Fabels
Jean De La Fontaine
Ed Franck (Auteur), Kristina Ruell (Illustrator)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Davidsfonds/Infodok, 2006 |
VERDIEPING 2 : BABILLE : IK EN DE WERELD : VERHALEN : FRAN |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Davidsfonds/Infodok, 2006 |
Woord Jeugd Gedichten :
|
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Davidsfonds/Infodok, 2006 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : FRAN |
31/12/2006
Boven kinderhoofden
De vaak bekroonde auteur Ed Franck heeft tientallen jeugdboeken op zijn naam staan. Historische romans, realistische verhalen, poëzie en bewerkingen van klassiekers: geen genre is deze schrijver vreemd. Hoe uiteenlopend de boeken qua genre en opzet ook mogen zijn, een grote aandacht voor de psychologie van de personages vind je er bijna steeds in terug. In De liefste of de dapperste of allebei is dat niet anders.
De schrijver laat de tienjarige Minne aan het woord. Alles wat het meisje denkt en voelt, schrijft ze neer in een schrift. Het is zomervakantie, maar Minne en haar broertje van vijf, Seppe, beleven helemaal geen fijne tijd. Ze brengen hun dagen en nachten door op de zolderkamer. Slechts af en toe gaan de kinderen even naar beneden, om te eten bv. Ze proberen wel het gezelschap van hun ruziemakende ouders te vermijden. Boven, op de zolderkamer, noemen de kinderen hun ouders steevast "de Stemmen". Minne schrijft daarover in haar schrift: "Bij de Hoge Stem denk ik soms aan het krijtje van de juf, als het over het bord piept. De Lage Stem is meer een snorfiets. Behalve als hij schreeuwt natuurlijk. De Stemmen komen in golven naar boven, van zacht naar hard naar zacht en zo maar door. En soms niks, dat is het akeligst."
De kleine Seppe lijdt heel erg onder het vijandige gedrag van zijn ouders. Hij is bang en verdrietig en wanneer hij zijn gevoelens op een gegeven moment niet meer de baas kan, begint hij zichzelf pijn te doen. Minne probeert haar eigen emoties zo goed mogelijk te beheersen, want ze wil sterk zijn voor haar broertje. "Als [Seppe] huilt, word ik altijd groot en sterk. Dat moet, want twee huilebalken bij elkaar, dat is geen gezicht." Minne wil, zoals de titel van het boek aangeeft, de liefste zus zijn én de dapperste. Ze doet er dan ook alles aan om Seppe te troosten en af te leiden. Minne bedenkt allerlei spelletjes en verzint verhaaltjes. Haar fantasie voert haar en haar broertje weg van de wereld en het geruzie beneden. Aanvankelijk gaat Seppe op in het spel van zijn zus, maar hoe meer de zomervakantie vordert, hoe minder interesse Seppe betoont voor de verzinsels van zijn zus. Het jongetje keert meer en meer in zichzelf, verstopt zich vaak onder zijn donsdeken en zwijgt soms urenlang. Minne maakt zich grote zorgen: "Dat is het ergste aan Stemmen: ze zorgen ervoor dat je nergens meer zin in hebt. Zijn urenlange zwijgen vind ik verschrikkelijk. En het duurt elke dag langer. Ik loop dan een beetje verloren op zolder. En dan denk ik: wanneer stelt hij nog eens een moeilijke vraag? [...] Nooit stond hij met zijn mond vol tanden. Nu wel. Ik ben bang. Seppe raakt langzaam iets kwijt. Ik bedoel niet zijn stem, ik bedoel iets anders, vanbinnen, maar vraag me niet wát."
Ed Franck toont in dit boek mooi aan hoe groot de impact van ruziemakende ouders op kinderen kan zijn. Doordat ouders vaak niet praten met hun kinderen over de problemen die er zijn, kunnen kinderen het gedrag van hun ouders vaak zeer moeilijk plaatsen. Ze worden angstig en verdrietig, maar verbergen die emoties voor hun ouders. Franck weet die angst goed te vatten en brengt ze op een ingetogen, gevoelige wijze tot uiting. In een tijd waar steeds meer kinderen te maken krijgen met scheidende ouders, kan een boek als De liefste of de dapperste of allebei ongetwijfeld troost en verheldering bieden. Vele kinderen zullen het verdriet van Seppe en Minne herkennen. Helaas houdt de herkenning daar waarschijnlijk ook op. Beide personages maken, hun emoties buiten beschouwing gelaten, immers helemaal geen realistische indruk. Het gebrek aan geloofwaardigheid gaat voornamelijk schuil in de uitspraken die de kinderen doen. Welke tienjarige stelt vragen als "Is het leven niet wonderbaarlijk?" of schrijft over zichzelf: "Ik ben geen doetje"? De vijfjarige Seppe komt dan weer vaak iets te poëtisch uit de hoek met zinnen als "De maan is een zilveruitje" of "De maan is ziek, kijk maar, ze is heel mager." Bovendien lijken Minne en Seppe in een voorbije tijd te leven. Liedjes als 'Hoog op de gele wagen' en 'Opzij opzij opzij, de poppenstoet komt hier voorbij' behoren niet meer meteen tot het repertoire van kinderen van nu. En welk kind weet nog wat een bolderwagen is?
