De wortels van het geweld : Rwanda, Burundi, Congo-Zaïre
Colette Braeckman
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
EPO, 2010 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : Congo-Kinshasa 945.6 |
00/00/0000
In De tweede onafhankelijkheid van Congo, een van de talrijke werken die verschenen naar aanleiding van vijftig jaar onafhankelijkheid van Congo, onderneemt Le Soir-journaliste Colette Braeckman een poging om een ? zij het voorlopige ? balans op te maken van het bewind van Joseph Kabila. Ze opent voorzichtig: 'Dit boek zegt niet alles'. Aanvankelijk was het haar bedoeling een reeks anekdoten op te nemen, het verhaal te brengen 'van gemiste afspaken vroeger en nu', en een portret te schetsen van de president, 'wiens herkomst en persoonlijkheid meer vragen en hypothesen oproepen dan dat ze duidelijkheid verschaffen'. Tijdens het schrijven heeft ze haar oorspronkelijke opzet echter bijgesteld en verruimd. Meteen ook gooit ze de lezer de kernvraag van haar betoog voor de voeten: heeft Congo dan niet het recht de oude voogdij van zich af te schudden en met nieuwe partners als China in zee te gaan? En wordt met de oorlog in het oosten geen nieuwe poging tot destabilisering van het Kabilaregime ondernomen? Vooral de figuur van Joseph Kabila staat bij dit alles centraal. Om hem beter te begrijpen en meteen een aantal van zijn beslissingen in een bredere context te plaatsen, gaat Braeckman een stuk terug in de geschiedenis. Ten eerste is er die van de koloniale periode, met de zogenaamde 'koloniale drievuldigheid', die bestond uit de administratie die beheerde, de kerk die evangeliseerde en het onderwijs voor haar rekening nam, en de trusts die de economie ontwikkelden en de rijkdom van de kolonie naar waarde wisten te schatten. Dertig jaar Mobutubewind werden dan volgens haar gekleurd door 'het charisma en de manipulatieve persoonlijkheid van een handige man die de Belgen feilloos aanvoelde, wat op het terrein leide tot een onontwarbaar kluwen van sentimentaliteit en materieel voordeel'. Eens Laurent-Désiré Kabila en nadien zijn zoon Joseph aan de macht waren gekomen, wordt vooral door Karel de Gucht een niet aflatende reeks van politieke blunders en foute inschattingen ingezet. Braeckman hekelt, vanuit de tegenstelling met de dialoogpolitiek en mildere visie van Louis Michel, De Guchts confrontatiekoers, die er meer dan eens voor gezorgd heeft dat de relaties tussen Congo en België vertroebeld raakten. Als dan toch niet alles verloren is, heeft het misschien hiermee te maken: 'Tussen oude partners als Belgen en Congolezen is nooit iets helemaal definitief, of het nu een idylle is of een breuk.' Tegen deze achtergrond tekent zij, ruim tweehonderd pagina's lang, de persoon en de politicus Joseph Kabila: zijn kindertijd en jeugd, die hij in afzondering doorbracht, vaak onder een valse naam, en zijn opvallende koerswijziging nadat hij in 2006 de eerste democratische verkiezingen had gewonnen en 'orde en discipline' predikte. Voor Braeckman ligt de verklaring (opnieuw) voor de hand: 'De soevereiniteit die hij ambieerde en die duidelijk zou blijken uit zijn latere beleidskeuzes, zou de kern vormen van de latere misverstanden en ruzies met België en diens minister van Buitenlandse Zaken.' Vandaaruit gaat Braeckman verder in op kernvragen die zij al in de inleiding naar voren had geschoven. Ten eerste is er de economische greep die China op het land krijgt, maar daarbij ook de bedenking: 'Wie durft stellen dat de teerlingen definitief geworpen zijn?' En verder is er de 'vuile' oorlog in de Kivuprovincie. Ook hier pleit Braeckman voor een hoopgevende dialoog tussen Kabila en de Rwandese president Kagame, want: 'De toekomst van de hele regio zal afhangen van de uitkomst van hun kruis- of muntspel.' Door het hele boek schemert Braeckmans standpunt dat Jopseph Kabila respect én krediet verdient. Het is een opvatting die zeker niet door iedereen wordt gedeeld. [Jooris Van Hulle]
Redactie Vlabin-VBC
In dit boek onderneemt een Le Soir-journaliste een poging om een voorlopige balans op te maken van het bewind van de Congolese president Joseph Kabila. Centraal staat de relatie met ex-kolonisator België. Eerst schetst Braeckman de koloniale en latere voorgeschiedenis, om zo een aantal van Kabila's beslissingen in een bredere context te plaatsen. Vervolgens gaat ze dieper in op de problematische confrontatiepolitiek van Belgisch minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gught. Het grootste deel van het boek bestaat uit een portret van de persoon en de politicus Joseph Kabila: zijn kindertijd en jeugd, de opvallende koerswijziging nadat hij in 2006 de eerste democratische verkiezingen had gewonnen en 'orde en discipline' predikte. Ten slotte gaat Braeckman verder in op de kernthema's die zij al in de inleiding naar voren had geschoven: de economische greep die China krijgt op Congo en de 'vuile' oorlog in de Kivu-provincie. De rode draad in dit boeiende boek is de (betwistbare) opvatting dat Joseph Kabila respect én krediet verdient. Met een selectieve bibliografie.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.