Als de bomen straks gaan rijden
Frank Adam
Frank Adam (Auteur), Tom Schamp (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Eenhoorn, 2009 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ADAM |
Vanessa Joosen
rt/aa/27 m
Surrealisme vormt een rode draad door het werk van illustrator Tom Schamp. Door de lens speelt zich af in een wereld tussen droom en werkelijkheid, net zoals het spiegelland van Lewis Carroll waaraan het boek zijn titel en motto ontleent (Through the looking glass). Sid wordt wakker met een camera op zijn bed en gaat een film draaien. Al snel ontvlucht hij zijn huis, waar moeder en vader boos aan tafel zitten na een nachtje doorwerken. De rest van Sids ervaringen wordt gekleurd door de angst om terug naar huis te gaan.
De avonturen die hij filmt, zijn niet gebonden aan logica: een platgereden slak spreekt hem toe vanuit de dood, en de wind vertelt hem dat hij nooit boos is, maar van lachen houdt. Frank Adam hanteert in zijn jeugdboeken een gedurfde, absurde stijl, maar hij weet daarbij niet altijd maat te houden. De meeste van zijn verhalen ontsporen uiteindelijk en worden zo absurd dat ze op het laatst nauwelijks nog interessant zijn.
De vele beelden die de tekst oproept, geven de illustrator aanzetten. Zo vergelijkt Adam het huis van Sid met een open doos waaruit boze stemmen klinken, of Sids gedachten met in elkaar passende dozen zoals Russische poppetjes - dat zijn beelden die ook de illustrator gemakkelijk oppikt.
Maar de associaties in het verhaal zijn vrijblijvend en de taal is bij momenten zelfs banaal. De droomsfeer wordt niet echt overtuigend opgeroepen. De gevoelens van Sid worden te nadrukkelijk in de verf gezet en het gelukkige einde is een gemakkelijkheidsoplossing: wanneer hij weer thuiskomt, blijken moeder en vader in een opperbeste bui.
Ten slotte komen alle associaties van de voorbije dag/droom nogmaals samen in een droom in een droom, waarna Sid opnieuw in slaap valt. Het idee van dit boek is leuk, maar het is jammer dat er met het gegeven van kijken door een lens relatief weinig gedaan wordt. Wat dat betreft, worden de verwachtingen niet helemaal ingevuld, en is de cover uiteindelijk het boeiendste beeld van het hele boek.
31/12/2009
Er is de titel, en vervolgens het citaat boven het colofon: "Ik zal je alles vertellen wat ik weet over het Spiegelhuis. De boeken lijken wel een beetje op die van ons, alleen staan de woorden verkeerd om." Met die referenties aan Alice in Spiegelland verwacht je je aan een hoop leuk, al dan niet nonsensicaal (taal)spel of aan min of meer verscholen filosofische breinbrekers. Maar zo is het niet in dit prentenboek van Frank Adam en Tom Schamp. Voldoende contradictorische en absurde wendingen, enig taalspel en spiegeling, enkele doordenkertjes, dat wel, maar geen surreëel-logisch opgebouwd verhaal zoals bij Lewis Carroll. Adams verhaal bevat een boodschap over het begrijpen van boosheid, en dat spoort niet altijd even goed met een Carrolliaanse aanpak.
Sid is een jongen met een grote interesse in film. Op een ochtend krijgt hij een handcamera: "dromen duurt soms langer dan je slaapt" (deze frase gebruikte Adam al eens in het eerste boek Confidenties aan een ezelsoor (Davidsfonds, 2005)). Die dag echter lijkt de wereld niet in orde. Iedereen lijkt boos: zijn knuffelbeer, zijn ouders, buurmeisje Lies en uiteindelijk Sid zelf. Zijn ouders hebben de hele nacht rekeningen zitten balanceren en zien Sid nauwelijks staan. Hij trekt er dan maar op uit met zijn camera, weg van al die boosheid. Hij probeert zijn plagende buurmeisje te mijden en stoot op een platgereden slak die toch in zijn film wil. Andere absurde elementen zijn de pratende pet van papa, de vrolijke, plagende wind en de weinig zeggende, 'wijze' uil. Op hun eigen manier leren uil en wind Sid aspecten van boosheid zien die hem doen begrijpen welk een complexe emotie dat kan zijn. Als metafoor wendt Adam het begrip 'doos' aan: eerst het huis van Sid als een "doos vol boos", daarna de idee dat zo'n doos vol zit met kleinere dozen van andere emoties (een doos van bang, van blij en in het allerkleinste doosje de stilte). Tom Schamp tekent zo'n reeks dozen, met daarnaast een Russisch popje, dat door de wind uiteen wordt geblazen. 's Avonds thuis blijken Sids ouders beter gestemd en kan Sid, verzoend met zijn wereld, de slaap vatten. Overkomt hem nog een vreemde droom waarin alle figuren van de afgelopen dag samenkomen in een reusachtige slak.
Door de lens is een soort tranche-de-vieverhaal waarin Sids zoektocht naar het begrijpen van boosheid heel associatief wordt verteld. Elke twee pagina's ? telkens ook een grote prent van Schamp ? bevat een episode, al dan niet met een absurde wending. Boosheid verbindt de episodes, alsook motieven als doos, nullen, cirkels, papa's pet, soep en bloemen. In het begin van het verhaal speelt filmtaal een belangrijke rol. Net zoals in films begrijpt Sid, via zijn camera, de betekenis van bepaalde situaties vanuit kleine details, zoals de lege glazen van zijn ouders, die hij associeert met de nullen op hun papieren (overvloedig getekend door Schamp) en de lege blik in hun ogen. Cirkelvormige structuren komen nog terug in de uitbundige krullen van Lies, maar daar vertolken ze de boosheid van Sid, die niet goed weet wat hij nu moet denken van zijn buurmeisje. Hoewel Sid zijn camera blijft hanteren, wijkt later in het verhaal de filmtaal voor de metafoor "doos van boos".
