De fiscalist
Ariëlla Kornmehl
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Cossee, cop. 2009 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 4682 |
Magazijn |
Cossee, cop. 2009 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 7703 |
31/12/2011
Een stille moeder, Ariëlla Kornmehls derde roman, bevat een aantal echo's uit haar vorige romans De vlindermaand (2005) en De familie Goldwasser (2007). Centraal in deze boeken staan het gezin, het imago binnen een traditionele gemeenschap en de rol die opvoeding daarbij speelt. We zien hoe familiegeheimen ontstaan om het evenwicht binnen het gezin en ten opzichte van de buitenwereld te handhaven, maar ook de gevolgen wanneer afwijkend gedrag niet kan worden verborgen voor de buitenwereld. Zo is vooral de liefde een veelvoorkomende oorzaak van spanningen en breuken binnen een familie. Het verhaal van een gezin dat in de steek gelaten wordt voor een geliefde keert terug in alledrie de boeken.
In Een stille moeder ligt de focus op het zwijgen. De hoofdfiguur en vertelster, Loenia, woont met haar zoontje Reuben en vriend Bas in Amsterdam. Wanneer ze aan de telefoon van haar moeder verneemt dat het niet goed gaat met haar vader, beslist ze terug te keren naar haar geboortestad Sint-Petersburg. Daar wordt ze geconfronteerd met het verborgen verleden van haar moeder, die echter niet in staat is om er met haar dochter over te praten. Ze is nog steeds de stille moeder van vroeger: 'ik zie haar zitten op haar houten stoel, strak en in gedachten die niemand kent'. De stilte wordt in de roman uitgebreid gethematiseerd. Dat gebeurt echter iets te nadrukkelijk en doorzichtig, wat wel eens tot ergernis kan leiden. De stilte is overigens ook een kenmerk van de vader van Loenia, wiens ouders behoren tot 'de stille generatie' in Rusland. Leren zwijgen is immers een deel van de opvoeding: 'Je weet, over bepaalde dingen spreek je niet binnenshuis en ook niet in een ziekenhuiskamer.' Hoewel de vader de stilte probeert te verbreken door Loenia te vertellen dat hij waarschijnlijk haar vader niet is, krijgt hij het niet met zoveel woorden gezegd. 'Ik weet het niet zeker, ik weet het niet. Wat weet je niet? En ik wil dat je weet dat je hoe dan ook mijn dochter bent. [...] Mijn vader legt verder niets uit, hij trekt zijn schouders traag op en laat ze weer zakken.' Loenia doet net hetzelfde: 'Hij weet niet of hij, maar wat weet hij wel, weet hij wie dan, of wie wel [...]'. Loenia stoort zich aan de stilte van haar moeder, maar in de roman blijkt dat ze meer gemeen heeft met haar mami?ka dan alleen haar uiterlijk. 'Nooit vertel ik over mezelf', zegt Loenia. Ze verzwijgt dingen voor Bas en ergert zich wanneer er te veel gezegd wordt. 'Hij slaapt, zegt ze, alsof er iets aan mijn ogen mankeert.' Het 'niet zeggen' uit zich ook in het vertelperspectief: Loenia is de enige verteller, en we krijgen nooit directe dialogen (er wordt bv. niet met aanhalingstekens gewerkt). Het gevolg is dat er geen duidelijk onderscheid bestaat tussen wat door Loenia enkel wordt gedacht en wat ze werkelijk uitspreekt. Vaak wordt het vertellen van informatie uitgesteld om de suspense op te drijven; al werkt die techniek niet altijd even goed. De lezer weet namelijk vaak op voorhand al wat hem of haar te wachten staat. Zo is de doofheid van Reuben een zoveelste echo van stilte. [Mieke Opstaele]
Annemiek Buijs
Derde roman van de Nederlandse filosofe Kornmehl [1975] die eerder ‘De vlindermaand’ en ‘De familie Goldwasser’ publiceerde. Hoofdpersoon is Loenia, de jonge moeder van de 4-jarige gehandicapte Reuben. Ze is oorspronkelijk Russisch/Tsjechisch, maar woont met man en zoontje in Amsterdam. Loenia is medewerkster van een makelaarskantoor en draagt een groot geheim met zich mee. Als haar vader in St. Petersburg op zijn ziekbed ligt, gaat ze eindelijk terug naar haar thuisland. Hij vertelt dat hij twijfelt of hij wel haar vader is. Op zoek naar het verleden van haar ‘stille moeder’ en haar eigen afkomst krijgt ze niet uitgesproken antwoorden. Haar moeder heeft haar nooit iets verteld over haar jeugdvriend Dimitri in Tsjecho-Slowakije en de studentenprotesten in 1968. Mooi verhaal met een onderhuidse spanning, waarin de Russische communistische mentaliteit en gelatenheid goed wordt omschreven. Opvallend is de indirect rede waarin de dialogen zijn geschreven. Hierdoor lijkt het alsof de schrijfster een beetje terloops en afstandelijk aan de lezer vertelt. Voor een literair publiek. Paperback; vrij kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.