Het land van de grote woordfabriek
Agnès De Lestrade
Agnès De Lestrade (Auteur), Valeria Docampo (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2019 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : Kleuter : leren
Taal |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2009 |
Kleuter : leren
Taal |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2015 |
NT2 Interreg Lager Onderwijs NT2.LO.5 |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Eenhoorn, 2009 |
Kinderhoek :
|
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Eenhoorn, 2009 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : LEST |
31/12/2009
Filosofie met de toverstaf
Over de bijzondere waarde van woorden
Een prentenboek over "het magische vermogen van mensen om woorden inhoud te geven", zo wordt Het land van de grote woordfabriek op de achterflap omschreven. Niet meteen een thema dat je met kleuters associeert. Met haar eenvoudige, originele verhaal slaagt De Lestrade er echter in dit filosofisch getinte thema ook voor jonge kinderen toegankelijk te maken. De wondermooie illustraties van Valeria Docampo interpreteren de tekst op een eigenzinnige manier en tillen het verhaal zo een niveau hoger.
Het verhaal vertrekt vanuit de metafoor van woorden als tastbaar koopwaar om hun bijzondere waarde aan kinderen duidelijk te maken. De Lestrade neemt je mee naar het land van de grote woordfabriek, een land waar woorden als massagoed uit machines rollen en in winkels verkocht worden. Een land ook waar het onvoorstelbaar stil is. Enkel wie rijk is, zegt wat hij wil; de anderen moeten het doen met weggegooide woorden, woordkoopjes of de loswaaiende woorden die af en toe door de lucht dwarrelen. Dat een handjevol oprechte woorden vaak waardevoller zijn dan een legertje dure, grote woorden, legt De Lestrade uit via het verhaal van de kleine Florian. Net zoals de steenrijke Oscar is hij tot over zijn oren verliefd op Siebelle ? alleen heeft hij, in tegenstelling tot Oscar, maar weinig woorden om dat uit te drukken. Op Siebelles verjaardag staan beide jongens voor haar deur. Oscar met een fortuin aan woorden: "Ik hou van jou met heel mijn hart, Siebelle mijn. Later, als we groot zullen zijn, dan zal ik met jou trouwen!" Florian met slechts drie woorden, die hij die ochtend in zijn vangnet vond: "kersenrood, pannenlapje, stoelendans". Als hij Oscar ziet, is Florian zwaar ontmoedigd: hoe kan hij Siebelle ooit voor zich winnen als hij maar zo weinig woorden heeft om haar te overtuigen van zijn liefde? Hij fluistert zijn woorden echter zo gevoelvol ? "als schitterende vlinders" ? dat Siebelle hem spontaan een kus geeft. Eindelijk kan Florian dat ene kleine woord, dat hij zo lang opspaarde, gebruiken: "Nog!".
Wat Het land van de grote woordfabriek doet, is niet vanzelfsprekend: kinderen een stapje dichter brengen bij de bijzondere waarde van woorden en lichaamstaal. Met haar ontroerende en ook spannende verhaal haalt De Lestrade dit thema binnen in de leefwereld van kleuters. Vooral de consequent uitgewerkte metafoor, een uitgebalanceerde verhaalstructuur, duidelijke personages en herkenbare emoties dragen hiertoe bij. Dat dit thema echter zo concreet gemaakt wordt, is voor een groot deel ook te danken aan de betoverende illustraties. Docampo werkt de metafoor van woorden als een tastbaar goed gretig uit: ze haalt de sterkste elementen uit het verhaal en bouwt vanuit haar eigenzinnige interpretatie een eigen verhaal in beelden op. De illustraties hebben een sterke narratieve waarde: ze vullen het verhaal aan en voegen vooral sfeer en emotie toe. In die zin gaat de boodschap die in het verhaal vervat zit ? woorden zeggen niet noodzakelijk alles ? ook op metaniveau op: de waaier aan emoties die Docampo in haar illustraties oproept, kan je niet zomaar in woorden uitdrukken. Zo zegt de tekst, behalve dat het een "vreemd land" is, niets over de sfeer in het land van de grote woordfabriek. Voor Docampo is het echter duidelijk: een buitengewoon kil land moet het wel zijn, daar waar je niet kosteloos spreken kan. Kijk maar hoe het er in woordenwinkelstraat aan toe gaat: mensen lopen er als schimmen langs elkaar, ieder voor zich, met norse, haast vijandige gezichten. Of hoe clean is de woordfabriek, waar robotachtige mannetjes ? zonder ogen ? op automatische piloot ellenlange woordenlinten lukraak in stukken knippen. Hoe eenzaam de godverlaten vuilnisbelt, waar een vrouwtje verwoed naar een overschotje weggegooide woorden zoekt. En hoe gevoelloos, zelfs betekenisloos, bast Oscar ? niet toevallig ook zonder ogen getekend ? zijn peperdure liefdesverklaring naar Siebelle.
