Ergens waar je niet wil zijn
Brecht Evens
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Oogachtend, 2011 |
VERDIEPING 2 : DUIVELSHOEK : STRIPS : EVEN |
Sam Valkenborgh
ob/kt/21 o
Op je site zag ik dat je op je zesde je eerste strip maakte. Tekst: 'De strip is begonnen.'
Ik kon toen nog niet zo goed spellen (lacht). Alle kinderen tekenen. Het verschil was misschien dat mensen mij vertelden dat het goed was wat ik deed. Op zich is strips maken nog altijd spelen.
Hoe noem je je werk, dat nogal stevig afwijkt van traditionele strips ? Graphic novel, striproman?
Striproman is een handig woord. Een strip verschilt natuurlijk erg van een roman wat betreft de soort en hoeveelheid informatie. Daarin heeft het meer van een film van anderhalf uur. Verder moet ik niet te veel vergelijken met film. Ik doe niet aan camerastandpunten of zo.
In De liefhebbers neemt kunstenaar Pieterjan deel aan een regionaal kunstfestivalletje, eigenlijk meer een kermis, in het dorp Beerpoele. Uit eigen ervaring gepuurd?
Nee, het begon met een anekdote die een vriend me vertelde. Om het te pitchen, à la Hollywood: Lord of the flies meets een Vlaams kunstfestivalletje. Lord of the flies van William Golding gaat over een groep gestrande kinderen, en iemand begint die groep te domineren. Hier is dat Pieterjan. Het heeft ook wat van een western, waarbij een outsider een dorp komt binnenrijden.
De vormelijke stappen van je debuut Een boodschap uit de ruimte (2005) tot Ergens waar je niet wil zijn (2009) waren groot. Hoe groot was de stap van Ergens waar je niet wil zijn naar De liefhebbers?
Groot, maar subtiel. Het begint al bij de manier van vertellen. Bij de nieuwe zit het verhaal meer in de actie. Ik heb dus preciezer moeten tekenen, want je moet die actie tonen. Ik ben ook gaan spelen met schaal. Ik heb ook opnieuw gewerkt met ecoline, gouache en getekend met de autonomie van kleur en lijn. Dat wil zeggen: ik werk niet met potloodtekeningen die ik vervolgens inkleur. Mijn aanpak is meer geïnspireerd door zeefdruk: lijn en vlak werken onafhankelijk en blijven ver van fotorealisme. Ik probeer niets 'dood' te tekenen.
Je bent pas 25 en je hebt al een hoop prijzen, nominaties en vertalingen op zak.
Daar ben ik uiteraard heel blij mee, het motiveert om niet op te geven onderweg. Ik voel me gepriviligieerd. Ik ben blij dat het klimaat goed is voor het soort strip dat ik maak en dat het genre subsidies krijgt. Er is me geen strobreed in de weg gelegd.
em/ov/16 n
Hij heeft het weer geflikt. Een dik jaar na zijn gelauwerde Ergens waar je niet wil zijn komt de 25-jarige Brecht Evens met een graphic novel die vriend en vijand opnieuw doet verstommen, volledig geschilderd in de aquarelstijl die hij sinds zijn vorige boek hanteert.
Evens kreeg het idee voor De liefhebbers van een vriend die hem vertelde over een amateuristisch en hilarisch kunstenfestival waaraan hij had meegewerkt. Dat gaf de jonge stripartiest zin om de verschillende personages onder de loep te nemen die bij zo'n festival betrokken zijn. En dat kan Evens als geen ander. Hij is een gevoelsmens, en dat helpt hem om op een onbevangen manier mensen te benaderen.
Centraal staat de gerespecteerde kunstenaar Pieterjan, spilfiguur op de eerste biënnale van Beerpoele. De amateur-kunstenaars die hij onder zijn hoede krijgt, zijn plaatselijke bewoners met een twijfelachtige artisticiteit. Pieterjan schrikt wanneer hij dat zootje ongeregeld ontmoet, maar zet niettemin door. Wat volgt, is een waaier van persoonlijkheden die door Evens in zijn typische stijl gefileerd worden. De een is schuchter en laat zich voor de kar spannen van de Grote Leider, de ander is een typisch groepsbeest dat elke brandje wil blussen, terwijl nog iemand anders voortdurend gecomplimenteerd wil worden. Op één iemand na - een man met psychiatrische kenmerken - plooit iedereen zich dubbel om op Pieterjans grillen in te gaan. Het is meteen een vrijgeleide voor de hoofdartiest om te manipuleren.
De liefhebbers begint tergend traag, maar dat aanloopje is nodig om de onderlinge relaties tussen de spelers geloofwaardig en amusant te maken. Evens voert niet bepaald een sympathiek hoofdpersonage op, maar boeiend is hoe hij hem laat schipperen tussen iemand die zijn hoofd boven water probeert te houden en iemand die effectief een biënnale tot een goed eind moet brengen en daarvoor alles uit de kast haalt.
