Bijna een vader : roman
Alejandro Zambra
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Karaat, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : ZAMB |
Marijke Arijs
i /un/15 j
'Ik overweeg dit bestand te sluiten en het voor altijd in de map “Mijn documenten” te laten staan. Maar ik ga dit publiceren, ik wil het doen,' schrijft de verteller van Mijn documenten. En dat is een wijs besluit, want deze verhalen behoren tot het beste wat Alejandro Zambra tot nog toe heeft voortgebracht. De Chileense auteur werd met Bonsai, Het verborgen leven van bomen en Manieren om naar huis terug te keren de meest gelezen Latijns-Amerikaan van zijn generatie, maar vergeleken bij die flinterdunne romans, die samen amper ruim driehonderd bladzijden tellen, is zijn allereerste verhalenbundel een turf. De schrijver berijdt daarin al zijn stokpaardjes: het wel en wee van de Chileense middenklasse, liefde, huwelijk en echtscheiding in dictatoriale tijden en, last but not least, het bewind van Pinochet. Dat heeft een onuitwisbare stempel gedrukt op zijn generatie, die geboren is onder de dictatuur en opgegroeid in de democratie, en daar een groot gevoel van onzekerheid aan heeft overgehouden. Het leven van Zambra's personages wordt steevast gelinkt aan gebeurtenissen op het politieke vlak en dat is deze keer niet anders. Zelfs wanneer ze in Mexico Stad worden beroofd, polsen de overvallers bezorgd naar de politieke situatie in hun land. En dat de boeven hen vervolgens heelhuids laten gaan, is dan weer een hommage aan de Chileense middenvelder Chupete Suazo, want voetbal is evengoed een beproefd middel om een verhalenbundel bij elkaar te houden. En dus komen de heldendaden van het populaire elftal Colo-Colo, Zamorano en Alexis Sánchez ook een paar keer voorbij.
Zambra's hoofdpersonages zijn verlegen, nogal slome jongelui, die niet in staat zijn langdurige relaties te onderhouden. Vaak zijn het schrijvers in wording, die de boeken schrijven die de lezer in handen heeft, want de auteur is niet vies van metafictionele spelletjes. De titel, Mijn documenten, klinkt alsof deze vertellingen zo uit zijn computerbestanden geplukt zijn. 'Mijn vader was een computer en mijn moeder was een schrijfmachine. Ik was een leeg schrift en nu ben ik een boek', noteert de verteller van het titelverhaal, die net als zijn geestelijke vader halverwege de jaren 70 in Chili is geboren. De jongen heeft het over zijn onopmerkelijke kinder- en jeugdjaren, over zijn grootmoeder, die sprookjes vertelde die altijd slecht afliepen omdat haar personages steevast omkwamen bij een aardbeving, over zijn langzame politieke bewustwording en over de komst, 'op hetzelfde moment, van de democratie en de puberteit. De puberteit was echt. De democratie niet.'
Een verdomd goede roker
Computers staan centraal, net als in het echte leven. In 'Herinneringen van een pc' vertolkt het apparaat zelfs de hoofdrol. Max en Claudia hebben er een heuse driehoeksverhouding mee, die wordt gemarkeerd door spelletjes mijnenveger en Pac-Man, de komst van het internet, e-mail, Messenger en internetporno. Zeldzame dieptepunten in hun relatie zijn 'de periode dat ze de a en de t kwijtraakten', en een computercrash, die wordt vergeleken met een amputatie. Max is een van die personages waar Zambra het patent op lijkt te hebben: een literatuurliefhebber met schrijfambities, die 'veel rookte wanneer hij schreef, of liever gezegd hij schreef weinig wanneer hij veel rookte, want zijn snelheid als roker lag veel hoger dan zijn snelheid als schrijver'. De hoofdpersoon van het vermakelijke 'Ik was een verdomd goeie roker' probeert met die ongezonde gewoonte te breken en wordt daar veel gezonder en veel minder gelukkig van, want 'sigaretten vormen de interpunctie van het leven'. Zijn relaas is doorspekt met toepasselijke citaten uit de wereldliteratuur. Tussen tabak en schrijven bestaat nu eenmaal een onverbrekelijke band.