In het kleurgebruik domineren donkere, bruine tinten het beeld. Toch blijft de toon in de illustraties, net zoals in het verhaal, positief, warm en hoopvol. In alle afstandelijkheid en bitterheid van een land waar enkel rijken ongeremd spreken, benadrukt Docampo de saamhorigheid van zij die geen woorden nodig hebben om oprecht te zeggen wat ze willen. In duidelijk contrast met de troosteloze, bruine tinten, kiest Docampo hier voor rood: rode kledingsstukken voor Siebelle en Florian (en alle andere kinderen in het boek), rode vangnetten om de "lekkere woorden" in de lucht te vangen, een rode achtergrond wanneer Florian zijn "cadeautjes" uitspreekt, die op de laatste pagina als rode vlinders uit zijn mond de hemel in fladderen. De hoopvolle toon blijkt ook in de evolutie van het kleurenpalet: naar het einde werpen de rode tonen een schaduw over de bruine.
Docampo speelt ook met het perspectief om dit contrast tussen kilte/anonimiteit (zij die overvloedig maar gevoelloos spreken) en warmte/initimiteit (zij die met weinig woorden maar boordevol gevoel spreken) uit te drukken: gedistantieerde perspectieven voor de winkelstraat, de fabriek en de vuilnisbelt tegenover close-ups van Florian en Siebelle.
In dit schitterende, hartverwarmende prentenboek hebben een knappe auteur met frisse, originele ideeën en een getalenteerde illustratrice elkaar gevonden. [Marit Trioen]
Drs. A.W.M. Duijx
Er is een land waar niet gesproken wordt, het land van de grote ‘woordfabriek’. Je moet woorden kopen (en sommige woorden zijn heel duur, onbetaalbaar zelfs, andere goedkoper). Spreken kost dus handenvol geld. Soms waaien er woorden in de lucht. Florian heeft er drie gevangen, en die wil hij aan Siebelle, die hij ‘onuitsprekelijk’ lief vindt, geven. Oscar, zijn grootste vijand, heeft rijke ouders en veel woorden gekocht om zijn liefde voor Siebelle duidelijk te maken. Maar Siebelle is veel meer onder de indruk van de gevleugelde woorden van Florian. Schitterend uitgevoerd, kunstzinnig prentenboek waarbij elk woord goed gekozen is. Het verhaal is van alle tijden, echte liefde overwint altijd. De woorden van Oscar zijn zonder emotie, zonder warmte, ‘gekocht’, terwijl de ‘gevoelige’ woorden van Florian, ook al lijkt hun betekenis onbelangrijk (pannenlapje, stoelendans), het hart van Siebelle treffen. De steeds twee pagina’s grote illustraties zijn ware kunstwerken, geschilderd in overwegend bruine tinten met rode accenten; aan het eind van het verhaal overheerst de kleur rood. In de illustraties zijn steeds letters verwerkt. Tekst en beeld sluiten naadloos aan op elkaar. Vanaf ca. 4 jaar.
Kim Wezenbeek
ua/an/22 j
Stel je voor: een land zonder al ons gepraat, gebabbel, gewauwel, geroep, gefluister, geschreeuw! Het bestaat in de wereld van Agnès de Lestrade. In het vreemde land dat zij creëert, worden woorden gemaakt in de grote woordfabriek. Spreken kost hier handenvol geld. Wie zich geen woorden kan veroorloven, kan maar hopen dat hij ze vindt tussen het afval van de rijken. Of dat hij geluk heeft bij de jaarlijkse woordkoopjes. Florian had tot nog toe weinig geluk. En straks verjaart de mooie Siebelle, het meisje aan wie hij zo graag zoveel zeggen zou ... In dit sprookjesachtige stille land wordt ondanks alles zo immens veel gezegd dat het hartverwarmend is. De gedachte aan een wereld waarin je elk woord moet wegen, zou ons, kletscultuurmensen, tot waanzin drijven. Maar Florian weet beter. En wie weet, Agnès de Lestrade ook. Zij ruilde enkele jaren terug de drukte van Bordeaux voor een huisje op het Franse platteland. Deze omgeving geeft haar blijkbaar veel inspiratie: sinds haar debuut in 2003 publiceerde ze al zo’n vijftigtal boeken, zowel kinder- als jeugdliteratuur. Vorig jaar nog verscheen 'De dromen van Boeba' (uigeverij Lannoo) bij ons. Met 'Het land van de grote woordfabriek' zet ze nog een pareltje op haar palmares. Dat dit boek zo’n innemend kleinood is, is zonder twijfel ook de verdienste van illustratrice Valeria Docampo. In plaats van te kiezen voor een grijs grauw land, laat deze jonge Argentijnse je in geduldige zachte bruintinten de stilte voelen. Je ontdekt een land waar hoop en liefde in dieprood en oranje het leven kleur geven. Bladzij na bladzij nemen ronde lijnen de overhand: alsof niet alleen de woorden, maar het hele verhaal gedragen wordt door de wind, zachtjes fladderend naar een warm einde toe. Wie zo kan tekenen, heeft inderdaad geen woorden nodig. Dit boekje is een heerlijkheid voor alle kinderen die dagelijks woordjes leren lezen en schrijven, die leren hoe rijk taal je maakt maar weten hoe weinig je er soms van nodig hebt. Dit boek is eigenlijk een heerlijkheid voor ieder van ons.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.