Tot op het bot
Luc Deflo
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Manteau, 2010 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 8467 |
il/pr/17 a
Gerrit Komrij toont zich in uiteenlopende gedaantes in deze essaybundel. De 65-jarige dichter, bloemlezer en essayist rekent koud af met zijn generatiegenoten - de ministers en hoogleraren die hun idealen van de jaren '60 verraden hebben. Vervolgens kijkt hij meesmuilend naar zijn andere lotgenoten, de homoseksuelen, die ooit verborgen levens moesten leiden, maar toen tenminste de mythe konden koesteren dat ze bijzonder, kunstzinnig, geraffineerd waren. Vandaag is homoseksualiteit heel gewoon, maar in de plaats van Oscar Wilde is er nu de Gay Parade.
Treuren over waardevolle dingen die verloren zijn gegaan, doet Komrij wel vaker, net als zich ergeren aan het populisme van politici, tv-presentatoren en de media. Hij toont meer diepgang in een reeks beschouwingen over zijn fascinatie voor Wagner. En serveert vervolgens wat korte hapjes: 'Gerrit Komrij heeft de duur van zijn dagelijkse reactionaire bevliegingen met dertig procent teruggebracht'. Waarna hij als expert geduldig uitlegt hoe een dichter dicht. Een veelzijdige bundel is dit dus zeker, soms wat clichématig of breedvoerig, maar altijd met de scherpe pen van de meester. HD
Het Afghaanse volk zit klem tussen
2 vijanden: de anti-Amerikaanse ter-roristen, de Taliban, en de pro-Ame-rikaanse die in de vorm van de Noor-delijke Alliantie met VS-steun aan de macht zijn. Geen van beiden hebben de steun van de Afghanen. Aan de hand van de tragische geschiedenis van het land, landgenoten en haarzelf doorprikt Joya de mythe dat de oorlog dient om Afghanen tegen zichzelf te beschermen. "Het fundamentalisme wordt ons opgedrongen door de krijgsheren, oorlogsmisdadigers met een democratisch masker die het Internationaal Strafhof moet berechten wegens schendingen van de mensenrechten. Stop de bezetting, ontwapen de krijgs-heren en steun democratisch gezinden", pleit Joya, geschorst als parlementslid vanwege deze kritiek en geregeld met de dood bedreigd. ct
De Nederlandse wetenschapsjournalist Paul Schilperoord beschrijft in dit 'Ware verhaal van de Kever' inderdaad 'Hoe Hitler het ontwerp van een Joods genie confisqueerde'. Het genie in kwestie was ingenieur en autojournalist Josef Ganz (1898-1967), een product van het rijke en kosmopolitische Centraal-Europese Jodendom. In zijn blad Motor Kritik ageerde Ganz jarenlang tegen de verstarde autogiganten - hallo, Opel? - om daarna de ruggengraat van de legendarische Kever te ontwerpen. Maar intussen waren de nazi's aan de macht gekomen en Ganz moest de benen nemen. Hitler verpatste zijn plannen aan ene Ferdinand Porsche... Een boek dat leest als een avonturenroman, rijkelijk geïllustreerd uit pas opgeduikelde privé-archieven. Genieten! KN
Noor houdt van lopen - letterlijk weglopen, van een trauma uit haar jeugd. Ze neemt zich voor een marathon te lopen, die een metafoor wordt van haar verwerkingsproces. "Ik wou schrijven over iemand die geen kant meer uitkon, maar toch niet opgeeft, want voor iedereen is er een pad", zegt Els Beerten. "Voor mij is dit het ultieme troostboek dat ik jongeren en ouderen heb willen geven. Uit de talrijke reacties blijkt dat het zo ook ervaren wordt. In
mijn bureau hangt een foto van een bergtop, waarop staat: 'The best climber in the world is the one who's having the most fun'. Dat is wat Noor uiteindelijk ontdekt, wanneer zij niet meer dwangmatig loopt, maar voor haar plezier. Het wordt voor haar de weg om zichzelf te vergeven en uit te groeien tot de persoonlijkheid die in haar zit." KD
Na zijn veelgeprezen debuut Absint gaat Guido Eekhaut met Louteringvoor de dubbelslag. De Nederlandse hoofdcommissaris Alexandra Dewaal en de haar toegewezen Vlaamse inspecteur Walter Eekhaut reizen na een mysterieus bericht van een informant naar de Ardennen. Daar doen ze op een open plek tussen de bomen een macabere vondst. In een cirkel staan zeven staken waarop zwartgeblakerde lijken zijn vast-geketend. Eekhaut en Dewaal komen op het spoor van een sekte die ervan is overtuigd dat de wereld binnen afzienbare tijd zal vergaan. Een gruwelijk scenario waaraan de sekte zich onlosmakelijk verbonden heeft. Beklemmende, strak opgebouwde thriller, met mooie zijsprongetjes die de Vlaams-Nederlandse verhoudingen amusant in de verf zetten.
