14
Jean Echenoz
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Geus, cop. 2007 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ECHE |
31/12/2007
De laatste dagen van 1927. De Franse componist Maurice Ravel (1875-1937) maakt zich in zijn huis in Montfort-l'Amaury op voor een tournee door Noord-Amerika. Een bewonderaarster van zijn vaste clan, Hélène Jourdan-Morhange, zal hem naar de Parijse luchthaven brengen. De eenzelvige, wat kille en afstandelijke man, die zijn hele leven lang alleen heeft gewoond en krampachtig vasthoudt aan allerlei rituelen ? o.m. wat betreft zijn dandyeske kledij ? ondergaat de concertreis, hoewel die toch een triomftocht mag worden genoemd, gelaten en verveeld, o.m. door de vele plichtplegingen die ermee gepaard gaan. Zo moet hij talloze beroemde handen schudden van collega-componisten als Bartók, Varèse en Georges Gerschwin.
Uitgeput door de vele slapeloze nachten en zijn zwakke gezondheid, keert hij terug naar Frankrijk en gaat meteen op vakantie naar Saint-Jean-de-Luz in Baskenland om aan een orkestratie van Albéniz' Iberia te werken. Problemen met rechten maken dat hij zelf de hand aan de ploeg slaat en zijn bekendste stuk, een ballet dat hij 'Bolero' zal noemen, componeert. Het slaat in als een bom en wordt meteen als een meesterwerk beschouwd. "Alleen jammer dat er geen muziek in zit" is zijn enige commentaar. Die zomer speelt hij op de Franse ambassade in Madrid zijn Sonatine, maar slaat tot eenieders verbazing het middendeel over. Niemand zegt hem er iets van maar duidelijk is dat er iets niet pluis is. Hij wordt steeds verstrooider, begint alles te vergeten, herkent soms zijn eigen muziek niet meer, kan zijn woorden niet vinden en zijn handschrift wordt stilaan, ook voor hemzelf, onleesbaar. Ravel zal op vraag van de pianist Paul Wittgenstein, broer van, die tijdens de oorlog een arm verloren had, nog het Concert in G voor de linkerhand schrijven, maar dat is zowat het laatste wat hij nog zal doen. Weldra kan hij niet meer lezen of schrijven en brengt hij zijn dagen door met naar het landschap te kijken, "tegelijk het voorwerp en een aandachtige toeschouwer van zijn eigen neergang".
Jean Echenoz, die met Ik ben weg (De Geus, 2000) in 1999 de Prix Goncourt wegkaapte, behoort tot de minimalisten van de hedendaagse Franse letterkunde. Deze evocatie van de laatste jaren van Ravels leven is daar zowel stilistisch (nonchalante toon), inhoudelijk (zonder psychologische inslag) als naar omvang (een honderdtal bladzijden) een schoolvoorbeeld van. Een evocatie die zeker geslaagd is, maar toch niet meteen een van de beste Franse romans van het jaar. Daarvoor is de gebezigde humor immers te flauw, zo niet onnozel: "Als hij zijn ogen dichtdoet lijkt hij op zijn eigen dodenmasker", bedenkt een der personages, die op dat moment moeilijk al een dodenmasker van Ravel kan hebben gezien. De ambitie om een portret te schetsen zonder gepsychologiseer wordt bovendien onderuit gehaald met opmerkingen als "zijn nervositeit vecht tegen zijn slapte" en "de afstandelijke kilheid van zijn jeugd". De details, die een luchtige sfeer moeten scheppen, zoals de melding dat tijdens zijn verblijf in Amerika Gerry Mulligan wordt geboren en dat William Faulkner ook 1 meter 61 klein is, doen ten slotte weinig terzake.
Afgezien van de schoonheidsfoutjes is deze korte roman best leesbaar en interessant, maar voor het grote werk in datzelfde genre lees je beter iemand als Pierre Michon. [Jan Baes]
Drs. K. de Jong Ozn.
Deze roman gaat over de laatste tien levensjaren van de beroemde Franse componist Maurice Ravel (1875-1937). In het begin staat hij op het toppunt van zijn roem en vertrekt voor een lange tournee door de Verenigde Staten. Hij heeft een uiterst gecompliceerd karakter met vele onhebbelijkheden en leidt een nogal chaotisch leven. Nadat hij zijn beroemde Boléro heeft gecomponeerd, begint de aftakeling, met name door oververmoeidheid en een constant gebrek aan slaap, gekarakteriseerd als 'je kunt niet in slaap vallen als je de slaap in het oog houdt'. Er ontstaat een toenemende verstrooidheid, versterkt door een grote eigenwijsheid. De auteur beschrijft het proces minutieus, trefzeker en met humor. Na een ernstig ongeluk en een mislukte hersenoperatie komt het einde van een tragisch leven. De intense inleving van de auteur rechtvaardigt het deze levensbeschrijving een roman te noemen. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.