Knap is dat Evens nergens met al die persoonlijkheden lacht, al zal de lezer dat wellicht wel doen bij de zoveelste straffe stoot van de exposerende boerenpummeltjes, die de term slapstick een nieuwe invulling geven. Waar het allemaal om draait, is observatie en interpretatie, toevallig of niet ook de eerste twee woorden die op de eerste pagina van dit meesterwerkje worden uitgesproken.
Toon Horsten
ob/kt/21 o
''t Is niet omdat het kunst is, dat het brol moet zijn.' Of: 'Wij zijn allemaal prutsers.' Welkom in de wereld van de kunstenaars uit de provincie. De kunstenaars die zich ver van het centrum ophouden, kunstenaars 'na hun uren'. De liefhebbers, de amateurs. Waar getimmerd, gebeeldhouwd, geschilderd, getekend en gedicht wordt, zonder dat er ooit recensies verschijnen. Tenzij in het dorpskrantje.
In De liefhebbers neemt Brecht Evens ons mee naar Beerpoele, een klein dorp waar niet veel te beleven valt. Tot enkele plaatselijke kunstenaars en hun aanhang besluiten een biënnale te organiseren en kunstenaars naar hun dorp te halen. Professionele, échte kunstenaars, uit de stad, mensen over wier werk wel recensies verschijnen.
Hipster
Pieterjan is zo'n kunstenaar uit de wufte grootstad. Zo eentje die lesgeeft aan een academie, hippe brillen draagt en uitspraken doet als: 'De taak van de kunstenaar is om de grenzen van zijn perceptie steeds te verleggen'. Altijd een klein beetje hautain, en oprecht verontwaardigd omdat zijn artistieke ster maar niet wil rijzen. Een groot onrecht, vindt hij zelf.
Pieterjan trekt dus naar Beerpoele. En wat hij daar ziet, staat hem niet aan. Hij blijft meer uit beleefdheid dan uit interesse. Maar gaandeweg slaat het om. De knullige hulpeloosheid van de provinciale kunstenaars mag hem dan aanvankelijk op de zenuwen werken, naarmate hij langer in het dorp blijft, krijgen hun enthousiasme en optimisme ook iets aanstekelijks.
En vooral: in de stad mag hij als kunstenaar onbetekenend zijn, in Beerpoele is hij een ster - inclusief succes bij vriendelijke en bereidwillige vrouwen.
Er wordt een gezamenlijk project met de lokale scene op poten gezet, dat het orgelpunt van de grote biënnale moet worden. Met de bouw van een gigantische tuinkabouter zullen ze zich, aangevuurd door Pieterjan, aan de landelijke kneuterigheid onttrekken. Maar dan lopen de dingen plots anders dan gepland.
Rijzende ster
De ster van Brecht Evens schoot de voorbije jaren als een komeet de hoogte in. Amper 25 is hij, maar met Ergens waar je niet wil zijn maakte hij twee jaar geleden een boek dat de deuren wijd openzette voor een internationale carrière. Het verscheen onder meer in het Frans, Engels, Duits, Spaans en Koreaans, viel in de prijzen op het festival van Angoulême, en won in eigen land de allereerste Willy Vandersteenprijs, die het beste Nederlandstalige album van de voorbije twee jaar bekroont. Zijn uitgeverijen, waaronder het Britse literaire huis van vertrouwen Jonathan Cape, gaven meteen aan ook zijn nieuwe boek te willen uitgeven.
De verwachtingen voor De liefhebbers zijn daarom hooggespannen, al lijkt Evens van stress geen last te hebben. Met veel zelfvertrouwen en nog meer zwier perfectioneert hij in dit boek de grafische stijl die hij de voorbije jaren ontwikkelde.
In tegenstelling tot wat de meeste stripmakers doen, vertrekt Evens niet van lijntekeningen. Hij werkt meteen in kleur, gebruikt veel ecoline en zelfs plakkaatverf, springt van weidse totaalplannen, panorama's en doorsnedes van kamers en huizen naar close-ups. Hij durft zelfs volledige pagina's te vullen met dialogen, zonder één enkele tekening.
Al is de toon van de tekeningen zachter, toch ligt De liefhebbers grafisch helemaal in de lijn van zijn voorganger. Soms worden tekeningen met een losse hand aan het papier toevertrouwd, op andere momenten ontpopt Evens zich tot een miniaturist (die bloemen!).
Bevestiging
In De liefhebbers perfectioneert Evens zich vooral als verteller. Dreef veel van zijn vroeger werk vooral op sfeerschepping, stilaan werkt hij echt aan plot en dialogen en wordt hij daar steeds beter in.
En vooral: hij blijft nieuwe manieren vinden om verhalen te vertellen met tekst en beeld, zonder dat dit leesbaarheid en toegankelijkheid in de weg staat.