Op een ijskoude decemberochtend spoelt het naakte lijk van een jonge vrouw aan op de oever van de Dijle. Thomas Berg, hoofdinspecteur bij de Leuvense politie, stelt tot zijn grote verbazing vast dat hij het slachtoffer de avond voordien nog heeft ontmoet op de receptie van een tentoonstelling. Samen met zijn team probeert Berg te achterhalen wie deze moord op zijn geweten heeft en wat de betekenis is van het vreemde voorwerp dat in het lichaam van het slachtoffer wordt aangetroffen. Speelt er een seksueel motief mee? Of heeft de dood van de vrouw iets te maken met een mysterieuze, 15de-eeuwse incunabel die al wekenlang de gemoederen in Leuven verhit?
Stilistisch sterke politieroman, die een gedegen kennis van en liefde voor de stad Leuven verraadt.
Kort na de moord op een jonge vrouw wordt de Brusselse topspeurder Luc Bonnart zwaargewond teruggevonden onder een brug in Knokke-Heist. Hij is het slachtoffer geworden van een brutale aanval die mogelijk verband houdt met de moord. Terwijl zijn collega wegzinkt in een coma, wordt Briek Mulders belast met het dubbele onderzoek. Daarbij krijgt hij het gezelschap van Aline, Lucs beeldschone maar emotioneel niet altijd even stabiele dochter. Samen wachten ze op het ontwaken van Bonnart, die hopelijk meer klaarheid in de zaak kan brengen. Vlot lezende politieroman van een auteur, die met elk boek aan flair lijkt te winnen .
Lier 1602. Een op het oog simpele moord op de jonge echtgenote van een kunstschilder groeit uit tot een stevige test voor Godfried Lesage, de kersverse schout van het kleine provinciestadje. Enkele schepenen zijn er immers op gebrand te bewijzen dat hij, als voormalige poorter van Antwerpen, niet voldoende loyaal is tegenover Lier. Zij deinzen dan ook voor niets terug om hun doel te bereiken.
Als Lesage zijn volle aandacht moet wijden aan de bescherming van de stad tegen een garnizoen muitende Spaanse soldaten, verliest hij enkele andere zaken wat uit het oog. Dat dreigt hem zuur op te breken. Zo heeft hij bijvoorbeeld niet in de gaten dat er een begijn van hekserij wordt beschuldigd. De hogergenoemde schepenen verwijten hem laksheid en gaan zelf op een onverbiddelijke manier achter de vermeende heks aan.
Catharina, de echtgenote van Lesage, wil hem waarschuwen en komt daardoor zelf in een gevaarlijke situatie terecht. Bovendien blijkt de moord op de echtgenote van de kunstschilder ook al niet zo eenvoudig op te lossen, als eerst werd gedacht.
Lydia Verbeeck bewijst met deze vierde historische thriller een blijver te zijn. Haar romans zijn prima historisch onderbouwd en bekoren door hun rechtlijnigheid en frisse verteltrant.
Met op de achtergrond de diepe economische crisis, die zelfs het rijkemensenparadijs Knokke lijkt te bedreigen, vormen twee leden van de Knokse brigade het doelwit van een brutale schietpartij. Ze verliezen daarbij bijna het leven. Op het hoof d van een van hen blijkt een prijs te staan. Luk Borré vreest dat zijn verleden, waarin hij zich een boel vijanden op de nek heeft gehaald, hem achtervolgt. Zelfs in die mate dat de speurder nog slechts de keuze heeft tussen twee opties: doden of gedood worden.Als het onnoemelijke uiteindelijk gebeurt, komt het onderzoek in handen van diegene van wie men dat het minst zou hebben verwacht. En die iemand blijkt uit op wraak. De "niet altijd even sympathieke" speurder Luk Borré heeft zelden in zulk een nauwe schoentjes gezeten.