Het leven van Zambra's personages wordt steevast gelinkt aan gebeurtenissen op het politieke vlak en dat is deze keer niet anders. Zelfs wanneer ze in Mexico Stad worden beroofd, polsen de overvallers bezorgd naar de politieke situatie in hun land. En dat de boeven hen vervolgens heelhuids laten gaan, is dan weer een hommage aan de Chileense middenvelder Chupete Suazo, want voetbal is evengoed een beproefd middel om een verhalenbundel bij elkaar te houden. En dus komen de heldendaden van het populaire elftal Colo-Colo, Zamorano en Alexis Sánchez ook een paar keer voorbij.
Zelfportret als jongeman
Of zijn personages nog lang en gelukkig leven, laat de auteur wijselijk in het midden, want met de computer heeft een nieuw soort eenzaamheid zijn intrede gedaan. Er komt een onafzienbare stoet sympathieke losers voorbij, die lanterfanten, rondhangen en chillen in Chili, en af en toe een stapje in de wereld zetten. Voor 'De meest Chileense man ter wereld' is Zambra zelfs helemaal naar Leuven afgereisd, 'een prachtige stad vol met prachtige mensen', die jammer genoeg te klein is om er 'doelloos rond te wandelen'. Allemaal willen ze graag in iets geloven, ergens bij horen, een echte, hechte familie hebben, maar er wordt hen geen greintje geborgenheid gegund.
Alejandro Zambra is allicht niet de eerste die schrijft over Chili, zijn aardbevingen, zijn ontwrichte families, zijn voetbal en zijn Pinochet, maar hij doet het wel op zijn eigen onnavolgbare minimalistische manier. Mijn documenten gaat over een generatie die opgroeide met het geratel van typemachines, haar gedichten schreef op papier en vervolgens overbracht naar de harde schijf van een computer, met ingrijpende gevolgen voor het schrijfproces. De Nederlandse vertaling is niet helemaal vlekkeloos, maar dat doet nauwelijks afbreuk aan de sfeer van deze melancholische verhalen met ironische ondertoon, waarin de grenzen tussen literatuur en werkelijkheid, fictie en autobiografie systematisch worden overschreden. Want eigenlijk schetsen deze elf teksten samen het zelfportret van Alejandro Zambra als jongeman.
Vertaald door Luc de Rooy, Karaat, 240 blz., 19,90 €. Oorspronkelijke titel: 'Mis documentos'.
Maarten Steenmeijer
te/ep/08 s
In het verhaal 'Herinneringen ophalen' krijgt een schrijver het verzoek een misdaadverhaal te leveren, 'bij voorkeur gesitueerd in Chili'. Hij maakt het zichzelf niet al te moeilijk en put uit zijn herinneringen aan een incident dat hij eind jaren tachtig meemaakte. Hij was toen 14 jaar oud en had maar één interesse: meisjes. Yasna bijvoorbeeld, die hem had uitgenodigd voor haar verjaardagsfeest. Op de bewuste avond rookte de jongen eerst nog even een joint met een paar vrienden. Dat had hij beter niet kunnen doen, want op het feest kreeg hij ineens honger als een paard en zette hij het onbeschaamd op een vreten. Dat zinde Yasna's vader en diens assistent helemaal niet en hij kreeg een ongenadig pak rammel.
Met deze jeugdherinnering heeft de schrijver natuurlijk nog geen misdaadverhaal te pakken en hij verzint er een verhaal omheen. Daarin vermoordt Yasna haar vader en dat is niet zonder reden. Als jong meisje was zij misbruikt door hem en door zijn assistent, die ook nog eens een halfbroer van haar blijkt te zijn.
