Wolf Hall
Hilary Mantel
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Atlas Contact, 2016 |
VOLWASSENEN : ROMANS : MANT |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Atlas Contact, 2016 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 10164 |
Sofie De Smyter
il/pr/06 a
Toen Giving up the Ghost in 2003 in het Engels verscheen, was de Britse met Ierse katholieke roots nog geen Dame, en was ze nog niet de eerste vrouwelijke schrijfster die er twee keer op rij in slaagde de Booker Prize te winnen.
Intussen is de plot van haar leven haast zo bekend als die van de personages die haar historische romans bevolken: van het moment dat haar moeder met haar minnaar ging samenwonen (Mantel is de naam van haar stiefvader), tot haar hobbelige rechtenstudies, verblijven in Botswana en Saudi-Arabië, en twee huwelijken met dezelfde man.
Schrijven is uiteraard een van de rode draden in het verhaal Mantel, maar de chronische en ondraaglijke pijn die veel te laat gediagnosticeerd werd als endometriose is dat ook. De ziekte zorgde er niet alleen voor dat de auteur nooit zou kunnen kiezen al dan niet kinderen te krijgen, maar zadelde haar ook op met een hormonenkuur die ertoe leidde dat ze zichzelf ook fysiek niet meer herkende.
Verschillende keren haalde ze het bijna niet. 'If I wake up a vegetable, put me in a stew', was een briefje, zo schrijft ze in De geest geven, dat ze ooit bijna achterliet voor de start van een operatie. Dat spot haar zelfverklaarde nom de guerre is, is een understatement.
Valkuilen ontweken
Voor de plot op zich hoef je de verhalen die samen De geest geven vormen dus niet per se te lezen, maar dat geldt uiteraard net zozeer voor Mantels historische romans. Ze heeft al meerdere malen bewezen dat het niet is omdat je weet waar je naartoe gaat, dat de rit minder adembenemend zou zijn. Integendeel.
Ook nu slaagt de koningin van de ironie en mindreading erin om tijdens die trip de traditionele valkuilen van het genre waarop ze meelift te ontwijken: in plaats van alleen maar te reflecteren over hoe onbetrouwbaar het geheugen is, geeft ze van bij het begin aan dat alle pillen die ze moet nemen haar geest mogelijk voor het leven vertekend hebben: "C'est moi, wen er maar aan".
Het is een moi dat er na een halve bladzijde al voor zorgt dat het je geen fluit kan schelen waar fictie begint. Mantels ikken nemen de lezer mee langs privégeesten: haar vader, stiefvader, nooit geboren kinderen, ongeschreven verhalen, en (on)gerealiseerde alter ego's.
Tot leven schrijven
De geesten uit het boek herinneren niet enkel aan wat was, maar ook aan wat nooit is geweest en nooit helemaal zal zijn. Niet voor 'Ilary', niet voor niemand. Een van de sterktes van Mantels historische romans over de Franse Revolutie en Henry VIII is dat ze het persoonlijke laten zien in ons gemeenschappelijke verleden, in De geest geven slaagt de Britse erin het gemeenschappelijke in het individuele naar boven te halen.
'Dit verhaal kan maar éénmaal worden verteld, dus het moet kloppen', schrijft ze aan het begin van haar poging zichzelf op papier te zetten. Dat ze de lezer daar al bij de neus neemt, mag duidelijk zijn: kort na het verschijnen van haar memoires publiceerde ze Learning to Talk, een reeks korte verhalen waarin ze haar geesten opnieuw het woord geeft, en in The Assassination of Margaret Thatcher (2014) doet ze in een aantal verhalen net hetzelfde. Want 'wat kun je anders doen met de verlorenen, de doden, dan ze tot leven schrijven?'
De geest geven is een van de beste werken die u dit jaar zult (her)lezen.
Kathy Mathys
2/ei/13 m
Als kind kreeg Hilary Mantel een magische lei waarop ze kon schrijven zonder dat iemand meelas: achteraf wiste ze de woorden. Groot was haar verbijstering toen ze ontdekte dat de krassen die haar pen maakte niet volledig verdwenen, dat ze zichtbaar bleven bij de juiste lichtinval. Een gruwelijke vaststelling voor een kind dat behoefte had aan privacy, dat op school alle moeite moest doen om haar gedachten in stand te houden. Deed je dat niet, dan 'kon je uitgewist worden', zo schrijft Mantel in De geest geven. Ze verbleef graag in de buurt van de denkers om zich vast te hechten 'aan die warme, gonzende, stroperige aandachtsspanne'. Helaas, op school in Hadfield, niet ver van Manchester, heersten weinig verlichte, autoritaire geesten. Daar maakte de toen zesjarige Hilary voor het eerst kennis met het mechanisme van de macht, een van haar grote thema's.
