Chambers concise dictionary of scientists
David Millar
David Millar (Auteur), Michel Wuyts (Inleider), Jeremy Whittle (Medewerker)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Linkeroever, 2012 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : SPORT-SPEL : 618.54 MILL |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
Linkeroever, 2012 |
Leeszaal : 222MILL |
15/05/2013
De wielersport wordt in de media voortdurend in verband gebracht met doping. Wielrenners zelf ontkennen verboden middelen te gebruiken, zelfs als uit controle het tegendeel blijkt. Zo wees Contador beschuldigend naar een vervuild stuk biefstuk, schoof Landis de schuld op de Franse dopingautoriteiten die probeerden hem erin te luizen en verklaarde Vandenbroucke dat bij hem thuis gevonden stimuli bedoeld waren voor zijn ernstig zieke hond. Wat er ook gebeurt, wielrenners houden hun mond; in het peloton heerst de omerta. Precies dit gegeven maakt de wielerautobiografie Koersen in het duister van David Millar interessant. Deze Schot won in 2003 de wereldtitel tijdrijden, maar raakte hem weer kwijt nadat hij onder druk toegaf epo te hebben gebruikt. In Koersen in het duister beschrijft hij op een open, kwetsbare wijze hoe hij als jonge renner langzaam maar zeker bezweek onder de druk van het stressvolle wielerprofbestaan en toegaf aan de verleiding: ‘Ik had laten zien waartoe ik in staat was als ik clean was. Wat zou ik niet allemaal kunnen als ik doping gebruikte?’ De Spaanse sportarts Losa verschafte hem een ‘trainingsschema’ waarin precies stond wat hij wanneer en in welke hoeveelheden moest innemen om te kunnen vlammen in de Vuelta van 2002: ‘Er was een combinatie van epo, testosteronpillen en, na een week, één normale dosis cortison, gevolgd door wekelijkse microdoses. Bovendien waren er de legale injecties met vitaminen, ijzer, antioxidanten en af en toe aminozuren en glucose.’ Millar laat zien hoe hij zijn eigen morele grenzen steeds verder oprekte en dopinggebruik normaal werd: ‘Ik loog niet meer tegen mezelf: ik was geen cleane sporter meer.’
De weken na het gewonnen wereldkampioenschap tijdrijden zorgden voor een ommekeer. De Franse politie deed een inval bij hem thuis en vond achter een stapel boeken twee gebruikte spuiten. Ontkennen had geen zin. Van wielerheld werd Millar in geen tijd een valsspeler. Ontwapenend beschrijft hij wat volgde: een schorsing van twee jaar, een naheffing van de Franse belastingdienst die hem een torenhoge schuld bezorgde en het groeiende besef dat hij sterk, maar clean wilde terugkomen. Na ruim een jaar te veel drinken en wilde feesten, stapte hij weer op de fiets en daar, op het Britse platteland, vond hij het plezier terug dat hij als jonge prof in Frankrijk was kwijtgeraakt. Millar knokt zich terug naar zijn oude niveau, kreeg de mogelijkheid om weer professioneel te koersen en vanaf dat moment profileerde hij zich binnen en buiten het peloton als een fervent tegenstander van dopinggebruik.
In Koersen in het duister laat Millar mooi zien hoe hard de wielerwereld is en hoe hij en vele andere neoprofs in korte tijd hun onschuld verliezen. Tegelijkertijd laat hij de lezer kennismaken met de mens achter de wielrenner. Het boek is wat aan de dikke kant, sommige details worden te ver uitgewerkt. Het bevat drie katernen wielerfoto’s en een voorwoord van wielercommentator Michel Wuyts. [Fedor de Beer]
Wim Van Verre
Samen met coauteur en journalist voor The Times Jeremy Whittle schreef David Millar deze biografie. De Britse wielrenner is niet alleen bekend door zijn tijdritcapaciteiten en ritzeges in de Tour de France, maar ook door zijn dopinggebruik, en recenter zijn inzet voor een dopingvrije wielersport. De ondertitel verwijst natuurlijk naar doping, maar ook naar de innerlijke strijd van Millar. In een gedetailleerde dissectie van zijn eigen psyche gaat de renner namelijk op zoek naar de wortels van zijn dopinggebruik en vindt die onder meer in zijn jeugd en zijn leven buiten de sport. Millar steekt dus de hand in eigen boezem, maar klaagt tegelijk de laksheid van de wielerwereld en de antidopingorganisaties aan. Dit verhelderende verhaal van een insider toont aan dat de sportwereld niet zwart-wit is. Maar misschien is het grootste inzicht wel dat topwielrennen zonder doping mogelijk is. Oorspronkelijk verschenen in het Engels. Het voorwoord in deze uitgave is van de hand van Mart Smeets. Kleine druk, met zwart-witfoto’s, fotokaternen in kleur en register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.