Lobbes
Magda Ria Rapoye
Magda Ria Rapoye (Auteur), Anne Westerduin (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Eenhoorn, 2008 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : RAPO |
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Enkel raadpleegbaar |
De Eenhoorn, 2008 |
WEFLA MAGAZIJN : ENKEL NA MAGAZIJNAANVRAAG : RAPO |
31/12/2008
Magda Ria Rapoye is geen onbekende in de Nederlandstalige jeugdliteratuur. Na haar carrière in het onderwijs gaf ze toe aan de onvermijdelijke schrijfmicrobe met radioreportages, cursiefjes, kortverhalen, poëzie en theaterteksten als gevolg. Haar jeugdromans zijn niet onder één noemer te vangen. Geregeld gaat ze de sociaal-maatschappelijk toer op, met boeken als Hoang (Standaard, 1989), dat de problematiek van Vietnamese bootvluchtelingen behandelt of De Krullenjongen (Lannoo, 1999) dat geschreven werd n.a.v. gesprekken met personen die de Tweede Wereldoorlog ervaarden als kind. Haar adolescentenroman Romeo of links van de lindeboom (De Leeswelp 2002, p. 212) bleef dan weer een maatschappijbevestigend boek over homoseksualiteit, dat onder clichés en manke zinnen ten onder gaat. In Mama is geen appelboom (De Leeswelp 2006, p. 17) experimenteert Rapoye voor het eerst met humoristische passages, en dat blijkt haar goed af te gaan. Ook de gedegen van de personages, de tweeling Lowie en Lowieze, en de knappe uitwerking van het thema 'in-vitrofertilisatie' lijken te bewijzen dat Rapoye op het juiste literaire spoor zit.
In De dag dat ik twee keer jarig was thematiseerde Rapoye opnieuw een voor kinderen herkenbaar gegeven. Hoofdpersonage Liene kijkt vol ongeduld uit naar haar negende verjaardag, het wordt een speciaal feestje: "Het is de laatste keer dat er in mijn verjaardag maar één cijfer staat". Nochtans begint haar verjaardag in mineur, want geen enkele bezoeker schijnt aan een cadeautje te hebben gedacht. Als blijkt dat de hele familie heeft bijgelegd voor een heuse trampoline, zijn de troubles echter snel vergeten. Het consequent volgehouden kinderperspectief met Liene als ontwapenende ik-verteller maakt het relaas geloofwaardig en versterkt de gevoelswereld van de negenjarige Liene. Uit kleine details blijkt Rapoyes sterke inlevingsvermogen: Liene wacht ongeduldig op haar cadeautjes, moet beleefd bedanken voor de trampoline, en voelt zich op haar eigen betweterige maniertje verheven boven haar 'kleine zusje' Emma. Wanneer Emma echter struikelt en met haar hoofdje op de stenen trap valt, steekt Lienes schuldgevoel de kop op: "Ik zei niks, ik voelde me misselijk. Want ik had Emma naar de trampoline teruggestuurd". Als Emma naar de spoedafdeling wordt gebracht, gaat grote zus dapper mee. Lienes bezorgdheid blijkt uit de kleinste details en wordt inhoudelijk sterk uitgedrukt. Gelukkig mag Emma al snel naar huis, maar dan blijkt dat de bezoekers plots meer aandacht hebben voor Emma als voor de jarige.
Rapoye bevestigt opnieuw haar grote empathie en voorliefde voor de doelgroep (van lezers van acht tot tien), een groep lezers die door uitgeverijen weleens over het hoofd gezien wordt, of schaamteloos gesust met literair verwaarloosbare verhaaltjes. Af en toe loopt een zin wat stroef of hanteert de auteur te moeilijke of gezochte constructies (Liene denkt dat haar nieuwe oom "Oezbeeks" spreekt, ze wil een pleister "loswrikken"). De zwart-witillustraties van Anne Westerduin stralen ? ondanks de rudimentaire vlakken en vormen waartoe de personages herleid worden ? toch dynamiek uit. Van zwierig en frivool op het feest tot somber en donker bij het bezoek aan het ziekenhuis. Een bijzonder herkenbaar boekje over een bijna in het water gevallen verjaardag. [Jürgen Peeters]
Eefje Buenen
Liene (ik-figuur) viert haar negende verjaardag; een bijzonder feest, want het is de laatste keer dat haar leeftijd maar uit één cijfer bestaat. Maar dan valt haar kleine zusje Emma zo hard dat ze naar het ziekenhuis moet. Liene gaat mee naar het ziekenhuis. Ze maakt zich grote zorgen om haar zusje, maar tegelijkertijd is er een klein stemmetje in haar hoofd: niemand denkt nog aan haar verjaardag. Een ontroerend, herkenbaar en goed geschreven verhaal, al doet Lienes taalgebruik hier en daar wat te moeilijk aan voor een negenjarige: ‘Papa nam mijn hand. Dat vond ik lief, mijn hand nemen nadat ik zo tegen hem geschreeuwd had.’ (p. 40). Met suggestieve zwart-wittekeningen. Vanaf ca. 8 jaar.
Kristina Delmeire
ua/an/22 j
Dit is wel een heel bijzondere dag voor Liene: ze wordt negen jaar vandaag! Op het eerste zicht heeft niemand van de genodigden een cadeau bij zich, tot er een groot pak uit de garage wordt gesleept. Iedereen, zelfs haar kleine zusje Emma, heeft bijgedragen voor het cadeau. Uit het dikke karton komt er langzaam maar zeker een grote trampoline tevoorschijn. Liene is verrukt! Maar haar geluk lijkt van korte duur wanneer Emma over haar veter struikelt en ze met een bloedend hoofdje naar het ziekenhuis moet. Gelukkig is het niet zo erg als het in het begin leek. Omdat alle aandacht naar Emma gaat, lijkt het feest voorbij. Maar dat is zonder mama gerekend. Zij zorgt ervoor dat Lien weer alle aandacht krijgt die ze verdient en zo wordt het toch nog een leuke dag! In kleine hoofdstukjes vertelt de auteur voorvallen die uit het leven geplukt zijn. De herkenbaarheid is groot en het verhaal kabbelt rustig door, maar is nergens saai. De zwart-witillustraties passen bij de tekst en zijn vlot getekend. Omdat ze een nogal letterlijke vertaling zijn van de tekst, heb je het gevoel dat het inhoudelijk best wat meer had mogen zijn. De bladspiegel is speels gebruikt. De tekeningen wisselen prettig van grootte en plaats. Dit is een degelijk boekje zonder pretenties.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.