De vrouw met het rode haar
Orhan Pamuk
Orhan Pamuk (Auteur), Hanneke van der Heijden (Vertaler), Margreet Dorleijn (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, 2011 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 12388 |
31/12/2011
De naïeve en de sentimentele romancier biedt de neerslag van de Nortonlezingen die Orhan Pamuk in 2009 hield aan de universiteit van Cambridge. Pamuk brengt er enerzijds een inkijk in zijn eigen schrijf- en leeservaringen van romans; anderzijds wil hij een ‘uiteenzetting of een overpeinzing over de romankunst’ brengen. Al is ook die persoonlijk gekleurd door Pamuks opgroeien in de nog sterk op tradities gerichte Turkse gemeenschap. Toen Pamuk als twintiger de westerse romans verslond, gaf hem dat een ‘adembenemend gevoel van vrijheid en zelfvertrouwen’, dat uiteindelijk zijn ‘overgang van de traditionele naar de moderne wereld’ betekende. Literaire romans lezen we dan ook ‘omdat we er niet in slagen ons thuis te voelen in de wereld’. Al is zo’n bewering slechts vol te houden als we ‘een verband aanbrengen tussen een psychologische gemoedstoestand en een literaire vorm.’
Pamuks uitgangspunt om over ‘het verband tussen kunst, literatuur en het leven’ na te denken, is het essay ‘Over naïeve en sentimentele poëzie’ van Friedrich Schiller. Pamuk breidt deze tweedeling uit tot types lezers en schrijvers. Voor de naïeve zijde bestaat er een eenduidige en feitelijke relatie tussen de roman en de wereld, terwijl hun sentimenteel-bespiegelende tegenpool er zich van bewust is dat elk stukje tekst een constructie is. De ideale lezer/schrijver is voor Pamuk zowel naïef als sentimenteel: feit en fictie zijn immers wezenlijk voor de roman, aangezien dit fictieve genre start vanuit de prozaïsche gebeurtenissen en zintuiglijke waarnemingen die zowel uniek zijn als met de ervaringen van anderen overlappen. Vanuit die gemeenschappelijke basis wil de auteur zijn ervaring en wereldbeeld verspreiden via fictieve personages, terwijl de lezer zich onderdompelt in een fictieve wereld om iets te weten te komen over zijn eigen realiteit. De roman is voor Pamuk dan ook een paradoxale constructie, waarbij we ‘tegenstrijdige ideeën’ en ‘verschillende gezichtspunten’ kunnen begrijpen ‘zonder ons daarbij ongemakkelijk te voelen’.
Om deze paradoxale situatie te bereiken, zijn twee kunstgrepen noodzakelijk. Allereerst is er de noodzaak van ‘visuele details’: de auteur moet ‘schilderen met woorden’, en de lezer moet de beelden in de tekst ‘visualiseren’ zodat er een ‘landschap’ ontstaat. Ten tweede moet dat landschap beschreven worden vanuit het personage en niet vanop een afstand. De details moeten worden beschreven als een ‘verlengstuk van de emotionele, zintuiglijke en psychische wereld van de personages.’ Belangrijker dan het karakter van personages, is namelijk de ‘aard van hun wereld […], hoe zij zien, zich voelen en zich met hun wereld inlaten — daarover gaat de literaire roman’.
In deze lezingenreeks stelt Pamuk de relatie tussen werkelijkheid en fictie op een overtuigende, herkenbare en intelligente manier scherp, waarbij de abstracte overpeinzingen vlot overlopen in een rijke selectie van concrete voorbeelden uit eigen en favoriete romans. Meer dan een aanrader. [Hans Demeyer]
Willem G. Weststeijn
Dit boek van de Turkse Nobelprijswinnaar Orhan Pamuk (1952) kan gezien worden als een ode aan de romankunst. Voor Pamuk, die begonnen is als kunstschilder, is de roman de meest volmaakte kunstvorm, omdat de roman je het uitgebreidst en subtielst kan confronteren met de essentie van je eigen bestaan en van de werkelijkheid om je heen. In zijn boek heeft hij het over naieve en sentimentele romanschrijvers (het onderscheid is van Schiller). De naieve romanschrijver is spontaan en bekommert zich niet om ingewikkelde schrijftechnieken, de sentimentele denkt voortdurend na, is bespiegelend en zich goed bewust van de kunstgrepen die hij toepast. Van groot belang is dat de schrijver in woorden schetst wat de lezer kan visualiseren. Voor zijn argumentatie gebruikt Pamuk romans van grote schrijvers uit de wereldliteratuur: Tolstoj, Dostojevski, Flaubert, Proust, Kafka en anderen. Een fraai betoog, zonder enige zwaarwichtigheid, van iemand die zelf een meester is in het genre.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.