Ik weet een mop!
Erik van Os
Elle van Lieshout (Auteur), Erik van Os (Auteur), Alice Hoogstad (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lemniscaat, cop. 2012 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE :
Fantaseren |
31/10/2012
Kleuter Polle gaat geregeld met zijn opa naar de dierentuin en verwondert zich dan telkens over hoe het komt dat de dieren eruitzien zoals ze eruitzien. Het prentenboek En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs? is geheel rond die vraag opgebouwd. In rijm stellen Elle Van Lieshout en Erik Van Os vragen als ‘waarom zijn die zebrastrepen nooit eens roze met blauw? [...] Wie zet al die ogen in de veren van een pauw?’ Vanwege het rijm leest het verhaal vlot — wie het verhaal vaker voorgelezen krijgt, zal op een gegeven moment de tekst kunnen aanvullen — hoewel er eigenlijk nauwelijks sprake is van een verhaal.
En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs? vaart op de prenten die steeds een spread in beslag nemen, niet op de tekst. Uiteraard kunnen ook prenten een verhaal vertellen, maar Alice Hoogstad heeft een ander doel: ze wil de verbeeldingskracht van de lezer prikkelen met haar illustraties. Een vraag als ‘Hoe komt een krokodil aan zoveel tanden in zijn bek?’ wordt voor een deel ingevuld: de tandarts zal er iets mee te maken hebben. Tegelijkertijd is er voor de lezer nog zoveel meer te ontdekken en wordt hij uitgedaagd verder in te gaan op nieuwe vragen die de prent oproept. Waarom gaat bijvoorbeeld een mensendokter aan de slag met een enorm beest als een krokodil? Waarom zit een gevaarlijk dier als de krokodil zo braaf met een tasje in zijn voorpoten en een verband om zijn bek op een krukje te wachten? En hoe zit het met andere dieren als de haas en de olifant: hoe komen zij aan hun bijzondere tanden?
De prenten zijn druk en vol, maar door Hoogstads spel met kleur wordt het nergens te veel. Op elke pagina staat het dier waar het om gaat in kleur op de voorgrond. De achtergrond is een wit gehouden potloodtekening die de dieren in hun omgeving plaatst: de krokodil bij de tandarts, de pauw met zijn staart vol ogen bij de opticien en de kangoeroe met haar buideltas in de tassenwinkel. Een rand rondom elke prent toont zaken die met de omgeving van de dieren te maken hebben. Allerlei soorten tassen en koffers bijvoorbeeld bij de kangoeroe.
De prenten bieden zo enorm veel gespreksstof. En hoe komt toch een olifant aan al die kleuren grijs? is een ideaal boek om in kleine groepjes voor te lezen, omdat kinderen elkaar dan op nieuwe zaken kunnen wijzen. Het wat clichématige einde, dat erop neerkomt dat bepaalde dingen nu eenmaal zijn zoals ze zijn zonder dat we daar een goede verklaring voor kunnen geven, is jammer en niet echt bevredigend, maar kan wel een opening zijn tot het bespreken van meer onverklaarbare dingen.
[Linda Ackermans]
Toin Duijx
Samen met zijn opa gaat Polle regelmatig naar de dierentuin en elke keer vraagt hij zich van alles af, als hij al die bijzondere dieren ziet. Hoe komt de pauw aan al die mooie ogen in zijn veren, en eet een ijsbeer alleen maar ijs? En waarom draagt een kangoeroe een rugzak op haar buik? Vrolijk groot formaat prentenboek, waarbij in de tekst geen antwoord op de vragen wordt gegeven, maar de illustraties een veelheid aan mogelijke antwoorden laten zien. Deze kleurrijke illustraties, steeds over twee pagina’s, gaan erg vrij om met de vragen, en zijn aanleiding voor urenlang kijkplezier – en leveren door de veelheid aan details een belangrijke voortgang aan de visuele ontwikkeling van het kind, en zeker ook aan de fantasieontwikkeling. Het boek is uitermate geschikt voor interactief voorlezen. De laatste zin van een pagina rijmt steeds op de eerste zin van de volgende pagina en dit zorgt voor een prettige cadans bij het voorlezen. Het antwoord van opa aan het slot is verrassend en humoristisch. Een prentenboek dat de jonge kleuter keer op keer weer zal oppakken. Aantrekkelijk, uitnodigend omslag. Vanaf ca. 4 jaar.
Annie Beullens
ua/an/22 j
Polle gaat met zijn opa naar de dierentuin en hij vraagt honderduit. Wie schildert al die vlekken op het lijf van een giraf? En waarom zijn die zebrastrepen nooit eens roze met blauw? Dan zie je een prent met een ingekleurde giraf en zebra's anders gekleurd dan gewoonlijk, een schilder en Polle en zijn opa. Op de achtergrond zijn heel veel andere dingen getekend in potlood alsof ze nog wachten om ingekleurd te worden. De rand bestaat uit gekleurde details waarvan sommige terug te vinden zijn op de grote tekening.
Bij Wie zet al die ogen in de veren van de pauw? is de prent weer gedeeltelijk ingekleurd, maar die pauwen staan in een brillenwinkel. Eén pauw doet een oogtest. Verder staan er een hoop brillen op de achtergrond, sommige leverbaar met ogen. In de rand staan verschillende ogen: van een uil, een slak, een kat ... Wat verder staat er een, op het eerste gezicht, vreemde prent met de brandweer, maar Polle maakt de associatie tussen een echte slang en een brandweerslang. Hij vraagt: Wie rolt al die slangen achter glas zo netjes op? Zo gaat het door over de neushoorn, de ijsbeer, de olifant, de flamingo's, de krokodil, de kangoeroe en de leeuw. Tenslotte zijn ze bij de uitgang en dan zegt opa eindelijk ook eens wat: Weet jij waarom je neus niet aan je billen zit?
Dit boek is niet alleen heel leuk, het prikkelt ook de fantasie. De prenten bevatten zoveel grappige details, je kan ze gebruiken als zoekprenten. Kinderen kunnen creatief aan de slag en een bonte dierenbende tekenen. Het boek kan gebruikt worden als verwerking na een bezoek aan de dierentuin, bij een project over kleuren, dieren enz. Een extra pluim ook voor de illustrator, Alice Hoogstad.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.