Zeik
Herman Brusselmans
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Prometheus, 2009 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 658 |
Evita Bonne
rt/aa/27 m
Naast optredens, columns of recensies voor Playboy produceerde hij zijn vijftigste boek: een échte Brusselmans met jonge meisjes, bv-anekdotes en een regen van referenties.
Je hebt je vader verloren tijdens het schrijven van Mijn haar is lang. Heeft dat je boek sterk beïnvloed?
Ik heb er verwijzingen naar mijn ouders in gestoken, maar ben nog niet toe aan een boek getiteld Mijn vader of Mijn moeder. Al wilde ik wel ooit mijn familiegeschiedenis neerschrijven. Nu zijn ze allemaal al weg. Als ik schrijf dat mijn grootmoeder een paaldanseres was, dan verzin ik dat. Typisch, nu ik niet meer bij mijn échte geschiedenis kan, interesseert ze me.
Is Vlaanderen groot genoeg voor zoveel boeken ?
Met 2.000 tot 3.000 verkochte exemplaren sta je in de top tien, terwijl er zes miljoen Vlamingen zijn. Conclusie: Vlaanderen leest amper. Sommigen doen zes maanden over een boek. Ik lees er drie per week. Het is natuurlijk een onderdeel van mijn stiel. Ik ben veelschrijver én veellezer. Ik vind het meer nodig dat Vlaanderen leest dan dat het zich zit zot te surfen naar porno. Ik besteed geen kwartier per dag aan surfen.
De grote vraag: hoe schrijf je zo'n oeuvre bijeen?
Er is sinds 1991 maar één jaar geweest waarin ik slechts één boek heb gepubliceerd. Ik hou van snelheid. Ik haat traagheid, op alle vlakken. Als ik zeg dat ik weg ben, dan sta ik op en ben ik weg. Op café blijven plakken is ook gedaan. Die tijd is voorbij.
Wordt veelschrijverij wel eens scheef bekeken?
Er wordt smalend over gedaan. Waarom? Ik ben gewoon een harde werker. En dan? Kwaliteit moet niet lijden onder het feit dat iemand snel schrijft. Iedereen moet gewoon zijn ding doen. Als dat maanden piekeren is over een eerste bladzijde of zonodig naar het buitenland trekken voor inspiratie, ook goed. Maar moet je per se iets traag doen om het goed te doen? Bullshit! Ik kijk toch ook niet neer op schrijvers die weinig publiceren. Elsschot is een van mijn idolen en zijn oeuvre telt 800 bladzijden. Salinger heeft zes boeken gepubliceerd...
Een Franse of Engelse afzetmarkt, zegt jou dat iets?
Dat zou fantastisch zijn, maar mijn boeken worden gewoon niet vertaald. De verfilming van Ex-Drummer is tot in Italië geraakt, en een Italiaanse uitgever is er wild van. Maar dan moet ik naar Italië om promotie te gaan maken. Daar heb ik geen zin in. Ik blijf thuis. Ik heb geen zin meer om de wereld te veroveren. Mechanismen achter bestsellers, het blijft een raadsel. De vliegeraar van Khaled Hosseini bijvoorbeeld, sinds wanneer liggen mensen wakker van een Afghaans jongetje? Ik ben een meubel in het huis van de literatuur geworden. Als een kast die ergens al 25 jaar staat, je weet niet meer waarom dat ze daar staat, maar ze staat daar goed, dus laat ze maar.
Filip Huysegems
2/ei/29 m
U had er moeten bij zijn, vorige woensdag. In De Leesclub Live was Herman Brusselmans te gast. Twee weken geleden kondigde hij aan zijn publieke optredens drastisch terug te schroeven, en volgend jaar, in 2010, geen boek te publiceren. Dat is een trendbreuk, want naar aloude traditie brengt hij er twee per jaar uit. Voor 2009 is dat Mijn haar is lang, dat in deze leesclub in de schijnwerpers stond, en Kaloemerkes in de zep, gepland voor september.
Bijzitsters waren Nele Reymen en Els Moors, twee jonge Vlaamse schrijfsters. Zij werden voor het gemak voorgesteld als 'de vrouwelijke Brusselmansen'. Want Nele Reymen (Kit met peren) en Els Moors (Het verlangen naar een eiland) schreven allebei een roman met een balorige heldin.
