Tussen april en september : (aantekeningen)
Tomas Espedal
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Wereldbibliotheek, © 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ESPE |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Wereldbibliotheek, © 2018 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 8090 |
Dirk Leyman
te/ep/26 s
Een verhaal zo oud als de straat. Een geschiedenis die haast wel moet uitmonden in clichés. Zou je denken. Maar Tomas Espedal spookt er iets heel anders mee uit. Iets vernuftigs. Een achtenveertigjarige man, 'hij lijkt ouder, zijn haar is grijs bij de slapen', maakt kennis met een jongere vrouw, 'langer dan hij, (...) haar haar was bijeengebonden in een paardenstaart.' 'Op het moment dat hij haar zag, vergat hij zijn eigen leeftijd. (...) De leeftijd kwam later, toen ze zich terugtrokken en verscholen in de kamer met de boeken en de spiegel.'
In die spiegel ziet hij haar volmaakte, stevige borsten, 'opgehouden door een strak zittende bh'. En stelt vast dat het oude gezicht goed bij de gladde huid past. Maar de liefde blijft niet duren. 'Ik slaap met mijn mobieltje op mijn borst. Nader kom ik haar niet.' Na zes jaar vertrekt Janne op stel en sprong, zonder verklaringen. Die komen pas later. 'Dat vreselijke leeftijdverschil, schrijft ze.'
Hij blijft alleen achter, moet zich teweerstellen tegen de stilte en de leegte die haar afscheid veroorzaakt. Demonen van zijn onstuimige, overleden eerste vrouw Agnete teisteren hem, terwijl hij graaft in jeugdherinneringen over een zomerbaantje in een fabriek. Espedal verbindt deze liefdeshistorie nauwgezet met die van het beroemde duo Abélard en Héloïse. In 'De aantekenboeken', waarmee het boek fragmentsgewijze afsluit, fileert hij zijn onbehagen en lezen we ook over Marguerite Duras, op den duur dag en nacht dronken. 'Duras leek op mijn moeder, dat was alles.'
Grillig
Eerder verkende de Noorse grootmeester in Tussen april en september de peilloze diepten van de rouw en de onderaardse gangen van het verdriet. Een naamloze schrijver probeerde er in het reine te komen met de dood van zijn moeder en zijn ex-vrouw, gestorven binnen een tijdspanne van zes maanden. Espedal hield er ook in onze contreien plots een hondstrouwe schare fans aan over. In Buiten de orde kunnen ze opnieuw hun hart ophalen.
Ook hier exploiteert Espedal met zelden vertoonde finesse de witregels tussen zijn zinnen. Zijn soms psalmodische stijl, precies en tegelijk organisch, sleurt ons mee in een barre existentiële zoektocht naar de kern van liefde en geluk. En toch: 'Over geluk valt nauwelijks iets te zeggen.' In een loepzuivere, kristallijnen taal, die varieert van akelig kaal tot zwierig poëtisch, krijgt Espedal ons precies waar hij ons krijgen wil. Af en toe moet je denken aan de Deen Jens Christian Grondahl, die even pijnlijk accuraat over de liefde schrijft. Maar Espedal is grilliger: van kil en beheerst tot schaamteloos pathetisch.
Wereldbibliotheek, 159 p., 17,99 euro. Vertaald door Marianne Molenaar.
Alexander Van Caeneghem
em/ec/21 d
Toen hij nog geen schrijver was, werkte hij in een textielfabriek, net als zijn vader. Niet dat hij wilde werken - of trouwen - hij wilde alleen vrij zijn. Hij trouwde toch, met Agnete. Ze kregen een dochter, maar het huwelijk werd uiteindelijk een slagveld. Het zet hem aan het denken over geluk. Hij probeert als meesterproef 'een klein boekje over geluk' te schrijven, maar geluk laat zich moeilijk vatten. Wanneer zijn nieuwe geliefde Janne hem jaren later verlaat, wordt hij verteerd door liefdesverdriet. 'Het is voorbij', stelt hij vast, 'maar de liefde wil niet voorbij zijn.'
Authentiek
Met Buiten de orde won Espedal in 2011 in Noorwegen de prestigieuze Brage-prijs. Het vormt een tweeluik met het vorig jaar vertaalde Tussen april en september. Ook in dat boek is de verteller een schrijver die lijkt op Espedal. Hij gebruikt geen woord te veel. Hoewel beide boeken de vorm hebben van een roman, kregen ze als ondertitel 'aantekeningen' mee.
Aantekeningen vormen de essentie van Espedals schrijverschap. 'Ik heb elf romans geschreven', zegt hij, 'en ik heb meer dan veertig schriften met aantekeningen gevuld; die beschouw ik als volwaardige boeken.' Via die aantekeningen ontwikkelt hij zijn taal, 'elke dag, overal'. Door te schrijven dringt hij zijn orde op aan een uiteenvallende wereld en stut hij de ruïnes van zijn leven.