Het grootste minpunt van dit boek is echter dat er helemaal niets in gebeurt. Minne vertelt over hoe zij en haar broertje op zolder zitten en over hoe ze omgaan met hun angst en verdriet. Dat duurt een heel boek lang. Tot we op de laatste bladzijde lezen dat mama en papa hebben besloten dat ze gaan scheiden. Van een plot is er nauwelijks sprake. Uiteindelijk doet Franck niet meer dan de gevoelens en gedachten van twee kinderen registreren. Dat is absoluut waardevol, maar niet voldoende voor een boeiend kinderboek. Minne blijkt over behoorlijk wat fantasie te beschikken, want ze verzint verhaaltjes om haar broertje te troosten. Helaas doet Franck bijna niets met die fantasie. De verhalen van Minne hadden het boek kunnen voorzien van de nodige spanning, humor of avontuur, maar de verhalen worden amper uitgewerkt. Een gemiste kans.
Franck beschikt over een vlotte pen, waar hij soms zeer mooie zinnen uit tovert. Een aantal kinderen zal die taal zeker weten te appreciëren, maar voor de meerderheid van de tienjarigen moet een boek toch méér bevatten dan accuraat beschreven emoties. Een minimum aan actie is vereist om de aandacht van jonge lezers te vatten. Pas dan kan je hen ook ontroeren.
Opmerkelijk is dat De liefste of de dapperste of allebei behoorlijk wat illustraties bevat. Leuk is dat, want illustraties hoeven zeker niet enkel voor de allerjongste lezers weggelegd te zijn. Kristina Ruell maakte dromerige prenten in een zachte, bruine kleur. De tekeningen focussen vooral op de fantasie van Seppe en Minne. Het woord 'verbeelding' is dus helemaal op zijn plaats.
De liefste of de dapperste of allebei is een boek dat met veel aandacht voor emotie het probleem van scheidende ouders aankaart. Jammer genoeg is het geschreven boven de hoofden van de lezers voor wie het bestemd is. [Reine De Pelseneer]
Greetje Hoff
Tegen de luide en boze Stemmen, die van beneden komen, probeert Minne (10) haar broertje Seppe (5) te beschermen. Ter compensatie is zij de liefste en dapperste zus van de wereld voor hem en verzint verhalen en spelletjes die afleiden, maar ook therapeutisch werken. Het is zomervakantie; Minne en Seppe brengen veel tijd op zolder door, ver van de Stemmen. Vanuit Minnes perspectief wordt het verhaal in dagboekstijl in poëtische en beeldrijke taal verteld. De druk, die beide kinderen voelen, wordt subtiel opgebouwd. Als de ouders meedelen te gaan scheiden en de Stemmen zwijgen, wordt dit als een opluchting ervaren. De soms paginagrote, wat surrealistische contétekeningen versterken de naar binnen gekeerde sfeer van het verhaal, evenals de donkere ombertint, die gekozen is voor illustratie en tekst. Een kunstzinnig, goed verzorgd, smal boekje, dat enigszins krap is ingebonden. Het diepgravende verhaal komt misschien bij hardop lezen nog beter tot zijn recht. Ik-verhaal voor betere lezers die zich met de problematiek kunnen identificeren. Vanaf ca. 10 jaar.
Diane Thoné
ua/an/22 j
Minne (10) probeert haar broertje Seppe (5) te beschermen tegen de Stemmen (mama en papa). Sinds kort schreeuwen de Stemmen alleen nog maar. Minne en Seppe trekken zich terug op de zolderkamer, om de Stemmen niet te moeten horen. Maar ze klinken door tot boven. Seppe piekert veel over al die ruzies tussen zijn ouders. Minne probeert hem af te leiden, en verzint voortdurend spelletjes en verhalen. Maar ze kan niet verhinderen dat haar broertje steeds verder wegzinkt, al probeert ze nog zo hard de liefste te zijn, of de dapperste, of allebei. De druk op de beide kinderen wordt langzaam opgebouwd, en als op het einde hun ouders meedelen dat papa ergens anders gaat wonen, voelt dat voor de kinderen aan als een opluchting, want de Stemmen zwijgen. Dit is Ed Franck op zijn best. Als geen ander weet hij onder de huid van Minne, de ik-verteller, te kruipen. In dagboekstijl vertelt hij het verhaal vanuit Minnes perspectief. Hij doet dat in poëtische en beeldrijke taal en gaat op geen enkel moment de pijn en het verdriet van de kinderen uit de weg. Dit is een moeilijk verhaal over een moeilijk onderwerp, en toch slaagt Ed Franck erin het niet te laten verzanden in oeverloos geweeklaag. Integendeel, door de manier waarop hij dit toch wel zware onderwerp weet te verwoorden, steekt hij kinderen die met deze situatie geconfronteerd worden een hart onder de riem. Dit gevoelen wordt nog versterkt door de zeer sfeervolle, vaak paginagrote prenten van Kristina Ruell. Maar ook kinderen die niet in deze moeilijke situatie verkeren, kunnen hier best goed uit afleiden hoe hun vriendjes zich mogelijk kunnen voelen. Echt een aanrader.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.