De Bijbel cultureel : de Bijbel in de kunsten van de twintigste eeuw
Marcel Barnard (Redacteur), Gerda van de Haar (Redacteur)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Meinema, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 708.1 BARN XXL |
Besprekingen
31/12/2009
Sinds eind 18e eeuw kerk en staat als opdrachtgevers van kunstenaars hebben afgedaan, gaat de kunst prat op haar autonomie. De romantische kunstenaar doet aan zelfexpressie, de realisten en impressionisten ontdekken de werkelijkheid op zichzelf, de kunstenaars van het modernisme verkennen onbetreden paden en uitdrukkingsvormen. Is het dan geen hopeloze onderneming de invloed van de Bijbel op beeldende kunst, film, muziek, theater en literatuur ? uitgerekend in de geseculariseerde 20e eeuw ? in kaart te willen brengen? Het omvangrijke naslagwerk De Bijbel cultureel bewijst het tegendeel. Zowel gelovige als klein- en ongelovige artiesten vonden in het Boek der Boeken inspiratie, ook en misschien zelfs vooral wanneer ze niet rechtzinnig in de leer blijken.
De samenstellers zijn breeddenkend geweest, zowel in de keuze van het opgenomen werk als in de genres waaruit het mocht komen. Muziek omvat naast klassieke ook popmuziek, het theater ook cabaret, beeldende kunst ook installaties en videokunst. Geografisch is het materiaal begrensder. De klemtoon ligt overduidelijk op kunst uit het Westen: Europa en de Verenigde Staten. De derde wereld, waar de hedendaagse invloed van het christendom allicht groter is dan in de rijke landen, blijft bijna helemaal buiten het gezichtsveld. Strikt religieuze kunst zoals je die in de schaarse musea voor moderne en hedendaagse religieuze kunst aantreft ? en die door critici en kunstliefhebbers vaak terecht meewarig wordt bekeken (vanwege te epigonistisch, te louter illustratief, te weinig artistiek geïnspireerd) ? maakt hier eerder een minderheid uit.
De middeleeuwse opvatting dat de beelden voor de leken de boeken vervangen, is echter niet volledig achterhaald. Het aantal mensen dat met Bijbelverhalen en Bijbelse figuren via populaire of elitaire kunst in contact komt, vaak zelfs zonder het te beseffen, lijkt me het aantal Bijbellezers nog steeds ruim te overtreffen. Zelfs in de 20e eeuw heeft de katholieke kerk haar gelovigen soms van de Bijbel weggehouden. Het contact met de bronteksten, kreeg mijn moeder van de pastoor te horen, zou slechts verwarring brengen. De filter van de Roomse leer was heilzamer. Tot mijn verbazing bleek mijn zoon als jonge puber een verwoede Bijbellezer. Nergens, zei hij, vond hij zulke spannende en dramatische verhalen als in het Oude Testament. Die verhalen heb ik op de lagere school uit de mond van de onderwijzers gehoord, maar vooral zijn ze op m'n netvliezen gebrand door de platen Gewijde Geschiedenis die erbij werden getoond en een tijdje in het klaslokaal bleven hangen. Ik vond het een vreemde wereld, met personages ver van mijn bed. Liever dan die oudtestamentische potentaten, listigaards en slachtoffers waren me de figuren uit het Nieuwe Testament, met wie je je makkelijker kon identificeren en die een niet te verwaarlozen invloed op je perceptie van mensen en situaties en op je leven uitoefenden. Pas later ontdekte ik de overrompelende schoonheid (en herkenbaarheid) van de Psalmen, de wijsheid van Prediker, het revolutionaire van de profeet Jesaja en het schrijnende boek Job.