Espedals werkwijze doet denken aan die van zijn vriend Karl Ove Knausgård, een gelijkenis waar hij expliciet naar verwijst. 'Dat hij dat durft, het is ongelooflijk; hij maakt zichzelf kapot', zegt de verteller tegen zijn geliefde, die net als hij in bed een boek van Knausgård leest.
Espedal en Knausgård zoeken authenticiteit - Espedals verteller neemt zich voor 'een moeilijk en eerlijk man' te worden. Espedals werk is even kwetsbaar, schaamteloos en autobiografisch als dat van zijn beroemdere collega, maar hij is minder expliciet aanwezig. Waar alles aan Knausgård barok is, is Espedal veeleer een minimalist - wellicht is hij ook de betere schrijver van de twee: zijn taal is helderder en muzikaler, zijn beelden zijn krachtiger, zijn boeken beknopter.
Vruchtbaar
'Geluk', schrijft Espedal, 'leeft zijn eigen stille, onzichtbare leven midden in het leven van alledag'. Met zijn vrouw Agnete was de verteller niet gelukkig, met zijn geliefde Janne wel. Maar dat geluk was 'buiten de orde', het was 'beschamend'.
Zo sluipt bij Espedal naast de liefde en het geluk altijd weer de zwaarte binnen. Een zwaarte die paradoxaal genoeg alles een prachtige gloed geeft: 'Het beviel me het moeilijk te hebben, dat verleende alles om me heen een eigen intensiteit, helderheid en gewicht die ik nodig had', schrijft hij.
Soms de liefde, soms het geluk, altijd de dood, altijd het schrijven: Espedal is even meedogenloos als onweerstaanbaar.
Vertaald door Marianne Molenaar, Wereldbibliotheek, 158 blz., 17,99 € (e-boek 10,99 €)
Roderik Six
te/ep/05 s
Een oudere man zit binnen en luistert naar zijn huis. De stilte die hij hoort, snijdt hem in stukken want vroeger, toen alles nog goed ging, kon hij haar aanwezigheid horen. Nu is ze weg en geen enkele liefdesbrief kan haar teruglokken.
Een oudere man leert een veel jonger meisje kennen. Op oudejaarsavond snuift hij coke van tussen haar borsten en neemt haar mee naar huis. Ze wordt soms verward met zijn dochter, en ze verbruikt al het warm water als ze doucht maar verder zijn ze volstrekt gelukkig. Hij denkt terug aan zijn eerste vrouw, Agnete, wildebras en wereldveroveraar en moeder van zijn kind, maar ook hartstikke dood en begraven in de tuin, naast de nageboorte van haar dochter. Ooit reisden ze samen door Latijns-Amerika, nu ligt hij op de bank te lezen met zijn jonge, levende vrouw. En ook zij zal hem verlaten.
Rouw, liefdesverdriet: het is altijd herfst in de boeken van Tomas Espedal. Na het verbluffende Tussen april en september is Buiten de orde zijn tweede boek dat naar het Nederlands vertaald werd en opnieuw maakt hij een verpletterende indruk. Spaarzaam lezen en herlezen is het devies. Eén nadeel: na zoveel literaire schoonheid kan de echte wereld er plots zeer lelijk uitzien.
*****
Tomas Espedal , Wereldbibliotheek (oorspronkelijke titel: Imot naturen), 160 blz., € 17,99.
Drs. Madelon de Swart
Een Noorse weduwnaar (48) beschrijft zijn grote liefde voor een veel jongere vrouw. Ze leerden elkaar op een oudejaarsfeest kennen en hij viel ter plekke voor haar. Als de liefde wederzijds is, maar de buitenwereld negatief reageert vanwege het grote leeftijdsverschil, trekken ze zich terug in zijn huis in Bergen, waar hij woont met zijn dochter. Hij is zo gelukkig dat hij niet merkt dat er barsten in haar geluk komen en is geschokt als ze hem na 6 jaar verlaat. Hij denkt terug aan zijn jeugd, eerste liefde, huwelijk, de geboorte van hun dochter, de dood van zijn vrouw. Hij vergelijkt zijn liefde met die van de 12e-eeuwse filosoof Abelard (38) voor de jonge studente Heloise (16). Langzaam gaat hij het verlies accepteren, al blijft de liefde groot. De Noorse auteur (1961) publiceerde 9 romans vóór hij bekend werd met zijn roman ‘Imot kunsten’. die in 2009 verschillende Noorse literaire prijzen kreeg. In 2017 verscheen de eerste Nederlandse vertaling van ‘Imot kunsten’ als ‘Tussen april en september’*. Deze tweede (goed) vertaalde roman is prachtig en beschrijft heel indringend, vaak ook poëtisch, deels autobiografische ervaringen in de liefde.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.