Het lijntje van de fictieve auteur in 'Herinneringen ophalen' naar Alejandro Zambra (1975) zelf is snel gelegd: ook hij is schrijver, ook hij komt uit Chili, ook hij was eind jaren tachtig 14 jaar oud en ook hij put bij het schrijven van zijn verhalen graag uit zijn herinneringen. In het titelverhaal 'Mijn documenten' bijvoorbeeld, een losjes geformuleerde terugblik op zijn kinderjaren. Een betrekkelijk zorgeloze tijd, tot Zambra's alter ego iets ontdekte wat zijn ouders en de televisie zorgvuldig voor hem verborgen hadden weten te houden: dat Chili een militaire dictatuur was waarin mensen werden vermoord en gemarteld.
Nog een voorbeeld: 'Instituto Nacional', waarvoor Zambra zich baseerde op zijn herinneringen aan de jaren dat hij op 'de meest prestigieuze middelbare school van Chili' zat, die al heel wat presidenten had afgeleverd.
Mooi is 'Camilo', het verhaal over een bewonderde jeugdvriend die het zonder vader moet doen. Die werd kort na de militaire coup van 1973 opgepakt en week daarna uit naar Europa. Aardig detail in dit verhaal: het cameo-rolletje voor Zambra's Nederlandse uitgever en vertaler Luc de Rooy.
In een aantal verhalen - vooral als ze in de derde persoon zijn geschreven - is Zambra zelf minder goed te herkennen. Neem 'Juist of onjuist', over het geklungel van een gescheiden advocaat met zijn zoontje, zijn ex-vrouw, zijn Catalaanse buren en een vrouw die hij nog kent van zijn studententijd. Of 'Familieleven', waarin een carrière- en partnerloze veertiger op een huis komt passen van een literatuurdocent en diens aantrekkelijke echtgenote en zich daarbij hoe langer hoe meer in de nesten werkt.
De advocaat en de huisbewaarder zijn typische Zambra-personages: mannen die zich niet of nauwelijks aan anderen hechten en zich daar weinig druk over lijken te maken, laat staan dat ze ertoe zouden overgaan hun lot in eigen handen te nemen. Wat boeit het, het leven tikt wel verder. En, niet onbelangrijk, ze komen altijd wel weer een vrouw tegen die ze, zoals Zambra het opvallend vaak uitdrukt, 'te grazen nemen'. En zo niet, dan trekken ze zich wel af. Ook hun vriendschappen zijn, net als hun relaties met vrouwen, veelal kortstondig en afhankelijk van het toeval.
Je zou de introversie en gelatenheid die de toon van Mijn documenten bepalen, kunnen zien als typerend voor Zambra's generatie. Die groeide op tijdens de militaire dictatuur van Pinochet, de tijd van zwijgen die de Chileense samenleving ook nadien nog lang vleugellam zou maken. Maar Zambra legt het er niet dik bovenop in deze verhalen, die iets navelstaarderigs hebben en die je daarom ook zou kunnen lezen als de uitdrukking van een strikt particuliere gemoedstoestand.
***
Uit het Spaans vertaald door Luc de Rooy. Karaat; 237 pagina's; € 19,90.
B. van Laerhoven
Elf bedaarde, melancholische korte verhalen - je kunt ze eventueel ook lezen als 'hoofdstukken' - over een aantal Chileense protagonisten aan het eind van vorige eeuw toen Chili zuchtte onder de dictatuur van generaal Pinochet. De dictatuur is in deze meanderende teksten niet echt rechtstreeks aanwezig, eerder als een sombere en dreigende achtergrond van wantrouwen en verzwijgen. De Chileense auteur Alejandro Zambra (1975) wordt een van de belangrijkste Latijns-Amerikaanse schrijvers van de nieuwe generatie genoemd. De veel gelauwerde schrijver ontving in Nederland in 2013 een Prins Claus Prijs voor zijn oeuvre. Zambra verstopt veel autobiografische elementen in zijn immer stijlvolle beschrijving van het dagelijkse leven van zijn personages. En hoewel zijn 'verhalen' op het eerste gezicht eerder alledaags lijken, zit er zoveel melancholie en eenzaamheid in verborgen, dat ze lang bij de lezer blijven nazinderen. Voor een literair en stijlminnend publiek.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.