Laat me nooit alleen : roman
Kazuo Ishiguro
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2021 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ISHI |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2021 |
VOLWASSENEN : ROMANS : ISHI |
Jozefien Van Beek
rt/aa/06 m
Voor het eerst sinds hij in 2017 de Nobelprijs won, publiceert Kazuo Ishiguro een roman. Klara en de zon borduurt verder op thema's die hij eerder aansneed in De rest van de dag en Laat me nooit alleen: opnieuw onderzoekt hij wat het betekent om mens te zijn, wat het betekent om lief te hebben, en opnieuw laat hij een personage terugkijken op een leven. Naar eigen zeggen schrijft hij dan ook steeds hetzelfde boek. 'Je blijft het doen, dichter en dichter komend bij wat je echt te zeggen hebt', vertelde hij in een interview met The Guardian.
Stofzuiger
Worden er ooit robots geproduceerd die niet meer te onderscheiden zijn van de mens? Het is een vraag die ons al decennialang in gelijke mate angst inboezemt en fascineert. Het unheimliche idee dat we het verschil niet meer zouden zien was het uitgangspunt van Philip K. Dicks Do androids dream of electric sheep?, het boek uit 1968 waar Ridley Scott zijn film Blade runner op baseerde, van de tv series Real humans en Westworld, en van Steven Spielbergs A.I.. Onlangs schreef Ian McEwan erover in Machines zoals ik, nu onderzoekt Kazuo Ishiguro in Klara en de zon in welke mate robots in staat zijn tot empathie.
Het verhaal speelt zich af in een dystopische nabije toekomst. Klara, de verteller van het boek, is onze gids in dat universum waar zij aanvankelijk even weinig over weet als wij. 'Toen we nieuw waren, stonden Rosa en ik halverwege de winkel', zo begint de roman. Klara is een KV - Kunstmatige Vriendin - een soort robot die werkt op zonne-energie. Ze wordt de KV van Josie, een veertienjarig meisje met een mysterieuze ziekte.
We kijken mee door Klara's ogen - ogen die soms zien in 'vakken', gepixeld omdat ze de nieuwe visuele informatie niet zo snel kan verwerken. Ze heeft ook haar eigen manier van spreken: mobiele telefoons noemt ze 'rechthoeken', kinderen komen naar de winkel met 'hun volwassene', op straat ziet ze 'Bedelman' en 'hondenlijnvrouw' en de oprit met grind noemt ze 'de losse stenen'. Als lezer speur je haar vertelling af naar tipjes van de sluier: in wat voor wereld bevinden we ons? Klara geeft hints: huizen en kledij duiden op een hoge of minder hoge positie ('De Moeder droeg een jas, een dunne, donkere van iemand met een hoge positie'), tieners hebben een Kunstmatige Vriendin nodig, want ze gaan niet naar school, maar krijgen les van 'rechthoekdocenten', en om sociale vaardigheden te leren moeten ze naar 'interactiebijeenkomsten' gaan.
Meer ga ik niet verklappen. Aangezien het boek nogal zwaar op plot leunt zou dat het leesplezier vergallen. Veel meer komen we trouwens niet te weten over deze angstaanjagende wereld. Enkele cruciale vragen laat Ishiguro onbeantwoord. Wat zijn precies de sociale regels in deze nieuwe maatschappij? Waartoe dienen de machines die voor 'Vervuiling' zorgen, zoals Klara het verwoordt? Wat gebeurt er met 'opgetilde' kinderen? Hoe zit het met de leefgemeenschappen die zich terugtrekken uit de maatschappij? En beseffen de mensen al dat de nieuwe generatie KV's in staat is tot bedrog?