De smaak van bijen
De geest geven laat op vele manieren zien hoe Mantel, die opgroeide in een familie met Ierse wortels, een familie vol geheimen, uitgroeide tot de schrijfster die ze is. Als kind had ze een proustiaanse aandacht voor zintuiglijke details die ze zich ook nog eens haarfijn herinnert. Ze beschrijft dromen van dertig jaar geleden, zoals die waarin ze bijen at: ze smaakten naar melkchocolade en hadden de textuur van gebakken kalfslever.
Mantel wisselt terugblikkende passages, waarin ze analyseert, af met stukken waarin ze in de tegenwoordige tijd schrijft, vanuit het kind van toen. Die combinatie zorgt voor een intense leeservaring. Haar geest is niet enkel detailzuchtig, hij is ook scherp. Dat weten lezers van Wolf Hall en Het boek Henry. Er zit iets van staal in haar blik. Dat is er altijd geweest: als kind had de schrijfster niets met poppen en serviezen. Ze wilde draven, hoofden afhakken, ze hield van ridderverhalen en verveelde zich met de leesboekjes voor zesjarigen.
Mantels sterke persoonlijkheid huist in een fragiel lichaam dat voortdurend kampt met ziektes. Als kind, op vakantie in Blackpool, kroop er iets donkers bij haar naar binnen, zo gelooft ze. Telkens als ze terugkeerde naar de badplaats werd ze ziek. Mantel heeft altijd last gehad van migraine, van visioenen, ze ziet de geesten van de doden.
Als jonge vrouw had ze allerlei fysieke klachten die door artsen niet serieus werden genomen. Tienduizenden pillen slikte ze om na jaren te horen dat ze aan endometriose leed. Mantel merkt op dat ze meer gynaecologen dan minnaars heeft gekend. Ze heeft het over 'vuisten van vreemden in mijn buik', wat doet denken aan Anne Boleyn, uit de Cromwell-trilogie, van wie het lichaam onder scherp toezicht stond van de natie, die wachtte op een erfgenaam. Door haar ziekte werd Mantel heel zwaar, als kind was ze juist fragiel. 'Ik ben buiten mijn oevers getreden', schrijft ze in dit openhartige relaas.
Angst en schuldgevoelens
Mantel heeft het over de vreemde jaren waarin haar ouders officieel nog samenwoonden, terwijl de toekomstige man van haar moeder bij hen introk. De schrijfster kampte met angst en schuldgevoelens door al het onuitgesprokene dat in de lucht hing.
Ze leerde schrijven door Shakespeare en Cervantes te lezen. Het gebedenboek bracht haar een liefde voor de puntkomma bij.
Je hoeft Mantels werk niet te kennen om De geest geven te kunnen waarderen. Dit werk is opgetrokken uit dezelfde rijke, onsentimentele taal van haar fictie en het is net zo beklijvend. Het is een verhaal over wat was en wat had kunnen zijn - door haar ziekte kon Mantel tot haar spijt geen kinderen krijgen -, een superieure autobiografie van een van onze grootste schrijvers.
Vertaald door Gerda Baardman en Anne Jongeling, Atlas Contact, 235 blz.
Oorspronkelijke titel: 'Giving up the ghost'.
De auteur: bekroonde Britse schrijfster van historische romans.
Het boek: hoe een schrijfster geboren werd, een sterke geest in een fragiel lichaam.
ONS OORDEEL: een intense leeservaring.
Jos Radstake
Vijf delen en epiloog bevat deze autobiografische roman uit 2003 - nu voor het eerst in het Nederlands - van Hilary Mantel (1952). Qua tijdsstructurering is het boek als een soort raamvertelling opgezet. Mantel had Ierse voorouders, ze groeide op in Derbyshire - sfeervol is het Engelse platteland beschreven - in een arm, gebroken, rooms-katholiek gezin. Kreeg de kans om te studeren (rechten), trouwde, scheidde en trouwde later met dezelfde man; werkte aan een groot literair oeuvre en woonde lang in het buitenland (Afrika en Arabië). Ondragelijke pijnen verwoestten haar leven; zij slikte overmatig medicijnen en ging in psychotherapie. Het gemis aan kinderen ervoer ze als schrijnend en haar literaire reputatie, die zij gaandewijs veroverde, kon daar nauwelijks tegenwicht tegen bieden. Voorbije mensen, een kat, een kind dat zij niet gekregen heeft, vormen voor deze suggestibele vrouw de geesten met wie zij het te stellen heeft. Een eerlijk boek, in evocatieve stijl geschreven, maar wel nadrukkelijk en dicht op de huid.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.