De verdovers : roman
Anna Enquist
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Arbeiderspers, cop. 2011 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 2315 |
31/12/2011
Twaalf keer tucht kan je omschrijven als een soort proza-arrangement van twaalf ‘monologen en portretten’. Twaalf als theatermonologen opgevoerde stukken — waarvan er vijf al werden uitgegeven als De sprong (2003) — en eerder gepubliceerde essayistische portretten werden door Anna Enquist samengebracht onder één titel. Er mag dan ook verwacht worden dat deze nieuwe uitvoering de ‘oude’ verhalen in een nieuw licht plaatst, waardoor de bundeling net iets meer is dan een gewone verzameling van teksten. Dat is ook zo, want de slotstukken zorgen ervoor dat je de eerste reeks monologen vanuit een ander perspectief gaat bekijken. De op het eerste gezicht vrij diverse verhalen blijken wel degelijk met elkaar verbonden.
De rode draad is het omgaan met de pijn en het gemis die deel uitmaken van ieders leven. Daarbij put de auteur uit haar professionele ervaring als psychoanalytica en uit haar persoonlijke ervaring als moeder die de dood van haar dochter tracht te verwerken. De sleutel is volgens Enquist tucht en zelfdiscipline. Je mag niet toegeven aan persoonlijke verlangens en driften. De hunkering (die de pijn en het gemis veroorzaakt) is paradoxaal genoeg juist onze levensdrift. Wanneer deze volledig wordt ingelost, volgt de dood. Dit laatste is wat gebeurt met de personages uit de eerste vier monologen.
Als er niet wordt toegegeven aan diepere verlangens, is het leven uiteraard allesbehalve volmaakt. In ‘Alma’, een stuk over de echtgenote van Mahler, offert de titelfiguur haar eigen muziekcarrière op voor haar man, wat leidt tot een enorm gemis. Wanneer ze de kans krijgt om ervandoor te gaan met haar minnaar, die wel respect heeft voor haar muzikaal talent, besluit ze echter om haar droom niet in vervulling te laten gaan en bij Mahler te blijven.
Gelukkig wordt er ook een manier voorgesteld om het leven draaglijk te maken. De pijn en het gemis die je voelt door de niet-ingeloste verlangens kunnen verzacht worden door een vorm van sublimering die weliswaar opnieuw de nodige zelfdiscipline vereist: werken, studeren, schrijven, schilderen… Zoals wel vaker bij Enquist is muziek een belangrijk middel. In ‘Toccata’ wordt minutieus beschreven hoe het instuderen van een verschrikkelijk moeilijk muziekstuk van Schumann het leven na de dood van haar dochter draaglijker maakt. ‘Het formuleren van pianistische voornemens en het maken van een plan geven de illusie van een zinvol bestaan. […] Misschien moet het doel helemaal niet worden gehaald en ligt het waarlijke oogmerk van deze eigenaardige exercitie juist in het dagelijkse zwoegen dat geen einde mag hebben.’
De twaalf ‘monologen en portretten’ lijken vooral in functie te staan van de onderliggende psychologie. Vanuit die optiek is ‘het arrangement’ wel geslaagd. Toch blijf ik een beetje op mijn honger: Twaalf keer tucht brengt geen wervelende verhalen en werpt ook niet meteen een nieuw licht op het werk van de auteur. De bundel behandelt Enquists vertrouwde onderwerpen (de psychoanalyse, gemis en verlangen, de rol van muziek, de dood van haar dochter) op de afstandelijk verhalende, therapeutische manier die zo typisch is voor de auteur. Wel is het een goede kennismaking met de essentie van haar schrijverschap.
[Mieke Opstaele]
Jos Radstake
‘Monologen en portretten’, is de ondertitel van deze verhalenbundel. Het zijn strak geschreven verhalen (deels eerder gepubliceerd), of toneelmonologen, gebaseerd op historische feiten, waarin een werkelijkheid wordt stilgezet. De werkelijkheid van het bombardement op Rotterdam: die van het zich artistiek uitleveren van Alma aan Gustav Mahler; de werkelijkheid van de spanning van een celliste. In het midden van de bundel is er de prachtige toneelmonoloog ‘De sprong’, over een zoekende, zelfstandig wordende, jonge vrouw, die bij een ongeluk op de Dam de dood vindt. Dit noodlot keert terug in volgende verhalen. In het verhaal dat persoonlijk reageert op tekeningen van Co Westerik; het verhaal Toccata, waarin ter verwerking van het verdriet een ingewikkelde Schumann-compositie veroverd wordt, met de partituur erbij afgedrukt (vergelijk Contrapunt uit 2008), maar ook in het stuk over Reve en dat over een terugkeer naar Delft. Enquist schrijft streng (twaalf keer tucht), maar prachtig. Haar gebruik van klassieke muziek, niet alleen als loutering, maar vooral ter bezwering van verdriet, is indrukwekkend. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.