De Bijbel moet het, anders dan de Koran, vooral hebben van dat vermogen tot inleving in verhalen. Hoe en door wie het verhaal verteld wordt, draagt er in niet geringe mate toe bij of het werkt en of de personages je raken. Waarschijnlijk had ik het verhaal van Abraham die op bevel van God zijn zoon Isaak ging offeren al vele keren gehoord. Echt tot me doorgedrongen is het pas toen ik het hoorde zingen door Leonard Cohen, vanuit het perspectief van de zoon: "The door it opened slowly / My father he came in / I was nine years old...". Dat de noodlottigheid en onontkoombaarheid, versterkt door de repetitieve melodie, de sonore, bittere stem van de zanger, aan het eind omslaan in opstandigheid wanneer de zanger zijn stem verheft en als een profeet waarschuwde voor blinde offers ? de vingerwijzing naar de Amerikanen in Vietnam was niet mis te verstaan ? maakte dat oude, stuitende Bijbelgegeven plots actueel. Paul Valéry schreef dat literatuur het oude, vertrouwde steeds nieuw moet zeggen. Dat lijkt een conservatievere opvatting over de taak van de schrijver dan het is, als je beseft dat het hoe in de kunst onverbrekelijk verbonden is met het wat en het dat laatste uiteindelijk bepaalt. Goede kunst zegt niet iets ouds opnieuw (Prediker, "Er is niets nieuws onder de zon"!), het gebrek van veel zogenaamd 'hedendaagse religieuze kunst', maar zegt het op zo nieuwe wijze dat er iets anders door oplicht. Dat kan, denk ik, de enige legitimatie zijn waarom kunstenaars (gelovigen én atheïsten) uit de Bijbel ? een vat vol overgeleverde en in onze hoofden tot 'memen' gestolde situaties, problemen en oplossingen ? blijven putten.
De Bijbel cultureel brengt honderden door de Bijbel beïnvloede films, opera's, romans, toneelopvoeringen, schilderijen enzovoort bijeen. Om de massa gegevens enigszins overzichtelijk te houden, werd de Bijbelse canon onderverdeeld in 67 trefwoorden. Ze stellen belangrijke Bijbelpassages, Bijbelboeken of clusters van de Bijbel aan de orde: Schepping, Kaïn en Abel, Tien geboden, Rechters, Hooglied, Jona, Jezus, Verzoeking, Wonderen, Bergrede, Lazarus, Olijvenhof, Verrijzenis, Apocalyps, Hemels Jeruzalem ... Elk hoofdstuk begint met een korte samenvatting van het Bijbelfragment, waarbij opvalt hoe schraal zakelijke taal daarvoor is. Vervolgens wordt één kunstwerk uit een van de genres in een presentatie grondig uitgediept: korte inhoud, 'op de eerste blik' observaties over vorm, stijl en techniek, en 'op de tweede blik' een peilen naar de dynamiek tussen kunstwerk en Bijbel. Een naar mijn gevoel minder relevant laatste onderdeel beschrijft telkens 'ontvangst en doorwerking'. Vervolgens, even ruim geïllustreerd als de presentatie, vind je bij elk trefwoord zo'n acht karakteristieken van afzonderlijke kunstwerken uit de verschillende genres ? met de honderd woorden die daarvoor worden uitgetrokken uiteraard vaak niet meer dan een tip om elders meer informatie te zoeken. Pop werkt hier vaak met songlijstjes, bij literatuur worden nu en dan complete gedichten of fragmenten geciteerd. Een essay sluit elk trefwoord af. Tegen de achtergrond van het Bijbelgegeven wordt een bepaalde ontwikkeling in een genre in de 20e eeuw geanalyseerd: o.m. een nogal apologetisch en hoogdravend stuk over de geboorte van het licht (film), een genderbenadering van Eva in verzet tegen de mannelijke orde (pop), de verklankte paradox in Stravinsky's late Bijbelcomposities (muziek), beschouwingen over cabaret in Nederland: amuseur of boeteprofeet (theater), over passiespelen en over Dario Fo's Mistero Buffo en het evangelie (theater) of over het heilig aanschijn (beeldende kunst). Het trefwoord 'Kruisiging' bleek zo belangrijk dat alle genres een essay hebben. Bij het trefwoord 'Jezus' is van alle genres een presentatie opgenomen. Veertig pagina's register ontsluiten het boek, weliswaar via een vrij ingewikkeld verwijzingssysteem, op kunstwerken per genre, personen, Bijbelse personen en Bijbelpassages. Het geheel wordt voorafgegaan door inleidende essays over de vaak moeizame relatie die kunstenaars in de 20e eeuw met de Bijbel hadden. Niet alle auteurs beheersen de kunst van de synthese even goed als Jaap Goedegebuure, die in een meesterlijk essay onder de titel 'In het lappenpak van de parodie' de dynamiek tussen Bijbel en literatuur uit de doeken doet.