De lezer moet de associaties in de motieven volgen om dit soms moeilijk doordringbare verhaal te begrijpen. De betekenis is verre van uitgetekend, evenmin in de prenten van Schamp. De illustrator drukt zich voor zijn doen sober uit, zoals hij dat eerder deed in filosofisch getinte Franse prentenboeken als Waarom? en Als (De Leeswelp 2007, p. 132). Associatie is Schamps handelskenmerk en hij kan zich uitleven in grote prenten, met zijn gebruikelijke fantastische kleuren en, zij het minder dan in recent werk, zijn typische details en grapjes. Hij zet bepaalde associaties in de verf, maar voegt evengoed raadsels toe (waarom plet het Russisch poppetje de slak?). De associatieve logica hoef je echter niet volledig te kunnen uitleggen om het verhaal te begrijpen. De metafoor "doos van boos" is makkelijk te vatten en voor de rest moet je je laten meedrijven in de levenservaring van een plusminus achtjarige jongen.
Ik moest bij het lezen ? of liever uitpluizen ? van dit boek vaak denken aan Linus van Mieke Versyp, Sabien Clement en Pieter Gaudesaboos. Dat boek was ook heel associatief opgebouwd en kende tal van absurde wendingen. Alleen gebeurde dat in een duidelijke structuur, waarbij de associaties voortkwamen uit de acties van Linus en de absurditeiten zich in dromen voordeden. Bij Adam loopt alles zo'n beetje door elkaar en geeft zijn tekst de indruk van onaf stapelwerk. Ondanks het interessante perspectief, de rijkdom aan motieven, de intrigerende prenten en de knappe vormgeving, levert dat een onbevredigend literair geheel op. Storend is het frequente gebruik van korte zinnetjes die een maximum aan betekenis moeten suggereren, maar voor een ongelijkmatig stilistisch niveau zorgen. Die zinnetjes sporen wel enigszins met de vele associaties in het verhaal: het zijn vingerwijzingen van Adam, die zich daarmee zelfzeker genoeg voelt om niet meer eenheid in het verhaal aan te brengen.
Zoals steeds maakte Frank Adam een theatervoorstelling van zijn boek. Wat al van eerder werk gesteld werd, mag hier wellicht herhaald worden: deze associatieve vertelling werkt waarschijnlijk beter op de planken dan op de pagina's. [Chris Bulcaen]
Yolanda Roosen
Sid droomt dat hij een film maakt en wordt wakker met een camera in zijn hand. Die morgen lijkt het wel of iedereen boos is: Blauwe Beer, zijn ouders en ook Lies, die haar tong naar hem uitsteekt. Sid pakt de camera en filmt. Fris en intrigerend prentenboek met een origineel verhaal over een jongen die door de camera naar zijn leven kijkt, dat hij niet helemaal begrijpt. Hij observeert, filosofeert en relativeert. Hij ontdekt dat onder de emotie boosheid, andere gevoelens schuilgaan zoals verdriet, angst en eenzaamheid. De goed leesbare, vrij lange tekst van de prentvertelling is afgedrukt in de rustige delen van de dubbele paginagrote illustraties, zowel in zwarte letters als in witte tegen een donkerder achtergrond. Verhaal en afbeeldingen vormen een knappe eenheid en hebben beide poëtische en surrealistische trekken. Zo wordt het bovengenoemde gevoel van boosheid vergeleken met een doos waar steeds weer een andere doos inzit. In de artistieke tekeningen in volle dekkende kleuren, zitten allerlei spitsvondige details. Als Lies bijvoorbeeld boos door de heg kijkt, staan twee takjes als hoorntjes boven haar hoofd. Fantasievol verhaal om met kinderen het begrip boosheid bespreekbaar te maken. Vanaf ca. 7 jaar.
Eric Vanthillo
ua/an/22 j
Sid droomt dat hij een film maakt, en 's morgens ligt er een camera in zijn hand. Blauwe Beer wil echter niet meespelen in de film, want hij is ochtend-boos. Bij zijn ouders kan hij ook niet terecht, want die zijn nacht-boos. Zij ruziën er op los. Waarover? Dat is voor Sid een raadsel. Hij trekt de wereld in, zijn ene oog dicht en zijn andere oog glurend door de lens van de camera. Zo wil hij ontdekken wat 'boos' is. Als een doos met vele kleinere dozen erin. Een van verdrietig, een van bang, enzovoort. Maar wat zit er diep binnenin het allerkleinste doosje? Adams creëert hier een verhaal over boos zijn, maar maakt het de lezer niet gemakkelijk. Het standpunt van de jongen Sid die de wereld tracht te begrijpen met zijn camera ertussenin is origineel, maar het chronologische verhaal schippert tussen droom en realiteit, tussen logica en gedachtesprongen. Daar 'wringt de schoen': het voelt wat aan als kant noch wal. Geen absurde droomsequenties of nonsensikale taalspelletjes als bij Louis Carroll (vermeld als inspiratiebron voor dit boek), noch een spannend chronologisch verhaal. Hoewel emoties de drijfveer zijn van Sids 'filmavontuur' en dito zoektocht, blijft het verhaal te geconstrueerd en soms te gekunsteld poëtisch om de lezer echt te raken. De prenten, in kleurrijke acryltinten, versterken dit afstandelijke nog meer. Schamp schetst, in zijn bekende stijl, gestileerde figuren in surrealistische scènes. Zijn composities missen een duidelijke focus en ogen chaotisch. Net als het verhaal creëren zij een soort kilte die droom en realiteit niet verenigt.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.