We hebben overigens een boontje voor Borré, de in Knokke 'aangespoelde' speurder die zich in de mondaine badstad alleen weet recht te houden dankzij een grote dosis cynisme, alleen geëvenaard door zijn scherpe neus voor opportuniteiten, van welke kant ze ook komen. Auteur Jos Pierreux, kind-aan-huis in Knokke, blijft er van zijn kant een duivels genoegen in scheppen de vele gezichten van 'Lippensville' te tonen. Geef hem een pintje, mocht je hem in de Falstaff tegenkomen!
Japan, 1995. De economische bubbel is gebarsten, het land verkeert in de zwaarste economische crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. In Hiroshima brengt het lot een aantal mensen samen. De West-Vlaamse diplomatenzoon Xavier Douterloigne is teruggekeerd naar 'Stad van de Vrede' om er in het reine te komen met de dood van zijn zus Anna. Inspecteur Takeda vindt een dode baby onder het Vredesmonument. Een yakuza-leider, van wie men zegt dat hij de Japanse demon Rokurobei incarneert, verdedigt meedogenloos zijn misdaadimperium tegen zijn dochter Mitsuko. En de punkauteur Yori, bezeten door de ultranationalistische idealen van zijn idool Mishima, deinst voor niets terug om de roman waarvan hij allang droomt, te kunnen schrijven. Boven dit alles zweemt ook nog eens de herinnering aan de experimenten die de geheime Japanse eenheid 731 tijdens WOII uitvoerde en die een duistere smet op de Japanse keizerlijke familie hebben gelegd. Bob Van Laerhoven werkte meer dan twee jaar aan deze gelaagde historische misdaadroman, die positief opvalt door zijn gedegen research en de aandacht voor de politieke en sociale implicaties die de daden van de hoofdpersonages met zich meebrengen. Van Laerhoven en het Verre Oosten: het klikt telkens weer opnieuw!
Sexy Sioux-squaw Shappa Crane wil wraak nemen op Ron Dark, een politieagent die mee verantwoordelijk is voor de dood van haar partner, de bankrover Cassius Crane. Maar er komt een serieuze kink in de kabel: ze wordt verliefd op de man die intussen zijn politiepet aan de wilgen heeft gehangen.
Shappa had haar plannetje nochtans helemaal voor mekaar. Met een deel van Cassius' laatste buit zou ze huurmoordenaar Chet 'Le Chef' - een behoorlijk gestoorde crimineel die van elk van zijn slachtoffers wat druppeltjes bloed aftapt om er een nieuwsoortige cocktail mee te brouwen - betalen om Dark om het hoekje te helpen. Maar de zaken lopen dus anders als gepland. Niet in het minst wanneer Chets baas, de gesjeesde Las Vegas-artiest Ray Fine, die na een ongelukje met zijn showpartner, een witte tijger, niet echt meer hoog scoort in het 'looks'-departement, dringend geld nodig heeft voor een schoonheidsoperatie. Allianties worden aan de lopende band gesloten en met hetzelfde gemak weer verbroken.
Bavo Dhooge tekent, na Stiletto Libretto, met Sioux Blues, opnieuw voor een on-Vlaamse misdaad-roman, vol filmische en muzikale verwijzingen. Zijn hilarische dialogen en maffe personages zijn er vaak compleet over, maar laat dat nu net Dhooges grote kracht zijn!
De plot van Stan Lauryssens nieuwste politiethriller Rijker dan rijk is niet zo simpel samen te vatten. Het is veeleer een allegaartje van los aan elkaar hangende scènes, overgoten met een stortvloed aan melige grappen, seksistische en racistische uitspraken en nostalgische mijmeringen naar een Antwerpen dat nooit meer zal terugkomen.
Terwijl Sofie Simoens, de nieuwe commissaris van de Antwerpse moordbrigade, met haar team een aantal dossiers doorneemt, blijft het niet stil in de Koekenstad. Er is serieuze heibel in de over-bevolkte gevangenis van de Begijnenstraat. Aan de oever van de Schelde spoelt het lijk van miss Diamant aan. Vervolgens is er opschudding in de zwaar bewaakte Diamantwijk. Een diamantair wordt gegijzeld, waarbij onschuldige slachtoffers vallen. En dan is er nog de nasleep van de spectaculaire overval op de Nationale Bank, waarbij meester-crimineel Bruxman twee ton baar geld wist mee te nemen. Gaandeweg komen alle verhaallijnen bij elkaar en hebben we kennisgemaakt met Ricco Ravioli en zijn kompanen, een stelletje losers voor wie je geen greintje sympathie kan opbrengen. Eigenlijk is dit een heel negatief boek: ons systeem is compleet verrot en zij die het zouden moeten dragen, weten het ook niet meer. Liegen en bedriegen zijn de nieuwe codewoorden!