Maar eerst moesten we hebben over Brusselmans' besluit voortaan weg te blijven uit de spots van de media. Dat bij elk nieuw boek een promotietoer op gang komt, is voor hem al jaren vaste prik. De beslissende dubbelklik kwam kort geleden: 'De ene keer was ik voor een interview op radio MNM. Daar was het de bedoeling, zo bleek, dat ik vóór het gesprek heliumgas zou inademen. Zodat ik met zo'n hoog stemmetje praatte... De andere keer zat ik in het best bekeken tv-programma van Nederland, De wereld draait door. Ging dat hele gesprek over niets anders dan beffen. Dan denk je toch: wat is me dat? Ik wil niet beschouwd worden als een dwaze karikatuur van een schrijver. Ik wil terug naar wie ik ben. Iemand die ernstig met zijn vak bezig is.'
Waarop Els Moors opmerkte: 'In je boeken speel je daar toch ook mee, met die karikatuur van de schrijver? De ontmoetingen met de fans, de pose van Herman Brusselmans de schrijver. Moet je dat gegeven niet veeleer in je romans oplossen?'
Waarna zich tussen de twee een pittige pingpong ontspon, die we met zullen resumeren met Brusselmans' woorden: 'Als je al vijftig boeken geschreven hebt, is het normaal dat je even halt houdt om na te denken hoe het verder moet. Niet omdat ik schrijver ben. Ik denk dat ook een loodgieter of een metselaar op mijn leeftijd dat zou doen.'
Laten we nog wat dieper boren: moet hij nog wel terugkomen? Is de formule Brusselmans nog relevant? Els Moors, resoluut: 'Ja. Met deze bedenking: hij moet degelijker besproken worden. Alleen, in zijn boeken relativeert hij zijn eigen relevantie zo sterk, dat het een self fulfilling prophecy wordt.'
Nele Reymen zegt ook ja, maar met een slag om de arm: 'Want ik ben niet zo'n Brusselmanslezer. Ik ben 25, en toen ik geboren werd, had Herman Brusselmans al gepubliceerd.'
Niet dat Brusselmans het komende jaar rust zal nemen. Hij wil in 2011 met een boek naar buiten komen van duizend bladzijden. Hij heeft al uitgerekend aan welk tempo hij dan moet schrijven: anderhalve pagina per dag. Nele Reymen had in haar bijdrage aan de Leesclub enkele weken geleden nochtans iets anders voorspeld: dat hij vermoedelijk stiekem zou verder publiceren onder een pseudoniem.
'O, maar dat heb ik jaren geleden al geprobeerd. Onder de naam Peter Van Oostende stuurde ik een manuscript naar uitgeverijen. Het is toen overal geweigerd, inbegrepen door mijn eigen uitgeverij.'
Recensenten verzuchten geregeld: wanneer gaat Brusselmans zich in zijn romans eens blootgeven, in plaats van altijd de cynische macho uit te hangen? We schuiven hem een citaat voor uit de bespreking van Mijn haar is lang uit NRC: 'Brusselmans praat met iedereen, maar uiteindelijk is het hem uitsluitend om Herman Brusselmans te doen. De anderen bestaan om hem te laten gloriëren. Het heft uit handen geven, dat durft hij niet.'
Repliek: 'Daar krijg ik het van op mijn zenuwen, van zo'n praat. Gloriëren? Mijn personage is juist een hele grote schlemiel. De dingen overkomen hem.'
'Het mooiste woord is angst,' staat in de epiloog van Mijn haar is lang. 'Of ik schrijf vanuit angst? Ik heb lang last gehad van enorme angstaanvallen. Ik heb geprobeerd oplossingen te vinden in de drank, in de psychiatrie. In de literatuur heb ik een manier gevonden om daarmee om te gaan.'
We peilden ook naar wat de leesclubdeelnemers te zeggen hadden op Brusselmans' hamvraag, die wekenlang deze rubriek vergezelde. Die luidde: 'Kan een boek literaire waarde hebben als het op het eerste gezicht louter amuseert? Of moeten er diepere waarden achter liggen?'
