Onder het ijs
Ellen De Bruin
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Prometheus, 2021 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : DEBR |
Bo Van Houwelingen
2/ei/01 m
Weer vakantie in eigen land dit jaar. Prima hoor, Nederland heeft zoveel moois te bieden, de Veluwe, de Wadden, et cetera. Maar dromen we niet stiekem van een tropisch eilandje? Met een jungle, een romantisch wit strandje en een knalblauwe zee?
NRC-redacteur en schrijver Ellen de Bruin - die in 2018 de Anton Wachterprijs voor het beste literaire debuut won met Onder het ijs - neemt ons mee naar precies zo'n plek in haar tweede roman Kraaien in het paradijs. 'Alles was groen, alsof alle natuur ter wereld zich had teruggetrokken op dit eiland, in deze uithoek.'
In die paradijselijke uithoek woont Lipa, een vrouw van eind 30, samen met twee oude vrouwtjes, de kinderlijke veerman Bendi en een agressieve gek. Er zijn geen andere mensen, niet eens dieren - op een heleboel onheilspellende kraaien na. En op een slechte ochtend komt Lipa er achter dat er ook geen oranjewortel meer groeit, waarmee het aantal plantensoorten op het eiland is gedaald tot negentien. Het moge duidelijk zijn: hier is iets helemaal misgegaan.
De Bruin situeert haar verhaal ergens eind 21ste eeuw. De dingen zijn uiteraard niet meer zoals ze waren. Zoals in vrijwel elke dystopie die momenteel verschijnt heeft de aarde flink te lijden onder klimaatverandering. Dit keer zijn alle wilde landzoogdieren uitgestorven, is de biodiversiteit drastisch afgenomen en spoelen tsunami's hele landen weg.
Maar voor Lipa is maar één ding van belang: wegkomen. Weg van het eiland en daarmee weg van het persoonlijke drama dat haar leven tekent: de dood van haar 13-jarige dochter, jaren eerder. Gewoon de veerman vragen haar naar de stad verderop te brengen gaat niet, want het is voor vrouwen verboden alleen te reizen (ook dat nog!). Dus als er op een dag een Noorderling (lichte huid, blonde krullen) arriveert, ziet zij hem als haar ultieme ontsnappingskans.
Terwijl Lipa de Noorderling probeert te verleiden haar mee te nemen blikken we terug naar 'betere tijden': vijftien jaar eerder, toen de laatste toeristen op het eiland verbleven. Een van hen is Tjal, een rijk en machtig zakenman en een onvoorstelbare lul. Hij vindt de locals achterlijk, het eten goor en hij verveelt zich. Enige afleiding zijn de aanwezige vrouwen. Maar die laten zich niet verleiden. Om de ellende compleet te maken kan hij niet poepen. 'Het was vast dat rare eten hier. Of dat hij niet scoorde. Daar begreep hij niets van. Hij was de aantrekkelijkste man in dit kutdorp, by far.' Deze man is 49, maar denkt en gedraagt zich gedurende het hele verhaal als een verbolgen, verwende puber.
Grofweg de helft van de roman gaat over Tjal en dat is veel, voor zo'n vervelend personage. Een uitermate plat personage bovendien; De Bruin geeft zijn slechtheid geen enkele achtergrond. Racistisch, seksistisch, megalomaan, narcistisch, pedofiel - hij is het allemaal. Dat moet toch érgens vandaan komen? Maar Tjal is slecht om het slecht zijn. De Bruin had een schurk nodig en dit is hem. Nee, dan is Lipa een stuk interessanter. Zij heeft een verleden, heeft om bepaalde redenen bepaalde keuzes gemaakt en is bovendien, zoals elk boeiend personage, een beetje ambigu; niet helemaal goed, niet helemaal slecht.
De Bruin wil in deze roman veel zeggen: over het klimaat, over machtsmisbruik, over seksueel misbruik, over uitbuiting, over hebzucht, over wraak, over jaloezie, over misogynie, over schuld en over vervelende toeristen die alleen maar witbrood met chocopasta blieven. Maar geen enkel onderwerp wordt echt uitgediept, de focus ontbreekt.
