Goede mannen
Arnon Grunberg
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2020 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : GRUN |
Uitgeleend
|
Lebowski Publishers, 2020 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : GRUN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2020 |
VOLWASSENEN : ROMANS : GRUN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2020 |
VOLWASSENEN : ROMANS : GRUN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski Publishers, 2020 |
VOLWASSENEN : ROMANS : GRUN |
Maria Vlaar
ua/an/17 j
Kadoke is de Amsterdamse psychiater die in Grunbergs roman Moedervlekken (2016) mantelzorger is voor zijn bejaarde en hulpbehoevende moeder. In Bezette gebieden vervolgt Arnon Grunberg Kadoke's levens- en lijdensweg naar een nederzetting in de bezette gebieden nabij Jeruzalem. Hij ontvlucht Europa als alle grond hem onder de voeten is weggeslagen en tot hem doordringt dat 'ook hij een behoeftig oftewel breekbaar mens is', zoals Anneke Brassinga de gevallen psychiater omschreef op de boekpresentatie.
Oscar Kadoke - spreek uit Kadoké - wordt beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag. Hij heeft zijn patiënte Michette, borderliner met zelfmoordneigingen, op onorthodoxe wijze gered door haar als verzorgster van zijn moeder in te zetten, en zou seksuele toenadering hebben gezocht. Dat komt aan het licht doordat Michette een relatie aangaat met een schrijver die haar verhaal gebruikt in een bestseller. 'In de literatuur had de ellende een aanvang genomen', schrijft Grunberg. Het reële drama, van een labiel meisje en een langzaam stervende bejaarde, wordt uitvergroot en vervormd tot een theatraal, literair drama, dat als een boemerang Kadoke uit zijn voortsukkelend leventje slaat.
Messias
In Bezette gebieden draait alles om het drama. Om te beginnen wordt Kadoke's moeder, die in Moedervlekken al in het bezit van een piemel bleek, weer zijn vader. Het was een jarenlange 'nachtclub-act': vader had besloten 'zijn eigen vrouw te worden nadat die was overleden', en gaandeweg was 'de komedie werkelijkheid geworden'. Bezette gebieden zit vol met dergelijke theatrale omkeringen. Man wordt vrouw, vrouw wordt man, patiënte Michette ontpopt zich tot aanklager, Kadoke wordt van gerespecteerd psychiater een uitgestotene zonder werk. Als aangeschoten wild vertrekt hij naar Israël, waar hij als messias wordt binnengehaald in de gemeenschap die naarstig speurt naar een man die zijn verre achternicht Anat een kind kan geven. Kadoke krijgt zelfs de kans om te veranderen van vrijgezel die iedereen op afstand houdt in liefhebbende echtgenoot. Zou het?
In de bezette gebieden is alles bepaald door de Tweede Wereldoorlog: de seks, de Poolse gerechten met ganzenvet, en de strikte verdeling in menscategorieën: Jood, onwetende westerse Christen, en Vijand, in de vorm van Palestijn. Kadoke probeert kort iets in te brengen tegen de orthodoxe opvattingen van de kolonisten, maar ziet snel de zinloosheid in van zijn pogingen. Tegen Anats zekerheden, haar felle karakter en haar wens 'een echt gesprek' te voeren, kan hij niet op. Want wat is echt, wat is gespeeld? Wel kan hij op een andere manier verzet plegen tegen de 'bezetting' die de liefde, het huwelijk en het aanstaande vaderschap voor hem betekenen, namelijk door een verboden liefde te ontwikkelen die op meer dan één wijze taboe is. Intussen knapt zijn vader ervan op dat Kadoke hem uit het oog lijkt te verliezen. In het begin van de roman komt hij vaak aan het woord, voornamelijk met zinnen als 'maak me dood'. Aan het einde is zijn lot gekeerd en is hij niet meer een stervende hoofdpersoon maar een levend decorstuk, met een verpleegster die alleen Russisch spreekt in een aftandse stacaravan.