Het maakt van dit boek meer dan zomaar een opvolger van Ergens waar je niet wil zijn. De liefhebbers is het boek van de bevestiging, waarmee Evens bewijst dat hij al het moois wat de voorbije jaren over hem verteld werd, ook waard is.
Terwijl je als lezer steeds meer plaatsvervangende schaamte voelt voor Pieterjan, die zich vooral om foute redenen steeds verder engageert in de biënnale van Beerpoele, sta je voortdurend in bewondering voor het talent en het metier van een jonge tekenaar, die zich met zijn jongste twee boeken ontpopt heeft tot een van de belangrijkste Europese stripmakers van zijn generatie.
Evens bewijst ook dat het niet volstaat om veel talent te hebben, het gaat er ook om wat je ermee doet.
In zijn geval: hoog inzetten op een nieuw boek - en vervolgens slagen met grote onderscheiding.
DE AUTEUR: striptekenaar (1986) die internationaal doorbrak met de striproman 'Ergens waar je niet wil zijn'.
HET BOEK: de kunstbiënnale van Beerpoele loopt niet zoals gepland.
ONS OORDEEL: perfect.
Gert Meesters
ob/kt/19 o
Met Ergens waar je niet wil zijn verzamelde Brecht Evens nog voor zijn vijfentwintigste verjaardag zo veel nationale en internationale onderscheidingen dat op zijn trofeeënkast plaats is voor enkele flinke zonnepanelen. Naar een opvolger van dat baanbrekende boek werd dus in brede kring uitgekeken. Niemand kan zichzelf met elk wapenfeit heruitvinden en De liefhebbers betekent dus geen nieuwe hink-stap-sprong in Evens' ontwikkeling.
Toch is het niet overdreven om te spreken over een verbeterde versie van het kleurenfestijn van Ergens waar je niet wil zijn . Hoofdpersonage Pieterjan is een kunstenaar van wie de ambitie omgekeerd evenredig is aan de haast onbestaande weerklank van zijn werk. Vreemd genoeg wordt hij uitgenodigd om deel te nemen aan een kunsthappening in de plattelandsgemeente Beerpoele. Tussen onkundige enthousiastelingen en in zichzelf gekeerde psychoten is zelfs deze artistieke eenoog koning. Hij motiveert de anderen om samen een gigantische tuinkabouter van papier-maché te knutselen.
Een van Evens' geliefkoosde emotionele effecten is plaatsvervangende schaamte. In De liefhebbers wordt dat gevoel aangewakkerd door de egoïstische zelfoverschatting van artist in residence Pieterjan. De onvermijdelijke val van de zelfverklaarde engel is hard, maar mag ook gezien worden als een terechte wraak van het lot. In het hele boek levert de confrontatie van het vermeende professionalisme van een mislukte kunstenaar en het enthousiasme van onwetende organisatoren exuberante humor op, die door Evens' wilde kleurgebruik in de verf wordt gezet.
Ritmisch wisselt hij sobere dialoogpagina's af met gecomponeerde tableaus vol moedwillig verwrongen perspectief. De contourloze schilderingen maken zijn werk herkenbaar, maar knipperen tegelijk vlijtig met de oogleden naar voorbeelden uit de kunstgeschiedenis. In de weelderige flora zijn de groentemannetjes van Arcimboldo bijvoorbeeld nooit veraf. Ook grafische meesters als Hokusai of Seurat komen terloops even langs. De visuele pracht neemt niet weg dat je in De liefhebbers ook gewoon kunt genieten van de tenenkrullende interactie tussen een aanmatigende artiest en zijn gedienstige omgeving.
Elsje Heuff
Beeldend kunstenaar Pieterjan wordt uitgenodigd voor de eerste kunstbiënnale in een klein dorp. Hij belandt te midden van een bonte verzameling enthousiaste amateurs, van clown Dirk met zijn ballonfiguren tot en met de psychotische Dennis, gespecialiseerd in het schilderen van krulletjes. Daar tussendoor loopt de aantrekkelijke, zeventienjarige fotografe Cleo. Pieterjan geniet steeds meer van het aanzien dat hij bij de lokale kunstamateurs geniet en begint samen met hen aan een gemeenschappelijk project: een gigantische tuinkabouter van papier-maché. Het verhaal draait vooral om Pieterjans gedrag naar het groepje amateurs, dan weer hautain en minzaam, dan weer behulpzaam op allerlei vlak. Na veel gedoe en gezwoeg is het kunstobject klaar, maar dan slaat de regen toe. Goed geschreven, geestige graphic novel over kunst en groepsdynamiek, met mooie dialogen, vooral een feest door de mooie, kleurrijke waterverfillustraties, steeds weer verrassend anders op papier gezet, soms paginagroot, soms reeksen kleine afbeeldingen, de tekst er moeiteloos en vloeiend in verwerkt.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.