Een pony met een geheim
Joke Reijnders
Joke Reijnders (Auteur), Elly Hees (Illustrator)
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Niet beschikbaar |
Leopold, 2009 |
JEUGD : VERHALEN ROOD (9-11 J.) : REIJ |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Leopold, 2009 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : REIJ |
31/12/2009
In dit boek vertelt de elfjarige Merel over de schokkende ontdekkingen die ze doet vanaf de dag dat ze rook uit de neus van haar boze moeder ziet komen. Van haar oma hoort Merel dat haar moeder drakenbloed heeft, net als haar opa, die door de DOD (Draken Opsporings Dienst) werd opgepakt en wegkwijnde in de gevangenis. Of Merel zelf ook drakenbloed heeft, weet ze pas na haar dertigste, de leeftijd waarop de eerste symptomen zich openbaren. Merel en haar onafscheidelijke vriend Jens ? zo onafscheidelijk dat de juffrouw op school hen haar 'peper- en zoutstelletje' noemt ? komen steeds meer te weten over Merels abnormale familie en ook over de heksachtige kwaliteiten van Merels oma. Nadat Merels moeder medicijnen is gaan slikken, lijkt het erop dat de rook is verdwenen. Wanneer ze na een dag werken echter niet thuiskomt, ziet oma in haar glazen bol dat ze ontvoerd is. Oma, Merel, Jens en Merels vader zetten zich vervolgens in om haar te vinden. Merels moeder blijkt ontvoerd te zijn door iemand die haar drakenbloed nodig heeft voor een middeleeuws recept voor goud, en die haar gevangen houdt op een industrieterrein. Met behulp van een pilletje dat onzichtbaar maakt en allerlei toverspreuken weten ze haar net op tijd te bevrijden. Mét hulp van de DOD, die onder invloed van de tijdgeest (de bescherming van met uitsterven bedreigde dieren) is veranderd in de DIBD, oftewel de 'Draken Informatie- en Beschermings Dienst', en de ontvoerder van Merels moeder arresteert.
Joke Reijnders is een vlotte verteller. Ze laat Merel haar verhaal vertellen in de ik-vorm, op een nuchtere, humoristische en soms bijna ironische toon. Zo voegt Merel, nadat ze besloten hebben op het industrieterrein te gaan inbreken, het volgende aan haar handgeschreven lijstje met bizarre dingen toe: "Onze plannen voor deze dag ? we gaan inbreken. Familieuitje (dat is weer 'ns wat anders dan een dagje Efteling)". Door dit lijstje, dat steeds langer wordt, wordt het absurde van Merels situatie nog eens benadrukt.
Het verhaal bevat alle ingrediënten van het populaire griezelgenre, zoals Paul van Loon dat ook beoefent, met heksen, draken, toverpillen en -drankjes in een ogenschijnlijk 'normale' context van een gezin en een herkenbare setting. Dit verhaal voor negenjarigen is dan wel gek en spannend, maar nergens echt eng. Elementen als het middeleeuwse recept voor goud en de historische aspecten van draken zijn te koppelen aan het feit dat Reijnders mediëvistiek heeft gestudeerd. Daarnaast komt ook haar vlotte schrijfstijl als journalist hier zeker van pas.
De zwart-grijze pentekeningen van Elly Hees doen sterk aan die van Quentin Blake denken: schetsachtige tekeningen die het absurde en humoristische karakter van het verhaal benadrukken en met enkele lijnen de gemoedstoestand van de personages weergeven.
Aan het eind van het verhaal valt overigens nog een soort boodschap te lezen. Wanneer Merel zich in een penibele situatie bevindt, geeft Merels oma haar aanwijzingen via haar mobieltje, waardoor Merel denkt: "Het was een oproep om niet bij de pakken neer te gaan zitten, om zelf de baas te worden over je leven. En dat was precies wat ik nu moest doen". Vervolgens gebruikt ze een spreuk van haar oma om de situatie naar haar hand te zetten. Merel heeft dus mogelijk niet alleen drakenbloed, maar ook heksenbloed geërfd. De vraag is of ze hierdoor ook zelf de baas wordt over je eigen leven? Ook zonder deze les is dit echter een vlot leesbaar en zeer vermakelijk verhaal. [Karen Ghonem-Woets]
drs. R. van der Meer
Als Merel (11, ik-figuur) met haar moeder boodschappen gaat doen, wordt haar moeder boos. Er komt rook uit haar neus! Ze ontdekt dat er drakenbloed in de familie zit. Merel houdt voor de lezers een lijstje in schrijfletters bij, van vreemde dingen die ze ontdekt. De schrijfstijl is snel en droogkomisch. In korte tijd gebeuren veel bizarre dingen. Heksen, draken, griezelen en hoofdpersonen die daar nuchter op reageren: het boek vertoont overeenkomsten met de boeken van Paul van Loon over Dolfje Weerwolfje. De grootouders zijn er bijvoorbeeld eveneens bij betrokken, er zijn vriendjes bij die normaal zijn en er worden afkortingen gebruikt (DIBD is Draken Informatie- en Beschermings Dienst). Het verhaal is onrealistisch, bijna absurd en wordt nergens echt eng. Dit genre blijkt kinderen aan te spreken. De met grijs aquarel ingekleurde pentekeningen zijn druk, wisselend van grootte en staan tussen de tekst. Door hun onnauwkeurige lijnen passen ze goed bij de humoristische sfeer van het boek en doen denken aan de illustraties van Quentin Blake. Prachtig voorplat. Vanaf ca. 9 jaar.
Sieglinde Duchateau
ua/an/22 j
Op een dag kringelt er rook uit de neus van Merels moeder. Dat zou heel normaal zijn als ze rookte, maar dat doet ze niet. Via haar grootvader blijkt er drakenbloed in hun familie te zitten en dat begint zich nu te manifesteren. Merel zelf erfde de heksengaven van haar grootmoeder. Wanneer haar moeder ontvoerd wordt, gaat Merel samen met haar vader, haar grootmoeder en haar vriend Jens naar haar op zoek. Ze worden geconfronteerd met een man die van drakenbloed goud wil maken. Het verhaal is vlot geschreven in de ik-persoon, verteld door Merel. Bijwijlen is het grappig (de rokende moeder) en ook wel spannend (zullen ze op tijd zijn om haar moeder te redden?), maar anderzijds is het allemaal veel te onwaarschijnlijk. Er komen te veel elementen aan bod die onvoldoende een plaats in het verhaal vinden. Een boek over draken volstaat, maar het gaat ook over heksen en over een soort geheime dienst, de DOD (Drakenopsporingsdienst) en dat is er wat te veel aan. Bovendien verloopt alles net iets te gemakkelijk, mede dankzij een glazen bol, voorspellende dromen, een onzichtbaar-maak-drankje, de geest van een draak en dergelijke meer. Dat Merel bovendien de kastanjes uit het vuur mag halen en de gevaarlijke zaken moet oplossen terwijl haar vader erop staat te kijken, komt wat geforceerd over. Kortom, een wat overladen verhaal, terwijl het begin veelbelovend leek. Het boek is met pentekeningen geïllustreerd.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.