De onbeduidende Jude
Thomas Hardy
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Prometheus, 2021 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : STOR |
Bo Van Houwelingen
ru/eb/13 f
'Ik wil schrijver zijn op mijn eigen voorwaarden,' schrijft Arie Storm in zijn nieuwe roman. Nou, als iemand erin slaagt om op zijn eigen voorwaarden te schrijven, dan is het Storm wel. In feite schrijft hij altijd hetzelfde boek: schrijver schrijft een boek (soms ook weer over een schrijver die een boek schrijft) en er gebeurt iets wonderlijks tijdens het schrijfproces.
In Schoonheidsdrift verliest de schrijver een goede vriendin en vertrekt hij naar Londen om daar tot zichzelf te komen (en om te schrijven, natuurlijk). Tot zijn verbazing belandt hij in een Woody Allen-filmachtige toestand: hij bevindt zich half in het nu, half in het 19de-eeuwse Londen, waar hij de door hem bewonderde dichter John Keats ontmoet.
Vintage Storm, dit laveren tussen verschillende niveaus van fictionaliteit in zijn zo herkenbare, meanderende stijl. Je kunt tijdens het lezen gerust een paar bladzijden wegdromen (dat doet de schrijver zelf ook voortdurend) en dan heb je eigenlijk niks gemist. Al loop je wel het risico hopeloos te verdwalen in Storms literaire labyrint - maar dat zal wel precies de bedoeling zijn.
Prometheus; € 21,99.
Marnix Verplancke
ua/an/27 j
Geplaagd door herinneringen aan een vriendin die tien jaar daarvoor stierf en vechtend tegen de betekenisinflatie van zijn eigen woorden vlucht de hoofdpersoon van Arie Storms nieuwste roman Schoonheidsdrift naar Londen. Hij is een schrijver op zoek naar zichzelf die iedere keer wanneer hij een idee krijgt van wat dat zelf zou kunnen inhouden het zijn taak vindt om dat weer helemaal af te breken, zodat hij steeds onbepaald blijft. We moeten leven in onzekerheid, vindt hij in navolging van zijn literaire held John Keats, omringd door raadsels en twijfels, want ‘Philosophy will clip an Angel’s wings’ , zoals de dichter schreef. En dus zet hij koers naar Hampstead, waar de romantische Keats begin negentiende eeuw een paar jaar aan de rand van de heath woonde, en waar de fantasie blijkbaar nog welig tiert. In zijn hotel loopt hij een paar historische figuren tegen het lijf, onder wie Amy Lowell, de in 1874 geboren lesbische dichteres die ooit een biografie van Keats schreef. Zij nemen hem ook mee op bezoek bij Alan Hollinghurst, die zijn gasten op zijn beurt voorstelt om gewoon langs te gaan bij Keats. Meer zelfs, hij wacht op hen in de lokale bibliotheek, zegt hij. ‘It’s getting curiouser and curiouser’ , zoals Alice in het Wonderland van Lewis Carroll zei.
Schoonheidsdrift, het verlangen naar schoonheid dus, is volgens de schrijver dé reden bij uitstek om te lezen. Hij heeft een hartsgrondige hekel aan tendensliteratuur over massatoerisme of racisme en wil dat boeken vooral genot en plezier verschaffen. En dat doet Schoonheidsdrift dan ook. De roman laat zich als een ui rok na rok openpellen, staat bol van de literaire verwijzingen en speelt onophoudelijk met conventies over auteur, hoofdpersonage en lezer. Wie is die schrijver bijvoorbeeld? Is het Arie Storm zelf? Vanzelfsprekend, maar natuurlijk ook weer niet volledig. Zeker is alvast dat de schrijver ook een roman aan het schrijven is over een schrijver, net als Storm dus, een zedenkomedie in de trant van de P.G. Wodehouse die – godbetert – op Terschelling speelt. En dat die komedie als een bijkomend niveau de tweede helft van Storms roman beslaat, wat hem de kans biedt ook nog eens uit een heel ander idioom te putten. Schoonheidsdrift is een grandioos literair spel dat vooral toont dat schrijven zoveel meer is dan verhaaltjes vertellen.
****
Prometheus, 304 blz., € 21,99.
F. Hockx
De herinnering aan een jaren eerder gestorven vriendin brengt de ik-figuur uit het eerste deel van dit boek (een schrijver die werkt aan een komedie in de trant van P.G. Wodehouse (1881-1975)) ertoe naar Londen te reizen, de stad van de romantische dichter Keats (1795-1821). Daar beginnen tijden door elkaar te lopen, zodanig dat hij omringd wordt door Britse auteurs uit heden en verleden en hij zelfs Keats ontmoet. Het tweede gedeelte van de roman is de op ‘het verschrikkelijke Waddeneiland Terschelling’ spelende komedie waaraan de ik-figuur uit het eerste deel werkt, een ‘comedy of errors’ waarin literatuur en schrijven wederom centraal staan. Zoals in eerder werk goochelt Storm met ‘Wahrheit und Dichtung’ in dit geestige boek vol literaire verwijzingen en dwarsverbanden, melige dialogen en venijnige typeringen, waarin ook uitstapjes staan naar stokpaardjes van de auteur, zoals zijn afkeer van de commercialisering van het boekenvak en van het idee dat lezen goed is voor een mens en leesbevordering dus nuttig is. Een heerlijk boek voor wie houdt van literatuur over literatuur.