Een woonwijk in Heffen, nabij Mechelen, wordt opgeschrikt door een moord. De 34-jarige Irene Vandesompel wordt teruggevonden in haar garage, badend in het bloed. Ze werd op gruwelijke wijze vermoord met maar liefst vierendertig messteken.
Irenes overbuurvrouw is de laatste persoon die de vrouw in leven heeft gezien, toen ze zag hoe Irenes ex-man, met wie deze laatste in een vechtscheiding was verwikkeld, die middag de kinderen kwam ophalen. Maar Irenes ex-man heeft een ijzersterk alibi. Andere getuigen van het gruwelijke voorval zijn er niet, hoewel het nochtans plaatsvond in een nette rustige buurt, waar de sociale controle doorgaans stevig haar werk d.
Uit de autopsie blijkt dat de dader een heggenschaar van het merk Fiskars heeft gebruikt. Een flinterdunnen aanwijzing waaraan rechercheurs Dirk Deleu en Nadia Mendonck zich vastklampen.Gaandeweg wordt hun evenwel duidelijk dat ook in een gezellige buurt mensen hun duistere kantjes kunnen hebben. Ze vallen van de ene verbazing in de andere. De Mechels-Brusselse auteur Deflo bewandelt met Jaloezie het pad dat hij het beste kent. Hoe passie, miskenning en laaiende emoties van een rationeel denkende mens een smeulende vulkaan kunnen maken. Vintage Deflo!
Ora et labora (bid en werk) is de leuze die tijdens en na de laatste oorlog door het kostschoolleven van een jonge Brusselse loopt. Met harde hand wordt de normaalschool in het Vlaamse dorp Giezegem er geleid door nonnen. Er heerst honger, kou, maar ook geborgenheid.
De inmiddels 80-jarige auteur zet een haarscherp, nostalgisch sfeerbeeld neer, herkenbaar voor eenieder die jeugdherinneringen aan oorlog en/of kloosterscholen heeft. Maar hoe beeldend én teder ook geschreven, het leven op school blijft voortdurend een decor. Het échte verhaal van de hoofdpersoon weekt zich niet los van de achtergrond, waardoor de lezer een beetje op zijn honger blijft zitten. ( DB)
Wannes Vansina
il/pr/01 a
Maalstraat speelt belangrijke rol in thriller 'Jaloezie'
"Bij ons geen moorden zoals bij Deflo"
Mechelen/Leest
De Maalstraat in Heffen is opgeschrikt door een gruwelijke moord. Irene Vandesompel is met vierendertig messteken omgebracht in haar garage. Gelukkig gaat het niet om een persoon van vlees en bloed, wél een van papier en inkt uit 'Jaloezie': de nieuwste thriller van Deflo. "Moorden zijn hier nochtans nog nooit gebeurd", lachen de bewoners van de 'echte' Maalstraat, die in Leest ligt.
In 'Jaloezie' spelen opnieuw de Mechelse speurders Bosmans, Deleu en Mendonck de hoofdrollen. Ze raken verstrikt in een net van sociale intriges. Luc Deflo liet zich voor het verhaal inspireren door een burenruzie in zijn omgeving. "Het is onwaarschijnlijk hoe normale mensen elkaar de duvel kunnen aandoen. Het begint met een discussie over een banaliteit en op den duur raakt een hele buurt betrokken. Wat dat betreft, is 'Jaloezie' geen fictie. De moorden zelf zijn in het echt natuurlijk niet gebeurd", verklaart de misdaadauteur met Mechelse roots, die zijn jongste thriller start met de moord in de Maalstraat in Heffen. "Ik had een doodlopende straat nodig, met daarachter een beek. Via Google Maps heb ik ze gevonden", verklapt Deflo.
In Leest in de échte Maalstraat - door Deflo verkeerdelijk in Heffen gesitueerd - zijn de twaalf gezinnen verwonderd dat de schrijver bij hen is beland. "Hoe komt hij erbij? Tot voor enkele jaren stond onze straat zelfs nog op geen enkele kaart", lacht Ank Buelens, die het initiatief op zich wel leuk vindt. "Ik lees Deflo graag. 'Jaloezie' zal ik dus zéker kopen", stelt Ank, die de indruk heeft dat Deflo haar een beetje achtervolgt. "In het Vrijbroekpark, waar ik soms loop, werd ook al een moord gesitueerd. En Alain van De Cirque (het stamcafé van Bosmans en Deleu, red) ken ik ook."
