In de plaats van liefde
Etienne Van Heerden
Etienne Van Heerden (Auteur), Karina van Santen (Vertaler), Martine Vosmaer (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Podium, cop. 2014 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 7370 |
Catherine Vuysteke
te/ep/26 s
Catherine Vuylsteke
Misschien behoort u net als ik tot diegenen die de titel van het nieuwe boek van Etienne van Heerden (60) in het woordenboek moeten opzoeken. Klimtol. Een jojo dus, zij het een waarop lui als Ludo een hele carrière van kunstjes bouwen. Hoe komt een gevierd auteur ertoe om niet alleen een professionele jojospeler als hoofdpersonage te nemen, maar ook elk hoofdstuk aan te vangen met een omstandig uiteengezette truuk? Het heeft, zo zegt hij met een glimlach, met zijn kindertijd in de droge, rurale Karoo te maken.
'Op een dag ging het nieuws dat drie vreemden een kamer hadden genomen in het enige hotel dat ons dorp rijk was. Ze droegen rode colbertjes, zo werd er gefluisterd, en geen kat die begreep wat ze kwamen doen. De volgende dag doken ze op school op. Het was 1964 en Coca-Cola had een campagne bedacht om zijn frisdranken ingang te doen vinden op het Zuid-Afrikaanse platteland door elke jongen en meisje te bedenken met een klimtol. Een fraai wit en rood ding.' Van Heerden aarzelt, hij kijkt naar zijn lederen tas en glimlacht. 'Je wil 'm graag zien, niet? Kijk, hier is ie. Vele uren heb ik met die klimtol doorgebracht. Dit spel lag me beter dan knikkeren, je hebt er niemand anders voor nodig.'
U hebt het ding al een halve eeuw. Waarom schrijft er nu een roman over?
'Ach, ik weet het niet. Veel mensen reageren aanvankelijk verbaasd opKlimtol. Maar ik kende het hoofdpersonage Ludo Loeloeraai natuurlijk al, hij figureerde in mijn korte verhaal "Gifkaroo", zij het dat hij daarin de ecologische kaart trekt. Dat verhaal is een aanklacht tegen de ontginning van schaliegas, terwijl die politieke dimensie inKlimtol volkomen ontbreekt.'
'Maar het gaat wel vaker zo dat personages niet weg willen. Ze blijven in mijn hoofd wonen, de stroom van woorden en beelden houdt aan. En dus moet ik er iets mee.'
'Bovendien, laat ik dit onderstrepen: ik ben geen schrijver die besluit om ergens een boek over te schrijven. Ik kan je nu vertellen datKlimtol de frictie tussen spel en werk onderzoekt, alsook de mate waarin elk ernstig spel eigenlijk werk is, zelfs als we dat niet aldus benoemen. We zeggen immers niet: vanavond werkt Manchester United tegen Real Madrid, noch stellen we dat het meisje tijdens dat onvergetelijke concert goed heeft gewerkt op haar viool. Nee, ze spélen en het ene zit vast aan het andere. Alleen, dat ontdek ik allemaal later. Wie in het nawoord kijkt, zal er een verwijzing vinden naar Johan Huizinga'sHomo ludens van 1938, maar dat is wat achteraf kwam, niet wat mij aanzette tot.'
'Boeken en personages komen zelf naar mij. Schrijven is een ding in twee fasen. Eerst is er het vuur, de personages die je meenemen omdat ze hun verhaal kwijt willen. Je weet nog niet waarmee je werkt. Je speelt met vuur. Tot de algebra komt, het behoedzame kijken naar het materiaal dat je hebt verzameld en hoe je dat kunt ontwikkelen. De kunst ligt in de balans tussen die twee.'
'Ik heb me daarbij laten helpen door de structuur. Een bevriende schrijver grapte dat iedereen nu een whodunit wil lezen. Maar dat betekende, zei hij, dat het eerste lijk na ten laatste anderhalve pagina moest opduiken. Ik besloot me er bij wijze van spielerei aan te wagen, al ging het me geenszins om een klassieke detective. Ik zie het boek graag als een "Westkust noir", morsig en doorleefd.'
