La nuit de Walenhammes : roman
Alexis Jenni
Alexis Jenni (Auteur), Henriëtte Gorthuis (Vertaler), Jeanne Holierhoek (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Geus, cop. 2012 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : JENN |
31/05/2013
In tijden van oorlog is wat je noemt een monumentaal epos. Het is ook een uitgesproken Frans boek: het speelt zich niet alleen af in Frankrijk en in de voormalige Franse koloniën Indochina en Algerije, maar biedt ook een imposante sociologische analyse van het maatschappelijke leven in Frankrijk, waaraan de lange oorlogsjaren — ondanks raakvlakken en overeenkomsten met andere ex-koloniale mogendheden — een uitgesproken eigen karakter hebben gegeven. Een eigenheid die ook al spreekt uit de oorspronkelijke titel, L’art français de la guerre.
Het specifieke van de Franse naoorlogse geschiedenis ten opzichte van die van andere West-Europese landen is dat Frankrijk vanaf begin jaren veertig tot 1962 zo goed als onafgebroken in staat van oorlog is geweest, allereerst met het opkomend verzet en als geallieerde macht tegen nazi-Duitsland en daarna in de kolonie Indochina en het overzeese departement Algerije; dat het Franse leger toentertijd dus voor een aanzienlijk deel bestond uit mannen die jarenlang rechtstreeks bij oorlogshandelingen waren betrokken; en dat ten slotte ná die tijd, eigenlijk tot de dag van vandaag, dit verleden in de hele maatschappij heeft doorgewerkt: ten eerste doordat de soldaten die terugkwamen uit die verloren koloniale oorlogen, niet dezelfde heldenontvangst kregen als na de Tweede Wereldoorlog, maar integendeel de grootste moeite hadden om weer geïntegreerd te raken in een maatschappij die ook geen raad wist met hen, en ten tweede doordat de Arabische ‘overwinnaars’ zich in groten getale kwamen vestigen in Frankrijk, maar zich tussen de ‘verliezers’ ook verre van optimaal konden integreren. Mede door onverwerkte oorlogstrauma’s en door opgekropte frustraties bij de geïmmigreerde pieds noirs en de autochtone bevolking, ontstond er zodoende een voedingsbodem voor uiterst rechtse groeperingen met een fel xenofobe inslag en een verheerlijking van geweld.
Over deze twintigjarige, aanvankelijk glorieuze maar allengs steeds verbetenere, gewelddadigere, ja zelfs vuilere oorlog en over de nawerking daarvan in het huidige land handelt deze roman. De hoofdpersoon is een in zijn beroep en huwelijk gesjeesde, nogal tobberige intellectueel zonder legerervaring, maar mèt een voorliefde voor oorlogsfilms en een in zijn jongensjaren opgebouwde kennis van tank- en vliegtuigtypes. De verder niet bij naam genoemde hoofdpersoon, die lijkt te verlangen naar een onbereikbare authenticiteit en puurheid in zijn leven, wordt op zijn wenken bediend als hij op een dag kennismaakt met een oude kunstenaar, die hem onmiddellijk intrigeert door zijn alles doordringende, koude blik. Deze Victor Salagnon blijkt niet alleen een hartstochtelijk en begaafd schilder, maar ook een gewezen beroepsmilitair te zijn. Hij zal zijn jongere gesprekspartner schilderles geven, in ruil waarvoor deze Salagnons oorlogsherinneringen zal herschrijven op een manier die de lezer van begin tot eind bij zijn lurven moet grijpen.
Het resultaat is de roman die voor ons ligt en waarin commentaarstukken van de als ghostwriter optredende hoofdpersoon worden afgewisseld met hoofdstukken (‘romans’) met het levensverhaal van Victor Salagnon, zijn jeugd, de manier waarop hij als jonge jongen in het verzetsleger rolt, zijn kennismaking met zijn latere vrouw, Eurydice Kalloyannis, de dochter van een Grieks-Joodse legerarts uit Algiers, zijn overleven en verworden tot een geroutineerde vechtmachine in de gruwelijke en uiteindelijk ook hopeloze jungle-oorlog tegen de onzichtbare en ongrijpbare Vietminh in Indochina, waartegen de meest immorele oorlogsmethoden (moeten) worden ingezet, en ten slotte zijn betrokkenheid in de mogelijk nog gruwelijkere oorlog in Algerije tegen een nog onzichtbaardere tegenstander, waartegen in de stadsjungle van Algiers een inlichtingenslag wordt gevoerd die neerkomt op massale foltering.
De beschrijvingen van de oorlogstaferelen en alle smerige praktijken daaromheen zijn zonder meer schokkend en op zijn zachtst gezegd niet altijd een pretje om te lezen. En toch is dit enerverende relaas ook meeslepend en indrukwekkend. De pijn, de angst, het verdriet en de wroeging van Salagnon, die anders dan veel verbitterde lotgenoten in zekere zin door het schilderen zijn ziel weet te redden, worden op een indringende manier in beeld gebracht. Maar wat
de lezer op den duur wel een beetje kan gaan tegenstaan, is het soms al te nadrukkelijke commentaar van de ghostwriter-auteur, die het ultieme boek over oorlog lijkt te hebben willen schrijven: een boek dat een antwoord biedt op alle vragen over de maatschappij en het individu,
over de relatie en de scheiding tussen het ik en de ander, het verband tussen kunst en werkelijkheid, tussen seks en dood, taal en bloed enz. Dit retorisch geweld vormt helaas een reële bedreiging voor de vele mooie, beklijvende passages die dit boek ook rijk is. [Clemens Arts]
Menno Gnodde
Dat de militaire strategie van Frankrijk ontluisterend was, dat mensen op ras werden gerangschikt, en dat de koloniale slachting in Indochina en Algerije een schanddaad was, is in essentie bekend. Maar hoe werd die werkelijkheid toen beleefd en vertaald, hoe natuurlijk zijn haat en geweld? Als gymnasiast zat Victor Salagnon al bij een verzetsgroep om vervolgens twintig jaar lang het leger te dienen. Ook toen al maakte hij schitterende pentekeningen. Een gave die hem in contact brengt met de jonge berooide verteller, die schilderles bij hem volgt. Hij krijgt diens levensverhaal aangereikt en levert op zijn beurt commentaar. Als maquisard leert Salagnon schieten en doden en verliest hij zijn angst. In Indochina en Algerije ervaart hij de praktijken van marteling en executie, maar hij blijft tekenen als therapeutisch tegenwicht. Ook andere stemmen laten zich horen: doorgedraaide vrienden van Salagnon, passanten, zijn sterke vrouw Eurydice, klassieke schrijvers. Zo verdiept zich de humanistische visie van Alexis Jenni (Lyon, 1963) in deze gedreven Prix Goncourt 2011. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.