Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Atlas, 2011 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : Rusland 945.2 XXL |
Besprekingen
31/12/2011
Karl Schlögel gebruikte de magisch realistische roman De meester en Margarita van de Russische schrijver Michail Boelgakov (Kiev 1891 - Moskou 1940) als stramien voor het ontleden van Stalins terreur. Boelgakov waagde zich meer dan eens aan kritiek op het sovjetregime en hij was een van de zeldzame uitzonderingen, die het overleefden, omdat Stalin ingenomen was met zijn literair talent. Hij stierf vreedzaam in zijn bed. Maar ondanks Stalins gunst kreeg hij De Meester en margarita niet gepubliceerd. Dat gebeurde pas in 1966 en dan nog streng gecensureerd. Het boek werd in 1939 voorgelezen aan een groepje vrienden en collega’s, die doodsbang waren, gewoon omdat ze het hadden gehoord. Het verhaal zweeft immers tegen de achtergrond van Moskou tussen de uiterlijke schijn en de werkelijkheid van het regime: grote nieuwe gebouwen, industriële complexen, militaire parades, optimisme uitstralende optochten van arbeiders, jeugdverenigingen en atleten. Maar wie de oogkleppen van partijdigheid of goedgelovigheid kon en durfde afleggen merkte, dat de hoofdstad van het regime gehuld was in een kille sfeer van vrees en argwaan. Achter het decorum woedde de terreur. Bovendien heerste er massaal gebrek temidden een reusachtige sociaal-economische chaos. De huisvesting was erbarmelijk. Schlögel concretiseert Boelgakovs roman naar de grimmige feiten, de leugens, de willekeur, de hele meedogenloze verdwazing. Belangrijke buitenlandse bezoekers, naar wier goedkeuring de sovjetleiders hengelden, kregen propaganda-rondleidingen.
Als oorzaak van de terreur ziet Schlögel de paniek die onder de leiders uitbrak ingevolge dat enorme fiasco. Hoe ze elkaar de schuld gaven en uitscholden voor saboteurs, trotskisten, fascisten, nazispionnen. Stalin plaatste zich cynisch boven het gewoel en dreef de kemphanen van de verschillende fracties om beurt als zondebokken naar de executiekelders. Treffende voorbeelden zijn de drie opeenvolgende volkscommissarissen voor Binnenlandse Zaken, de opperbeulen van ‘dit bacchanaal van zelfdestructie’: Jagoda, Jezjov en Beria. De opvolger vermoordde telkens de voorganger. Na Stalins dood werd Beria op Nikita Chroesjtsjovs bevel onschadelijk gemaakt.
Paniek ontstond ook in het Kremlin, toen een volkstelling in dat noodlottige jaar 1937 na veel cijfergegoochel uitkwam op 157 miljoen sovjetburgers, veel lager dan het bevolkingscijfer van 168 miljoen in 1934. Terwijl ramingen reeds optimistisch 170 à 172 miljoen hadden vooropgesteld. Miljoenen stierven de hongerdood — in de Oekraïne zelfs georganiseerd vanuit Moskou. Wat zou het volk van die cijfers denken? Misschien kwam het wel in opstand? Hoe de catastrofe wegmoffelen? De oplossing was gauw gevonden: allen die enige verantwoordelijkheid droegen bij de telling, werden wegens schuldig verzuim of sabotage geëxecuteerd. Eenzelfde lot trof een hele groep geologen, die om de een of andere reden de ‘verkeerde’ conclusies hadden getrokken. Militairen en specialisten die tijdens de Spaanse Burgeroorlog op bevel van Stalin de republikeinen tegen Franco hadden bijgestaan, werden bij hun thuiskomst vermoord of naar de goelag gestuurd, aangetast als ze waren door allerlei verdachte invloeden. Eén reusachtige, bloedige ellende. En waarom? Om een systeem in stand te houden, dat zijn belofte van een ideale maatschappij onmogelijk kon waarmaken, omdat de elementaire ethische en democratische voorwaarden ontbraken.
Karl Schlögel (1948), hoogleraar Oost-Europese geschiedenis in Frankfurt aan de Oder, volbracht met Terreur en droom: Moskou 1937 een indrukwekkend historisch werk, dat jarenlange opzoekingen vergde. Hijzelf noemt het ‘deze reis naar het einde van de nacht’. Hij beschrijft het dieptepunt van de stalinistische terreur met een volledigheid en een inzicht zonder weerga. Omdat het zeker niet altijd een gemakkelijk boek is, verdient de vertaling van Goverdien Hauth-Grubben alle lof. Hetzelfde geldt voor de illustraties — foto’s van Moskou 1937, voorzien van doeltreffende onderschriften. [Robert Schoeters]
Drs. Jef Abbeel
Moskou 1937: Stalin organiseert de eerste 'vrije' verkiezingen en tegelijk laat hij 1,3 miljoen onschuldige mensen deporteren naar kampen en 700.000 executeren volgens sociale en etnische criteria. In elke republiek of oblast moest een vast aantal doodgeschoten worden, idem bij de Duitse en zestig andere nationaliteiten in de Sovjet-Unie. Slachtoffers waren heel veel gelovigen, mensen van alle leeftijden (15 tot 80 jaar), uit alle beroepen, hoge militairen zoals Toechatsjevski, leiders van de revolutie zoals Boecharin, bergbeklimmers, piloten, maar ook veel doodgewone mensen. Niemand wist waarom; het waren een voor een overtuigde patriotten. Schlögel vond de lijsten in archiefdocumenten die recentelijk vrij kwamen. Hij verklaart de misdaad als volgt: de nieuwe grondwet van 1936 schreef verkiezingen voor, maar de partij besefte dat ze verkeerd konden aflopen. Allicht speelden nog andere factoren een rol bij deze huiveringwekkende daad, zoals het ziekelijke wantrouwen van Stalin. Schlögel schetst ook een beeld van het dagelijks leven, dat ondanks de executies gewoon doorging. In de literatuurlijst zijn de vertaalde boeken niet in het Nederlands vermeld. Getuigenissen, statistieken, plattegronden en foto's in zwart-wit completeren het beeld.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.