, tot verdriet en wanhoop van het thuisfront, een relatie met een zwarte collega. Haar schuldgevoel over haar bevoorrechte maatschappelijke status als witte vrouw lijkt haar gevoel voor eigenwaarde te vertroebelen. Haar vriend wordt gewelddadig, Van Niekerk ondergaat het. Hij staat onder grote druk in zijn strijd tegen apartheid, had een nare jeugd en vanzelfsprekend is hij zijn hele leven al vernederd door de witte onderdrukker. Kun je het hem kwalijk nemen als hij haar schopt als ze al op de grond ligt?
Op het spel
Het geweld dat Van Niekerk beschrijft, van partnergeweld tot staatsgeweld tegen vreedzame zwarte demonstranten, en van het afranselen van kinderen door ouders tot het beroven van witte boeren door zwarte jongens, is verpletterend. Het vraagt een mengeling van moed en koppigheid om te geloven dat 'de regenboognatie' het trauma van de apartheid, dat nog steeds nawerkt, ooit te boven zal komen.
Aan moed ontbreekt het Van Niekerk in ieder geval niet. Door alles te bevragen wat ze ooit voor vanzelfsprekend heeft gehouden, inclusief haar eigen identiteit als Afrikaner, is het haar gelukt om een betekenisvol en indringend memoir te schrijven. Ergens tussen de uitersten van de bedwelmde schoonheid van het Zuid-Afrikaanse landschap en het rauwe geweld van alledag vinden we een schrijver die zichzelf en alles wat ze kent op het spel zet ten behoeve van waarheid en rechtvaardigheid.
Atlas Contact; 448 blz. € 24,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.