Ketterijen : hoe overleven we onze tijd?
Karel De Gucht
Karel De Gucht (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Houtekiet, 2007 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : SOCIALE WETENSCHAPPEN : 333.9 GUCH |
31/12/2007
Een spook waart door Europa, het spook van het populisme". Uittredend Minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht werpt zich in zijn strijd tegen de dreiging van het populisme op als de spreekbuis van zijn politieke generatie. Op de valreep van de federale verkiezingen maakt hij geen balans op van zijn buitenlandse beleid of publiceert hij geen liberaal plan met concrete beleidsvoorstellen, maar opteert hij voor een diepgravend essay over het sluipende gevaar van het populisme en het salonfähig worden van extreemrechts. Alleen in zijn slothoofdstuk gaat hij eventjes de electorale toer op en neemt hij de CD&V-huisideoloog Wouter Beke op de korrel, die "inspeelt op de angst van de vereenzaamde mens die door mondialisering en individualisme bedreigd wordt". Tegenover dat angstige conservatisme plaatst De Gucht een liberaal, optimistisch wereldbeeld met geloof in de menselijke zelfredzaamheid.
De mooie titel Pluche symboliseert de zetel die wij allen te gemakkelijk aan de populisten aanbieden. De Gucht vindt dat politici, journalisten en intellectuelen niet voldoende weerwerk bieden aan het populistische en extreemrechtse discours. Het populisme, dat politiek onmogelijk maakt, is doorgedrongen in kringen en partijen die traditioneel niet in extreemrechtse hoek onder te brengen zijn. Hij schetst de geleidelijke vervaging sinds de jaren '80 in het woordgebruik van politiek, pers en publiek. "Platte, extreme en aangebrande meningen komen zonder voorbehoud aan bod want ze vertegenwoordigen iets dat leeft onder de mensen", zo stelt De Gucht. Er is een groot gebrek aan moedige politici die op een genuanceerde, maar klare en kordate wijze voor hun mening durven opkomen. Met graagte sluit hij zich aan bij 'Knack'-journalist Joël De Ceulaer, die stelt dat "de toekomst aan de intellectueel autonome politicus is, die je nog kunt interviewen zonder dat je het gevoel krijgt dat een persbericht wordt voorgelezen". Kenschetsend voor de "spiraal van het zwijgen" waarin we terecht dreigen te komen, is de verkrampte reactie op het 0110-initiatief van een aantal artiesten. In de plaats van aanmoedigingen te krijgen, werden ze afgedaan als "contraproductief, naïef, misbruikt en politiek impotent". De Gucht gaat daar radicaal tegen in: strategisch zwijgen is een stommiteit, een intellectuele capitulatie.
De Gucht maakt zijn analyse aan de hand van tientallen voorbeelden uit de oude en recente Belgische en Europese politieke geschiedenis. Hij haalt ? wat voorspelbaar ? hard uit naar zijn ex-partijgenoten Dedecker en Coveliers, maar schenkt vooral veel aandacht aan de dubbelhartigheid van het Vlaams Belang. Die partij wil volgens De Gucht in zuiver fascistische stijl iedereen te vriend houden, bv. in het Doel-dossier en in het Generatiepact: 'Wij zeggen wat u denkt' is door de jaren heen veranderd in 'Wij zeggen wat u wil horen'. De Gucht onderbouwt zijn betoog met vele citaten uit wetenschappelijke literatuur van o.a. Jürgen Habermas, Robert O. Paxton, Hannah Arendt en Friedrich Hayek. Toch geeft het essay de indruk in één beweging geschreven te zijn, in een gulp van oprechte verontwaardiging en diepzittende frustraties. De zinnen zijn kort, de schrijfstijl helder; klinkt het niet, dan botst het. Misschien had het essay iets korter en gebalder mogen zijn, want af en toe herhaalt De Gucht zichzelf. Desondanks is Pluche opnieuw ? na zijn vorige meesterwerkje De toekomst is vrij (De Leeswolf 2003, p.205) ? een absolute hoogvlieger, die met kop en schouders uitsteekt boven de schrijfsels van het gros van zijn collega-politici. [Gunter Bousset]
Redactie Vlabin-VBC
Op de valreep van de Belgische federale verkiezingen publiceerde de liberale minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht dit diepgravend essay over het sluipende gevaar van het populisme en extreem-rechts. De Gucht vindt dat politici, journalisten en intellectuelen niet voldoende weerwerk bieden aan het populistische discours, dat nu ook overgenomen wordt door partijen uit het centrum. De Gucht maakt zijn analyse aan de hand van tientallen voorbeelden uit de Belgische en Europese politieke geschiedenis, en schenkt vooral veel aandacht aan de dubbelhartigheid van het Vlaams Belang. Zijn betoog wordt ondersteund met citaten uit wetenschappelijke literatuur van onder anderen Jürgen Habermas, Robert O. Paxton, Hannah Arendt en Friedrich Hayek. De zinnen zijn kort en de schrijfstijl helder, maar misschien had het essay iets geserreerder mogen zijn, want af en toe herhaalt De Gucht zichzelf. Desondanks steekt 'Pluche' met kop en schouders boven de schrijfsels van het gros van zijn collega-politici uit. Sobere lay-out met ruime marges. Achteraan zijn bibliografische voetnoten en een bibliografie opgenomen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.