De minnaar
Marguerite Duras
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Voetnoot, cop. 2007 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : DURA |
31/12/2007
De ware ziekte zou de principiële onvervulbaarheid c.q. afgrondelijkheid van het verlangen zijn", schrijft Jan Pieter van der Sterre in een nawoord getiteld 'Zwartbeelden'. Van der Sterres tekst is meer een literaire toegift dan een verklaring voor het verhaal van Duras. Een commentaar die het melodramatische gegeven van de tekst niet onder tafel schuift: "Er was eens een ziek meisje. Ten dode opgeschreven. Haar vader was machtig en rijk. Zij was zijn enige erfgenaam. Haar vader had haar verwekt bij een van zijn slavinnen. Hij hield van haar. Er was een schone jongeling die ook van haar hield. Hij heeft haar nooit te zien gekregen: ze bleef gesluierd. Hij kende alleen haar stem. In de nacht zocht de ene stem de andere. Het personeel holde met boodschappen heen en weer. De vader maakte bekend dat zijn dochter zou trouwen met de man die haar kon genezen." Een mooie resumé in sprookjesvorm, waarbij we enkel nog de communicatie tussen de hoofdpersonen telefonisch moeten maken, als plaats Parijs en als tijd 1973 kiezen, en dat alles met de typische staccatostijlfiguren van Marguerite Duras bekleden om een duidelijk beeld te hebben van deze korte tekst, die eerder al gediend had voor een theaterdialoog en een filmscenario.
Duras plaatst zich literair ergens in de aanloop naar de nouveau roman, vnl. door haar typische neutrale woordgebruik, dat de positie van de verteller angstvallig vermijdt, en dat door het gebruik van korte, zichzelf herhalende zinnen en zinsneden wil suggereren eerder dan vertellen. Zoals ook hier blijkt uit de afgemeten dialogen die, ook typografisch, alterneren met losse en kortaffe beschrijvingen. Een economische manier van schrijven, die in de loop van haar schrijverschap verworden is tot een maniertje dat op den duur ergernis ging verwekken. In deze tekst uit 1979 blijft de poëtische kracht gelukkig nog overeind en krijgt haar grote thema ? liefde en dood ? voldoende reliëf door o.a. het toevoegen van een vage maar intrigerende verhaallijn. [Jan Baes]
Menno Gnodde
Chatten avant-la-lettre. Alleen het medium is anders. Hier nog een gewone telefoon, waardoor een jonge vrouw nachtenlang een maskerade van liefde en lust opbouwt met een man. Tot zij hem haar foto zendt, aldus het magisch monopolie van haar stem doorbrekend, en de vaart stokt. Het gechat, de misleidingen en nog wat fantasierijke rituelen komen vervolgens wel weer op gang, de zinnen geraken wel weer op drift, maar ook kondigt zich een tragisch einde aan en verliest Orpheus alsnog zijn Eurydice. Evenzogoed kunnen de waarnemingen echter op zinsbegoocheling berusten of elders zijn gedaan. Niets staat vast, zeker niet indien zo terloops gememoreerd onder de doodstille hitte in Athene of in het Archeologisch Museum. Dit spel van kat en muis is weliswaar nogal zwaar aangezet, maar de op het draaiboek georiënteerde schrijfstijl van Duras (1914-1996) voegt zich toch passend naar het harde clair-obscur. Kundig vertaald door Rokus Hofstede en afgerond met een impressionistisch getinte nabeschouwing door mederedacteur Van der Sterre. Klein formaat, kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.