Ik Jan Cremer
Jan Cremer
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 1983 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : CREM |
30/11/2013
Drie decennia na de eerste publicatie is Jan Cremers magnum opus pas aan zijn vierde druk toe. Mogelijk zit de extreem lange omvang van de trilogie daar voor iets tussen (het boek klokt af op meer dan 1400 bladzijden). Aan de kwaliteit zal het niet liggen, want De Hunnen is voor Cremer wat Het verdriet van België was voor Hugo Claus: zijn meesterwerk in de vorm van een mystificatie van zijn eigen jeugd. In het boek vertelt Cremer namelijk zijn eigen belevenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog, en met name in drie fasen: oorlog, bevrijding, en vrede. De constante doorheen die drie luiken is evenwel de menselijke wreedheid. Een centraal thema in het boek is bijvoorbeeld de gruwel van de repressie, die in veel opzichten niet moest onderdoen voor de gruwel van de nazi’s. Wreedheid is onze diepste natuur. Een thema dat trouwens een rode draad is in Cremers gehele oeuvre, als schrijver en als schilder. Verder wordt het boek gekenmerkt door veel typische Cremer-ingrediënten: de inventiviteit van de jonge held, de liefde voor zijn moeder, zijn dierenliefde, zijn rechtvaardigheidsgevoel, en vooral die alomtegenwoordige menselijke wreedheid.
Het geheel is een uiterst nauwgezet geconstrueerd veelluik in precies duizend korte hoofdstukjes die vaak als vitale explosies van taal en actie van het blad spatten. Cremer schrijft zoals een action painter schildert: in grote, vitale halen die echter niet willekeurig op het oppervlak worden gespat, maar waar integendeel een weloverwogen vorm achter schuilgaat, gepaard met acuut psychologisch inzicht. De Hunnen is verslavende literatuur: het biedt de meeslepende kracht van een goede avonturenroman met de complexiteit en diepgang van alle grote literatuur. Hoewel Cremer waarschijnlijk ten eeuwigen dage zal worden vereenzelvigd met Ik Jan Cremer (1964) is het onmiskenbaar dit latere boek (twee decennia later verschenen) dat zijn echte literaire erfenis moet zijn. Iedere criticus die Cremer ooit voor een poseur heeft versleten zal na lectuur van deze massieve roman zijn of haar eigen woorden moeten inslikken. Als louter literair vermaak is het een tour de force die de lezer niet loslaat. Als literair kunstwerk is het een bedrieglijk toegankelijk maar wezenlijk complex werk dat de morele kwestie van de mens in de maatschappij aansnijdt. De centrale vraag in dit boek (maar ook in ander werk van Cremer) blijft de existentialistische vraag hoe men moet handelen in een wereld waar naast wit en zwart toch vooral ook veel grijs te vinden is, met alle morele weerzinwekkendheid die daarmee gepaard gaat. Cremers picareske zelfmystificatie (vooral in Ik jan Cremer) mag als een vitalistisch antwoord op die vraag gelden: men moet overleven, en goed leven. Dat het daarbij om een mystificatie gaat, mag ook blijken uit de waarschuwing die in de colofon wordt meegegeven: ‘Situaties en personen, in mijn boek beschreven, komen uitsluitend voort uit mijn verbeelding’. Het feit dat we geneigd zijn die aanmaning, en niet de inhoud van het boek, met een korrel zout te nemen, zegt alles over het overweldigende succes waarmee Jan Cremer de kunstenaar de persona van Jan Cremer het fenomeen heeft gecreëerd. En ook aan die creatie levert dit boek een belangrijke bijdrage. Kortom, De Hunnen is de moderne klassieker van de Nederlandse letteren die nog op zijn ontdekking als klassieker wacht. Maar die tijd komt. [Christophe Van Eecke]
Hans Maas.
Dit driedelig boek (hier in een band) van een van Nederlands meest opzienbarende auteurs kreeg destijds terecht de ondertitel "Hunnensaga" mee. In 1000 stukken over ruim 1500 pagina's schildert de auteur onverbloemd niet alleen het leven in bezet Twente in de Tweede Wereldoorlog, maar vertelt hij ook het verhaal van zijn Hongaarse moeder die haar kind moest opvoeden in een uiterst vijandige omgeving, en trekt daarnaast nog een parallel met de Hunnen. Dit volk, dat rond het eerste millennium dreigde nogmaals het westen van Europa te overspoelen, wordt door Cremer als spiegel voorgehouden van het optreden van zowel Duitsers, geallieerden, collaboratie en verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. De bevolking van Enschede wordt beschreven als een uiterst achterlijk proletariaat. Cremer slaagt er met dit boek in, ondanks de ongeloofwaardigheid dat een kleuter dit alles kon waarnemen, een zowel boeiend als sociaal-cultureel belangrijk literair werk te creëren. Paperback; vrij kleine druk, volle bladspiegel.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.