Ishiguro schetst met enkele snelle potloodlijnen de contouren van zijn sci-fi wereld, maar kleurt haar niet in. Vermoedelijk omdat hij de details niet belangrijk vindt - het is hem niet te doen om de politieke en maatschappelijke implicaties van zijn dystopie, hij gebruikt die wereld gewoon als achtergrond voor enkele belangrijke vragen, zoals: hoe gegrond is de angst om als soort vervangen te worden door robots? Bijna iedereen die Klara ontmoet, bejegent haar beleefd, behalve de buurvrouw: 'Je weet nooit hoe je een gast als jij moet begroeten', zegt die. 'Want ben je eigenlijk wel een gast? Of moet ik je als een stofzuiger behandelen?' Elders hoort Klara op straat iemand zeggen: 'Eerst pikken ze de banen in. En daarna de plaatsen in het theater?' En terloops wordt er gesuggereerd dat zogenaamde 'elitewerkers' vervangen zijn door KV's.
Buitenstaander
De belangrijkste vraag is natuurlijk: wat maakt een mens tot mens? Hebben we eigenschappen die niet nagebootst kunnen worden door artificiële intelligentie? Klara is buitengewoon getalenteerd, ze kan zelfs tegenstrijdige emoties detecteren. 'Ik geloof dat ik veel gevoelens heb', zegt Klara. 'Hoe meer ik observeer, des te meer gevoelens er voor me beschikbaar komen.' Maar is dat voldoende?
Kazuo Ishiguro schrijft steeds via een omweg over wat het betekent om mens te zijn. Hij geeft het woord aan de buitenstaander: niet aan de mens, maar aan de kloon in Laat me nooit alleen, niet aan de meester, maar aan de bediende in De rest van de dag. Ook Klara past in dat rijtje: zoals Kathy H. is ze geen mens, zoals butler James Stevens is ze getraind - in haar geval zelfs geprogrammeerd - om stoïcijns te dienen. Alleen werkt die narratieve strategie in Klara en de zon niet. Het probleem is dat je nooit vergeet dat Klara een robot is, waardoor je ook nooit helemaal met haar meeleeft, en waardoor haar zelfopoffering minder diep snijdt dan die van Stevens. Ondanks Ishiguro's verwoede pogingen slaagt hij er niet in empathie op te wekken voor zijn hoofdpersonage.
Eenzaamheid, zelfopoffering, liefde, het zit allemaal in Klara en de zon, maar niet op een manier die raakt of doet nadenken. De vragen die Ishiguro stelt, zijn wezenlijk, maar ze worden zo achteloos opgeworpen dat je ze even achteloos weer naast je neer kunt leggen.
Vertaald door Peter Bergsma, Atlas Contact, 352 blz., 22,99 € (e-boek: 13,99 €).
Hanneke De Klerck
rt/aa/20 m
'Ben je eigenlijk wel een gast? Of moet ik je als een stofzuiger behandelen?' Als die vraag halverwege Kazuo Ishiguro's Klara en de zon wordt gesteld aan de verteller, is zij voor de lezer al zoveel meer dan een robot dat zo'n rechtstreekse vergelijking met een apparaat naar en onrechtvaardig klinkt. Maar Klara neemt geen aanstoot aan de vraag, waarvan ze de onbeschoftheid niet helemaal begrijpt. Ze gelooft dat ze veel gevoelens heeft, ze leert zelfs dat gevoelens complex kunnen zijn, maar ze voelt en denkt niet zoals een mens.
Het knappe van Ishiguro is dat hij dat duidelijk laat zien en je toch zover krijgt te houden van een wezen dat beslist geen mens is, ook niet in de roman zelf: robots zoals Klara mogen op mensen lijken, ze blijven herkenbaar als robot. Klara is een KV, een kunstmatige vriend. Liefhebben en dienstbaar zijn is haar opdracht, robots als zij worden gemaakt om de eenzaamheid van kinderen te bestrijden. Het verhaal speelt in een nabije toekomst waarin kinderen thuis worden geschoold via beeldschermen, waardoor ze geen klasgenoten en nauwelijks vrienden hebben.
Zoals in eerder werk kiest Ishiguro ook in deze roman, zijn eerste sinds hij in 2017 de Nobelprijs voor Literatuur kreeg toegekend, voor een wat eenzame, vormelijke verteller. Klara heeft in haar dienstbaarheid en loyaliteit wel iets weg van de butler in Ishiguro's succesvolle The Remains of the Day. Zijn dystopische toekomstige wereld lijkt op die die hij beschreef in Never Let Me Go, waarin organen worden geoogst van klonen.
