Emiel en zijn detectives
Erich Kästner
Erich Kästner (Auteur), Maaike Bijnsdorp (Vertaler), Lucie Schaap (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lebowski, 2014 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : KAST |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Agathon, 1981 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : KAES |
Alexandra De Vos
2/ei/30 m
We zouden het in volle herdenking van de Eerste Wereldoorlog haast vergeten, maar nadat de laatste lijken uit de loopgraven waren gedregd, de helden gedecoreerd waren en het Verdrag van Versailles getekend, zat Europa weer gauw vast in het moeras. Verliezer Duitsland zakte er tot aan zijn oogballen in weg. Het werd leeggezogen door herstelbetalingen en de beurscrash van 1929 kwam daar bovenop. Voor de jonge Weimarrepubliek betekende het de doodsteek. De jongere generaties groeiden op zonder kompas en de straten van Berlijn liepen vol gelukzoekers: werklozen jagend op baantjes, vrouwen zonder echtgenoot op zoek naar seks, mannen zonder geld op zoek naar de goedkoopste kroeg, het goedkoopste hoertje, een kamer voor één nacht.
En tussen die op drift geslagen generatie kabbelde het wrakhout van de grootstad, de toekomstigeUntermenschen: bedelaars, jeugdige dievenbendes, morfineverslaafden, travestieten en kunstenaars. Want de kunst bloeide, daar op de puinhopen van Europa. Verval en decadentie werden naarstig vastgelegd voor het nageslacht. De kleurige kermisklanken van Kurt Weill, de glamour van de flapper - het vrijgevochten jaren 20-meisje - , de films van die dagen, ze hebben ons altijd gefascineerd. En nog meer omdat we beseffen dat al dat koortsige leven tot ondergang gedoemd was. Om de hoek marcheerden al de zwarte laarzen van de SS.
Grote vakantie
En wat deed ondertussen een fatsoenlijk jongmens, van het soort dat zich probeerde te handhaven zonder er zijn waardigheid bij te verliezen? Die stond erbij en keek ernaar. En schreef - kinderboeken bijvoorbeeld, waarin hij de maatschappelijke chaos en de lokroep van de swastika kon vergeten. Erich Kästner (1899-1974) werd zelfs wereldberoemd metEmil en de detectives. Maar een fatsoenlijk mens als Kästner kon de om zich heen grijpende waanzin niet blijven negeren, ook al wist hij dat zijn stem verloren zou gaan in de storm van zijn tijd. Dus raapte hij al zijn moed en zijn verontwaardiging bijeen en verscheen in 1931 een bijtende satire: de romanNaar de haaien. En daar klinkt de diagnose zo: 'Europa had grote vakantie. De leraren waren weg. Het lesrooster was zoek. Het oude continent zou de eindstreep van het schooljaar niet bereiken. De eindstreep van geen enkel jaar!'
Aan het woord is Jakob Fabian, germanist die een hongerloon verdient met het bedenken van reclameslogans voor slechte sigaretten. Verder is hij 'expert in doelloosheid'. Hij zwerft avond aan avond door West-Berlijn, een 'dolgedraaide stenen blokkendoos' bevolkt door een merkwaardige fauna. In het Cabaret der Anoniemen worden zwakzinnigen opgevoerd voor een publiek dat de artiesten 'betaalt' met suikerklontjes. In een lesbische kroeg dansen vrouwen in herensmokings en een straat verderop huist een parenclub - Fabian wordt er opgepikt door een getrouwde blondine wiens man hem een overspelcontract onder de neus schuift ('De onderbuik van mijn vrouw groeide mij als het ware boven het hoofd'). Als mevrouw later een mannenbordeel begint, bedankt Fabian feestelijk voor een jobaanbod. Het geld kan hij nochtans gebruiken - hij wordt ontslagen wegens een grote mond en dreigt daardoor ook zijn nieuwe liefde Cornelia te verliezen.
