Darwins nobele streven : hoe Darwins afschuw van de slavernij aan de basis lag van zijn evolutietheorie
Adrian J. Desmond
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Nieuw Amsterdam, [2008] |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : WETENSCHAPPEN : 574 DESM XXL |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Nieuw Amsterdam, [2008] |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 574 DESM |
31/12/2009
In 2009 is Charles Darwin alomtegenwoordig. De man werd 200 jaar geleden geboren en 150 jaar geleden verscheen zijn belangrijkste boek: On the origin of species. Het feestjaar heeft uitgevers geïnspireerd. De wetenschapsafdeling van de gemiddelde boekhandel puilt uit van de Darwin-boeken. Op de cover meestal het vertrouwde beeld: de wat Bijbels aandoende grijsaard met een lange witte baard, die de potentiële koper mijmerend aankijkt. Die beeltenis is een icoon geworden (veel meer dan die van de jongere Darwin die de evolutietheorie ontwikkelde). De foto van de oude Darwin is een deel van de populaire cultuur. En zijn beeltenis schijnt te helpen bij de verkoop. "Global brands don't come much bigger than Charles Darwin", heet het in een recent boek.
De wereldwijde interesse voor het 'merk' Darwin is niet nieuw. Al enkele decennia verschijnt er een grote stroom aan zowel populariserend als specialistisch werk, waarin de historische, filosofische en natuurwetenschappelijke aspecten van het darwinisme worden belicht. Insiders spreken over een ware Darwin industry. Die grote belangstelling heeft met verschillende zaken te maken. Uiteraard is er Darwins blijvende wetenschappelijke betekenis. Hedendaagse biologen werken nog steeds met zijn theorie, waarin evolutie door natuurlijke selectie centraal staat. Tegelijkertijd is er ook blijvende controverse. Van buiten de kringen van de gevestigde wetenschap, nemen creationisten en aanhangers van intelligent design het darwinisme nog steeds onder vuur. Hoewel wetenschappers het al erg lang over de basisprincipes van de evolutietheorie eens zijn, blijft er dus toch een sfeer van polemiek rond het onderwerp hangen. Dat stimuleert uiteraard de belangstelling bij het grote publiek.
Ook de persoon achter de wetenschap fascineert. Hedendaagse lezers zijn geïntrigeerd door Darwins levensverhaal, de 19e-eeuwse gentleman, die de wereld rondreisde en die correspondeerde met zowat de hele wetenschappelijke beau monde van zijn tijd. Daarbij kunnen ze zich verdiepen in allerlei details, want Darwins leven is uitermate goed gedocumenteerd. Hij hield minutieuze notaboekjes bij, schreef een eindeloos aantal brieven (in zijn hoogdagen tot zo'n 1500 per jaar) en stelde een autobiografie samen. Er zijn lijstjes bewaard met het aantal uren dat hij werkte en het aantal baden dat hij nam, blaadjes waarop voor- en tegenstanders van zijn theorie zijn opgelijst en zelfs een klad waarop hij de voor- en nadelen van het huwelijk tegen elkaar afwoog. Historici die zich met zijn leven willen bezighouden, kunnen terugvallen op oneindig veel bronnenmateriaal. Dit alles maakt dat er waarschijnlijk geen wetenschapper bestaat die zo grondig bestudeerd is als Charles Darwin en geen wetenschappelijke theorie die zodanig ontleed werd als het darwinisme.
Het belangrijkste Darwin-boek op de Nederlandse boekenmarkt, is de nieuwe vertaling van een Engelstalige biografie die zeventien jaar geleden al verscheen: Adrian Desmonds en James Moores vuistdikke Darwin. In meer dan 800 pagina's vertellen de auteurs Darwins levensverhaal, beginnend bij zijn geboorte in een welgesteld doktersgezin in Shrewsbury in 1809 en eindigend met zijn begrafenis in het nationale pantheon van Westminster Abbey in 1882. Het verhaal is strikt chronologisch opgebouwd, maar heeft ook een duidelijke rode draad meegekregen. De centrale vraag die Desmond en Moore zich stellen is hoe een "eerzuchtige heer van stand" een theorie kon ontwikkelen, waarvan hij zeker wist dat die in de gevestigde wetenschap als ketters en subversief zou worden bestempeld. Met die vraag in het achterhoofd meanderen ze door Darwins leven.
