Buren : de vernietiging van de joodse gemeenschap in Jedwabne
Jan T. Gross
Jan T. Gross (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2007 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : POLEN 945.3 |
31/12/2008
De aan Princeton University verbonden Pools-joodse historicus Jan T. Gross veroorzaakte enkele jaren geleden heel wat ophef met zijn boek Buren. De vernietiging van de joden in Jedwabne (De Leeswolf 2002, p. 415), waarin hij de betrokkenheid van Poolse burgers bij de moord op enkele honderden joden in een Oost-Pools dorpje aan de kaak stelde. Deze opvolger van dat boek lijkt voor minstens evenveel controverse te zullen zorgen. Terwijl Gross in Buren nog inzoomde op één specifieke episode uit de Tweede Wereldoorlog, verdiept hij zich in Angst in een reeks naoorlogse ontwikkelingen die lijken te wijzen op een hardnekkig sluimerend (en, aldus Gross, geïnstitutionaliseerd) Pools antisemitisme. In het inleidende hoofdstuk schetst hij uitvoerig de precaire situatie waarin de Poolse samenleving zich tijdens en net na de Tweede Wereldoorlog bevond. Vervolgens gaat hij uitgebreid in op het markante feit dat de weinige Pools-joodse overlevenden van de holocaust die na de oorlog huiswaarts keerden, op weinig of geen sympathie konden rekenen bij de lokale Poolse bevolking. Aansluitend besteedt Gross twee hoofdstukken aan een gedetailleerde beschrijving van een van de gewelddadige oprispingen van Pools antisemitisme in de periode 1944-1948, m.n. de bloedige pogrom die in 1946 enkele tientallen joden het leven kostte in het Zuid-Poolse stadje Kielce. Ten slotte wijdt Gross nog een hoofdstuk aan het fenomeen van het "jodencommunisme", d.w.z. de in Polen wijdverbreide opvatting dat de anti-joodse gevoelens van de bevolking een politieke dimensie hadden en ingegeven waren door de oververtegenwoordiging van joden in het communistische bestuurs- en partijapparaat. Gross weerlegt deze visie met de stelling dat joden zeker niet de voornaamste verspreiders van het communisme waren, maar juist hun toevlucht tot die beweging zochten omdat ze nergens anders gewenst waren. De ironie wil overigens dat net dat communistische regime de weinige overgebleven joden in de emigratie zou drijven, door aanvankelijk het naoorlogse antisemitisme onvoldoende te sanctioneren en later, in 1968, zelf een anti-joodse zuivering te houden in de verschillende bestuurs- en partijcenakels.
In de loop van zijn analyse neemt Gross verschillende mogelijke verklaringsgronden in overweging voor die naoorlogse opstoten van antisemitisme in de Poolse samenleving. De interpretatie van historische feiten en bronnen brengt hem er uiteindelijk toe te stellen dat het naoorlogse antisemitisme veel, zoniet alles te maken had met het opportunisme waaraan een aantal Polen zich tijdens de oorlog bezondigd hebben (en dan vooral het roven van joodse bezittingen). Het naoorlogse antisemitisme kwam m.a.w. niet voort uit wat de joden de Polen hadden aangedaan, maar wel uit wat zijzelf de joden hadden aangedaan: het zat ingebed in de angst om na de oorlog geconfronteerd te worden met de slachtoffers van het door hen gepleegde onrecht. Gross komt in zijn duiding van de historische feiten echter niet altijd even genuanceerd uit de hoek (sommige beweringen lenen er zich erg goed toe om uit de context gerukt en uitvergroot te worden, wat Gross' tegenstanders niet zullen nalaten te doen). Bovendien lijkt hij af en toe ook de complexiteit van de historische context over het hoofd te zien en geen rekening te houden met een aantal Poolse gevoeligheden. Af en toe vervalt hij daarbij zelfs in de veralgemeningen en stereotiepen die hijzelf met zoveel vuur probeert te bestrijden. Nogal misplaatst is bv. de stelling dat tal van Poolse joden net na de oorlog uitgerekend naar Duitsland vluchtten omdat het "daar veiliger was". Storend zijn ten slotte ook de (erg Amerikaans aandoende) superlatieven waarin de auteur te pas en te onpas grossiert bij verwijzingen naar de door hem gebruikte bronnen: geciteerde schrijvers (en hun werken) zijn voor Gross meestal "eminent" en "uitnemend" of op zijn minst "groot" en "belangwekkend". Pas in het besluit weet Gross de zin voor nuance en proportie weer op te pikken en tracht hij de Polen waar mogelijk te vergoeilijken voor wat er in de jaren net na de oorlog in hun land is misgelopen met overlevenden van de Holocaust. [Kris Van Heuckelom]
A.H.B. de Munnick
Een zeer fascinerende studie naar het na-oorlogse antisemitisme in Polen. Nadat een groot deel van het Poolse jodendom door de nazi's gedurende de Tweede Wereldoorlog was vermoord, bleek na de oorlog, toen de communisten de macht hadden overgenomen, dat het antisemitisme verre van verdwenen was. Sterker, de hulp van veel Polen áán de Duitsers in de oorlog had rechtstreeks te maken met een diepgeworteld, door het katholicisme gevoed antisemitisme, dat na de oorlog 'gewoon' doorliep. Tevens werden, wonderlijk genoeg, joden vaak met datzelfde communisme geassocieerd, hetgeen volkomen onjuist was. En het communistische regime op zijn beurt liet het antisemitisme weer oogluikend toe. Het dieptepunt van deze ontwikkelingen was de progrom in de Poolse plaats Kielce (1946). Een zeer leesbaar boek, maar daardoor des te indringender en gruwelijker als verhaal. De auteur is hoogleraar geschiedenis in Princeton. Met een aantal zwart-witfoto's, talrijke voet- en eindnoten, een literatuuropgave en register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.