Klara en de zon begint in de winkel waar Klara met andere KV's wacht tot ze wordt gekocht. Haar kansen uitverkoren te worden zijn niet groot: ze is al een beetje tweede keus, er staat een nieuwe generatie KV's in de winkel. Maar haar generatie staat bekend om haar invoelingsvermogen en Klara is een van de beter geslaagde exemplaren van haar lichting.
Mooi is hoe Ishiguro van Klara een robot maakt. Ze praat niet als een kind, maar ze heeft wel de naïeve toon van iemand die nog lang niet alles weet van de wereld om haar heen. Dus kijken mensen op hun 'rechthoeken' of gaan ze gekleed in 'hogepositiekleren' en noemt ze ze naar hun functie, 'Cheffin' (in de winkel), 'de Moeder', 'Melania Huishoudster', naar hun uiterlijk, 'het meisje met de lange armen', of naar wat ze doen, 'Bedelman'. Wat ze waarneemt, is soms gefragmenteerd, alsof ze naar verschillende schermen kijkt - zo wordt een onbekend landschap voor haar bijna kubistisch en ziet ze bij de Moeder in een sleutelscène in de roman zowel wreedheid als droefenis, vreugde als angst.
Meer dan de anderen observeert Klara (daarin is ze vergelijkbaar met een schrijver). En ze leert van wat ze ziet. Ze maakt het tot haar doel zich te oefenen in empathie, omdat ze anders het kind dat haar uitzoekt niet kan helpen. Dus als Josie, een ziekelijk meisje van 14, haar wil hebben, wordt het Klara's hoofdtaak 'haar' kind nauwlettend in de gaten houden en proberen haar zo goed mogelijk van dienst te zijn.
Is empathie typisch menselijk? Of is Klara empathisch doordat ze alles doet wat iemand doet die zich inleeft in een ander? Wat betekent houden van? Wat maakt iemand een mens? Dat soort vragen behandelt Ishiguro in deze roman.
Josie is ziek, net zoals haar oudere, inmiddels overleden zusje was. Je komt er langzaam achter dat in deze wereld ouders die het beste voorhebben met hun kinderen hun soms ook de meeste schade berokkenen. En erger nog: dat ouders misschien wel niet het beste voor hun kind willen, maar voor zichzelf, dat ze misschien hun kinderen gebruiken om hun eigen eenzaamheid te verlichten. Wat weer nieuwe vragen oproept. Want wat betekent de liefde van ouders voor hun kinderen? En wat betekent het als alles maakbaar is? Niet alleen kunstmatige vrienden, maar ook kinderen die worden 'opgetild', een term die Ishiguro niet meteen uitlegt, maar die kinderen kennelijk slimmer maakt.
Hebben mensen een unieke eigen kern, of bestaat die helemaal niet, en is niemand onvervangbaar, zoals een van de personages beweert in een verontrustende plotwending. Die laat ook nog eens zien dat Klara, al gelooft ze dat ze gevoelens heeft, toch vooral is geprogrammeerd om dienstbaar te zijn: ze kan geen nee zeggen als haar iets wordt gevraagd dat je als moreel verwerpelijk kan beschouwen.
Neemt niet weg dat ze wanhopig graag Josies leven wil redden, en zelf bedenkt hoe dat moet. Klara wordt gevoed door zonne-energie en door een verkeerd geïnterpreteerde observatie dicht ze de zon geneeskracht toe. Ontroerend is het haar te volgen tijdens haar dappere pogingen de zon te bewegen Josie beter te maken, inclusief smeekbeden en een enorm offer om hem gunstig te stemmen. Haar onwrikbare vertrouwen in de zon laat zien hoe religie kan ontstaan. En haar pogingen lijken nog te helpen ook, zodat de roman even op een gelukkig einde lijkt af te stevenen. Maar Ishiguro weet beter. Klara en de zon eindigt volgens Klara op de best mogelijke manier, maar voor de lezer ronduit melancholiek.
*****
Uit het Engels vertaald door Peter Bergsma. Atlas Contact; 352 pagina's; € 22,99.
