Het valse seizoen : roman
Christiaan Weijts
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, cop. 2014 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 11462 |
Dirk Leyman
ru/eb/04 f
Divertissement en diepgang, ze kunnen wel degelijk samengaan in groots opgezette romans. Dat bewees de Nederlandse auteur Christiaan Weijts (°1976) al met boeken als Art. 235b, Via Cappello 23 en het recente Euforie. Telkens weer pakt Weijts de tijdgeest bij de lurven en geeft hij bolwassingen aan diverse biotopen, van de journalistiek tot de academische en architectuurwereld.
Ook digitalisering, privacykwesties, de macht van de media én klassieke muziek zijn stokpaardjes. "Weijts vermengt maatschappijkritiek met liefde, erotiek met eruditie", zo schreef de jury van de Gerard Walschapprijs, die hem ooit bekroonde voor Via Capello 23. Als columnist voor De Groene Amsterdammer reflecteert Weijts ook voortdurend over de finesses van het schrijverschap.
Vanwege zijn Italië-passie werd hij aanvankelijk afgeschilderd als de troonopvolger van Geerten Meijsing. Toch toont hij in zijn laatste boek dat hij er een ander marstempo op nahoudt.
Uitverkoren
De linkshandigen is een merkwaardige kruising tussen een satirische thriller en een volgepropte ideeënroman. En met een geplaagde cartoonist als hoofdfiguur krijgt het boek een verrassend actuele lading.
Simon Sinkelberg alias Zink werkt voor de krant De Spiegel en ligt daar regelmatig in de clinch met zijn oversten, die zijn getekende grappen te hard of te scabreus vinden. Hij besluit de eer aan zichzelf te houden, zeker nadat een Brits telecombedrijf hem in het vizier heeft gekregen. Dat bedrijf, dat privacy niet hoog in het vaandel draagt, neemt hij niet zomaar op de korrel: de firma is onrechtstreeks verantwoordelijk voor de zelfmoord van zijn zus.
Weijts laat zijn nogal grimmige held vervolgens zijn cartoonistengeluk beproeven bij De Ochtend, een krant met een vergelijkbaar profiel als De Spiegel. Maar ook daar pakt de mayonaise niet. Intussen krijgen we harde noten te kraken over de media: 'Er zijn hoofdredacteuren die geloven in het ontwikkelen van talent, en er zijn er die dat talent liever kant-en-klaar kopen.'
Dan pikt Zink langs de snelweg een verwarde lifster op met een loodzware cellokoffer, om in een opwelling deze Katharina naar haar Belgische bestemming te rijden. Maar de tocht kent nogal wat onwaarschijnlijke verwikkelingen. Wordt De linkshandigen een roadnovel? In ieder geval leidt de rit hen langs Antwerpen en Brussel via Parijs naar het Franse platteland. En hoe zit dat met die geheimzinnige cello, is die werkelijk gestolen?
Liegbeest Katharina gedraagt zich hoogst eigenaardig en Sinkelberg is al evenzeer een vreemde snuiter, met nogal wat spoken uit het verleden. Toch ontdekken ze een verwantschap in hun linkshandigheid, een motief waarmee Weijts hun 'uitverkorenheid' lijkt te benadrukken, in 'een linkshandige wereld waar andere wetten gelden'.
Voortdurend jongleert Weijts met links-rechtstegenstellingen. Komisch is dat Weijts signaleert dat de befaamde Antwerpse handjes op het stadswapen rechterhanden zijn, maar de handjes op de museummuren van het MAS linkerhanden blijken. Een bouwkundig foutje? Overigens ontdekt Zink, door een accidentje met de motorkap, opnieuw de grafische wendbaarheid van zijn rechterhand.
Het onbeschroomd ironische De linkshandigen laat zich lezen met omhooggeplooide mondhoeken. Toch verkneukelt Weijts zich iets te nadrukkelijk in essayistische hoepelsprongen en gedachtestromen over de teloorgang van privacy en aanverwante. De boodschap ligt er zo wel dik op.
Gelukkig schrijft Weijts elegant, waarbij hij zijn maniëristische trekjes vaker achterwege laat. Maar met de plot en de spanningsboog van dit nogal geforceerd aandoende boek wil het niet helemaal lukken.
DIRK LEYMAN ■
Mark Cloostermans
ua/an/16 j
Sinds zijn derde roman,De etaleur, zit Christiaan Weijts de actualiteit nadrukkelijk op de hielen. Maar door in zijn nieuwe, vijfde roman een cartoonist als hoofdpersoon op te voeren, overtreft Weijts zichzelf: hij heeft de realiteit voorbijgestoken. Zijn personage, de cartoonist Simon Sinkelberg, een satirische horzel, maakt bijtende en eigenlijk nogal platvloerse spotprenten, zoals het ongelukkigeCharlie Hebdo die zo graag afdrukte. Simon haalt zich niet de woede van de moslims op de hals, maar de vijandschap van een Brits telecombedrijf. En aan een dergelijk conflict wil de kwaliteitskrant waarvoor Simon werkt haar vingers niet branden.