Het gaat wel om de schuldvraag.
'Precies. En ook daarvoor moet ik terug naar een beeld. Het was een winderige middag in Paternoster, het vissersdorp aan de Westkust waar ik een schrijfhuisje heb en waarKlimtol zich afspeelt. Ik keek door het raam en zag een oudere vrouw gebukt over het strand lopen. In haar armen droeg ze een stuk rots. Wat bezielt een mens om daarmee te sjouwen? De aanblik zette een proces van mijmering in werking. Ik voelde in de rots de zwaarte van de schuld.'
'Op dat moment kwamen de dingen samen, al moet ik toegeven dat de schuldkwestie me altijd heeft geïntrigeerd. Wellicht heeft het te maken met Zuid-Afrika, met de vraag in welke mate je niet aansprakelijk kunt zijn. Ik ben er sindsDe betoverde berg mee bezig. Maar waar dat boek de collectieve verantwoordelijkheid onderzocht, gaat het hier om een hoogst individuele kwestie, zonder politieke connotatie. Hoe komt iemand in het reine met de fouten uit zijn verleden? Hoe kan Ludo verder leven met het besef dat hij decennia geleden een jongetje doodreed en vluchtmisdrijf pleegde?'
Schijnbaar kan hij het niet. Sterker nog, onbewust blijft hij aan zelfkastijding doen. Voor elke halsmisdaad waar hij in de krant over leest, gaat hij zich vrijwillig bij de politie melden. En als hij een nieuwe kans krijgt met Elsabé, de decennialang verloren gewaande liefde van zijn leven, slaagt hij er niet in die te grijpen.
'Frustrerend hé, dat gevoel had ik ook. Maar stel je het omgekeerde voor. Was het geëindigd met een goedkoop happy end, dan was het een ander boek, van een andere schrijver zelfs.'
'Ludo zit vast, hij is de jojo van zijn gemoedsstemmingen. En het werkt ook andersom: alleen in zijn spel kan hij onder de schaduw van de schuld uit, dan verliest hij zichzelf in de oneindige mogelijkheden van de klimtol.'
Eigenlijk geldt dat voor alle belangrijke personages in het boek. Elsabé zit letterlijk vast, in een rolstoel. Haar kleindochter Doris raakte klem in haar wrok jegens haar. Elsabé is immers verantwoordelijk voor de dood van Doris' moeder. En Snaartjie Windvogel, het weggelopen meisje met de stukgetrapte viool, is geblokkeerd door haar eigen lichaam en haar vele traumatische ervaringen.
'Daar hou ik net van, van het feit ook dat je alles kan omdraaien en het van een andere kant bekijken. En dan krijgt het een nieuwe betekenis.'
'Wat me bovendien aantrok in Ludo en zijn kleindochter Doris was de confrontatie tussen het "oude" spel en de hedendaagse competitie. Ik zie het als een metafoor voor de veranderende tijd. Nu gaat het om sponsors, internet en wereldwijde impact. Het spel is oppervlakkiger geworden, de mythologie weg. Je kunt die ontwikkeling uitbreiden naar de kunst in het algemeen.'
'Bovendien maakt Doris deel uit van de generatie van demillennials. Ze zijn niet zoals hun ouders, zoals Ludo of ik. Ze hebben beslist dat ze niet gekweld zullen zijn door het verleden en wijzen de collectieve schuld af. Maar ze verliezen ook iets: niet zelden worden ze expats, ze delen onze verbondenheid met het land niet. In zeker opzicht hebben ze een gat in hun hart.'
In uw werk is de natuurlijke omgeving altijd erg sterk aanwezig. De rotsen, de zee en het dorp lijken personages op zich.
'Dat heeft met mijn jeugd te maken, het harde en tegelijk weergaloze landschap waarin ik opgroeide. Dat gaf me een grote gevoeligheid voor de textuur van rotsen of struiken of de geur van de lucht. Het is heel typerend voor mijn generatie van blanke Zuid-Afrikanen. Weet je waarom cowboyfilms bij ons zo ontzettend populair waren? We konden ons identificeren met de omgeving, de eenzaamheid en met de mate waarin de cowboys zich uitgeleverd wisten. Er was ook dat machismo, dat invloed had op ons eigen zoeken naar mannelijkheid. Misschien kom ik daarom ook zo vaak uit bij personages als Ludo, die als niet-macho gemarginaliseerd zijn.'