Hoewel Desmond en Moore een zekere sympathie voor hun onderwerp moeilijk kunnen verbergen, is hun boek verre van een hagiografie. De jonge Darwin wordt geschetst als een matige, wat narcistische student, die zijn leven maar geen richting wist te geven. Hij gaf snel de brui aan zijn studie geneeskunde (omdat hij niet van bloed hield) en vervolgens bereidde hij zich een tijd voor op het priesterschap. Die laatste keuze leek echter niet ingegeven door een bijzondere religieuze roeping, maar vooral door het vooruitzicht een rustig leven te kunnen leiden in een landelijke parochie ? waar hij zich ten volle op het verzamelen van insecten zou kunnen toeleggen.
Plots diende zich echter een ander toekomstperspectief aan. De conservatieve kapitein Robert FitzRoy plande een reis rond de wereld met het schipt HMS Beagle om in dienst van de Royal Navy hydrografisch onderzoek uit te voeren. Hij zocht een welopgevoede gentleman, die zijn eenzaamheid als expeditieleider (te midden van de ruwe zeelieden en onbeschaafde inboorlingen) wat kon verlichten. Darwin ? met een vage aspiratie het te maken in de wetenschap ? ging in op de uitnodiging. Desmond en Moore benadrukken dat zijn wetenschappelijke bagage op dat moment vrij beperkt was. Hij wist redelijk wat van de classificatie van insecten, had zich een beetje ingewerkt in de geologie en zou voor zijn vertrek nog snel raad inwinnen over het pekelen van huiden en het drogen van planten. Toen hij na een reis van bijna vijf jaar terugkwam, was hij echter een getraind naturalist, die genoeg materiaal verzameld had om er de rest van zijn leven op te teren.
Eens terug in Engeland werd de wereldreiziger een kluizenaar. Hij huwde, trok zich terug in het landelijke Downe en leefde van zijn familiefortuin. In dezelfde periode verwierf hij wetenschappelijke roem. Desmond en Moore tonen goed aan hoe Darwin een wetenschappelijk netwerk uitbouwde door de collecties van zijn wereldreis rond te sturen naar de grote wetenschappers van zijn tijd. Hij gaf een reisverhaal uit en publiceerde over het ontstaan van koraaleilanden, maar in ongepubliceerde schriftjes werkte hij tegelijkertijd aan een gevaarlijker thema. Zijn observaties op de Beagle hadden hem langzaam overtuigd van het idee dat de soorten niet door God waren geschapen, maar langzaam geëvolueerd uit een gemeenschappelijke voorouder. In die evolutie speelde volgens hem een 'duivels' mechanisme. Enkel de best aangepaste individu's overleefden en plantten zich voort. Al de rest ging roemloos ten onder in de struggle for life.
Darwin worstelde met die theorie. Evolutie werd in zijn tijd vooral met politiek radicalisme en atheïsme geassocieerd ? twee zaken waar de deftige Darwin weinig mee ophad. Hij vreesde daarenboven dat hij een wetenschappelijke paria zou worden als hij met zijn ideeën naar buiten kwam. Daarom wilde hij zijn theorie volledig doortimmerd hebben voor hij tot publicatie overging. Als een bezetene verzamelde hij gegevens. Hij correspondeerde met wetenschappers overal ter wereld om informatie los te peuteren. In zijn tuin liet hij zaden rotten in zout water om te onderzoeken of ze al drijvend van het ene continent naar het andere konden geraken. Hij dissecteerde duizenden zeepokken en bouwde een duiventil om kruisingen tussen verschillende rassen te kunnen uitproberen. Hij bezocht kroegen van fokkers om hen uit te horen over de domesticatie van allerhande soorten. Maar ondanks het bijkomende bewijsmateriaal bleef zijn theorie op hem wegen. Hoe meer hij er zich over opwond, hoe meer hij last kreeg van slapeloosheid, hardkloppingen, braken, duizeligheid, steenpuisten en depressies ? kwalen die Desmond en Moore uitgebreid uit de doeken doen.