Echte moorden gebeurden er in de straat nog nooit en zelfs voor burenruzies zijn we volgens de bewoners aan het verkeerde adres. "De Maalstraat is gezellig en rustig, en hangt goed aaneen", zegt Chantal De Vos. "Elk jaar organiseren we een buurtfeest. Iedereen komt", vult André Segers aan.
Filmopnames
Wat verder in het boek verplaatst de actie zich onder meer naar de put van Hombeek. Intussen werkt Deflo ook naarstig aan de voorbereidingen voor de verfilming van debuutroman 'Naakte Zielen'. "Eind april moet het scenario klaar zijn en voorgelegd worden aan het Vlaams Audiovisueel Fonds. Hopelijk krijgen we dan groen licht. Het zou ideaal zijn als we in Mechelen zouden kunnen draaien, en liefst in het najaar. We hebben namelijk druilerig weer nodig", vertelt de auteur.
il/pr/29 a
Eerst een makkelijke: je boek begint behoorlijk heftig. Wat gebeurt er?
'Ai, dat is helemaal niet gemakkelijk! Ik heb de structuur op het laatst nog door elkaar gehaald. Even denken. Begin ik niet met een ondervraging? Neenee, de openingspassage is die waarin speurder Pierre op de wc betrapt wordt terwijl hij zit te masturberen. Daarmee typeer ik niet alleen Pierre, maar introduceer ik meteen ook de nieuwe stagiaire Inge.'
Hoe oud is Irene Vandesompel, de vrouw die vermoord wordt?
'34. Die leeftijd is toevallig, Ik wou een vrouw die drie kinderen kon hebben. Dat ze met 34 messteken werd vermoord, is geen toeval. Die twee getallen wou ik laten overeenkomen.'
Irene wordt omgebracht met de haagschaar van buurman Timmers. De man heeft die schaar echter niet meer. Wat heeft hij ermee gedaan?
'Hij dacht ze verkocht te hebben op de rommelmarkt toen hij verhuisde uit de wijk, waar hij overhoop lag met buurman Fons Kriekemans. Uiteindelijk blijkt die Kriekemans de schaar te hebben gepikt.'
In de wijk waar Timmers woont, komt het tot een ruzie met buurman Kriekemans. Wie speelde Timmers op dat moment?
'Sinterklaas, en dat is helemaal toevallig gekozen. Het had net zo goed een ander buurtfeest kunnen zijn. Ik had een confrontatie nodig om de vete tussen beide buren op gang te brengen.'
Over welke Vlaamse zangeres maak je een grapje?
'Laura Lynn? Ik geloof dat ik iets zeg als: Dat is al altijd zo, van toen Laura Lynn nog maagd was. Daar moet je niks achter zoeken, ik had net zo goed een andere zangeres kunnen nemen.'
Speurder Deleu en zijn collega en vriendin Nadia verlaten op een bepaald moment het politiebureau en dan speelt er een liedje. Welk en wie zingt het?
(denkt na) 'Het is een emotioneel liedje voor Nadia, maar niet voor Deleu, die in een heel andere mood verkeert... Van Axelle Red, geloof ik. Parce que tu pars of zoiets? Ik ben een grote fan van Axelle Red. Ja, er zit ook een romantische ziel in deze Deflo, hoor!'
Hoe heet de Antwerpse commissaris die zich ongevraagd met het onderzoek van Deleu bemoeit?
'Oei. Een Hollandse naam, dacht ik. Hij zei iets als: Met de P van Politie, waarop Deleu reageerde met: Jaja, met de P van Prutser, zeker. Nee, ik weet het niet meer.'
Het is Piet Pirijns. En dat is ook de naam van een journalist van Knack.
'Oeps. Dat is dan puur toeval. Normaal gebruik ik geen namen van bestaande mensen, tenzij ze me dat vragen, natuurlijk. En dan nog doe ik er mijn zin mee. Als een vrouw me daarom vraagt, loopt ze het risico als hoertje op te duiken, natuurlijk.' (lacht)
In een pluk haar worden sporen van waspoeder gevonden. Van welk merk?
'Ik heb opgezocht hoe de doos eruitziet. Er staat een berg met groene weiden op, maar het merk? Sun?'
Nee, het was Persil Universal Gold.'
