1939 : de oorlog die niemand wilde
Frederick Taylor
Frederick Taylor (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Het Spectrum, 2007 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : DUITSLAND 945.6 XXL |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Het Spectrum, 2007 |
VOLW. : NON FICTIE : DUITSLAND 945.6 |
31/12/2008
Ik was een 'Muurspecht', samen met duizenden andere toeristen neergestreken op de restanten van de Berlijnse Muur om met behulp van een gehuurde hamer en beitel een stukje met graffiti bespoten beton los te slaan. Ik was 18 en had de val van de Muur een jaar eerder op de beeldbuis gevolgd ? onvergetelijke televisie. De realiteit erachter wordt nu in het lijvige De Berlijnse Muur van Frederick Taylor tot leven gewekt.
1961. De DDR bloedt leeg. Het economische verschil tussen Oost- en West-Berlijn, de grote mate van onvrijheid in het Oosten en de toenemende repressie van de beruchte Stasi zorgen ervoor dat er vanaf 1955 gemiddeld een kwart miljoen mensen per jaar naar het Westen vertrekken. Als dat vijftig jaar was doorgegaan, was de DDR-regering zonder volk achtergebleven. Het regime moet iets doen. Chroesjtjov, de leider van de grote broer van de DDR, wijst zijn kleine broertje Walter Ulbricht erop dat zo'n exodus kan worden geïnterpreteerd als een bewijs van de zwakte van het communistische systeem. Hij dringt er bij Ulbricht op aan om economische hervormingen door te voeren, zodat de bevolking toch wat meer kan consumeren. Ulbricht had vanaf het begin van zijn regeerperiode een strikte stalinistische planeconomie ingevoerd met aandacht voor zware industrie en een gering aandeel van productie van consumptiegoederen. Ondanks de felle DDR-propaganda weten de burgers van de Arbeiders- en Boerenstaat hoe het wél kan: iedereen behalve de bevolking van Dresden kan westerse zenders ontvangen en in Berlijn hoef je maar een paar straten verder te lopen om in een stilaan verschillende wereld te belanden. In tegenstelling tot de rest van de DDR, waar de grens al snel relatief gesloten is, kan je in Berlijn redelijk ongehinderd van Oost naar West. Veel Oost-Berlijners werken in het Westen (je verdiende er veel meer dan in het Oosten) of studeren er. Vele DDR-burgers trekken naar Berlijn en transiteren via een vluchtelingenkamp in West-Berlijn naar de BRD. Ulbricht reageert niet, zoals het Kremlin het wil, met economische maatregelen maar met een strengere repressie om zijn burgers te ontraden het land te ontvluchten. Zijn methodes hebben een omgekeerd effect: in 1960 kiezen zelfs een half miljoen 'deserteurs' de wijk. In het diepste geheim wordt Operatie Roos gestart. Eigenlijk wil Ulbricht heel Berlijn manu militari inpalmen, maar dat is zelfs Chroesjtsjov te gortig: het zou haast zeker het begin van een Derde Wereldoorlog zijn. Dus wordt de stad gesplitst. Ik citeer even Frederick Taylor: "Hoe splits je een moderne stad met bijna vier miljoen inwoners, hoe sluit je straten, spoorlijnen en andere infrastructurele netwerken af die decennia- en soms eeuwenlang gefungeerd hebben als de kloppende zenuwen en aderen van een enorm groot en levendig bevolkingscentrum ? van een levend stedelijk organisme?" Je moet een man zijn met het organisatorische talent van Erich Honecker om dat te bolwerken. Gekozen wordt om het in een zomerweekend te doen, in de nacht van 12 op 13 augustus. Veel mensen zouden op vakantie zijn, en de anderen zouden de volgende ochtend totaal verrast achter een hek wakker worden en wellicht niets doen. Ter geruststelling zegt Ulbricht een paar dagen voor de bouw nog dat niemand van plan is om een muur te bouwen. Het plan werkt: langs de hele grens, vaak dwars over straten en spoorwegen, worden grote prikkeldraadrollen gelegd, om de paar meter bewaakt door bedrijfsmilities en soldaten. Vragen zoals die van het omaatje dat in de trein naar familie in het Westen wil stappen, worden op hoongelach van de grenspolitie onthaald: "Dat is afgelopen omaatje. Jullie zitten nu allemaal in de val."
Als de Berlijners dachten dat de Amerikanen hun te hulp zouden schieten, net zoals ten tijde van de blokkade van Berlijn door de Russen in 1948, zouden ze teleurgesteld worden. De situatie in Berlijn was reeds vanaf de opsplitsing in de vier sectoren na de Tweede Wereldoorlog redelijk gespannen. Al snel stonden de westerse geallieerden tegenover de Russen. Het is de verdienste van Frederick Taylor dat hij het internationale aspect van de Muur en Berlijn in een helder verhaal giet. De situatie is extreem complex, met een jonge, onervaren president Kennedy en een brutale, wispelturige Chroesjtsjov. Berlijn is het schouwspel van internationale touwtrekkerij. Taylor vermoedt dat de Russen een situatie zouden creëren "die zo afschrikkend was dat het Westen [...] zich niet op een agressieve manier zou verzetten tegen de sluiting van de Berlijnse sectorgrenzen". Chroesjtsjov bedreigt Kennedy zowel verbaal als militair op zo'n drieste wijze dat deze laatste zich van zijn onmacht in Berlijn bewust wordt. Natuurlijk zouden de Amerikanen met het grootste gemak de prikkeldraadrollen hebben kunnen verwijderen die zondag, maar dat bevel is er niet gekomen. Het komt wel tot spontaan protest van westerse jongeren, maar die worden op den duur door de West-Berlijnse politie van de versperringen weggehouden. Alles beter dan een oorlog, heeft Kennedy gezegd. "We zullen nu niets doen, want het enige alternatief is oorlog."
