Oorlogspaard
Michael Morpurgo
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Zwijsen, 2006 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : EERSTE LEZERS : AVI 1 |
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Zwijsen, 2016 |
NT2 Wereldhuis [zit in NT2-BOX B3] |
Aanwezig |
Zwijsen, 2016 |
NT2 Interreg Lager Onderwijs NT2.LO.5 |
00/00/0000
Sinds 2005 biedt de educatieve uitgeverij Zwijsen ook een serie strips aan in haar fonds voor beginnende lezers. In eersteleesboekjes worden tekst en beeld al sterk op elkaar afgesteld, maar een stripverhaal biedt misschien nog meer mogelijkheden om kinderen via beelden woorden en zinnen beter te doen lezen en begrijpen. Je kan narratieve sequensen opbouwen met stripplaatjes en tekst op verschillende wijzes integreren in het beeld. Daarnaast kan je dankzij de mogelijkheden van de striptaal het beeld visueel heel aantrekkelijk maken door bv. verschillende lijnvoeringen en tekentechnieken toe te passen, dynamisch met de plaatjes en de kaders om te gaan, een beeld over verschillende plaatjes te verdelen, plaatjes aan elkaar spiegelen en filmische effecten introduceren door het perspectief en camerastandpunt te wisselen etc. De uitgever doelt alvast op dat "Leesplezier": "Niet gewoon een pagina vol tekst maar een spannende strip, die lezen nog leuker maakt!". De visuele en narratieve mogelijkheden van een stripverhaal moeten er dus voor zorgen dat het leren lezen leuker en vlotter wordt. Dat is geen eenvoudige oefening gebleken, en de eerste zes albums, alle op AVI1-niveau, in de reeks verschillen erg in kwaliteit. Hoewel in alle albums de stripplaatjes duidelijk het verhaal aanvullen en verrijken, schort er soms flink wat aan het verhaal en/of aan de plaatjes zelf.
Kom bij mij en De pet van jet bv. zijn eenvoudige en weinig originele stapelverhalen, erg mager, met weinig tekst, te veel banale zinnetjes en van die typische 'AVI-vervangwoordjes' (bv. 'sip' voor 'droevig', 'bol' voor hoofd). In combinatie met de plaatjes werken deze boeken nog wel, maar het kan toch niet de bedoeling zijn van een eersteleesboek dat de plaatjes de narratieve functie van woorden bijna volledig overnemen? Er moet nog genoeg en interessant leesmateriaal overblijven. Visueel gezien hanteert Els van Egeraat in De pet van jet de mooiste stijl, maar zet ze de plaatjes gewoon naast elkaar in een vrij klassieke paginaopbouw. Daniëlle Schothorst wendt iets meer mogelijkheden van de striptaal aan in Kom bij mij (bv. verschillende kadergroottes en inzetplaatjes), maar haar tekenstijl is dan weer uiterst rudimentair. Dat geldt ook voor Nicolle van den Hurk in Voor wie wil!. Het is opnieuw een stapelverhaal, dat wel meer en interessantere tekst biedt. De tekenstijl is dan wel eenvoudig, maar de pagina's worden goed en gevarieerd opgebouwd. Er komen wel opvallend weinig plaatjes voor: meestal drie per pagina, met nog vaak grote, soms twee pagina's beslaande prenten.
Een veel betere strip is Waar is de schat? van Camila Fialkowski en Jørgen Hofmans. Fialkowski tekent grappige figuurtjes, wendt verschillende technieken aan, varieert opvallend in perspectief en kadrering en deelt haar pagina's boeiend in. Helaas kan het verhaal niet overtuigen: het klassieke schatgraventhema wordt vereenvoudigd, uitgemolken en van flink wat banale verhaalelementen voorzien. Het boek bevat heel weinig tekst, die dan nog vaak te repetitief wordt. Een leuker verhaal is Vuur van tuur van Mark Janssen, over een vuurspuwend draakje dat niet meer welkom is in het kasteel. De taal is hier echter ook heel herhalend en bevat te veel 'AVI-vervangwoordjes'. Visueel gezien kan het album ermee door, maar valt het in geen enkel aspect echt op. De pagina's worden dynamisch opgebouwd met plaatjes die dicht aaneenhangen en elkaar soms overlappen.
