Soldaten huilen niet
Rindert Kromhout
Rindert Kromhout (Auteur), Annemarie van Haeringen (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Leopold, 2013 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : KROM |
15/06/2013
In woord en beeld vertellen Rindert Kromhout en Annemarie van Haeringen in Die dag in augustus het verhaal van Enrico en Teresa. Het boek bestaat uit twee delen, waarin het eerste deel uitgebreid het dagelijkse en rustige leven in een klein bergdorp beschrijft ofwel hoe het leven was vóór ‘die dag in augustus’. De illustratie op de titelpagina lijkt net een klein Van Gogh-schilderijtje en dompelt ons meteen in een zuiderse sfeer. Meer dan vijftig bladzijden lang maak je kennis met de vaak oude dorpsbewoners, kuierend, of al dan niet achterstevoren op een keukenstoel aan de voorgevel van hun huizen. De weinige kinderen in dit dorp delen een prachtig beschreven band. De illustraties houden de lezer alert, want ze lopen niet altijd synchroon met het verhaal; zo staat een prachtige schets van een wuivende oude vrouw, haaks op ‘de nijdige Donatella die Luca met strakgetrokken schouders de rug keert’. Deze combinatie van een voortkabbelend verhaal en pittige schetsen daagt de lezer uit. Af en toe licht Kromhout al een tipje van de sluier door verwijzingen naar het leven ná ‘die dag in augustus’ maar wat er die dag aan de hand is, blijft (te) lang een raadsel. Kromhout probeert hiermee de spanning op te drijven, maar het zullen allicht enkel de geoefende lezers zijn die het volhouden tot het tweede deel. Van Haeringen sluit het eerste deel al even sterk af als het is begonnen met een prachtig sfeerbeeld van een zuiders heuvellandschap.
Dan keert het tij: deel twee start twee weken na ‘die dag in augustus’. Een gedurfde keuze, want wie dacht dat het langverwachte antwoord meteen zou worden prijsgegeven, heeft het mis. Mondjesmaat komen we meer te weten: ‘het was een heel gedoe geweest alle schapen terug te vinden. Drie waren er spoorloos. Drie was weinig, het hadden er veel meer kunnen zijn’. Het trage dorpsleven herstelt zich in een nieuwe dimensie waar mensen in tentenkampen leven met het geluid van bulldozers op de achtergrond: ‘Onder het puin was niemand meer te vinden’. Oude mannen zitten voor zich uit te staren, achter hen een berg puin waar eens een café stond. De illustraties maken de massa gruis in het dorpje extra grijs en stoffig. Een schets van twee mensen in een deken gewikkeld en de verwijzing naar ‘bevende huizen’ bevestigen het vermoeden dat het dorp verwoest is door een aardbeving, die vele slachtoffers heeft gemaakt. ‘Nog een week en het nieuwe schooljaar zou beginnen. De klassen zouden kleiner zijn dan vorig jaar, de nieuwe juf was iemand die niet uit het dorp kwam’. Maar het dorp herstelt zich, de kracht en het incasseringsvermogen van volwassenen en kinderen worden in de verf gezet. Enrico, die vóór het noodlot toesloeg nog een jongetje was dat graag tekende, is een jongeman geworden die zijn dorp tekent ‘om het nooit meer te vergeten‘, wijze woorden van de overleden grootmoeder, aan wie Enrico eens beloofde nooit het huis te verlaten zonder zijn schetsboek. De symboliek en de kracht in de onderliggende verhalen maken dit boek bijzonder. Het is vooral geen makkelijk boek en het verdient te worden gelezen en vooral herlezen. [Ann Schatteman]
W. van der Pennen-Schleicher
In de zomervakantie gaat Enrico iedere dag naar zijn grootvader, om hem te helpen met de schaapskudde. Onderweg houdt hij regelmatig stil, om wat te praten met bekenden, maar vooral om in zijn tekenblok de dagelijkse gang van zaken in het dorp, de mensen en het omringende landschap vast te leggen. Het tweede deel van het verhaal opent met de zin 'Behalve die dag in augustus...', want dan begint de aarde te beven: huizen storten in, mensen worden bedolven onder het puin of raken gewond, onder wie Enrico's moeder en zijn vriendinnetje. En ook dan tekent Enrico wat hij ziet. Het verhaal wordt beeldend verteld. Subtiel wordt er een beeld gegeven van de ingrijpende gebeurtenis, die juist door het klein te houden zijn uitwerking niet mist. De illustraties passen daar perfect bij: de schetsmatige lijnvoering met zwarte en gekleurde inkt laat zelfs meer zien dan in het verhaal verteld wordt. Een tot in de puntjes verzorgde uitgave, voorzien van een linnen band en met op het omslag een tekening die uitgescheurd lijkt uit een tekenblok. Vanaf ca. 10 jaar.