"Contrarevolutionair ongedierte, spionnen en saboteurs..." Zo worden in de partijpropaganda de mensen genoemd die toch nog vluchten. Het is meteen het aangrijpendste deel van De Berlijnse Muur. Mensen die over het prikkeldraad springen, later over de Muur ? die trouwens pas in loop der jaren uitgroeide tot een ondoordringbare barrière. Die via riolen vluchten of een kanaal overzwemmen. Mensen die via medestudenten uit West-Berlijn aan valse paspoorten geraken. Een machinist die met zijn trein door een spoorwegversperring rijdt. Westerse tunnelgravers. De schokkendste verhalen spelen zich af in de beruchte Bernauerstrasse, een straat waarvan de bebouwing aan de oostelijke kant de grens met West-Berlijn vormt, waardoor de mensen die in die huizenrij wonen de facto op de grens wonen ? en in de eerste dagen van de versperring gewoon uit hun raam naar het Westen springen.
Schokkende verhalen over Muurdoden, jonge arbeiders veelal, die door leeftijdsgenoten in militaire dienst worden neergeschoten op hun vlucht over de reeks barrières die de Muur eigenlijk is (een lage muur aan oostelijke kant, daarna een prikkeldraadhek dat een alarm en zoeklichten doet aanfloepen als je het aanraakt, een niemandsland met rulle aarde zodat je er niet met een voertuig doorkomt, wachttorens en de eigenlijke muur aan de westelijke kant, drie meter hoog). Taylor voert een aantal bewijzen aan voor het bestaan van een Schiessbefehl, iets wat door de bevelhebbers later altijd werd ontkend. Weerzinwekkend is ook hoe deze gedode vluchtelingen worden afgeschilderd in de staatspropaganda ? de beste illustratie van de onmenselijkheid van een regime dat zijn bevolking moet opsluiten om zelf te overleven. Taylor laat zich amper leiden door emoties ? dat gebeurt maar heel af en toe in de vierhonderd bladzijden die het boek telt ?, beperkt zich tot de feiten, wat zijn verhaal alleen maar krachtiger maakt.
Terwijl Kennedy in de jaren '60 een propagandaronde doet doorheen het verdeelde Berlijn, 'Ich bin ein Berliner' roept in het volle bewustzijn dat hij de bevolking van (West-)Berlijn een lege doos schenkt, is het een filmacteur die een beslissende rol speelt in de val van de Muur. Ronald Reagans agressieve machtspolitiek tegenover een verzwakt Rusland heeft, zo suggereert Taylor, een net zo belangrijke rol gespeeld als de economische desintegratie van de DDR. Ook hier blijft de historicus dus trouw aan zijn stramien: een brede zoom voor het internationale gebeuren, inzoomen op de DDR, nog meer inzoomen op individuele verhalen om het grote verhaal concreet te houden.
In de jaren '70 en de vroege jaren '80 heeft de wereld zich eigenlijk neergelegd bij het status-quo. Dat verandert in de tweede helft van de jaren '80: in Moskou begint Gorbatsjov met zijn vernieuwingspolitiek, en maant hij DDR-leider Erich Honecker (die Walter Ulbricht in 1971 heeft afgelost) aan hetzelfde te doen. Feit is dat Honecker zo goed als niets kan en wil doen: het land is bankroet, de Stasi op nooit geziene wijze overal geïnfiltreerd, hijzelf beweert dat de Muur wat hem betreft er nog wel honderd jaar kan staan. Alleen de evangelische kerken laat hij wat ademruimte ? en dat is waar het protest langzaam vorm krijgt om uit te groeien tot een massabeweging in 1989. Tegelijk heeft Reagan in Berlijn, op de frontlijn van de Koude Oorlog, een oproep gelanceerd die sterk nazindert: "Tear down this wall". Uiteindelijk gebeurt dat, ook al 's nachts, op 9 november 1989, na weken van massaal vreedzaam protest tegen een fel verzwakt regime.
Frederick Taylors De Berlijnse Muur is een knap staaltje van hedendaagse geschiedschrijving: hij doet recht aan de complexiteit van dit onderwerp, houdt steeds het grote plaatje voor ogen, maar heeft ook oog voor de concrete impact van wereldpolitiek op het leven van de betrokkenen. Wellicht een standaardwerk.
[Kris Lauwerys]
Dr. J.L.G. v. Oudheusden
Van 1961 tot 1989 vormde de Berlijnse Muur het bekendste en meest zichtbare symbool van de Koude Oorlog tussen het vrije, kapitalistische Westen en het communistische, door de Sovjet-Unie gedomineerde Oostblok. Tot 1961 vormde Berlijn een 'gat' in het zogenaamde IJzeren Gordijn dat Oost van West scheidde. Om de vluchtelingenstroom uit de DDR (Oost-Duitsland) te stoppen, nam de Oost-Duitse partijleiding het drastische besluit om de toegangen van Oost- naar West-Berlijn te sluiten. Weldra verrees een muur, compleet met wachttorens, greppels, schietinstallaties en prikkeldraad. Frederick Taylor (auteur van een boek over Dresden 1945) vertelt de geschiedenis van de gedeelde stad, de geheime voorbereidingen tot de bouw, de dramatische augustusdagen van 1961 en wat daarna volgde: onder andere families die gescheiden werden, vluchtelingen die gedood werden, het bezoek van president Kennedy; de uiteindelijke val van de muur. Het journalistieke verhaal staat vol persoonlijk getinte anekdotes, niet alleen rond de hoofdrolspelers Ulbricht en Brandt. Voor geïnteresseerden in recente geschiedenis. Met een katern zwart-witfoto's, een doorsneetekening, een plattegrond en een register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.