Ondertussen becommentarieert hij met zijn vriend Labude de ondergang van het Avondland. In een socialistische heilstaat zoals Labude die droomt, kan Fabian niet geloven. Al geef je de mensheid kippen in de pan, twee auto's en een radio op het toilet, daarmee kweek je nog geen innerlijke beschaving. En een barbaar met een vast maandinkomen is nog altijd een barbaar. Waar moet je in het Duitsland van 1930 trouwens dat optimisme halen? Nazi's schieten op communisten en vice versa, de seksen buiten elkaar uit en de bazen hun ondergeschikten, het gezin ligt op sterven en liefde is een ijdel woord. 'Wie een optimist is, kan alleen maar wanhopen', vindt Fabian. 'Maar ik ben een melancholicus, mij kan niet veel gebeuren. Ik bespeur niets van de dadendrang die anderen ertoe aanzet met hun kop tegen de muur te lopen tot de kop het begeeft. Ik kijk en wacht. Ik wacht op de overwinning van het fatsoen, dan zou ik iets kunnen betekenen. Maar ik wacht erop als een ongelovige op een wonder.'
Gedrukte drek
Dat wonderen niet bestaan en dat dadendrang tot drama leidt, bewijzen de verdere lotgevallen van Labude en Fabian. Aan een tijd die zo vertwijfeld is, kan het individu zich niet ontworstelen - of hij nu optimist of melancholicus is. En Kästners roman schoof, in al zijn tegendraadse heftigheid, mee de afgrond in. In 1933 werd het kleinood door Goebbels in de vlammen gegooid. Op de Opernplatz in Berlijn, terwijl de schrijver toekeek. Zelfs in een gekuiste, gede-erotiseerde versie werd de roman ontaard bevonden, 'gedrukte drek'. Kästner trok zich terug in de schaduw, waar hij het Derde Rijk overleefde en anoniem scenario's schreef voor de UFA-filmstudio's.
Dat zijnNaar de haaien geen immoreel, maar integendeel een uiterst bedachtzaam boek is, benadrukte hij nog eens bij een herdruk in 1950. In 1930 was het vijf voor twaalf, schreef Kästner in een nawoord, maar dat wilde toen niemand weten. 'Liever luisterden de mensen naar de kermisomroepers die hun mosterdpleisters en giftige kant-en-klaar-oplossingen aanprezen. Ze liepen achter de rattenvangers aan de afgrond in.' Dat een boek niets hielp, én ook in 1950 niet, verbaasde de moralist Kästner allerminst. De gewetensvolle mens is een buitenstaander, hij strijdt sowieso voor een verloren zaak - tegen de waan van de dag, wars van holle frases en politieke correctheid. Ontmoedigen doet dat hem niet. 'Zijn leus is: Maar toch!'
ERICH KÄSTNER
Naar de haaien.
Vertaald door Maaike Bijnsdorp en Lucie Schaap, Lebowski, 255 blz., 19,95 ?.
De auteur: de Duitse schrijver, dichter en cabaretier Erich Kästner (1899-1974) zag zijn romanNaar de haaien op de brandstapels van de nazi's belanden.
Het boek: beschrijft vol afschuw en spot de totale crisis waarin Duitsland anno 1930 was beland.
ONS OORDEEL: een bijtende satire.
¨¨¨¨è
Alexandra De Vos ■
31/08/2014
Naar de haaien is de Nederlandse vertaling van Der Gang vor die Hunde van de Duitse auteur Erich Kästner, dat sinds de eerste publicatie in 1931 alleen in gecensureerde vorm te verkrijgen was, maar kort geleden voor het eerst in zijn originele vorm werd uitgegeven. Het origineel is geschreven in een kleurrijk, met veel zegswijzen doorspekt Duits, waarvan Maaike Rijnsdorp en Lucie Schaap een goede vertaling hebben geleverd.