Ludo dook al op in 'Gifkaroo', Snaartjie Windvogel kennen we uit 'In de plaats van liefde'. Nochtans beklemtoont u in het nawoord van 'Klimtol' dat het niet om een vervolg gaat.
'Ik stel me mijn boeken graag voor als sculpturen in een tuin. Met elk nieuw beeld dat wordt toegevoegd, wordt het geheel enigszins herschikt. Het nieuwe werpt een ander beeld op alle voorgaande.'
'Elke schrijver heeft zo'n tuin, fundamenteel vertelt hij altijd hetzelfde verhaal, vanuit een ander perspectief. Hij of zij heeft immers een eigen manier van kijken en blijft onbewust altijd weer aan dezelfde dingen haperen.'
U schreef niet alleen een detective over een jojospeler, er komen zelfs vliegende schotels in het boek voor.
'UFO's waren vroeger heel gewoon. In een leeg en van elektriciteit verstoken landschap als de Karoo waren er aanhoudend verhalen over landingen van vliegende schotels. Zelf las ik boeken over mensen in een geïsoleerd deel van Arizona die met zo'n ding waren meegereisd. We waren niet eens de enige, zie je? En we raakten er niet meer vanaf.'(lacht)
'Tegelijk is er het magisch realisme in de verhalen van de zwarte werkers op onze boerderij. Een keer per jaar kwamen ook de scheerders uit Lesotho aanfietsen. Twee weken lang schoren ze onze merinoschapen en ondertussen vertelden ze zichzelf - en mij als jongetje - wonderlijke verhalen. Ik ben ermee doorgegaan omdat ik inzag dat het niet alleen een strategie tegen de Apartheid was maar een manier om alle ingeburgerde ideeën over tijd en ruimte omver te blazen'.
Wonderen om mee te spelen, zoals met een jojo. De klimtol is met Ludo's hand vergroeid. Als hij gestolen wordt, heeft hij zelfs fantoompijn.
'Inderdaad. Zo gaat het met mijn verhalen ook. Ik heb het gevoel dat ze fysiek deel uitmaken van mij. Vertellen is net als spelen een biologische noodzaak. De kunstenaar is een homo ludens, zo was het altijd al.'
Etienne van Heerden en een aantal Afrikaanse collega's treden vanavond aan in een poëzieprogramma in de Centrale Bibliotheek van Den Haag (www.writersunlimited.nl). Op zaterdag 27 september is Van Heerden te gast in boekhandel v/h Van Gennep in Rotterdam (www.boekhandelvangennep.nl). Op 28 september kunt u hem gaan beluisteren in de bibliotheek van Roeselare (www.arhus.be).
Catherine Vuylsteke ■
G. Boomsma
Vervolg op 'In plaats van de liefde'* van de bekende Zuid-Afrikaanse schrijver (1954), maar ook een zelfstandig leesbare roman over een beladen verleden. De oude professionele jojospeler Ludo Loeloeraai lijdt onder een geheim: in zijn succesjaren heeft hij een scholier bij Tweefontein doodgereden, waarna hij doorreed. Dat schuldige verleden keert als een boemerang terug in zijn getroebleerde bestaan in het zeedorp Paternoster. Hij worstelt om aan zijn schuld te kunnen ontkomen. Er is meer: hij meent vroeger bezocht te zijn door aliens. Aan het strand van Paternoster spoelt ook een lijk aan en duikt een jonge vrouw op die de mannen seksueel bedient. Ludo (Latijn voor 'ik speel') drinkt te veel en is bang opgepakt te worden. Er zijn nog twee vrouwen die zijn leven beïnvloeden: zijn ex-minnares en zijn kleindochter, ook jojospeler. YOYO betekent ''you're on your own''. Briljant spel. Broeierige, kosmopoliete vertelling over een pijnlijk verleden. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.