Het Buchinsky incident : thriller
Benny Baudewyns
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Houtekiet, 2011 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 6721 |
15/04/2012
Volgens Van Dale is een lijkenpikker iemand die probeert voordeel te halen uit het ongeluk van een ander. In het gelijknamige boek van Benny Baudewyns komen lijkenpikkers in meer dan één betekenis terug.Ronny Tervaete is een beginnende begrafenisondernemer. Als bleu in het vak wordt hem het leven danig moeilijk gemaakt door zijn concurrent Verbeke, in dit geval de lijkenpikker van dienst. De concurrentie in het vak is moordend en dat mag best letterlijk genomen worden want het boek begint als volgt: ‘De voorraad zuurstof in de doodkist raakte langzaam opgebruikt. Daar was ik zeker van, want ik lag er namelijk zelf in. Ik ben dan wel begrafenisondernemer – ik ken dus iets van doodkisten – maar in het algemeen bevinden wij ons nooit aan de binnenkant van zo'n ding. Toch was dat nu zo. Het deksel zat er op, muurvast en ik had daarenboven nog een veel groter probleem. Niemand zou iets merken, zelfs al stond er iemand pal naast de kist en maakte hij zijn aanwezigheid kenbaar door bijvoorbeeld luidop te praten. Ik kon namelijk niks ondernemen. Ik mocht dan wel bij bewustzijn zijn, door dat verdovende spul in mijn aders lag ik erbij als een hoopje vodden. Totaal niet in staat om een vin te verroeren. Nog niet om mijn mond te openen en te schreeuwen. Hoe ik dan in deze doodkist terechtkwam?’Het begint allemaal met een verkeerd lijk. Tot zijn afgrijzen ontdekt Tervaete dat er een ander lijk in de doodkist zit die hij afhaalde in het mortuarium van een ziekenhuis, een lijk dat bovendien moet worden begraven door zijn concurrent Verbeke. Hij gaat ervan uit dat het zijn eigen fout is, en om dat goed te maken gaat hij op lijkenjacht. Op die manier krijgt de titel van het boek een letterlijke betekenis. De jacht mislukt echter en Tervaete moet noodgedwongen zijn business sluiten en gaan werken bij, jawel, Verbeke. Hij ontdekt al gauw dat Verbeke zijn geld op een heel duistere manier verdient en die ontdekking doet hem uiteindelijk belanden in een doodkist.Aanvankelijk lijkt het alsof Baudewyns een komische thriller wou schrijven. De verteller, Ronny Tervaete, neemt de lezer mee op sleeptouw op zoek naar het juiste lijk. De situaties waarin Tervaete terecht komt zijn bizar, vaak op het komische af. Baudewyns schrijft bovendien zeer plastisch wat de humor ten goede komt, en hij houdt een strak tijdsschema aan om de spanning te verhogen. Het eerste deel, van dinsdagochtend 9.30 uur tot donderdagavond 20.09 uur is ontspannend om lezen. Helaas houdt Baudewyns dit niet vol. Zodra Tervaete bij Verbeke gaat werken, krijgt het boek een heel andere toon, die moeilijk te benoemen valt. Heeft Baudewyns de bedoeling om de sfeer grimmig te maken? Dat kan en dat zou ook goed geweest zijn. Het is een kunst om ongeloofwaardige situaties (necrofilie in de begrafenisbusiness o.a.) toch geloofwaardig te presenteren, maar daar slaagt Baudewyns jammer genoeg niet in.Ook aan de manier waarop de auteur personages neerzet, mankeert er wat. Neem nu Verbeke. In het begin van het boek is hij een gehaaide zakenman die voor niets of niemand terugdeinst en om niemand geeft, zelfs niet om zijn eigen dochter. Later blijkt hij alleen maar een zielig mannetje te zijn. De tegenstelling tussen de Verbeke uit het begin van het boek en de latere Verbeke is te groot en het personage overtuigt niet. Wat ook niet helpt is dat Baudewyns Verbeke iets te vaak een ‘oerlewapper” noemt. Ergerlijk en weinig stijlvol.De lijkenpikker heeft een veelbelovend begin, maar zakt gaandeweg als een pudding in elkaar. [Marita Dries]
R.A. Wagenaar-Duursma
Hoe het is om levend in een doodskist te liggen en (bijna) te worden gecremeerd, ervaart begrafenisondernemer Ronny Tervaete aan den lijve. Doordat hij op eigen houtje een mysterie van verdwenen lijken wil oplossen, raakt hij danig in de problemen. Auteur (1958), zelf begrafenisondernemer, hanteert een humoristisch/ironische schrijfstijl. De intro begint in de doodskist, waarna het verhaal teruggaat naar het waarom hiervan. In 46 hoofdstukken waarboven tijds- of plaatsaanduiding, wordt dit uit de doeken gedaan. Vlot en spannend geschreven met een verrassend (maar ook wel wat onwaarschijnlijk) plot. Eerdere titels waren goed voor twee sterren in de VN Thrillergids, terwijl 'De Emerson locomotief' (2001) in 2002 de Diamanten kogel won. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.