De keuze is even veelzijdig als de kunst van de 20e eeuw: historiserende Hollywoodproducties als The Ten Commandments van Cecil B. DeMille naast een omstreden en door katholieke verenigingen verbannen Nouvelle Vaguefilm als Je vous salue, Marie van Jean-Luc Godard, een hedendaagse transpositie van de onbevlekte ontvangenis, die Sylvain de Bleeckere terecht "omgekeerd iconoclastisch" noemt. In de beeldende kunst bekende namen als Georges Rouault of ten onzent Albert Servaes, maar ook ? in deze context ? veeleer onverwachte als Yves Klein, wiens blauwe verfafdrukken van vrouwenlichamen in verband worden gebracht met de Zweetdoek van Veronica en de Grafdoek van Christus. De interpreet is eerlijk genoeg om toe te geven dat, ondanks de titel (lijkwade-antropometrieën) en de religieuze termen waarin Klein over zijn kunstenaarschap sprak, het geloof hier vervangen is door de kunst, die een eigen heilsproject is geworden. Soms verbaast me de interpretatie, bv. wanneer Hugo Claus' Vrijdag "een pleidooi voor de vrije liefde, los van de taboes van christendom of Freud" wordt genoemd. Dat focust eenzijdig op de incest van Georges en Christiane die aan de basis ligt van het verhaal en gaat voorbij aan het thema van schuld en boete en de ongewone rituele zuivering (en de vergeving) die in het toneelstuk centraal staan. Er valt in dit veelomvattende en vernuftig in elkaar gestoken naslagwerk veel te ontdekken - over de slechts in schijn gefixeerde Bijbel en over de vrijheid van de kunst in de 20e eeuw. [Erik de Smedt]
Drs. P.F. Goedendorp
Ook al gaan kerk en kunst sinds de Verlichting eigen wegen en heeft de Europese cultuur zich sinds de secularisatiegolf van de twintigste eeuw verregaand ontdaan van christelijke religiositeit, de invloed van de Bijbel op onze cultuur is nog steeds immens. 'De Bijbel cultureel' laat na een verkennende inleiding in 67 trefwoorden - van 'Schepping' tot aan 'Hemels Jeruzalem' - zien hoe de twintigste-eeuwse kunst bijbelse thema's en motieven oppakte of verwerkte. Een team van deskundigen op het gebied van beeldende kunst, film, theater, klassieke muziek, popmuziek en literatuur, stelde onder redactie van hoogleraar liturgiewetenschap Marcel Barnard en literatuurcriticus Gerda van de Haar dit naslagwerk samen. Drie rubrieken komen bij elk trefwoord terug: een presentatie van een kunstwerk uit een van de genres, korte karakteristieken van werken uit verschillende genres en een essay over een door het trefwoord opgeroepen breder onderwerp. Zo wordt de lezer ingewijd in een onderwerp, kan er daarnaast worden geïnventariseerd en worden bredere tendensen besproken. Een waardevol compendium voor bijbellezers met interesse voor kunst en kunstkenners die zich willen oriënteren op de invloed van de Bijbel en bovendien een fraai full-colour geïllustreerde, educatieve schatkamer.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.