Patroon
Marco Kunst
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Lemniscaat, cop. 2013 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : KUNS |
15/09/2013
Wie anders is en zich niet gedraagt zoals de rest, kan vaak op weinig sympathie rekenen in een groep kinderen. Dat geldt op school, maar ook in een kleine dorpsgemeenschap. In Vlieg!, het nieuwe boek van Marco Kunst, vormen de gevolgen van kinderlijk pesten een rode draad in het verhaal over Marius, die in het jaar voor hij naar de middelbare school gaat de wereld om hem heen ziet veranderen. Niet omdat die wereld daadwerkelijk zo anders wordt, maar omdat hij zelf verandert.
Marius is een denker. Hij is graag alleen of bij zijn grootvader, de enige die hem serieus lijkt te nemen. Terwijl zijn vader en moeder zich zorgen maken over hun ‘Muis’ die zich niet gedraagt zoals zij van een jongen van zijn leeftijd verwachten, praat opa op een gelijkwaardige manier met Marius over de zaken die hem bezighouden. Dat opa de enige is die Marius bij zijn echte naam noemt, staat symbool voor deze gelijkwaardigheid.
In het jaar voor hij naar de middelbare school gaat, groeit Marius uit van een kind dat bang is voor het gekkenhuis, waar hij langs moet als hij naar opa gaat, tot een jongen die de gevolgen van het verleden in het heden leert te zien. Naast de mooie tekening van het gezin, met een vader die wel stoer is maar ook vaak moe, geïrriteerd en afwezig, en een puberende broer, zet Kunst een prachtige relatie tussen een grootvader en zijn kleinzoon neer. Deze band culmineert in het besef van een herhaling van de geschiedenis: zoals Marius, zijn broer en de andere kinderen uit het dorp de vreemde jongen Willem pesten en hem de bijnaam Vogelpoep geven, zo heeft opa vroeger Willems opa, die nu in het gekkenhuis zit, uitgescholden voor Kraai Dakkenschijter. De gevolgen van die bijnaam en de bijbehorende uitsluiting hebben generaties lang voortgeduurd.
Even ben je bang dat Kunst zich heeft laten verleiden tot een afgezaagde eind-goed-al-goed-oplossing. Marius vraagt zijn opa om alsnog zijn excuses aan te bieden. Maar gelukkig is opa niet heilig: ‘"Zie je het voor je? Dat ik naar Vreugdendal zou gaan, bij die Willem zou aankloppen, en dan zeggen dat het me zo spijt?" Opa lacht schamper. "Dat kan toch niet, Marius. En het heeft geen zin. Ik kan de tijd niet terugdraaien."’
De brief die Marius na opa’s overlijden vindt, biedt hoop dat het toch nog goed kan komen. Maar nog veel sterker wordt deze hoop gevoed door Marius’ geestelijke groei. Marco Kunst heeft een mooi, onnadrukkelijk psychologisch portret geschreven van een jongen die op de grens tussen kind en volwassene de wereld met andere ogen gaat bekijken. Na de dood van opa kan en durft Marius van zijn vader te eisen dat hij hem bij zijn echte naam noemt. En hij heeft zijn opa niet meer nodig om een vlieger te maken en die zelfstandig op te laten. ‘Omhoog schiet het vliegertje’, zoals Marius omhoog is gevlogen. [Sanne Parlevliet]
Ria de Schepper
Marius is een dromer met een levendige fantasie. Thuis vindt hij geen klankbord voor zijn problemen met een gepeste jongen die hem steeds nauwer op de huid komt te zitten. Samen met zijn opa kan hij genieten van de zee, de duinen en de sterren. Niet alleen Marius heeft problemen, ook opa heeft geheimen en zijn krachten nemen stilaan af. Het verhaal schetst in een halfjaar een mooi beeld van een elfjarige voor wie het lijkt 'alsof alles een beetje uit elkaar valt als je groter wordt'. Marius’ vader is een piloot die weinig tijd en aandacht heeft voor hem. Vrij zijn en opgenomen worden in de oneindige ruimte, trekt Marius aan. Het maken van een vlieger samen met opa vormt een rode draad door de gebeurtenissen heen. Het duinhuis van opa, de omgeving en de zee worden beschreven met gevoel voor detail en mooie beelden. De filosofische beschouwingen over het leven en het belang van je daden zijn meeslepend. Het boek is geïllustreerd met een aantal sfeervolle, fijne aquareltekeningen in zwart-wit. Het geeft een intens, gevoelig portret van een introverte en fantasierijke jongen. Vanaf ca. 10 jaar.
Annie Beullens
ua/an/22 j
Marius is elf jaar. Hij woont met zijn ouders en broer aan zee. Niet ver bij hen vandaan woont opa. Op de weg naar opa's huis staat een 'gekkenhuis'. Marius is een angstige en tobberige jongen en hij is doodsbang van een van de patiënten van de instelling, die ze Vogelpoep noemen. Daarom neemt hij liever een omweg om bij opa te komen. Want met opa kan Marius het heel goed vinden en aan opa kan hij alles vertellen. Thuis komt de timide jongen niet aan bod. Zijn vader is piloot en heeft weinig tijd en geduld. Moeder is een zwakke figuur en oudere broer Pieter is een haantje en een pestkop zonder scrupules.
Het boek volgt Marius door de vier seizoenen van een jaar. Opa is expert in het vliegers maken. Samen met Marius maakt hij een tetraëdische doosvlieger. Op p. 57 lees je dat een tetraëder een regelmatig viervlak is, opgebouwd uit driehoeken. Tijdens het knutselen is er veel tijd om te praten met opa. Tot hoofdstuk 12 lijkt het een mat verhaaltje te worden, maar dan komt er vanaf hoofdstuk 13 spanning in het verhaal. Een jongen uit Pieters klas vraagt Marius om op wacht te staan in een leegstaand huis. Alhoewel hij doodsbang is, durft Marius niet te weigeren. Dan ziet Marius Vogelpoep naar het huis komen ... Aan opa vertelt hij wat er gebeurd is, want Marius is banger dan ooit voor Vogelpoep. Opa vertelt hem hoe Vogelpoep aan zijn naam kwam. Zo hoort Marius dat het opa was die als kleine jongen de scheldnaam uitvond. Die scheldnaam is doorgegaan op de zoon en de kleinzoon van Vogelpoep. Opa heeft nog steeds schuldgevoelens over wat hij toen deed maar zich excuseren wil hij niet. Ondertussen zet Pieter het pesten onvermoeid voort. Als het lente wordt, sterft opa. Marius erft een doos met het vliegerboek en met een brief met excuses voor de kinderen van Vogelpoep. Alles lijkt goed te worden, want Marius slaagt erin om voor het eerst met zijn vader te praten.
Het boek maakt de gevolgen van pesten op lange termijn duidelijk. Het verhaal groeit en wordt boeiender vanaf de helft. Wat taal betreft: 'van de zomer' lijkt me dialectisch en wat 'vieze meuk' mag zijn, weet ik niet.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.