Joachim Stoop
rt/aa/02 m
Over één ding kan men het eens zijn: Kazuo Ishiguro is qua thematiek en stijl één van de veelzijdigste auteurs van onze tijd, van de fantasysage ‘Vergeten reus’ tot zijn hyperrealistische bezinning rond deugdzaamheid en spijt in ‘De rest van de dag’ (befaamder als de verfilming ‘The Remains of the Day’). Hoe breed zijn literaire horizon ook reikt, een constante is de verfijnde maatschappijkritiek en ‘een sterke emotionele kracht waarin de afgrond onder ons denkbeeldig gevoel van verbondenheid met de wereld wordt gelegd’, aldus het Nobelprijscomité dat de Japans-Engelse schrijver in 2017 bekroonde. Met zijn eerste roman na de prijs der prijzen diept Ishiguro opnieuw de verontrustende sfeer op van het dystopische ‘Laat me nooit alleen’, waarin leerlingen met wel heel sinistere doeleinden in een kostschool worden grootgebracht. Ook in ‘Klara en de zon’ treffen we een beklemmende wereld aan waarin vreemde elementen de werkelijkheid binnendringen. De mensachtige robot Klara staat in een winkel te wachten om gekocht te worden. Wat haar onderscheidt van andere robots, is haar uitmuntende leeren waarnemingsvermogen. Ze ziet de wereld in vlakken, is afhankelijk van de door haar geadoreerde Zon en ze walgt van de ziekmakende Vervuiling in de buitenwereld (ik-personage Klara geeft hoofdletters aan sommige kernwoorden). Na lang wachten
JEFF COTTENDEN
wordt Klara als Kunstmatige Vriend (KV) aangeschaft door de zieke 14-jarige Josie en haar gespannen moeder. De batterij van het lezersgeduld is dan al half leeggelopen. Het verhaal beweegt zich met een slakkengangetje voort en door het gebrek aan opheldering lijk je deel te nemen aan een gezelschapsspel met onbegrijpelijke spelregels. Want wat zijn de ballonnetjestekeningen waarmee Josie en haar vriendje Rick zich bezighouden? Wat betekenen de Cootings-machine en het Open Plan? En vooral: wat is de ware rol van Klara in het gezin? Essentiële informatie achterhouden kan het mysterie en de honger om verder te lezen natuurlijk vergroten, maar de uiterst zuinige en tergend trage worldbuilding wekt eerder frustratie dan fascinatie. Als het verhaal rammelt, kan taal de motor ervan nog smeren, maar simplistische fraseringen,
gekunstelde scènes en dialogen tussen 14-jarigen die klinken als humorloze kinderen doen het vehikel nog meer sputteren. Dat een robot dit verhaal vertelt, is op zich een originele keuze. Toch is het vreemd dat we Klara’s verslag van haar eerste stappen in de buitenwereld lezen in een taaltje dat amper verschilt van het onze. Het was geloofwaardiger geweest als haar beschrijvingen genuanceerder werden naarmate ze meer ervaringen opdeed. Het gebrek aan vaart eist haar tol: als lezer voel je je op een etentje waarbij voortdurend dezelfde schaal met borrelhapjes rondgaat terwijl je reikhalzend uitkijkt naar het vijfgangendiner. Pas ver voorbij halfweg krijg je de eerste belangwekkende antwoorden geserveerd. Klara’s functie wordt duidelijker, veel puzzelstukken klikken in elkaar en wat tevoorschijn komt, stelt niet helemaal teleur. Zonder de gehele plot weg te geven – en aldus uw diner te verbrassen – kan ik wel ontsluieren rond welke vragen de auteur cirkelt: wat rest er van de menselijke uniciteit als artificiële intelligentie zich bandeloos kan ontplooien? Is er een deeltje menselijkheid dat niet kan nagebootst worden? Kortom: wat maakt de mens tot mens? Wat nazindert, is de geweldige kans die de Britse duizendpoot onbenut laat. Door de gevolgen van kunstmatige intelligentie vanuit het perspectief van een humanoïde robot te bekijken, had de literaire maatschappijcriticus zoveel dichter bij de diepe ethische en filosofische kern kunnen komen. Met beter uitgewerkte personages had Ishiguro harten kunnen breken en Klara’s persoonlijke evolutie extra kunnen doen sprankelen, met minder Wall-E en meer Aldous Huxley.