Op het internetforum werd deze vraag toegespitst op Brusselmans' oeuvre en persoon, en sommigen hakten er zwaar in. Maar er waren ook lezers die in het gezwam, gelanterfant en de onzingesprekken in Brusselmans' boeken een weerspiegeling zagen van het gezwam, gelanterfant, en de onzin die het ware leven teisteren. Wouter Paardekooper: 'Alle boeken van Brusselmans laten door middel van een focus op eenzelfde soort banaliteit, dezelfde boodschap doorschemeren. Hij brengt de boodschap dat de zinloosheid van het bestaan een feit is, maar dat dat je niet moet ontmoedigen. Het uitkomen van een boek van hem is voor mij telkens een opluchting. Als Brusselmans niet opgeeft zinloos te zijn, ik ook niet.'
Mike ('Mieke') Tittens, die op het forum het leukst uit de hoek kwam en op de Leesclub Live in de zaal zat, stelt het zo: 'Dat zovelen zich onoverkomelijk storen aan zijn schrijversrecept illustreert op pijnlijke wijze hun onwil om de waarheid over onze menselijke drijfveren onder ogen te zien. [...] Herman Brusselmans is een integere, geëngageerde en noeste schrijver die met dit "ecce homo" ['dit is de mens', red.]-boek komaf maakt met zijn eigen belangrijkheid, hetgeen hem in een ruk op gelijke hoogte plaatst met boeddha - de vliegende koe - himself.' Dat vond de schrijver een heel fijne omschrijving.
Nele Reymen
2/ei/22 m
Heeft de pose van zelfrelativering plaats gemaakt voor frustratie?
Boeken waar ik langer dan twee weken over doe, verslinden mij meestal in plaats van omgekeerd. Na vijf dagen weet ik niet meer wat ik vier dagen geleden heb gelezen en kan ik volledig herbeginnen. Bij dit boek wist ik na één dag niet meer wat ik de voorgaande dag had gelezen, maar storen deed me dat allesbehalve. Heel even dacht ik aan The bold and the beautiful, dat je na drie jaar lang niet kijken nog probleemloos kan volgen. Je weet dat je de personages wel van ergens kent en wil het liefst zo snel mogelijk zoveel mogelijk over hen te weten komen. Voor de rest kan het scenario de boom in en doet niemand daar moeilijk over.
Geen ander beschrijft zo goed als Brusselmans de gebeurtenissen des levens die zich doorgaans enkel achter de gesloten deuren van Vlaamse fermettes afspelen. Gouden deurkloppers verraden namelijk zelden de stront die binnenshuis tegen de muren hangt, maar Brusselmans smeert die lustig uit met beide handjes en een sans gêne die me bekoort.
Elke passage is slechts een voorbode op de volledige historie, waarvan ik alleen maar meer wil weten. Bijvoorbeeld wat de inhoud van het postpakket van Solange was, zijn kapster wier water breekt op het moment dat ze het wil vertellen. Ik heb vaak moeten lachen, maar werd ook ontroerd. Dat beide emoties opzettelijk in het boek gestoken zijn, maakt ze daarom niet minder echt. De dood is nu eenmaal 'een onaardig fenomeen' en wanneer een veelbesproken vijftigplusser zichzelf ziet als 'een zoontje van twee jonge mensen die nu weg zijn' kan ik dat niet anders dan klef, maar mooi vinden.
Net zoals wanneer hij Teut de kat begraaft en het beestje verzekert dat zijn eigen dierbaren haar zullen opvangen en de eeuwigheid draaglijk zullen maken. De tijdelijkheid waarin hij zich voorlopig zelf nog bevindt, heeft bij de afwezigheid van voorgaande enkel nog Tania de Metsenaere als pijnstiller.
Brusselmans' vertelstijl doet me denken aan de manier waarop vrouwen een gesprek voeren: kordaat beginnen bij het startpunt, maar net na het startschot even vastberaden afdwalen naar onvolprezen details, wist-je-datjes en tegen-niemand-zeggen-maar. Om wat later netjes over de finishlijn te struinen met de handjes in de lucht en het lint tegen de pronte borst. Je zou kunnen zeggen dat vrouwen op die manier Brusselmans imiteren, maar dat zou hem te veel eer aandoen. De papieren Brusselmans durft zelfs te schrijven met een bescheidenheid die meer lijkt te dienen om zichzelf neer te halen voor een ander daar de kans toe krijgt. 'Ik heb dan wel een nieuwe broek, ik heb nog steeds een vette reet', zoals ook een vrouw het weer zou zeggen.