Wegebbende woede
Het boek over Kadoke lijkt op pagina 426 nog niet uit. Deel drie, wie weet, zal dan over Kadoke's dramatische metamorfose van zoon naar vader gaan, want het ongeboren kind hangt als een cliffhanger boven de laatste hoofdstukken. Overigens zie ik ook nog wel een deel verschijnen over Kadoke's geschiedenis vóór Moedervlekken, want in dit boek lezen we verbazingwekkend genoeg dat hij eerder getrouwd is geweest. De mooiste zin in Bezette gebieden betreft Kadoke's wegebbende woede: 'Het verlangen naar rechtvaardigheid heeft zich gehuld in de prachtige maar stekelige mantel van de wrok.' Zo beeldend schrijft Grunberg niet vaak, en zoals gebruikelijk wemelt het van de herhalingen. Soms ondermijnt Grunberg zijn verhaal door iets ongeloofwaardigs in te voegen, bijvoorbeeld dat Kadoke aan een bezoek aan Israël als twintiger, met zijn moeder, geen enkele herinnering zou hebben.
Bezette gebieden is een parabel over engagement en moraal, maar vooral over de liefde. Anat wil een 'liefdeloos huwelijk', roept ze steeds, maar helaas: liefde kruipt waar ze niet gaan kan. Grunberg onderzoekt de liefde niet op het intieme vlak, dat past hem niet. Hij vindt voor de liefde voortdurend metaforen in de samenleving, en vice versa. Zo laat hij Kadoke dramaleraar op een school worden. Wat is drama? vraagt hij de kinderen. Drama is zowel een verschrikkelijke gebeurtenis in het echt - zoals een bomaanslag - als een nagespeelde verschrikking. En daar zit 'm de crux voor Grunberg: Kadoke beleeft een drama, maar speelt tegelijk ook een drama. Hij beleeft de liefde, maar tegelijk speelt hij de liefde. Iedereen heeft een masker op in Bezette gebieden, iedereen speelt een wisselrol zoals in een klassiek Grieks drama. Grunberg liet in eerdere romans zijn hoofdpersonen nogal eens uitmonden in karikaturen die ten onder gingen in hilarische gebeurtenissen en bizarre, wrede plotwendingen. Zo niet Kadoke, die een mens van vlees en bloed blijft van wie we soms een glimp achter het masker te zien krijgen. Grunberg doseert de humor goed - zelfs Anats lachwekkende moeder die per se wil toekijken bij de seks van haar dochter en aanstaande schoonzoon is óók ook een dramatische figuur. Waarschijnlijk was die gelaagdheid altijd al Grunbergs inzet, maar in Bezette gebieden lukt het wonderwel. Hoewel het laatste beeld - Kadoke die zichzelf met een SS pet op uitlacht in de spiegel - doet vrezen dat het masker niet opnieuw afgezet wordt, is Grunbergs vijftiende een roman die de lach en de ironie voorbij is en een diepe indruk achterlaat.
Uitgeverij Lebowski, 426 blz., 24,99 € (e-boek 9,99 €)
Onno Blom
ua/an/11 j
'Nu moet ik mijn eigen moeder worden', schreef Arnon Grunberg op de late avond van 9 februari 2015, bijna vijf jaar geleden, in zijn weblog. Eerder op de avond was zijn moeder, Hannelore Grünberg-Klein, in het ziekenhuis overleden. Ze was 87 jaar geworden.
Dat Hannelore die hoge leeftijd had bereikt, was een wonder. Als Duits Joods meisje kwam ze met haar ouders nog voor het uitbreken van de oorlog in kamp Westerbork terecht. Van daaruit werd zij gedeporteerd naar Theresienstadt en Auschwitz. Beide kampen overleefde ze. Haar ouders waren voor haar ogen naar de gaskamer afgevoerd.
Na hun dood had ze, zo schreef Hannelore in Zolang er nog tranen zijn - haar opmerkelijk onderkoelde memoires, genoteerd aan het eind van de jaren tachtig, maar pas uitgegeven vlak na haar dood - zichzelf slechts één dag rouw toegestaan. Daarna moest ze verder.