Gerwin Van Der Werf
ua/an/30 j
Wat mij betreft mag Schoonheidsdrift, de nieuwe roman van Arie Storm, nu al de prijs voor het mooiste omslag van het jaar krijgen. Het silhouet van Londen tegen een rode lucht met een zingende nachtegaal die verwijst naar Ode to a Nightingale van John Keats. 'A thing of beauty is a joy forever', schreef John Keats, en zo is het maar net.
Op de eerste pagina treffen we een motto aan van Menno Wigman: '"A thing of beauty..." Vijfentwintig. Schoonheidsdrift.' En zo is het spel van literaire verwijzingen meteen begonnen, zoals we gewend zijn van Arie Storm.
In zijn nieuwe roman gaat Storm in Londen op zoek naar John Keats. Of liever, hij zoekt niet echt, maar vindt hem toch, of misschien ook niet, want zoals altijd bij Storm lopen fictie en werkelijkheid weer flink in elkaar over, dit keer op een net andere manier dan in zijn vorige romans: ook heden en verleden zijn vloeibaar geworden. Hij loopt door het hedendaagse en het negentiende-eeuwse Londen tegelijk.
Omdat Storm in het verhaal zelf laat weten dat hij zich bewust is van de trucages die hij toepast - hij bespreekt al schrijvend zijn eigen teksten als het ware - wordt zijn werk wel postmodern genoemd. Ik heb een andere kwalificatie gevonden die mij veel logischer lijkt. Maar dat komt later.
Literaire ratatouille
Laten we de boel eens op scherp stellen, zoals Arie Storm ook graag doet. Je zou als lezer, en als criticus, kunnen beweren dat Storm in zijn twaalfde roman voor de zoveelste keer zichzelf opvoert in een navelstaar-derig relaas, waarin hij feit en fictie pureert en serveert met literaire ratatouille.
Je kunt ook vinden dat Storm qua thematiek een van de meest consistente en schrijvers is van ons taalgebied en bovendien een van de grappigste.
Met andere woorden, je vindt het niks of je vindt het heerlijk. Ik behoor tot de laatste groep.
Kolderiek
Het komisch talent van Arie Storm is in Schoonheidsdrift nog zichtbaarder dan in ander werk, omdat hij binnen het Keats-verhaal een op zichzelf staande komedie heeft opgenomen, een complete novelle feitelijk, in de stijl van P. G. Wodehouse, de helaas wat vergeten Britse schrijver van de boeken over 'meesterbutler' Jeeves. Storm is liefhebber van het werk van Wodehouse, een schrijver die net als hij strooide met literaire allusies.
In deze komedie voert hij Tom van Santen op, een man die in zijn onzekerheid en 'mij overkomt alles maar'-houding wél weer lijkt op Storm en zijn alter ego's, maar die heel nadrukkelijk geen schrijver is. Wel is zijn vrouw redacteur en dat is van belang, want ze reizen naar Terschelling, waar Tom een schrijfcursus gaat doen bij de bestseller-auteur Julia Vis om haar te bewegen over te stappen naar de uitgeverij van zijn vrouw. De verwikkelingen zijn zo kolderiek en onwaarschijnlijk (zelf op een doodstil strand komt iedereen elkaar tegen) dat je het met evenveel recht flauw en melig is als hilarisch kunt vinden. Ik vond het allebei.
Wat volgens mij ook typisch Wodehouse is, is het voortdurend reflecterend samenvatten van de idiote gebeurtenissen: 'Zoals ik daar stond, met die telefoon in mijn hand en de blik van Alfred W. op me gericht en Julia Vis naakt voor me liggend in dat bed, is het niet overdreven te stellen dat ik werd overvallen door een gevoel dat ik zou willen omschrijven met het woord melancholie'.
Spelletjes
Het leukst vond ik de passages waarin Tom knort over 'het verschrikkelijke eiland Terschelling', de woekerprijzen, de slechte bediening en het maniakale fietsen. Onbedoeld grappig, misschien, is hoe Storms poging een niet-schrijver als verteller op te voeren toch vrij snel strandt. Want er moet naar literatuur verwezen worden, en naar film. Shakespeares The Tempest, Hitchcock en Keats natuurlijk. Ja, Tom blijkt toch in een vorig leven Engels te hebben gestudeerd. En na één les op de schrijfcursus klust hij toch een heel aardig verhaal in elkaar.
Storm speelt spelletjes met de lezer, maar de inzet is altijd hoog. Op het spel staat zijn ziel en zaligheid. En die vermaledijde literatuur, die zijn enige bestaansreden is en desondanks zijn ondergang nog eens wordt.
In Schoonheidsdrift treurt hij oprecht om twee overledenen: 'De eerste heb ik misschien niet persoonlijk gekend en de tweede misschien wel.' Weer zo'n fraaie dubbelzinnigheid. De eerste is Keats, de tweede een gestorven vriendin. Na de voltooiing van de Wodehouse-klucht, keert Storm terug naar de Keats-zoektocht. In deze korte slotscène wordt het mij duidelijk, en het moet dan eindelijk maar eens in de krant komen: net als Menno Wigman is Arie Storm een romanticus.
Prometheus; 304 blz. € 21,99.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.