Pieter Daens, of Hoe in de negentiende eeuw de arbeiders van Aalst vochten tegen armoede en onrecht
Louis Paul Boon
Louis Paul Boon (Auteur), Jos Muijres (Redacteur), Gerard Raat (Redacteur), Betty Salverda (Redacteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Roelants, © 2014 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 14426 |
Margot Vanderstraeten
ua/an/21 j
Je hoort, het is begrijpelijk, tegenwoordig veel bekommerde stemmen over de toekomst van literaire genootschappen. Want hoe houd je, in deze snelle tijden, een literaire kring, opgericht rond een overleden auteur, jong en dynamisch? En hoe zorg je ervoor dat die dynamiek ook authentiek is, en niet slechts het product van goed doordachte marketingstrategieën?
Ook het Louis Paul Boon Genootschap, dat vrijwel evenveel Nederlandse als Vlaamse leden telt, is in eenzelfde bedje ziek. Het is mannelijk en grijzend. Maar het is ook averechts, zoals Boon zelf. En het schuwt de risicovolle actie niet. Bovendien kan Boon nog altijd op jonge fans rekenen, al sluiten die zich niet snel aan bij het genootschap.
Tijdsbeeld
Tussen 1959 en 1978 schreef Louis Paul Boon dagelijks een column in het linkse dagblad Vooruit, de voorganger van deze De Morgen. Uitgeverij Houtekiet bundelde acht jaargangen van deze 'Boontjes', die behalve een zicht op Boons leven en werk ook een uniek tijdsbeeld opleveren. Jammer genoeg kon Houtekiet, om puur financiële redenen, de uitgave van de volledige reeks niet volhouden; in 2003 werd de laatste pil gedrukt.
En zie, sinds vorige maand zit er weer beweging in het oeuvre van deze uiterst belangwekkende en prikkelende schrijver van de vorige eeuw. Dankzij het Boon Genootschap, dat vanaf nu jaarlijks één jaargang 'Boontjes' zal uitgeven, werden de 'Boontjes' van 1968 gebundeld. Dat is geen geringe verdienste. Je kunt je dus afvragen of genootschappen niet juist in tijden als vandaag een onmisbare rol spelen.
Deze nieuwe 'Boontjes'-reeks, die in december werd ingezet en tien jaar zal duren, is op dezelfde fraaie wijze als die van Houtekiet uitgegeven. De samenstelling gebeurt onder leiding van Jos Muijers, Boonkenner en literair docent aan de universiteit van Nijmegen.
Begin januari 1968 was Boon ziek. Het eerste 'Boontje' van dat jaar schrijft hij pas op de 16de. 'Als er één het jaar slecht begonnen is... Ziek worden, gewoon in februari of maart, dat is niets. Iedereen vindt het normaal dat ge eens verstek geeft en een paar dagen uit de sirkulatie verdwijnt. Maar ziek worden net na Kerstdag en nieuwjaar, dat schijnt iedereen verdacht voor te komen.'
MARGOT VANDERSTRAETEN ■
Hans Renders
Louis Paul Boon schreef elke dag een ‘Boontje’ in het Gentse dagblad Vooruit. Zijn cursiefjes zijn onderhoudend, puntig en toch alledaags. Na twaalf jaar te hebben stilgelegen is de ambitie om alle Boontjes (van 1959 tot 1978) in boekvorm uit te geven weer op de rails gezet. Na dit deel zullen er dus nog tien volgen. De Boontjes gaan in op de actualiteit, hoewel niet op het wereldgebeuren. De moorden op Martin Luther King en Robert Kennedy in 1968 worden nauwelijks aangeroerd, wel een proces tegen Hugo Claus. Zoals in de vorige delen becommentarieert Boon filmsterretjes en andere aantrekkelijke meisjes, zijn vrouw Jeanne, zijn dagelijkse treinreis naar de redactie en andere dagelijkse beslommeringen. Ook over wat zijn beste boek is: 'Zomer-te Ter-Muren' en over zijn grote boek over Pieter Daens. Deze uitgave is, zoals de eerdere delen, mooi uitgegeven en adequaat bezorgd, met namenregister en verantwoording.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.