Arnon had het typoscript van zijn moeder vóór publicatie nooit durven lezen. Hij was bevreesd medelijden met haar te zullen krijgen en als zijn moeder iets niet verdiende, schreef hij in het nawoord bij de memoires, was het medelijden. 'Mijn moeder was een ongelooflijk sterke vrouw, zo sterk en zo agressief dat ik veel conflicten met haar heb gehad, tot die afnamen en er liefde overbleef, ontoereikend en gemankeerd, maar dat is het wezen van de menselijke liefde.'
Zijn moeder had hem als jongen verpletterend aan de borst gedrukt. Hij wilde ook niet wijken van zijn 'Mädele', zette haar op zijn beurt onder druk om nimmer van zijn zijde te wijken. Die symbiotische, verscheurde en verscheurende verhouding bepaalde in grote mate zijn identiteit.
Ook Arnons vader, Hermann Grünberg, heel wat jaren ouder dan zijn echtgenote, had een gruwelijke oorlogsgeschiedenis achter de rug. Hij was ontkomen aan Auschwitz, maar had daartoe op wel veertig verschillende adressen moeten onderduiken.
Van zijn ouders leerde Grunberg, zo schreef hij vlak na de dood van zijn moeder in een hartverscheurend essay in De Groene Amsterdammer, ten minste drie dingen: 'Pijn is communicatie. Pijn is intimiteit. Pijn is liefde.'
Later deze maand verschijnt de bloemlezing Bij ons in Auschwitz, waarin Grunberg getuigenissen vol schuld, schaamte, wrok en verlangen bijeenbracht van bekende en onbekende overlevers uit het kamp als Primo Levi, Imre Kertész en Tadeusz Borowski.
Auschwitz is vaak voorgesteld als het onvoorstelbare, het onzegbare. Als de plaats waar iets is gebeurd dat zo verschrikkelijk was dat poëzie daarna niet meer zou kunnen bestaan. Als iets waarvoor geen woorden zijn, dat ons eeuwig doet verstommen.
Paradoxaal genoeg bewijzen de gruwelijke getuigenissen uit Bij ons in Auschwitz en het werk van Grunberg zelf, als zoon van een overlevende - hij nam ook een stuk uit de memoires van zijn moeder op, over de aankomst in het kamp - het ongelijk van die stelling.
In het nawoord bij Zolang er nog tranen zijn schreef hij: 'Mijn oeuvre is een voetnoot bij dit boek en bij mijn moeders leven. Daarmee zeg ik niet dat mijn oeuvre exclusief over de oorlog zou gaan - tegen die lezing zal ik me altijd blijven verzetten - hooguit dat er gaten zijn in de herinneringen, in het geheugen, in het verhaal van mijn moeder en mijn vader, die opgevuld moeten worden. Juist ook met fictie.'
Vanaf het moment dat Grunberg ging schrijven, is dat wat hij heeft gedaan: de gaten in de geschiedenis vullen met fictie. Aanvankelijk deed hij dat op de traditionele manier van de realistische romanschrijver, gewapend met snijdende, absurdistische humor en met een pen als een repeteergeweer.
Blauwe maandagen, de roman waarmee hij in mei 1994, alweer meer dan 25 jaar geleden, als een verwoestende komeet verscheen aan de vaderlandse literaire hemel, bevat het portret van een Joodse jongen die niet toevallig ook Arnon heet, die hunkert naar liefde, maar wordt gemangeld door zijn getraumatiseerde ouders.
De moeder schreeuwt: ''Jij bent net zo'n ongedierte als je vader, de hele familie van je vader is ongedierte, en ongedierte eet maar van de grond.' Daarna gooide ze het eten, een biefstuk met brood, dat ze voor mij had bewaard, zo over het Perzisch tapijt.'
Na het verschijnen van Grunbergs debuutroman zou zijn moeder hem een brief hebben gestuurd waarin ze schreef dat ze geen zoon meer had. Ze voelde zich verraden. Later kwam ze daarvan terug.
Als puber had Arnon zich met geweld moeten losrukken uit haar verstikkende omarming. 'De angst dat ik voor altijd bij mijn moeder zou blijven wonen, zonder werk en zonder aanzien, me warmend aan geen ander vuur dan aan haar liefde, geen andere verlokkingen in velden of wegen te bekennen dan haar kleine hoofd, was zoveel meer dan een nachtmerrie. Het was een concreet scenario. Ik hoefde alleen maar niets te doen om zo te eindigen.'
