De onderwaterzwemmer : roman
P.F. Thomése
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Contact, 2011 |
VERDIEPING 3 : SIBERIË : REISVERHALEN : THOM |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Contact, 2011 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 1334 |
31/12/2011
Men kan de georganiseerde reizen naar het Midden-Oosten ruwweg in drie categorieën opdelen: je hebt de propagandareizen van de zionistische beweging die vooral de nadruk leggen op de Israëlische mythes (hoe de woestijn tot bloei werd gebracht, hoe de Israëli’s altijd al vredesinitiatieven genomen hadden die systematisch door ‘de Arabieren’ werden afgewezen en hoe de wereldpers resoluut aan de verkeerde kant staat); dan heb je de traditionele pelgrimsreizen op zoek naar sporen van het leven van Jezus in ‘het Heilig Land’ die meestal niet gekenmerkt zijn door een kritische archeologische ingesteldheid en over het algemeen bedroevend weinig of niets te zeggen hebben over het aan de gang zijnde conflict; ten slotte heb je de pro-Palestijnse propagandareizen die al even weinig zelfkritisch als hun zionistische tegenhangers rekening houden met de complexiteit van de problematiek.
De Nederlandse schrijver P. F. Thomése beschrijft in dit boek een dergelijke pro-Palestijnse ‘inleefreis’, waarbij een aantal auteurs een rondleiding krijgt in de hoop dat hen ‘de schellen van de ogen zullen vallen’ en ze van nu af aan de Goede Zaak zullen verdedigen. De opzet is echter zo overduidelijk dat op zijn minst Thomése zich aan de herkenbare ideologische eenduidigheid van de informatie begint te ergeren en zelf naar een juister inzicht in de oorzaken en gevolgen van het conflict gaat zoeken. Zijn beschrijving is zo raak dat dit boekje tot de literatuurlijst van elke volgende ‘inleefreis’ zou moeten behoren: Thomése laat zich door niemand verleiden; hij zal in geen geval de tragedie van de Palestijnse vluchtelingen en de kampen ontkennen, maar hij probeert op eigen houtje te doorgronden hoe het, na de geschiedenis van het antisemitisme en de Shoah, zover is kunnen komen. Hoewel hij terecht weigert deze judeocide als maatstaf te nemen voor de ellende van de Palestijnen of, omgekeerd, als telkens terugkerend, ethisch obsceen excuus voor de onderdrukking en de bezetting (‘We hebben geen keuze!’), wordt hij onvermijdelijk herinnerd aan de bekende beelden uit de Tweede Wereldoorlog: ‘Ik moet denken aan die keer dat ik Dachau bezocht, het concentratiekamp bij München. Ook toen werd ik op de weg erheen getroffen door de onbegrijpelijke verzorgdheid van de omgeving. Het gaat er mij niet om om hier een onjuiste historische parallel te trekken, ik bedoel het puur landschaptechnisch. Het is bij het naderen van zo’n onheilsoord alsof het omringende landschap zijn onnozelste gezicht opzet.’
Zionisten zullen hem dit ondanks alles erg kwalijk nemen, maar pro-Palestijnen zullen al evenmin gelukkig zijn met zijn beschrijvingen van de manier waarop de politieke toeristen, want dat zijn ze, voortdurend met hun neus in de ellende gewreven worden, ook al gaat het bijvoorbeeld om een symbolisch geworden huis waarin niemand meer woont, maar dat als het ware als model moet dienen voor de gevolgen van de Nakba, de verdrijving van de Palestijnse bevolking. Hier wordt, over de hoofden van de geëerde gasten heen, een stuk mediaoorlog uitgevochten, waarbij de cameramensen alleen maar geïnteresseerd zijn in beelden die hun ideologische voorkeur bevestigen. Het is de verdienste van de auteur dit soort toneel, dat van zowat alle kanten opgevoerd wordt, op een milde maar ingrijpende manier te hebben ontkracht.
Toch is dit reisverhaal verre van vrijblijvend: Thomése begrijpt dat de voorgestelde eenheidsstaat met zijn voorspelbare niet-joodse meerderheid voor de Israëli’s gewoon onaanvaardbaar is en opteert dus voor een tweestatenoplossing, ook al beseft hij dat ook deze oplossing elke dag minder realistisch wordt. Zijn historisch verklaarbare initiële Nederlandse sympathie voor ‘de joden’ maakt hem niet blind voor de Palestijnse realiteit. Juist omdat hij voor geen enkel ideologisch gat te vangen is, iets wat men van een onafhankelijk denkend auteur mag verwachten, is zijn getuigenis waardevol, zij het maar als tegengif tegen het in de regio heersende fanatisme dat elk zinvol gesprek lijkt uit te sluiten. Deze tekst wordt aan iedereen aanbevolen die eens met een andere kijk op de problematiek geconfronteerd wil worden. [Ludo Abicht]
Drs. B. Hummel
Eind 2010 bezocht P.F. Thomese samen met enkele andere schrijvers Israël. Het was een kort, geregisseerd bezoek. Met gesprekken met joodse geestelijken en fundamentalisten, en Palestijnen. Er zijn bezoeken aan Hebron, Oost-Jeruzalem en Gaza, wat Thomese vergelijkt met 'De strafkolonie' van Kafka. Zijn toon is afstandelijk, ironisch, wrang, ongemakkelijk. De Israëlisch-Palestijnse kwestie ligt onder elke steen. Het is een wereld van halve en hele voldongen feiten. Er is de heimwee naar een waarheid die hij niet onder woorden kan brengen. Dit verslag duidt niet zozeer, het toont. Door de ogen van een verbaasde en soms overdonderde schrijver. Voor een breed lezerspubliek. Thomese is als schrijver bekend van 'Zuidland', 'Schaduwking' en 'J. Kessels, the novel'.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.