Vliegen zonder vleugels
Theo Olthuis
Theo Olthuis (Auteur), Charlotte Dematons (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Holland, cop. 2011 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : TAAL EN VERHAAL : GEDICHTEN : OLTH |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Holland, cop. 2011 |
JEUGD : GEDICHTEN : OLTH |
31/12/2011
Theo Olthuis’ dichtbundel Hoera, ik ben weer wakker geeft aan dat deze oude rot in het vak nog lang niet aan stoppen denkt. Met meer dan veertien gedichtenbundels voor kinderen is Olthuis niet meer weg te denken uit de kinderpoëzie. In 2007 verscheen In je hoofd kun je alles, een bloemlezing uit zijn kindergedichten sinds zijn debuut in 1984. Dat dit boek intussen al aan zijn vierde druk toe is, bewijst dat Olthuis bij menig lezers een gevoelige snaar weet te raken. Ook al zijn een aantal gedichten meer dan 25 jaar oud, door hun herkenbaarheid en universele karakter spreken ze kinderen van nu nog steeds aan.
Ook in Hoera, ik ben weer wakker komen dezelfde ingrediënten terug die Olthuis’ poëzie zo verteerbaar maken. De thema’s die de dichter behandelt zijn alledaags en gegrepen uit de leefwereld van kinderen: je onderbroek kwijt zijn, leren fluiten, op de wc zitten, verstoppertje spelen, naar de supermarkt gaan. Naast deze luchtige onderwerpen probeert Olthuis ook de gevoelswereld van kinderen in woorden te vatten met gedichten over heimwee, jaloezie of gemis.
Vormelijk volgen de meeste gedichten hetzelfde patroon. De verzen zijn kort. Er zijn meestal hooguit twee woorden die op elkaar rijmen, waarvan, in de meeste gedichten, het laatste woord. Dit geeft de idee van een afgerond geheel. ‘Het is wel even wennen: / papa en mama / zijn niet meer bij elkaar - / En waar ik nu ben? / Ik stap / net weer op de fiets; / op weg / van hier naar daar’. Naast rijm speelt Olthuis ook met taal door woorden in een nieuwe context te plaatsen, zoals in het gedicht ‘snottebui’: ‘ik wou / dat het weer droog werd. / Al lang genoeg geduurd / die snottebui! /’ In ‘Pootjes’ wordt de uitdrukking ‘op z’n pootjes terecht komen’ in letterlijke en figuurlijke betekenis gebruikt: ‘Met één vinger / komt alles weer / op z’n pootjes terecht. / En torretje / kan weer verder.’ Toch blijft het taalspel in Hoera, ik ben weer wakker vrij beperkt aanwezig. Het verhalende aspect en emotionele herkenbaarheid primeren in deze gedichten, waardoor talige creativiteit en metrum eerder op de tweede plaats staan. De bundel biedt kabbelende, rustige kinderpoëzie binnen de lijntjes, met af en toe een verrassende pointe.
Charlotte Dematons maakte eenvoudige, sfeervolle pentekeningen in zwart en wit. Hier en daar zijn er leuke details, zoals bij het gedicht ‘onder mijn bed’, waar ‘ik’ bang is voor spoken en monsters onder het bed. ‘Maar wat ZIE je dan? / […] Reuzenpadden, pissebedden, schorpioenen? / Nee, alleen mijn eigen schoenen.’ Hier tekent Dematons de schoenen onder het bed, waarbij je aan de zijkanten van het bed de monsters ziet gluren. Dergelijke details zijn echter eerder uitzonderlijk. De meeste illustraties volgen braaf de inhoud van de gedichten.
In Hoera, ik ben weer wakker biedt Theo Olthuis toegankelijke kinderpoëzie. Grote verrassingen vind je er niet in terug. Voor heel wat kinderen die niet erg vertrouwd zijn met poëzie en trouwe fans, zijn de gedichten erg genietbaar. Voor andere, ervarener lezers, mag Olthuis misschien nog iets vroeger opstaan. [Brenda Froyen]
Kirsten de Pre MA
Bundel met 48 gedichten voor de jonge poëzieliefhebber. De auteur staat bekend om zijn bijzondere kijk op alledaagse dingen en zijn vermogen om herkenbare situaties en gevoelens te schetsen die aansluiten bij de leefwereld van de lezers. Ook deze bundel, waarin de gedichtjes vanuit het kind worden verteld, levert verrassende observaties op. Zo wordt bijvoorbeeld het nemen van een douche vergeleken met een persoonlijke regenbui en een torretje dat op z’n rug ligt met een baby in de wieg. Naast deze en andere humoristische gedichten zijn er ook meer gevoelige gedichten over bijvoorbeeld het verdriet dat je hebt wanneer je beste vriend verhuist of het gemis wanneer je vader vaart en lang van huis is (prachtig verwoord in de regels: Ik mis mijn vader / en wou / dat ik een meeuw was, / want meeuwen vliegen / altijd / met de schepen mee). Mooie illustraties, hoewel het jammer is dat ze zwart-wit zijn, want de illustrator is juist heel sterk in haar kleurgebruik. Ander werk van de auteur voor dezelfde doelgroep is o.a. ‘Lampje voor de nacht’*. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar.
Tanja Maes
ua/an/22 j
Poëzie voor kleine kinderen, in een heel aantrekkelijk jasje: heel herkenbare en alledaagse situaties die ondersteund worden door leuke, eenvoudige illustraties. Gevoelens zoals verdriet, geluk, angst, heimwee zijn erg tastbaar. Elk kind komt ermee in aanraking. Ook thema’s zoals verliefd zijn, ruzie, afscheid, dieren, ... komen aan bod. De gedichten zijn speels en licht verteerbaar. Ze worden verteld vanuit het standpunt van de kinderen en zullen daardoor ook erg aanspreken. Dingen die volwassenen al vergeten zijn, worden hier mooi in beeld gebracht: dromen over wat je later worden wil, een verjaardagsfeestje voor je hond, een spook onder je bed ... Als volwassene doet het je glimlachen, als kind is dit helemaal raak wat sfeer betreft. Rijm is wel aanwezig, maar zeker niet altijd. Dit stoort totaal niet. Het ritme zit goed, de woordkeuze is prima. Sommige gedichten lezen alsof het een tekst voor een liedje is. Dat is het bewijs dat het goed geschreven is. Heel aantrekkelijk, mooi uitgegeven boekje!
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.