Maar Grunberg deed niet niets. Hij schreef obsessief en in een bezeten tempo verhalen, toneelstukken, columns en een stapel kloeke romans. 'Ik vertrouwde erop dat het de taal was die alles goed zou maken.'
Het schrijven moest zijn leven redden.
In januari 2014 besloot Grunberg, inmiddels de 40 voorbij en al jaren woonachtig in New York, om weer thuis in Amsterdam-Zuid te komen wonen als hij in Nederland was. Hij wilde een roman over zijn moeder schrijven. Hij ging, na 'embedded' te zijn geweest als kamermeisje in een hotel, hulpje in een slachterij, patiënt in een psychiatrische kliniek en soldaat in Afghanistan, 'embedded' in zijn ouderlijk huis.
De moeder aller slagvelden.
In Blauwe maandagen verlaat de held het ouderlijk huis. In Moedervlekken, gepubliceerd in 2016, een jaar na de dood van Hannelore, staat een volwassen zoon voor de deur van het huis van zijn oude moeder. De hoofdpersoon heet ditmaal niet Arnon Grunberg, maar Oscar Kadoke. Spreek uit als 'Kadoké', dat eindigt in 'oké', maar toch vooral klinkt als 'kaduuk'.
Kadoke is psychiater bij de crisisdienst en probeert suïcidale mensen stoïcijns te behoeden voor de dood. Het leven bestaat voor hem uit niet-sterven. En daarvoor blijkt hij bereid de grenzen van zijn vak te overschrijden, de protocollen te negeren. Hij probeert het meisje Michette, dat bleekwater drinkt en zichzelf snijdt, van sterven te weerhouden door haar voor zijn eigen moeder te laten zorgen.
Belangrijker dan patiënten in leven te houden, is het voor Kadoke zijn moeder in leven te houden. En dat valt nog niet mee. Zijn moeder is zwaar getraumatiseerd door de oorlog, een fysiek wrak, eigenlijk wil ze niet meer leven. Ze verkettert haar zoon en noemt hem 'erger dan de nazi's'.
Op pagina 72 kom je tot een bizarre ontdekking: 'Moeder heeft een piemel.' Wat voor de lezer een schrik is, lijkt Kadoke kalm te aanvaarden. Na de dood van de moeder raakte de vader in een diepe depressie, die hij alleen kon verzachten door zich te hullen in de kleren van zijn overleden echtgenote. Na de travestie zette de metamorfose door: zijn vader werd zijn moeder.
Stak de werkelijkheid in Blauwe maandagen nog herkenbaar door de dingen heen, in Moedervlekken leeft Grunberg zich uit in surrealistische scènes. Het is zelfs niet ondenkbaar dat het hele verhaal zich louter in het hoofd van Kadoke afspeelt. 'In de leugen zit de liefde, vooral daar.'
Kadoke levert een prestatie die er niet om liegt: zowel Michette als zijn moeder, die eigenlijk zijn vader is, leeft nog op de laatste bladzijde van het boek. Bovendien blijft Kadoke - anders dan Grunbergs helden in voorgaande romans, zoals Jürgen Hofmeester in Tirza of Samarenda Ambani in Een man zonder ziekte - de totale ondergang bespaard.
Grunberg vertelde in interviews dat schrijven over Kadoke veel weg had gehad van een zelfonderzoek. Zijn alter ego lag hem zo na aan het hart dat hij hem nog niet kon laten vallen. Hij was nog niet met hem klaar.
Et voilà, vier jaar later keert Kadoke terug in Grunbergs nieuwste roman Bezette gebieden. In de beginzin, die zich over bijna drie pagina's uitstrekt, vaart Michette uit tegen Kadoke. De patiënt verwijt de psychiater zijn therapie. Ze vindt dat hij haar heeft misbruikt en vertelt hem dat zij verliefd is geworden op een beroemde schrijver. 'Hij heeft alles opgeschreven. Ook over jou.'
