Minuten middeleeuwen
Paul Verhuyck
Paul Verhuyck (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
The House of Books, 2008 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : OVER LITERATUUR-SCHRIJVERS : FRAN 852 VERH |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
The House of Books, 2008 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : FRAN 852 VERH |
31/12/2008
Met het adjectief 'echte' in zijn titel wil Paul Verhuyck zich afzetten tegen allerlei populistische en mystifiërende aannames over de Occitaanse dichters uit de 12e en 13e eeuw. Maar eens hij dat samengooien van troubadours, jongleurs, trouvères en katharen uiteengetrokken heeft, gaat hij verder met de essentiële zaken: de hoofse cultuur en liefde, de verschillende poëtische genres, de hoofse retoriek, de hermetische vorm van de trobar clus, de vida's (levensbeschrijvingen van de grootste troubadours), handschriften etc. Daarna volgen portretten van een dertigtal troubadours en troibaritz, waarbij steeds enkele fragmenten of volledige gedichten geciteerd en vertaald worden. Verhuyck zorgde daarbij voor een royale en overwogen selectie, met voorbeelden van alle genres, en met een aantal overbekende en minder bekende verzen. Bij elke troubadour identificeert hij de bijzonderheden van leven en poëzie. Na de galerij volgt nog een informatief hoofdstuk over de invloed van de troubadourslyriek in andere landen en op de verdere wereldliteratuur.
Bij de gedichten komt links het Occitaanse origineel en rechts de functionele, niet-literaire maar wel verhelderende vertaling van Verhuyck. Zo kun je in het origineel de rijmschema's, binnenrijmen, parallellismes, uitzonderlijke woordkeuze (de trobar ric) etc. volgen, al moet je daar wel enige inspanning voor doen omdat het Occitaans meer op het Catalaans lijkt dan op het Frans, en omdat Verhuyck die poëtische kenmerken wel vermeldt, maar meestal niet concreet aanduidt. Concrete en duidelijke opheldering ontbreekt ook op andere vlakken. Controversiële zaken als de al dan niet Arabische oorsprong van de troubadourslyriek, de spanning tussen formalisme en authenticiteit (zeg maar het autobiografische gehalte), tussen oraliteit en de schriftelijke weergave in de latere handschriften: Verhuyck haalt ze wel aan, maar werkt ze niet verder uit of motiveert nauwelijks zijn eigen stellingname. In een inleidende werkje voor het grote publiek kan je natuurlijk geen academische discussie uitbouwen, maar als je bepaalde zaken aanstipt, mag de lezer ook opheldering verwachten.
Ondanks dit gebrek aan kritische scherpte, mogen we spreken van een degelijke inleiding, die zwaar steunt op het werk van klassieke Occitanisten als Bec, Lavaud, Nelli en Zumthor, met daarbij nog enige inzichten uit vrij recente literatuur. Naast de degelijkheid kan de royale opname van de originele troubadourslyriek niet genoeg worden geprezen. "Ar hai dreg de chantar / Pos vei joi e deportz, / Solatz e domnejar, / Qar ço es vostr'acortz ! (Nu heb ik reden om te zingen / Want ik zie vreugde en plezier, / Vertroosting en liefdesspel, / En dat is wat u wilt !)" (Gaucelm Faidit). [Chris Bulcaen]
Matthieu Kockelkoren
De Zuid-Franse dichter-zangers uit de twaalfde en dertiende eeuw die in het Occitaans op literaire wijze de 'hoofse liefde' bedreven fascineren ons nog steeds. De mediëvist en romancier Paul Verhuyck geeft in een verhelderende historische context een fraai beeld van deze adellijke of volkse zangers in het kader van een al of niet gefingeerde 'vrouwendienst'. Vanaf de allereerste troubadour Guilhem IX maken wij kennis met een dertigtal dichters, van wie Jaufré Rudel, Marcabru en Bernard de Ventadorn wel de meest intrigerende zijn. Een uitgebreide bloemlezing uit hun werk in een zakelijke, natuurlijke vertaling karakteriseert hun meesterschap. De auteur richt zich tot een breed, cultureel geïnteresseerd publiek dat hij weet te boeien met een niet al te nadrukkelijk geëtaleerde en enthousiast gebrachte eruditie. In een laatste hoofdstuk trekt hij de lijn door naar de moderne nazaten; dan vallen de namen van de taalkunstenaar Raymond Queneau, van moderne troubadours als Georges Brassens en Charles Trenet en de blues-zanger Willie Dixon.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.