F. Hockx
De titelfiguur, tevens ik-verteller, in de nieuwe roman van de Nobelprijswinnaar van 2017 is een ‘kunstmatige vriend’, een zeer geavanceerd product van kunstmatige intelligentie. Klara wordt de KV van het meisje Josie, dat ziek blijkt te zijn. De op zonne-energie ‘werkende’ Klara, getraind om dienstbaar te zijn, wil helpen Josie beter te maken en vertrouwt daarbij vooral op de kracht van de zon. Evenals eerdere vertellers bij Ishiguro interpreteert Klara dingen echter niet goed en voert ze haar plichtsbesef (te) ver door. Ishiguro maakt veel werk van het oproepen van een toekomstige wereld, zonder zaken echt toe te lichten. Dat had wat korter gekund en er zijn wat losse eindjes in het geheel, maar uiteindelijk is dit geen hardcore sciencefiction, wel een roman over vertrouwde Ishiguro-thema’s als vriendschap, (angst voor) eenzaamheid, plichtsbesef en (ouderlijke) liefde, waarin de auteur onderzoekt wat het betekent om een mens te zijn. Dat je als lezer ontroerd raakt door het lot van de kunstmatige Klara toont het vakmanschap van deze grote Japans-Britse schrijver (1954).
Casper Luckerhof
rt/aa/06 m
De 66-jarige Kazuo Ishiguro, die in 2017 de Nobelprijs voor Literatuur won, zei eens in een interview dat hij bij het schrijven pas op het laatste moment de wereld bedenkt waarin de verhalen zich afspelen. Eerst is hij lange tijd bezig met het bedenken van de thema's die hij wil verkennen, de vragen die hij wil onderzoeken. Zoals: hoe leef je als je weet dat je leven niet lang zal duren? Of: wat is het nut van herinneren? Pas daarna, als hij dit voor zichzelf heeft uitgedacht, buigt hij zich over het universum waarbinnen deze vragen het best onderzocht kunnen worden.
De ironie is dat het bij zijn laatste romans toch steeds het universum is dat in eerste instantie de aandacht trekt. Laat me nooit alleen (2005) gaat over de vriendschap tussen drie klonen op een kostschool, die leven met als doel hun organen te doneren aan mensen. Verborgen reus (2015) speelt zich af in een fantasywereld met trollen en draken, waar een dichte mist hangt die het geheugen van de mensen vertroebelt.
Ishiguro's nieuwe roman, Klara en de zon, de eerste die hij publiceert sinds het winnen van de Nobelprijs, lijkt min of meer terug te keren naar de dystopische wereld van Laat me nooit alleen. We bevinden ons in de nabije toekomst, al is het niet helemaal duidelijk wanneer precies. Kinderen van rijke ouders worden genetisch gemanipuleerd en op die manier 'opgetild', hetgeen betekent dat ze naar de beste scholen kunnen. Van sociale mobiliteit is geen sprake meer. De eenzaamheid van mensen wordt bestreden met robots, zogeheten KV's (Kunstmatige Vrienden of Vriendinnen).
Klara en de zon is volledig geschreven vanuit het perspectief van zo'n kunstmatige vriend. Klara is een robot die uitblinkt in haar observatievermogen. In het eerste deel van het boek lezen we hoe ze in een winkel wacht tot ze door iemand gekocht wordt, en dus kan beginnen met haar dienende leven. Samen met andere KV's strijdt ze om de aandacht van de klanten. Het is een filmisch en tegelijkertijd kinderlijk begin, dat sterk doet denken aan Toy Story. Best riskant voor een Nobelprijswinnaar om zo op de rand van kitsch te opereren.