Door de publicatie van de roman Walvisch en de therapie komt Kadoke in ernstige problemen. De beroemde schrijver, die naamloos blijft, maar wiens opvattingen en verschijning verdacht veel lijken op die van Grunberg zelf, is met het verhaal van de grensoverschrijdende psychiater aan de haal gegaan.
'Ik ben nooit verliefd op je geweest', zegt Kadoke.
'Jawel, dat staat in het boek', antwoordt Michette.
Kadoke voelt zich het slachtoffer van fictie. De roman wordt een bestseller, de verbeelding voor waar aangenomen. Kadoke wordt voor zijn grensoverschrijdende therapie uit het register van psychiaters geschrapt. Hij mag zijn vak niet meer uitoefenen. Op straat wordt hij bespuugd. Zijn val is een feit.
Samen met zijn moeder duikt hij onder in het ouderlijk huis. Daar transformeert moeder weer terug in de vader die hij oorspronkelijk was, al behoudt hij haar dwarse karakter. 'Ik ben geen moeder met een piemel.'
In Amsterdam-Zuid wordt aangebeld door een orthodox Joods meisje, Anat, dat claimt verre familie te zijn. De val heeft een dringende behoefte aan liefde in Kadoke wakker gemaakt. Hij wordt verliefd op Anat en besluit haar te volgen naar Israël, naar een Joodse nederzetting in de bezette gebieden. Ook al deelt hij Anats geloof niet en beschouwt hij de bezetting als misdadig. Zijn oude vader sleept hij mee, tegen diens wil. Die bleek alleen 'in theorie zionist'.
In de bezette gebieden wordt Kadoke tot zijn verbijstering gezien als een messias, een verlosser die Anat kinderen kan geven - en de kleine Joodse gemeenschap een toekomst. De moeder van Anat, een gruwelijke feeks, wil dat haar dochter met Kadoke trouwt, maar pas nadat ze met eigen ogen heeft gezien of hij niet 'weer een impotente Jood' is.
De moeder van Anat is erbij als de gevallen psychiater in een smerige, bloedhete caravan in de woestijn haar dochter bestijgt. Maar Kadoke krijgt 'm onder de blikken van de moeder niet omhoog, waarna de oude bes haar breiwerk aan de kant gooit, zijn geslacht in de mond neemt en eraan likt of het een ijsje is. 'Soms leidt messianisme tot volkerenmoord, daarbij vergeleken is orale seks met je schoonzoon een klein vergrijp.'
Op dit punt bereikt de roman een hilarisch hoogtepunt, absurd en schaamtevol. Vintage Grunberg. Kadoke, de ongelovige, trouwt met een orthodoxe Jodin. Zijn vrouw blijkt toch tot begeerte in staat, maar pas als hij een SS-pet draagt en zich voordoet als Obersturmbannführer. 'Jij geeft me een beetje van jouw pijn, ik geef je een beetje van mijn pijn, en die transactie noemen we liefde.'
De roman voert nog veel verder en stevent af op een ouderwetse climax. Hoe pijnlijk het ook wordt, je blijft Kadoke volgen op zijn barre tocht door de woestijn. 'Mij lijkt dat elke literaire onderneming', stelt Grunberg in Bij ons in Auschwitz, 'bestaat bij de gratie van de reële verwachting, zowel van de schrijver als van de lezer, dat de schrijver de lezer iets kan laten meemaken wat hij niet heeft meegemaakt, wat de schrijver in het geval van fictie misschien zelf niet eens heeft meegemaakt.'
Grunberg heeft aan zijn eigen eis voldaan: hij heeft gaten in de geschiedenis gevuld met fictie. Hij heeft de lezer iets laten meemaken dat die nog nooit heeft meegemaakt. Wekte hij met Blauwe maandagen een enorme ontroering, 25 jaar later weet hij je vooral te verbluffen met zijn intellectuele kracht. Na Moedervlekken vraagt Grunberg in Bezette gebieden nog meer van je - en daar word je ook voor beloond.