De roman verhaalt de lotgevallen van Jakob Fabian, een belezen academicus, die zich in het Berlijn van de uiterst woelige jaren dertig staande probeert te houden. De door geweld en zedelijk verval geplaagde stad stond bekend als een twintigste-eeuws Sodom en Gomorra, en Kästner had geenszins de intentie om dat te verbloemen: ‘In het oosten vertoeft de misdaad, in het centrum de oplichterij, in het noorden de armoede, in het westen de ontucht en in alle windrichtingen huist de ondergang.’ We volgen Fabian door extravagante clubs, waar aan alle fantasieën wordt voldaan, door de slaapkamers van overspelige huisvrouwen, die een klein bordeel als bijverdienste uitbaten, door brallerige arbeiderswijken en het decadente kunstenaarsmilieu.
Jakob voorziet het verval rondom hem van laconiek commentaar, maar Naar de haaien is geen boek over een verbitterde man, die voor de morele uitverkoop zijn ogen heeft leren sluiten. We zien ook zijn gevoelige kant, zijn groot hart voor de zwakkeren en een haast aandoenlijke liefde voor zijn moeder. Zijn houding is niet die van de cynicus, die met de verdorvenheid als object van spot genoegen neemt. Hij is eerder een satiricus, die ondanks alles in bijtende kritiek nog heil ziet, als een poging tot verbetering, in de wetenschap dat een betere wereld mogelijk is.
Toch blijkt tegen de dirty thirties weinig kruid gewassen. Wanneer zijn lieve Cornelia besluit haar lichaam te verkopen voor een carrière in de filmwereld en zijn idealistische vriend Labude het dodelijk slachtoffer wordt van een kwaadaardige grap, valt het ook Fabian alsmaar moeilijker om de totale vertwijfeling nog het hoofd te bieden, om kracht te blijven putten uit zijn morele principes: ‘Hij, Fabian, zweefde door de ruimte, omdat hij niet zwaar genoeg was, en leefde verder. Waarom leefde hij nog, terwijl hij niet wist waarvoor?‘
Naar de haaien is een droevig boek over een harde tijd. Maar het gaat niettemin over de verbeten zoektocht naar zingeving, ook al blijft die zonder resultaat, én over de hardnekkige weigering, zich daarbij te laten corrumperen: ‘Hij wilde niet buigen voor geld. Verdomme, hij weigerde zich te verloochenen!’ Het zijn die afwegingen van een jonge mens tussen makkelijk opportunisme en individuele morele waardigheid, die ons ook nu, in een gedesillusioneerd en soms wankel Europa, bezighouden. Dat alles maakt Naar de haaien tot een verrassend actuele roman, die ook vandaag meer dan het lezen waard is.
[Sven Fabré]
J. IJbema
Dit is de vertaling van de originele versie van Fabian, een roman voor volwassenen van de auteur van bekende kinderboeken als 'Drei Männer im Schnee' en 'Emil und die Detektive'. De uitgave van 1931 werd door zelfcensuur van de uitgever ingekort en een aantal te expliciet seksuele passages werd weggelaten. Hoofdpersoon Jakob Fabian is een werkloze germanist in de nadagen van de Weimarrepubliek, die woont in een Berlijn dat leeft in een roes van verval. Als een pessimistische waarnemer van zijn tijd verkeert hij in kringen van kroegen, kunstenaars en bordelen. Zo ontstaat een weergaloos portret van het grotestadsmilieu aan de vooravond van de machtsovername door de nazi’s. De kracht van het boek vormen de menselijke hoofdpersonen en de buitengewoon humoristische, nog steeds modern aandoende schrijfstijl van Kästner, die dit boek zelf als zijn belangrijkste werk beschouwde. Deze heruitgave is echt een verrijking! Bavat twee nawoorden, twee voorwoorden (1947 en 1950) en een uitvoerige bibliografie. Vrij kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.