De gecontesteerde tekening is een seksuele en aan de nazi's refererende karikatuur van Margaret Stones, CEO van de telecomfirma Stones & Middleton. De firma S&M (hahaha, een grapje om te lachen) staat bekend om haar inbreuken op de privacy. Simon zegt daartegen te ageren. In Nederland, klaagt hij, 'heeft privacy dezelfde bijsmaak als het milieu, de mensenrechten en gezonder eten. Je weet dat je er wat meer aan zou moeten doen, maar vind er de tijd maar eens voor.'
Intussen laat hij onbesproken dat hij een persoonlijke voorgeschiedenis heeft met S&M. Evenmin bekent hij zijn twijfels. Simon is zich vragen beginnen te stellen bij zijn beroep en bij de media waarin hij functioneert. Want: waar is het nieuws gebleven? 'Onder de blikken van de professionele nieuwsbrengers verschrompelt elke gebeurtenis tot het zoveelste dingetje. En hij (...) moest die beschimpblik nog eens overtreffen, overal een absurde dimensie in ontdekken.'
Cellokoffer
Na een ruzie met Ronald vanDe Spiegel (en zijn daaruit volgende ontslag) probeert Simon zijn cartoon ook nog te slijten aan Ralph van de concurrerende krantDe Ochtend. De inwisselbaarheid van die namen is ongetwijfeld een steek naar de inwisselbaarheid van kranten. Maar ook daar vangt hij bot. Op weg van krant 1 naar krant 2 heeft Simon intussen een liftster opgepikt, een jongedame met een cellokoffer die hem de ene doorzichtige leugen na de andere op de mouw speldt. (Die cello blijkt later waardevol en gestolen; zo werd in Weijts' tweede roman,Via Cappello 23, ook al een schilderijtje uit een museum gepikt.) Omdat Simon toch niet meer weet wat te doen, besluit hij Katharina naar Brussel, haar bestemming, te brengen.
De trip zal eindigen in Italië. Onderweg passeren we: chantage, doodslag, perslekken, seksuele manipulatie, paranoia, overspel en nog veel meer. Het contrast tussen de kitscherige, onmogelijk ernstig te nemen plot en de thema's en drama's die Weijts erin monteert, is zo schril als de kreet van een nagel over een schoolbord. In filmtermen zou dit een kruising zijn tussenBoyhood en een James Bond. Het is een vreemd en gewaagd opzet, waarvan het doel me ontgaat. Is de roman zélf een satire? Of lonkt Weijts in alle ernst naar de thrillerlezer?
Wat het doel ook was, je zou wensen dat Weijts zijn stijl er niet op had afgestemd. Stilistisch isDe linkshandigen een zeldzaam bot mes. In een scène waarin Simon en Katharina op de loop gaan uit een Parijs' hotel, schrijft Weijts dat zijn personages een steegje in 'duiken' en noemt hij hen 'opgejaagd wild'. Elders heeft Weijts het over paniekaanvallen die zich 'in al hun helse gruwelijkheid zouden openbaren'. De Apocalyps is er niks bij.
De linkshandigen scoort als 'lovenswaardige poging', maar als je heel Weijts' productie overschouwt, kun je niet naast de neerwaartse lijn kijken. De inhoud wordt sensationeler, de stijl slordiger. Misschien is het tijd dat Weijts zich toelegt op zijn columns. Daar is niets oneerbaars aan.
CHRISTIAAN WEIJTS
De linkshandigen.
De Arbeiderspers, 194 blz., 18,95 ? (e-boek 9,99 ?).
De auteur: Nederlandse schrijver en columnist. Viel op met zijn debuutroman,Art. 285b.
Het boek: de vijfde roman, over een weifelende cartoonist.
ONS OORDEEL: niet veel meer dan lovenswaardig.
¨¨¨èè
Mark Cloostermans ■
Gerard Oevering
Het verhaal speelt zich in drie dagen af. Simon is cartoonist die met ’sinistere arglistigheid’ kritische tekeningen over een telecombedrijf bedrijf maakt. Als zijn krant in de zondagseditie een cartoon niet wil plaatsen, neemt hij ontslag en reist naar het zuiden. Onderweg neemt hij een liftster mee met een cellokoffer. Beiden zijn linkshandig. Tijdens deze tocht worden ze steeds dwingender met hun verleden geconfronteerd. Dit is minder onschuldig dan aanvankelijk lijkt. Aan het eind van de roman neemt een zekere Quinten contact op met Simon waaruit blijkt dat hij alles van Simon en Katharina afweet. Uit de roman blijkt dat in de moderne samenleving privacy niet meer bestaat. De mens is een pion geworden in een chaotische wereld. Van ieder is alles bekend. Uit de geschiedenis van Simon en Katharina wordt duidelijk hoe groot, onontkoombaar en gevaarlijk de digitalisering van de samenleving is. Zelfs de kunstenaar verliest zijn vrijheid; het bedrijfsleven bepaalt alles. Met mooie dialogen, reflecties van de verteller, met ironie en een boeiende plot. Een boek over actuele thema’s. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.