Het wonderlijkst is dat al die schrijnende, over elkaar heen buitelende taferelen, Grunbergs Umwertung aller Werte, zijn immoraliteit en fantasie niet alleen verbazing wekken en humoristisch zijn, maar inzicht bieden in wat wij als werkelijkheid of waarheid beschouwen. Dat is wat literatuur vermag.
Het is geen wonder dat Grunberg Kadoke en de figuur van de moeder, die weer de vader is geworden, naar Israël laat afreizen. In de bezette gebieden zoeken zij, tegen wil en dank, hun bevrijding.
Lukt dat? En zal Grunberg Kadoke na deze roman voorgoed kunnen vrijlaten? Dat valt te bezien. In Bezette gebieden houdt hij je in elk geval tot het laatste woord gevangen.
Arnon Grunberg: Bezette gebieden, Lebowski; 432 pagina's; € 24,99.
Arnon Grunberg: Bij ons in Auschwitz - Getuigenissen, Querido; 336 pagina's; € 24,99 (verschijnt op 21 januari).
Marnix Verplancke
ua/an/15 j
Je moet je niet verzetten tegen je trauma, je moet het voortzetten, beweerde psychiater Kadoke vier jaar geleden in Arnon Grunbergs Moedervlekken . In die roman haalde Kadoke zijn automutilerende en bleekwater drinkende patiënte Michette in huis om voor zijn dementerende moeder te zorgen. Kadoke verkocht dat als een vorm van alternatieve therapie, die wonderwel ook nog eens leek te werken, al was het soms kantje boord. Zoals die keer dat Michette ontdekte dat moeder in feite vader met een pruik op bleek te zijn: na de dood van moeder had vader haar Holocaust-trauma en meteen ook maar de rest van haar identiteit overgenomen.
In Bezette gebieden keert Grunberg terug naar de setting van Moedervlekken . Michette heeft ondertussen een relatie aangeknoopt met een gevierde schrijver en laat Kadoke en zijn vader daarom in de steek. Een vervangster wordt gevonden in Rianne, een bijzonder gelovige aanhangster van Christenen voor Israël. Op een dag staat Anat voor Kadokes deur, de paranoïde kleindochter van zijn moeders nicht, die overal antisemieten ziet, een paar dagen bij hem wil logeren en zich voor het avondgebed laat pakken door haar achterachterneef. Voor de psychiater lijkt alles dus weer op rolletjes te lopen, tot Michettes schrijver zijn nieuwe boek publiceert, over een psychiater die zijn patiënte in huis haalt om voor zijn vader te zorgen en haar daarbij ook nog eens seksueel misbruikt. Op tv ontsluiert Michette daarna de ware feiten en voor Kadoke het goed en wel beseft, moet hij Anat gelijk geven: afgaand op de antisemitische bagger die hij over zich heen krijgt, gaat het met het avondland van kwaad naar erger. En dus beslist hij samen met zijn vader naar Israël te vertrekken, naar de Westelijke Jordaanoever om precies te zijn, waar Anat in een religieuze nederzetting woont. Misschien wordt het wel iets tussen hen, fantaseert hij.
Het verhaal dat zich daar ontspint, gaat over liefde en haat, over opoffering en onbegrip en uiteindelijk ook over veganistische koekjes en moord, en dat alles in een gemeenschap die geleid wordt door een al jaren in Brooklyn in coma liggende rabbijn van 98. Geen wonder dat Kadokes vader dood wil. ‘Je mag me ook doodslaan’, zegt hij tegen zijn zoon. ‘Maakt niet uit hoe je het doet. Als het maar nu gebeurt.’ En wanneer hij hoort dat Anat en Kadoke zich verloofd hebben, merkt hij droogjes op: ‘Had je niet beter een hond kunnen nemen?’
Ja, Bezette gebieden is weer een volbloed Grunberg, een boek dat druipt van het cynisme en waarin Anat tijdens haar huwelijksnacht een SS-pet bovenhaalt, die op het hoofd van een verbouwereerde Kadoke plant en fluistert: ‘Keel je kleine Jodinnetje, sla haar in het gezicht, je kunt meer dan je denkt, Obersturmbannführer.’ Je moet het verleden loslaten, bezweert Kadoke haar de dag nadien, want leven is loslaten. Waar zij kortaf op antwoordt dat loslaten sterven is. Finaal gaat de nieuwe roman van Grunberg over de wijze waarop wij allemaal, en dus niet alleen de zionisten en de Israëlische kolonisten, ons gedrag laten bepalen door het verleden. We zien er een noodlot in waar niet aan te ontsnappen is, maar zoals Grunberg zijn boek besluit: een noodlot moet je niet omarmen, je moet ermee lachen. En dat doet hij weer voortreffelijk.