Zo'n relativisme zou op bescheidenheid kunnen duiden, al heeft het Brusselmans nooit weerhouden om op erkenning te azen. Plots schreeuwt hij er zelfs nog harder om door een poos uit de openbaarheid te verdwijnen. In 2010 dus geen blik of boek van Brusselmans, gedaan ermee. Waarom zou hij overigens nog?
Heeft de pose van zelfrelativering dan toch plaatsgemaakt voor frustratie? Ik vermoed dat er meer achterzit. In 2010 komt er volgens mij een nieuw boek, van een kakelverse auteur met op de achterflap een vage biografie. Het boek zal positief onthaald worden, prijzen zullen worden uitgereikt en De Literatuur zal met een nooit eerder gekend genre zijn verrijkt.
De onbekende auteur zal desondanks in alle anonimiteit verder leven en af en toe zijn lange haren over de rugleuning van zijn stoel gooien. Tania de Metsenaere zal met haar vingers door zijn lokken gaan en hem aansporen met woorden zoals 'doe nu maar gewoon voort'. Ik zou hem hetzelfde aanraden.
Kristof Hoefkens
2/ei/15 m
Een onzekere kleine jongen
Toen ik nog een tiener was, werd ik geregeld nagestaard vanwege mijn kapsel. Ik had geen punkerstooi of gekleurde haardos. Ik wilde een eenvoudig, braaf piekjeskapsel, maar daaruit waren soms plukken weggeknipt op plekken waar dat niet hoefde. Dat kapsel was de schuld van één man: Herman Brusselmans.
Dat zat zo: thuis hadden we geen Humo en dus las ik zoveel mogelijk Humo's bij mijn kapper Frans. Ik las zelfs door op de kappersstoel. Dan gebeurde het dat kapper Frans behoedzaam haren wilde wegsnijden wanneer ik plots in een lachkramp schoot tijdens het lezen van de columns van Herman Brusselmans. Waardoor de schaar haren wegsneed die eigenlijk moesten blijven staan.
Ik werd fan van Brusselmans en ging ook zijn boeken lezen. Ik genoot van de Guggenheimer-boeken, van Logica voor idioten, van Vergeef mij de liefde... Naderhand ben ik Herman Brusselmans wat uit het oog verloren. Breekpunt moet De kus in de nacht geweest zijn. Een boek dat tientallen bladzijden te lang was, te breed uitwaaierde over motoren en andere zaken, te weinig relevant was, te eenvoudig ook. Het moet zijn laatste boek geweest zijn dat ik kocht.
Mijn haar is lang heeft me opnieuw overtuigd.
Ik heb lang gedacht dat Brusselmans' boeken puberaal zijn, jongensachtig en gespeeld stoer. Perfect dus voor de wat jongensachtige, gespeeld stoere puber die ik was toen ik op de kappersstoel zat bij kapper Frans. Nu geloof ik dat die omschrijving Brusselmans onrecht aandoet. Brusselmans is een van de weinige schrijvers die erin slagen me luidop aan het lachen te brengen. De moeilijkheid van humoristisch schrijven wordt nu eenmaal geweldig onderschat. Mijn haar is lang is hilarisch, van begin tot einde.
'Brusselmans scoort eenvoudig met grove humor', luidt de kritiek. Dat klopt natuurlijk deels. Choqueren zonder meer is eenvoudig. Maar de grove humor van Brusselmans werkt als een al te opzichtige overdrijving en een tegengewicht voor de diepere emoties die onderhuids aanwezig zijn. Grove humor als hilarische façade voor de onzekerheid.