Het blijkt dus niet zo eenvoudig om verbale taal, verhaal, beeld en striptaal samen te brengen in een over de hele lijn overtuigende eersteleesstrip. Dat het concept toch kan werken, bewijst Jan Jutte in Met vis naar zee. Het is een grappig verhaal over een jongen die met zijn vlieger in de vorm van een vis naar het strand gaat. Allerlei dieren en mensen denken dat er een vis op stap is en dat geeft aanleiding tot veel verwarring en slapstick situaties. Er gebeurt veel in deze strip en de mogelijkheden van de striptaal worden uitstekend aangewend met uitgesplitte beelden, spiegeleffecten en gevarieerde pagina-indeling. Ook in dit verhaal wordt, zowel in de beelden als in de taal, veel herhaald, maar met telkens een lichte variatie, wat het geheel boeiend houdt.
Voorjaar 2007 verschijnen nog drie albums in deze reeks, maar dan op niveau AVI 2: Hiep hiep, daar is Piep! (opnieuw Mark Janssen), Een pak voor Jef? (Rick de Haas) en Wat hoort Kim daar? (Helen van Vliet). [Chris Bulcaen]
Stefan Rovers
Jet heeft een verzameling petten, hoeden en mutsen op haar kar gelegd die door een wervelwind worden weggeblazen. De hoofddeksels komen bij verschillende personen terecht. Een heks vindt een toverhoed, een prinses een kroontje, een bakker een bakkersmuts, enz. Heel toepasselijk allemaal, maar aan alle hoofddeksels hangt een label met “Jet”. Daarom brengt ieder zijn/haar hoofddeksel terug naar Jet die daarmee zielsgelukkig is en hen de hoofddeksels schenkt. Deel in de serie 'Strip voor beginnende lezers'*: eerste leesboekje in de vorm van een stripboek voor beginnende lezers. Het verhaal is door de vele scènewisselingen redelijk origineel. Op het omslag is te zien hoe Jet haar pettenverzameling kwijtraakt plus bovenaan, op zowel de voor- als achterkant, een fragment uit de strip. Als leesoefenstof (AVI-S) zonder meer geschikt voor lezers vanaf ca. 6 jaar.
Tanja Maes
ua/an/22 j
Jet maakt hoeden en petten (alles wordt benoemd als 'pet', cfr. leesniveau van het doelpubliek). Ze wil ze gaan verkopen en laadt alles in haar kar. Maar een felle windstoot neemt het hele boeltje mee en alle hoofddeksels worden verspreid. Alle hoeden komen toevallig bij de juiste persoon terecht. De vinders zijn er heel blij mee, maar zien op het etiketje dat de pet van Jet is. Ze gaan op zoek naar de rechtmatige eigenaar. Het wordt een hele zoektocht en ze komen allemaal samen bij de treurende Jet. Die is natuurlijk dolgelukkig. Alle mensen mogen hun petten houden omdat ze zo eerlijk zijn maar vooral omdat ze de petten zo mooi vinden. 'De pet van Jet' is een leuk en vrolijk verhaaltje, de illustraties zijn erg dynamisch maar ook behoorlijk druk. Het verhaal is in stripvorm. De figuurtjes overschrijden zeer dikwijls hun kaders of overlappen delen van andere kaders. Ondanks het mooie concept leidt dit misschien toch wat de aandacht af van het lezen zelf. Deze uitgaves richten zich op beginnende lezers. Bij het aanvankelijk lezen hebben illustraties een grote ondersteunende functie en daar spelen deze boekjes bijzonder goed op in. Ook het lettertype is aangepast aan de leeservaring van de kinderen. Het boekje is op AVI-1-niveau.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.