****
Lebowski, 429 blz., € 24,99.
J.J. Wolrich
De hoofdpersoon, de psychiater Kadoke, heeft een alternatieve therapie op zijn patiënte Michete uitgevoerd. Zij gaat met het verhaal van de therapie naar een schrijver, die er een boek over schrijft. Vanaf dat moment raakt het leven van Kadoke in een stroomversnelling. Hij wordt van gruwelijke zaken verdacht en het wordt breeduit in de media uitgemeten. Hij kan zich niet verweren tegen allerlei leugens en onwaarheden en zijn reputatie wordt kapot gemaakt.Onverwacht staat er een ver familielid, Anat, uit Israel op de stoep, die hem uitnodigt bij haar thuis te komen. Met zijn zieke vader vertrekt hij naar een nederzetting in Israel om bevrijding te zoeken. Daar wordt hij door de medebewoners als een wonder verwelkomt, wanneer hij zich met Anat gaat verloven. En ook dan neemt zijn leven een onverwachte wending. Je wordt als lezer direct meegezogen in deze omvangrijke roman en je blijft in de ban van Kadoke. Het verhaal is hartverscheurend, soms komisch en de personages worden met warmte neergezet. De psychiater Kadoke speelde eerder in de roman 'Moedervlekken'* (2016). Voor een breed lezerspubliek.
Rob Schouten
ua/an/11 j
De Joodse psychiater Kadoke, die we kennen uit Arnon Grunbergs 'Moedervlekken', is een rechtschapen mens, die ook bij anderen naar rechtvaardigheid streeft. Je zou hem onmenselijk 'goed' kunnen noemen. Toch gaat er veel mis in zijn leven en wat dat betreft hoor je schrijver Grunberg met de voor hem karakteristieke omkering van bestaande waarden op de achtergrond zeggen: deugd wordt niet beloond.
In 'Moedervlekken' redde Kadoke zijn suïcidale psychiatrisch patiënt Michette, die zichzelf verminkte en bleekwater dronk, door haar in huis op te nemen en voor zijn oude moeder (die trouwens eerst zijn vader was!) te laten zorgen. Een ongebruikelijke stap, waarvoor de psychiater in Grunbergs jongste roman 'Bezette gebieden' de rekening gepresenteerd krijgt. Michette begint een relatie met een schrijver die een roman over het geval schrijft, waaruit men zou kunnen concluderen dat Kadoke Michette misbruikt heeft - een #MeToo-gevalletje dus.
Al is het fictie en onwaar, het geeft toch genoeg aanleiding om Kadoke aan de schandpaal te nagelen en uit het register van psychiaters te schrappen. Weliswaar doet Kadoke er alles aan om deze onrechtvaardigheid te bestrijden, maar hij is het slachtoffer van een hetze die hij niet kan keren. Een tragisch geval dat door Grunberg, de schrijver zonder ideologie, zonder medelijden wordt beschreven, integendeel: hij oppert de mogelijkheid dat medeleven of empathie nergens toe leidt: "Zou het onverbloemd egoïsme de kern van het leven zijn? Wie wenst te voelen wat het leven is moet zich ontdoen van verantwoordelijkheden en verplichtingen. Al is het maar voor even. Leven alsof de ander niet meer is dan een decorstuk. Is dat echt zoveel eenzamer, zoveel slechter dan leven alsof de ander altijd en overal een moreel appèl op je kan doen waartegen je geen nee kunt zeggen?" Een typische 'harde' waarheid van Grunberg, waar je het makkelijk mee oneens kunt zijn maar die hij toch met grote kracht in je plant. Grunberg is geen schrijver van verfijnde emoties en overwegingen: hij schrijft altijd confronterend en, moet ik erbij zeggen, daardoor ook vaak hilarisch; zelfs de tragiek van zijn anti-held Kadoke heeft iets bitter-grappigs. Wat dat betreft doet Grunberg sterk aan Franz Kafka denken.