De vraag is of Darwin zijn theorie wel ooit had gepubliceerd als hij niet op een dag het manuscript kreeg toegestuurd van de tropenreiziger Alfred Russel Wallace. In dit manuscript werd een zeer gelijkaardige theorie ontwikkeld als deze waar hijzelf op had zitten broeden. Darwin was even in paniek, maar kwam al snel tot een gentleman's agreement. Hij zou samen met Wallace een lezing over het onderwerp voorbereiden voor de Linnean Society (een lezing die overigens weinig ophef veroorzaakte). Het jaar nadien, in 1859, bracht Darwin snel On the origin of species op de markt. Desmond en Moore zoomen in op de onmiddellijke receptie van dit boek, de veranderende netwerken die Darwin mobiliseerde om zijn ideeën te verspreiden, zijn controversiële follow-up-boek over de afstamming van de mens en seksuele selectie (The descent of man, 1871), zijn kleinschalige experimenten met klimplanten, zijn verslechterende gezondheid.
De kracht van Desmonds en Moores biografie is dat ze met grote subtiliteit de voortdurende wisselwerking tussen Darwin, zijn tijd en zijn wetenschap ontleedt. Daarbij hebben de auteurs niet alleen oog voor de veranderende samenleving van het 19e-eeuwse Engeland, maar ook voor de rol van Darwins kleine familiekring. Darwins vrouw, zijn volle nicht Emma Wedgwood, figureert in hun boek als de krachtige figuur die haar ziekelijke echtgenoot overeind hield. Tegelijkertijd speelden haar religieuze opvattingen echter een rol in Darwins ziekte. Emma vreesde dat haar man met zijn afwijkende meningen nooit de hemel zou bereiken en Darwin wilde haar niet nodeloos kwetsen. Dit lijkt een van de redenen te zijn waarom hij zo lang heeft gewacht om zijn theorieën in de openbaarheid te brengen. Ook andere familieleden interfereerden met zijn wetenschappelijke output. Het overlijden van zijn lievelingsdochter Anna overtuigde hem definitief van de wreedheid van de natuur. Een andere dochter, de eveneens religieuze Henrietta, liet dan weer haar sporen na in The descent of man, dat ze voor haar vader zou editen.
Darwin is een verhaal vol (psychologische) dramatiek, dat verteld wordt in een flamboyante, enigszins barokke stijl. De Nederlandse vertaling is daarenboven meer dan behoorlijk. Toch valt er ook op dit uitstekende boek wat aan te merken. Door het chronologische keurslijf verliezen de auteurs de rode draad soms wat uit het oog. Verder is het manuscript van dit boek zeventien jaar oud en intussen heeft de Darwin industry niet stilgelegen. Het moderne onderzoek heeft allerlei nieuwe inzichten opgeleverd, o.m. over Darwins netwerken en zijn post-Origin-carrière. De Engelse historica Janet Browne verwerkte al die elementen in haar tweedelige biografie (verschenen in 1995 en 2002). Haar werk heeft een al even aantrekkelijke stijl als die van Desmond en Moore. Hopelijk moeten we deze keer geen zeventien jaar wachten op een Nederlandse vertaling.