Gebroken gezin
Al snel toont Ishiguro zijn grootsheid. Klara staat in de etalage. Ze kijkt naar buiten en ziet daar aan de overkant van de straat een oude man in een regenjas staan, die almaar zwaait en roept naar iemand. Het blijkt dat hij een oude bekende ziet, een vrouw, die roerloos op de stoep blijft staan. Na een korte aarzeling steekt de vrouw de straat over. Eerst langzaam, steeds sneller. De twee mensen omhelzen elkaar innig. Klara blijft naar het tafereel kijken, maar ze begrijpt het niet. Ze kan niet bepalen of de mensen gelukkig of verdrietig zijn door het weerzien. Het komt niet bij haar op dat die emoties kunnen samengaan. Die gelaagdheid en tegenstrijdigheid bezit Klara zelf niet. Op deze manier roept Ishiguro al in een vroeg stadium van de roman een vraag op die hij steeds zal laten terugkeren: wat betekent het om mens te zijn?
Klara wordt in de winkel uitgekozen door Josie, een meisje dat ziek is en mogelijk gaat sterven. De robot komt in een gebroken gezin terecht. Eerder is al een zusje overleden. Klara moet ervoor zorgen dat Josie zich op haar ziekbed niet eenzaam voelt.
Tegelijkertijd blijkt dat Josies moeder er nog een heel andere agenda op na- houdt. Mócht Josie sterven, dan is het de bedoeling dat Klara haar rol inneemt. Bij de aankoop in de winkel wil de moeder dan ook zeker weten dat de robot in staat is haar dochter te worden: "Wil je alsjeblieft voor me nadoen hoe Josie loopt? Wil je dat voor me doen? Nu meteen? Zoals mijn dochter loopt?"
Zo toont Ishiguro in Klara en de zon aan hoever de mens bereid is te gaan uit angst voor eenzaamheid. Hij plaatst vraagtekens bij onze definities van liefde, die soms meer om ons zelf draait dan om de ander. In dat opzicht is het een slimme keuze om zijn roman wederom in de dystopische toekomst te plaatsen. Juist in een wereld waarin alles vervangbaar en maakbaar is, wordt het steeds moeilijker te zien wat werkelijk van waarde is.
Portretkunstenaar
De perversiteit hiervan wordt in de roman het sterkst belichaamd door meneer Capaldi, een portretkunstenaar die zich ergert aan mensen die nog steeds geloven dat "er iets onbereikbaars in elk van ons zit. Iets unieks dat zich niet laat overdragen". Josie moet regelmatig bij deze man langs, die, zo denkt ze, een portret van haar maakt. In werkelijkheid bouwt Capaldi haar na, zodat haar uiterlijk uiteindelijk op dat van Klara kan worden gezet, mocht ze sterven.
Capaldi doet denken aan Pygmalion, de beeldhouwer uit het klassieke verhaal van Ovidius, die verliefd wordt op het beeld dat hij zelf uit ivoor beitelt. Beide mannen ontkennen een unieke aard van de mens. Zelfs een partner is in hun ogen letterlijk maakbaar, mogelijk zelfs beter, perfect.
Maar hun relaties bestaan uiteindelijk uit onderwerping, niet uit liefde. Melania, de huishoudelijke hulp van het gezin van Josie, voelt intuïtief aan dat iemand die zó weinig waarde aan de mens toekent, ook weinig goeds voor zijn creaties in petto kan hebben, zelfs ziek is. 'Portretman. Die gluiperige klootzak', zegt ze tegen Klara, smekende dat de robot goed op Josie let.
Halverwege de roman lijkt Ishiguro de focus van zijn verhaal enigszins te verliezen, als de driehoeksrelatie tussen Klara, Josie en haar moeder plotseling verschuift naar een nieuwe driehoeksrelatie tussen Josie, Klara en de buurjongen. Maar ik kon me daar eigenlijk niet echt aan storen. De roman is rijk aan thema's die tot nadenken stemmen. Bovendien weet Ishiguro Klara en de zon uiteindelijk een boek over hoop te maken. Die hoop is niet te zoeken in de wereld van de toekomst, maar meer in de potentie van menselijke relaties.
Het slot van het boek is ronduit aangrijpend. Je moet een grote schrijver zijn om je lezer zo veel om een robot te laten geven.
Vert. Peter Bergsma Atlas Contact; 352 blz. €22,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.