Op zekere dag komt er een ver familielid uit Israël bij Kadoke op bezoek, de fanatieke zioniste Anat, die de gevallen psychiater zover krijgt met zijn moeder, die inmiddels weer zijn vader is geworden (een mirakel dat Grunberg verder niet toelicht), naar Israël te verhuizen, naar een nederzetting in de bezette gebieden. Daar wachten Kadoke, de ongelovige Jood, nieuwe beproevingen, hij wordt namelijk voor een soort verlosser aangezien, een wonder, de man die Anat kinderen moet schenken.
Het leven en de entourage in zo'n Joodse nederzetting wordt door Grunberg genadeloos beschreven: men leeft er koosjer maar in de meest smerige omstandigheden, het fanatisme van de bewoners (onder wie Anats weerzinwekkende moeder) met hun redeloze vijandbeeld overtreft ieder menselijk begrip, Kadoke wordt tegelijkertijd vernederd en gekoeioneerd en op een voetstuk geplaatst, hij is een wonder dat het niet wil zijn. Maar hij is ook het slachtoffer van een cultuur die niet op liefde maar op voortplanting is gericht. Voordat hij met Anat trouwt, komt zijn schoonmoeder tijdens de voorhuwelijkse seks kijken of hij wel vruchtbaar is, ze schijnt zelfs met een zaklantaarn in het geslacht van haar dochter om zijn zaad te inspecteren. Het is een van de meest onthutsende seksscènes die ik ooit las, een proeve van Grunbergs vermogen om het leven, dat warme, sappige, emotionele leven, op z'n allertreurigst en cynisch te beschrijven.
Het leven, zegt hij, is een wreed spel waaraan je mee moet doen. Die opvatting maakt dat je bij de lectuur van zijn werk altijd op het puntje van je stoel zit, het lijkt of hij zijn lezers uitdaagt met onverkwikkelijke of onmogelijke scènes. Als Kadoke tijdens zijn bizarre huwelijk verliefd wordt op een ander, neemt het lot weer een vreemde wending, waar je als lezer ook ongemakkelijk onder wordt en die doet denken aan de verhulde moordscene in 'Tirza'.
Alhoewel er altijd een stevige kern van realisme in Grunbergs verhalen zit beschouw ik hem toch als iemand die ons moderne mythen voorschotelt. Zijn personages handelen en denken in opdracht van iemand, de schrijver natuurlijk, maar toch is er ook een onwrikbaar noodlot. Terwijl de redelijke Kadoke wanhopig blijft zoeken naar rechtvaardigheid, wordt de wereld meedogenloos geregeerd door redeloosheid en wreedheid. Het is vechten tegen de bierkaai. Een van de grote, eeuwige gevechten die Grunberg steeds weer uitbeeldt is die van het individu tegen het collectief, in het groot maar vooral ook in het klein.
Hier een voorbeeld als Kadoke in de nederzetting aankomt:
"'Dit hebben wij van de grond af aan opgebouwd', verklaart Anat. Kadoke wordt gek van dat 'wij' - kan zijn geliefde niet ook eens gewoon 'ik' zeggen? Zo moeilijk is dat toch niet? Alleen maar wij, wij, wij. Hij is niet voor de liefde van een heel volk gekomen, hij heeft voor háár liefde alles achtergelaten wat hij had, al was het meeste dat hij achterliet al vernietigd was, dat moet hij toegeven."
Kadoke moet voor wonder spelen, maar hij is een niet erg coöperatief mirakel. Toch is het uiteindelijk het lot van de mens om zijn tegenzin opzij te zetten en mee te doen, in dit boek waar en passant de religieuze Joden maar ook een club als 'Christenen voor Israël' een flinke veeg uit Grunbergs pan krijgen. En wat je daar ook van vindt, Grunberg lezen blijft een ongemeen spannende belevenis.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.