Na het afwerken van hun dikke biografie zouden Desmond en Moore zich overigens al evenmin terugtrekken uit het Darwinonderzoek. Met het Darwinjaar in het achterhoofd publiceerden ze recent Darwin's sacred cause. De vertaling ervan is aangekondigd voor september 2009 als Darwins nobele streven, ook te verschijnen bij Nieuw Amsterdam. In dit boek focussen Desmond en Moore op Darwins ideeën over menselijke rassen, zijn (daarmee nauw verbonden) theorie over seksuele selectie en zijn afkeer van slavernij. Met dit thema zou Darwin's sacred cause wel eens het meest vernieuwende (en controversiële) boek van dit Darwinjaar kunnen worden.
Een van de thesen die Desmond en Moore verdedigen is dat Darwins opvattingen over de evolutie van de mens niet het eindpunt van zijn intellectuele ontwikkeling uitmaakten, maar integendeel het begin. In zijn oudste notaboekjes vonden ze al verwijzingen naar de plaats van de mens in de stamboom van het leven. Ook het ontstaan van menselijke rassen hield Darwin al erg vroeg bezig. Volgens Desmond en Moore wilde Darwin blanken en Afrikanen verbinden in een gemeenschappelijke oorsprong en zo de racistische theorieën bestrijden die de slavernij rechtvaardigden. Ze beweren zelfs dat het deze humanitaristische overtuiging was die hem uiteindelijk tot de evolutietheorie bracht.
Opnieuw hebben Desmond en Moore veel opgespit. Ze gaan diep in op Darwins ontmoeting met slaven in Zuid-Amerika en de afschuw voor raciale onderdrukking die hij eraan overhield. Ze schetsen het familiaal engagement van de Darwins (en de Wedgwoods) tegen de slavernij en ze citeren elke snipper papier waarin Darwin zich zelf uitliet over de kwestie. Daarbij benadrukken ze dat ze van Darwin geen heilige willen maken. Zo tonen ze ook hoe hij de natuurlijke selectie vaak als een rassenstrijd interpreteerde en hoe hij (zeker in zijn later werk) de raciale hiërarchieën echode die in zijn tijd zo populair waren. En toch, zo stellen de auteurs, werd Darwin in de eerste plaats gedreven door humanitaristische gevoelens. Hierin overspelen de auteurs naar mijn gevoel enigszins hun hand. Hun materiaal laat het niet toe om te concluderen dat Darwins anti-slavernijgevoelens echt naar de evolutietheorie hebben geleid. Zoals ze overigens zelf in hun eerdere Darwin-biografie aangaven, waren er een hele reeks factoren die een rol speelden. Het verzet tegen slavernij was er daar maar één van (en naar mijn gevoel niet de belangrijkste). Niettemin is Darwin's sacred cause een belangrijk boek. Het belicht voor het eerst uitgebreid Darwins raciale denkbeelden en plaatst die in de bredere debatten van zijn tijd. Dat is zonder meer een grote verdienste.
[Raf De Bont]
Dr. ir. P.C. Luttikhuizen
Over Charles Darwin (1809-1882), de grondlegger van de evolutietheorie, zijn diverse biografieën geschreven. Deze van Desmond en Moore staat echter onder vakbroeders bekend als een van de beste. De auteurs, respectievelijk bioloog en theoloog/geschiedkundige, doen hun best om Darwin af te beelden binnen de kaders van diens eigen tijd. Zo werd er in die tijd (de negentiende eeuw) niet alleen anders dan nu tegen religie aangekeken - een achtergrond waartegen Darwin natuurlijk altijd belicht wordt - maar ook bijvoorbeeld tegen slavernij. Deze biografie is nu voor het eerst vertaald in het Nederlands. De vertaling is uitstekend, handig want zo’n enorm lange tekst leest voor velen het makkelijkst in de eigen taal. De gigantische mate van detail is verbazingwekkend - zo komen we te weten wat Emma ging kopen toen ze net met Darwin getrouwd was. De schrijfstijl is eenvoudig en onverwacht onderhoudend. Daarmee is het boek geschikt voor zowel kenners als leken. Met register en twee katernen zwart-witfoto's.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.