Toch is er iets dat de roman gaande houdt. Het zijn de puzzelstukjes die De Bruin voor de lezer neerlegt door hoofdstukken over het heden en verleden af te wisselen. Wie is wie, wat gebeurde wanneer en hoe grijpt alles in elkaar, dat wil je weten. En ook: welke spannende dystopische dingetjes heeft de schrijver allemaal verzonnen? Een wereldpresident die het internet heeft uitgezet ('een rotmaatregel', maar het kon niet anders) - goed bedacht! Een Tweede Internet, exclusief voor de superrijken? Nog beter!
De Bruin slaagt er in een zeker unheimisch toekomstgevoel op te wekken, maar als lezer voel je je uiteindelijk toch een beetje een ramptoerist. Een ramptoerist in een hels paradijs, verlekkerd gruwelend bij alle rampspoed, in de prettige wetenschap dat je straks gewoon weer veilig thuis bent. Of op de Wadden.
***
Prometheus; 256 pagina's; € 21,99.
Marnix Verplancke
il/pr/21 a
Samen met twee oude vrouwen en twee gekke mannen is Lipa achtergebleven in een klein, moeilijk te bereiken dorpje op een eiland ergens in het zuiden. Ooit was het een toeristisch paradijs, met hotels in de jungle en parasols op het strand, maar dat was voor de klimaatverandering en het terrorisme er een einde aan maakten. Vliegen kon niet langer en alleen de extreem rijken konden nog op vakantie. Wanneer Lipa op een dag toch een vreemdeling van de immer leeg heen en weer tussen het eiland en het vasteland varende pont ziet stappen, ruikt ze dus haar kans. Rieve, zoals de man heet, moet rijk zijn, en als ze hem om haar vinger kan winden, neemt hij haar misschien wel mee wanneer hij weer vertrekt, weg van het eiland waar de kraaien rond stinkende lijken van voormalige eilandbewoners cirkelen.
Dit is een van de drie verhaallijnen uit Ellen de Bruins Kraaien in het paradijs, haar tweede roman na de in 2018 met de Anton Wachterprijs bekroonde Onder het ijs. De andere spelen in het verleden. De een gaat over de arrogante en via allerhande schunnige wegen rijk geworden Tjal die in een resort op het eiland zijn memoires komt schrijven en daar verstrikt raakt in de lokale gebruiken, waaronder de fjaelti, een zogezegd traditionele erotische massage. In een derde lijn volgen we Jenem, de jongen die in een tijd waarin er geen landzoogdieren meer zijn de laatste levende kat op het eiland ontdekt en daarvoor beloond wordt met de kans om op het vasteland te gaan studeren.
De Bruin weet deze drie lijnen bijzonder vernuftig en geloofwaardig door elkaar te vlechten en betoont zich daarbij een eersteklas vertelster. Knap is hoe ze focust op haar personages en de klimaatverandering alleen als achtergrond gebruikt. Geen zwaaiend moralistisch vingertje dus, maar wel een dystopische roman over patriarchaat, fatalisme en de fragiliteit van de menselijke beschaving. Twee rivaliserende broers lijken Kaïn en Abel wel, er is sprake van zeven vette en zeven magere jaren en uiteindelijk komt er zelfs een mensenoffer bij kijken. Sla de rationele poten vanonder zijn stoel, lijkt De Bruin ons te willen meegeven, en de mens wordt weer een bijgelovige aap.
****
Prometheus, 256 blz., € 21,99.
Karlo Keersmaekers
Lipa leeft in een uitstervend dorpje op een afgelegen eiland, dat haar door haar man ten onrechte was voorgespiegeld als een paradijs. Zij blikt terug op zeven dagen, 15 jaar geleden. Er waren in die tijd meer toeristen. Guru Steph gaf er sessies om het eigen geluk te creëren. De miljardair Tjal komt voor deze cursus, maar wil niet meedoen en heeft vooral interesse voor fjaelti, een kruising tussen massage en aaien dat door jonge meisjes aan oudere mannen wordt gegeven. Dieren- en plantensoorten verdwijnen en uiteindelijk blijft Lipa alleen over met twee stokoude vrouwen en twee geesteszieke mannen. Het was jaren geleden, maar gisteren kwam een vreemdeling die bleef overnachten. Lipa wil nu met hem vertrekken. Lipa vertelt ook zeven verhalen uit het verleden, die duidelijk suggereren wat er zich toen afspeelde op het eiland. Het boek is als een puzzel van heden, verleden en hoop op een nieuwe toekomst. Pas op het einde van het boek vallen de stukjes mooi in elkaar. Prachtige compositie: afwisselend gisteren, vanochtend en nu en 15 jaar geleden en 7 verhalen uit het verleden, met een verrassende ontknoping. Een aanrader! Ellen de Bruin, redacteur bij NRC Handelsblad, debuteerde met 'Onder het ijs', bekroond met de Anton Wachterprijs 2018 voor het beste literaire debuut.