Tijd voor een lastige. Er zit een memorystick in de computer wanneer de vrouw van Kriekemans thuiskomt uit Benidorm. Welke kleur heeft die?
'Groen. Simpel, ik heb zelf een groene memorystick.'
Ken je nog kleur en merk van de auto die een meisje aanrijdt?
'Het is een Nissan en als ik me niet vergis zo'n kleintje... een Micra? De kleur is grijs en die heb ik bewust gekozen. Het moest een onopvallende, veel voorkomende kleur zijn, zodat de auto niet makkelijk terug te vinden was.' (jdr)
31/12/2011
Thrillerauteur Luc Deflo debuteerde in 1999 met Naakte zielen en verwierf naam en faam, wat in 2008 culmineerde in een bekroning met de Hercule Poirotprijs voor Pitbull. Jaloezie is zijn elfde spannende roman met de inspecteurs Jos Bosmans en Dirk Deleu als hoofdpersonages. Andermaal wordt een buitenwijk van Mechelen opgevoerd als sfeervolle locatie.
Deflo kan bogen op een duidelijk te onderscheiden schrijfstijl met als voornaamste ingrediënten een staccatoritme wat de beschrijvingen en situering van locaties en personages betreft, en korte, krachtige dialogen eigen aan de persoonlijkheidsstructuur van de personages. De protagonisten in hun houding en handelingen zijn erg herkenbaar, maar in de opbouw van de intriges durft deze auteur als eens een vlucht te nemen die de realiteitszin van de lezer op de proef stelt, hoewel de verhaallijn steeds aanvaardbaar overkomt binnen het gekozen kader van fictie.
Irene Vandesompel wordt gruwelijk vermoord aangetroffen in een rustige woonwijk in Heffen nabij Mechelen. Een overbuurvrouw is de laatste getuige die de vrouw heeft opgemerkt, op een ogenblik dat de ex-man van het slachtoffer de kinderen kwam afhalen. De man beschikt echter over een sluitend alibi. Rechercheurs Dirk Deleu en Nadia Mendonck staan dan ook voor een raadsel. De bijzonder bloedige omstandigheden -- de autopsie wijst uit dat de dader 17 keer toesloeg met een heggenschaar -- wekken het vermoeden dat het gaat om een sadistische wraakmoord. Bij gebrek aan duidelijke aanwijzingen gaan de rechercheurs van start met een breed opgezet buurtonderzoek, wat al vlug de nodige roddels en achterklap oplevert waarin mogelijk een rode draad steekt die kan leiden naar het motief en de dader. De speurders hebben de handen vol met het kaf van het koren te scheiden, en meermaals worden ze samen met de lezer op het verkeerde been gezet.
De charme van deze spannende roman zit dan ook ongetwijfeld in de intriges m.b.t. bedrog, overspel en interne afrekeningen, die zich voordoen in een ogenschijnlijke sociaal rustige en burgerlijke woonwijk. Diverse pistes worden in ogenschouw genomen en als mogelijke verklaring naar voren geschoven, maar de lezer die bij de pinken is kan aan de hand van losse feiten en verklaringen de weg uit de doolhof vinden. Jaloezie biedt psychologisch goed uitgewerkte protagonisten, een degelijk geconstrueerde intrige met verrassende en ongewone wendingen, maar met een ontknoping die voor de alerte lezer enigszins voorspelbaar zal overkomen. [Staf Schoeters]
E.Y.M. Zwanenburg
Luc Deflo heeft met “Jaloezie” zijn elfde thriller afgeleverd met onderzoeksrechter Jos Bosmans en rechercheurs Dirk Deleu en Nadia Mendonck als voornaamste personages. In een forensendorpje bij Mechelen wordt het verminkte lijk gevonden van de 34-jarige alleenstaande moeder Irene Vandesompel. Het buurtonderzoek levert weinig op, maar hoe langer het onderzoek doorgaat, hoe meer intriges tussen de bewoners boven water komen: buitenechtelijke relaties, stalking, omkoping etc. Steeds meer raken de rechercheurs ervan overtuigd dat het antwoord op de vraag wie Irene vermoordde, te vinden is in die verbanden tussen de bewoners. Deflo heeft een directe stijl, zijn personages gebruiken ongepolijste taal en er zijn geen ‘mooie’ beschrijvingen. De figuren zijn levensecht getekend. Plot en ontknoping zijn wel vergezocht, maar goed in elkaar gepuzzeld zodat de lezer toch geboeid blijft tot het eind. Paperback, normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.