Brusselmans is het onzekere kleine jongetje op de speelplaats dat moppen tapt om bij de groep te horen. Net zoals bij dat jongetje op de speelplaats, wordt dat soms vermoeiend en zou je willen dat Brusselmans meer zijn ware gelaat toont. Heel soms toont Brusselmans dat hij een stilist zou kunnen zijn. De passages waar de emoties tevoorschijn komen - soms in hoofdstukjes die bulken van de grofheid - raken het meest: 'Ik was een levenslange Herman Brusselmans. (...) Ik was nu eenenvijftig en de hoop gloorde niet echt meer en de toekomst was jonger dan ik.' In de bloedmooie epiloog laat Brusselmans alle grofheid weg en blijft er slechts een minimum aan absurde humor overeind.
Er is ook de kritiek: 'Er gebeurt niets in de boeken van Brusselmans.' Maar dat niets-gebeuren is prachtig aan elkaar geschreven met een heerlijk taalgevoel.
Brusselmans is een onderschat auteur. Dat doet hij ook zichzelf aan, door vast te houden aan zijn imago. De vraag of hij een groot schrijver is, relativeert hij in Mijn haar is lang, maar uit alles blijkt dat hij vindt dat hij te weinig gerespecteerd wordt. Als het kleine jongetje toch maar eens kleur bekende...
Philip Hoorne
2/ei/27 m
In drukbeklante kapsalons wacht hij netjes zijn beurt af, knoopt gesprekken aan met de coiffeurs, coiffeuses en andere klanten, maar de punt-jes van zijn haar raken maar niet geknipt. De cover van zijn vijftigste boek, Mijn haar is lang, toont de schrijver met zijn lange haren voor het gezicht, bijeengehouden door zijn bril. Ha die gekke Herman, zullen zij die hem alleen kennen van tv vast denken. Niks gekke Herman. Dit jubileumboek bevat natuurlijk wederom dat prettig gestoorde brusselmansiaanse gekwebbel, maar meer dan ooit tevoren is het praten om de dood op een afstand te houden. Dit is een boek waar het verdriet om de zoveel pagina's komt piepen, en misschien dient die haartooi wel als een mom voor dat verdriet: 'Ik vind het heel erg, zo dacht ik op een zeker moment, dat mijn vier grootouders en allebei mijn ouders overleden zijn. Die hele vloed aan herinneringen, die mij hebben gemaakt tot wat ik ben, is stopgezet. Een schatkamer aan gebeurtenissen die door de betrokkenen niet meer naverteld kunnen worden. Het gemis dat kraters in mijn hart boort. Als je verleden langzaam verdwijnt, ben je zelf ook op weg naar de laatste uitgang.'
Mijn haar is lang is een mix van traditioneel Brusselmansentertainment - 'Het enige wat ik wil is m'n lezers de dag van hun leven bezorgen' - en therapeutisch schrijven. Dit is een ernstiger boek dan we van Brusselmans gewend zijn. Hier was een boek met een groter dan doorsnee echtheidsgehalte geboden. Of zoals hij zelf schrijft: 'Literatuur moet echt zijn, hoezeer de schrijver dat ook probeert te vermijden. En God is m'n getuige als ik beweer dat ik dat vermijden tot kunst heb proberen te verheffen.'
L.A.A. Kruse
Alweer de 50ste roman van de schrijver (1957) die met ijzeren discipline al enkele decennia twee romans per jaar aflevert. Telkens figureert hij zelf als de hoofdpersoon, soms via een alter ego, soms, zoals nu, onder zijn eigen naam. Herman probeert tot drie keer toe in een kapsalon zijn lange haar te laten bijknippen. Tevergeefs: in deel 1 valt de kapper dood neer, in deel 2 vindt er een geweldige vechtpartij plaats en in deel 3 breekt het vruchtwater van de kapster. Uiteindelijk wordt hij in deel 4 geknipt, maar niet zoals hij het gewild had! Fans zullen opnieuw lyrisch zijn over het ‘cabaret op papier’, de burleske stijl, de taalgrappen, en over de vaste ingrediënten: het afzeiken van collega-schrijvers, de vele ontmoetingen en bizarre gesprekken, en de grote aandacht voor poep, geslachtsorganen en afschuwelijke ziektes. Misschien zijn ze dit keer verrast door enkele serieuze zaken, zoals melancholie om tragische jeugdherinneringen, worsteling met het schrijverschap en de recente dood van zijn vader: ‘… ik ben droevig, zo droevig dat ik eigenlijk ook een beetje extatisch ben…’ Paperback; kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.