De koningin zonder land
Paul Verrept
Berlinde De Bruyckere (Auteur), Brett Littman (Auteur), Estate Philippe Vandenberg (Redacteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Skira, cop. 2012 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : KUNST : 736 BRUY |
15/11/2012
Sinds de dood van Philippe Vandenberg werkt het nalatenschap (het Estate Philippe Vandenberg) aan de ontsluiting en publicatie van het werk van deze Belgische kunstenaar. Bij dat proces hoort een website en ook tentoonstellingsprojecten, waarvan het recentste een dubbeltentoonstelling is van tekeningen van Vandenberg in dialoog met tekeningen van Berlinde De Bruyckere. Deze kunstenares, die bevriend was met Vandenberg, ging gedurende meer dan een jaar door de dertigduizend tekeningen van de kunstenaar en maakte daaruit een selectie, in hoofdzaak tekeningen naar model van religieuze schilderijen. Geweld en agressie zijn belangrijke thema’s in deze werken, die een pendant krijgen in een selectie tekeningen en aquarellen van De Bruyckere. De tentoonstelling gaat gepaard met twee publicaties: een grote catalogus met fraaie reproducties van de werken en een klein boekje met twee verhelderende essays.
Hoewel het verdedigbaar is (vanuit de persoonlijke relatie en de thematische verwantschap) dat De Bruyckere het werk zou selecteren, is het toch niet volledig duidelijk waarom beide kunstenaars samen moeten worden getoond. Het lijkt een beetje alsof De Bruyckere, als misschien toch iets bekendere kunstenares, Vandenberg op sleeptouw moet nemen, terwijl zijn werk toch heel sterk op zijn eentje kan staan. Dat merk je ook in de catalogus, die netjes in tweeën is verdeeld, een helft voor elke kunstenaar, waardoor er niet echt een dialoog op gang komt. De beknopte duidingen, van De Bruyckere zelf en Brett Littman, voegen niet heel veel toe. Bovendien gaat het bij De Bruyckere ook meer om aquarellen dan om tekeningen in de zuivere zin van het woord (de werken van Vandenberg zijn allemaal louter potloodtekeningen).
De echte inhoudelijke duiding komt vooral in de twee essays in het kleinere boekje. Deze zijn van de hand van Patrick Van Rossem, een docent kunstgeschiedenis die een nogal theoretische benadering biedt, en Jan Vanden Berghe, die een boezemvriend was van de kunstenaar. De tekst van Vanden Berghe brengt de lezer het verst, net omdat ze vrij is van veel theorie en ook de persoon van de kunstenaar op de voorgrond brengt. Van Rossem bouwt zijn verhaal vooral op uit postmoderne theorie, en suggereert artistieke invloeden en parallelen.
De tekeningen van Vandenberg zijn op zich echter niet van dien aard dat ze heel veel duiding vragen: dit is kunst die heel sterk op zichzelf weet te staan. De reproducties in de catalogus zijn zeer hoogwaardig en overtuigen ons van de daadkrachtige lijn waarmee de kunstenaar tekent. De agressieve beelden, bijvoorbeeld van naakte vrouwen die worden aangerand, gemarteld en verscheurd, maar ook een Sint-Sebastiaan die klaarkomt terwijl hij met pijlen wordt doorboord door soldaten die zelf een erectie hebben, zijn indrukwekkend. Maar het is net bij die beelden dat de duiding door de auteurs stokt. Men kan zich maar beperkt verschansen achter Lacan en Bataille wanneer men dit soort kunst bespreekt. Uiteindelijk komt de mens zelf aan bod. Vanden Berghe suggereert in zijn duiding van de verscheurde vrouwen mooi de mogelijke banden met Vandenbergs persoonlijke leven en zijn moeilijke relaties met vrouwen, maar de sterk homo-erotisch/sadistische beelden bevatten volgens hem ‘enigmatische seksuele connotaties’. Veel enigma is er niet voor wie verstand heeft van kijken (of voor wie een penis kan identificeren), maar de manier waarop biografie en werk in deze intieme seksuele werken verstrengeld raken wordt net in dit soort ontwijkende passages een pleidooi om de bespreking van dit soort werk toch maar niet in handen te geven van mensen die te dicht bij de kunstenaar staan.
De tekeningen van Philippe Vandenberg waren tot op heden vooral een verborgen schat, en gezien er sprake is van dertigduizend stuks, onder meer in een reeks schetsboeken, is de huidige selectie weinig meer dan het kleinste topje van de ijsberg. Vooral de kleurentekeningen en aquarellen die in het kleine tekstboekje ter illustratie zijn opgenomen openen fascinerende verdere perspectieven op een rijk en hoogstaand oeuvre (in die zin was het opnieuw beter geweest om Vandenberg zelf ruimer aan het woord te laten in plaats van de dialoog met De Bruyckere als inzet te nemen: er is zoveel meer hier dat het tonen waard is en dat er geweldig had uitgezien in groot formaat in de fraaie catalogus). Deze beide publicaties maken in elk geval duidelijk dat dit oeuvre al zijn geheimen nog lang niet heeft prijsgegeven: in het geval van Vandenberg blijft meer tot nader order meer. Meer, graag.
[Christophe Van Eecke]
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.