Annie Beullens
ua/an/22 j
Twee dorpen, één op de berg en één in het dal, ergens in Italië. Zo begint dit schijnbaar eenvoudige verhaal. Enrico gaat elke ochtend naar het dal waar zijn grootvaders schaapskudde graast. Dat doet hij de hele zomervakantie behalve die dag in augustus ... Deze tweede zin van het verhaal doet vermoeden dat er net toen iets belangrijks gebeurde.
Enrico tekent graag en heeft altijd zijn tekenspullen bij de hand. Het bergdorp en zijn markantste bewoners worden beschreven. Er is ook iemand die het dorp bijzonder maakt en dat is de heilige. Zonder hem zou het dorp er nooit geweest zijn. Die heilige blijkt later Franciscus te zijn en het dorp is dus Assisi. Veel mensen verdienen geld aan de heilige. Er wordt gezegd dat de heilige kon vliegen, maar dat gelooft opa niet. Dat is de reden waarom hij en Marta, die het wel gelooft, ruzie maken en dus niet gaan samenwonen. Enrico droomt ervan naar de academie te gaan en de wereld te gaan verkennen. Don Luigi, zijn grootvader, zegt: De wereld is te groot om te bekijken. Hoeveel reizen je ook maakt, je krijgt hem nooit helemaal te zien. Dus waarom zou je al die moeite doen?
Op zijn weg naar het dal loopt Enrico voorbij het huis van Teresa. Enrico en Teresa zijn verliefd: ze beloven altijd bij elkaar te blijven, wat er ook gebeurt. Twee weken later is het gebeurd: een aardbeving trof het dorp. Enrico's moeder en Teresa zijn gewond. De schaapsstal is vernietigd en het huis van Marta is ingestort. Opa gaat haar zelf halen om in zijn huis te komen wonen. Er was een aardbeving nodig om hun godsdienstruzie bij te leggen. De aardbeving en de daarop volgende chaos worden plastisch beschreven. Enrico krijgt de kans om te bewijzen wat 'voor altijd wat er ook gebeurt' betekent: hij duwt de rolstoel met Teresa tussen het puin voort.
Dit is een heel mooi verhaal. Het ziet er eenvoudig uit maar dat is het niet. Enrico is een kunstenaar in wording en zeer gevoelig voor schoonheid. Er zit ook veel humor in, daar zorgt opa Luigi voor, en het is ook kritisch. De illustraties van Annemarie van Haeringen lijken schetsen zoals Enrico ze zou kunnen getekend hebben. Het boek refereert naar de aardbeving die Assisi trof, enkele jaren geleden.
©Bibliotheek Gent
us/ug/01 a
Met Die dag in augustus schreef Rindert Kromhout een novelle over Enrico. Enrico daalt elke dag af naar het dorp in het dal om de schapen van nonno Luigi te gaan hoeden, behalve die dag in augustus …In het eerste deel worden alle personages en hun onderlinge verhoudingen geschetst met woorden en tekeningen.Het tweede deel begint met 'Die ene dag in augustus' en snel wordt duidelijk wat er allemaal veranderd is en wat gebleven is. Een subtiel en sfeervol verhaal.
©Bibliotheek Gent
us/ug/01 a
Met Die dag in augustus schreef Rindert Kromhout een novelle
over Enrico. Enrico daalt elke dag af naar het dorp in het dal om de schapen
van nonno Luigi te gaan hoeden, behalve die dag in augustus …
In het eerste deel worden alle personages en hun onderlinge
verhoudingen geschetst met woorden en tekeningen.
Het tweede deel begint met 'Die ene dag in augustus' en snel
wordt duidelijk wat er allemaal veranderd is en wat gebleven is. Een subtiel en
sfeervol verhaal.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.