Gerwin Van Der Werf
2/ei/15 m
Toen Ellen de Bruin in 2018 debuteerde met Onder het ijs - waarmee ze de Anton Wachterprijs voor het beste literaire debuut won - was het genre klimaatfictie nog betrekkelijk nieuw, althans in Nederland. Van een genre was nog niet eens sprake, mij schiet alleen Het tegenovergestelde van een mens (2017) van Lieke Marsman te binnen. Inmiddels is die achterstand ingelopen. Onlangs verscheen het satirische Klifi van Adriaan van Dis en het geestige Karina en de ondergang van Nederland van Wouter Godijn. Het is duidelijk dat de schrijvers graag hun verbeeldingskracht inzetten om er iets over te melden. Maar hoe doe je dat? Wat wil je bereiken met een klimaatroman? Is het veranderende weer en de aftakelende aarde een decor waartegen de personages proberen hun leven leiden, of is het een thema op zich?
Kraaien in het paradijs speelt zich af op een fictief eiland dat in de Stille Oceaan zou kunnen liggen. De 40-jarige Lipa leeft er zo goed en zo kwaad als het gaat met vier andere dorpelingen: twee oude vrouwen, een simpele veerman en een kwaadaardige gek. Aan de andere kant van de bergen ligt een stad, maar of die nog bestaat is onzeker. Er is veel onzeker in dit verhaal, en dat houdt je nieuwsgierig: wat is er met de rest van de wereld aan de hand? Wat doen die kraaien op het eiland, en zijn ze er wel echt? Waarom wordt Lipa belaagd door die boze gek? Wie is de rijke vreemdeling die onverwacht arriveert? Het verhaal speelt zich af in één dag, de dag die Lipa heeft om de vreemdeling te bewegen haar mee te nemen, weg van het eiland. Tussendoor ziet ze nog kans om ons een beeld te geven van de aarde over pakweg een eeuw: zoogdieren zijn uitgestorven, er is maar één wereldtaal, Simple Global English. Op het eiland zijn nog negentien plantensoorten te vinden, enkele zijn eetbaar mits je ze inmaakt, het bereiden van kwallen is een kunst.
De passages in het vertelheden wisselen af met scènes uit het verleden (of liever: de iets minder verre toekomst). Ellen de Bruin doseert alle informatie vakkundig. Om de drijfveren van Lipa te begrijpen is het nodig vijftien jaar terug in de tijd te gaan, toen het eiland een luxe resort was voor rijke toeristen. Een zakenman met een torenhoge eigendunk en politieke ambities genaamd Tjal (heeft u beeld?) bezoekt het eiland. Daarna gaat het met de wereld bergafwaarts, want het stuk verdriet wordt president.
giftige masculiniteit
Lipa's verleden is bezaaid met scherven, veroorzaakt door machtsmisbruik van de mannen om haar heen. Steeds nadrukkelijker gaat het boek draaien om de schade die giftige masculiniteit aanricht. Lipa vindt die mannelijke dominantie kennelijk heel vanzelfsprekend, omdat ze vijftien jaar lang meent een man nodig te hebben om van het eiland af te komen. Hier raakte De Bruin mij een beetje kwijt, want ze heeft de lijdzaamheid van haar hoofdpersoon net iets te hard nodig om het verhaal kloppend te krijgen. Het verhaal klopt ook, het is knap gedaan en ik las hongerig door, maar Lipa werd mij te veel een constructie van de schrijver om met haar mee te kunnen leven. En de ondergang van de wereld, daar laat je geen traan om. Wat wil je bereiken met een klimaatroman? Het blijft een goede vraag.
Prometheus; 256 blz. € 21,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.