The dirty dozen
Robert Aldrich
Robert Aldrich (Redacteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Nieuw Amsterdam, cop. 2006 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 308.1 ALDR |
31/12/2006
Wereldgeschiedenis van de homoseksualiteit
Homoseksueel gedrag bestaan heeft in ieder tijdperk bestaan en maakt deel uit van elke cultuur. Vrouwen en mannen hebben sinds mensenheugenis intimiteit bij hetzelfde geslacht gezocht en gevonden. De Australische historicus Robert Aldrich bracht in Van alle tijden, in alle culturen 14 deskundigen bij elkaar, die samen een unieke kroniek brengen van de aantrekkingskracht tussen seksegenoten.
Wanneer je historische voorbeelden met huidig homoseksueel gedrag vergelijkt, merk je dat er, naast een continuïteit in gedrag, een enorm verschil in sociale en economische betekenis is die er in verschillende perioden aan verbonden werd.
In de antieke wereld maakten intieme relaties tussen mannen of vrouwen onderling deel uit van heroïsche verhalen. Het epos van Gilgamesj, waarvan de oudste versie stamt uit 1700 v.C., verhaalt van een mythische koning die de wildeman Enkidu ontmoet, "van wie hij zal gaan houden als een vrouw". In Griekenland beschouwden de Spartanen de verhouding tussen een oudere soldaat en zijn rekruut als een ideale voedingsbodem voor ontwikkeling. Ook de Atheners kenden homoseksuele vriendschappen, die volgens het Symposium van Plato konden leiden tot spirituele verlichting. Het leven was doordrongen van homo-erotiek en het verheerlijkte naakte mannenlichaam was alomtegenwoordig. Seksualiteit was het domein bij uitstek waarop de Romeinse man zijn virtus of mannelijkheid aan de dag legde. Penetratie als teken van dominantie stond hierbij centraal. Het geslacht van de partner was van ondergeschikt belang.
Deze houding tegenover homoseksueel gedrag veranderde toen met de komst van het christendom ook opvattingen over de aard en functie van seksualiteit veranderden. De christelijke moraal hield geen rekening met de seksuele rol die men had, wel met wat als natuurlijk en tegennatuurlijk gold. Enkel seksuele handelingen die gericht waren op de voortplanting, waren in overeenstemming met de natuur zoals God die aan de mens had gegeven. Het Bijbelverhaal over de steden Sodom en Gomorra, die door God met de grond gelijk zouden zijn gemaakt vanwege de zondigheid van hun inwoners, vormde de basis voor de term 'sodomie', die algemeen gehanteerd zou worden in westerse landen. Het is tevens de meest aangehaalde rechtvaardiging voor antihomoseksuele sentimenten. Tijdens de middeleeuwen trad er een groot contrast op tussen de verdoemde sodomieten enerzijds en de in literatuur en cultuur verheerlijkte mannelijke vriendschappen, die een uitdrukking waren van verheven eros.
Sommige vorsten uit de vroegmoderne tijd, zoals Willem III van Engeland, Frederik de Grote van Pruisen en Gustaaf III van Zweden, stonden als homoseksueel bekend. Buiten die besloten hofkringen ontstonden in de grote steden homoseksuele subculturen. Stilaan kwam er ook reactie op de strenge bestraffing van homoseksualiteit. Verlichte denkers onderwierpen naast andere instituties ook het christendom aan een kritisch onderzoek. In hun zoektocht naar humanere rechtsregels moesten zij zich ook uitspreken over sodomie, zodat de praktijk ook wel de 'filosofenzonde' genoemd werd.
In 1869 werd de term 'homoseksualiteit' voor het eerst gebruikt door een Hongaarse arts. De 'sodomiet', die een gruwel was in Gods ogen, werd nu een 'homoseksueel': ziek, pervers en gedegenereerd. Medische en psychiatrische theoretici gingen op zoek naar fysiologische aanwijzingen. Men ging ervan uit dat het om aangeboren of aangeleerd gedrag ging en dat behandeling dus onmogelijk was. Ondanks de inferieure positie van de homoseksualiteit nam in deze periode de homoseksuele strijdbaarheid toe. Volgens Michel Foucault heeft het benoemen van de daad bijgedragen tot de vorming van een sociale categorie en een inherente identiteit. Men creëerde een gemeenschappelijk referentiekader en in de steden ontwikkelde zich een zichtbare seksuele geografie. Maar de attitudes veranderden niet wezenlijk: stigmatisering, sociale uitsluiting en politiedreiging bleven dagelijkse realiteit. Deze homofobie bereikte zijn hoogtepunt in Nazi-Duitsland, waar Hitler zorgde voor een vernietiging van de homosubcultuur. Na de Tweede Wereldoorlog en de totstandkoming van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens ging de homobeweging een rol spelen in het politieke en maatschappelijke strijdtoneel door zich te verzetten tegen discriminatie. Het is echter pas in de jaren '80 dat er werkelijk politiek bewustzijn ontstond. Hiervoor was een dodelijke ziekte (aids) nodig die zich razendsnel zou verspreiden onder de homoseksuele bevolking, maar desondanks aanvankelijk geen aandacht kreeg van overheidsinstanties. Radicale homogroeperingen, media, kunstenaars zoals Keith Haring en homoseksuele schrijvers richtten de aandacht op de epidemie. Seks werd bespreekbaar, evenals rechten voor homo's en lesbiennes.
De wereld is enorm veranderd, maar de stokoude heteronormatieve ideologie nauwelijks. De verworven ruimte voor homo's blijft beperkt tot bedden, bars en media. De situatie is ambigu, enerzijds is er in veel grote steden in de hele wereld een levendige homowereld ontstaan, anderzijds zijn er sterke antihomoseksuele tendensen in verschillende delen van de wereld.
In tegenstelling tot de seksuele handelingen tussen mannen is de geschiedenis van het lesbianisme minder goed gedocumenteerd. Vrouwen hebben over het algemeen een geringere rol gespeeld in het publieke leven dan mannen, waardoor hun seksueel gedrag minder zichtbaar was. Bovendien heeft men seks tussen vrouwen nooit even verwerpelijk gevonden als mannelijke homoseksualiteit. Enerzijds geloofde men vaak niet echt in het bestaan van de lesbische liefde of seks, anderzijds kregen vrouwen doorheen de geschiedenis doorgaans een passieve rol toebedeeld en werden zij geacht een natuurlijke kuisheid te bezitten. Toch heeft ook liefde tussen vrouwen steeds bestaan. Sappho dichtte in de zesde eeuw v.C. zo roerend over de kwellingen van de vrouwenliefde, dat het eiland Lesbos waar zij vandaan kwam tot de term 'lesbisch' zou leiden. Aldrich besteedt twee aparte hoofdstukken aan erotische vrouwenvriendschappen en vrouwen die als mannen leven, gedreven door de economische en sociale voordelen of de seksuele voorkeur.
Homoseksualiteit is steeds verbonden geweest met de al dan niet exotische andere. Europeanen ontdekten afwijkende seksuele gedragingen toen ze andere continenten verkenden en veroverden. Zo heeft de Oriënt altijd een unieke plaats ingenomen in de westerse verbeelding. De personages uit de verhalen van Duizend-en-een-nacht werden al snel symbool voor een wereld van verleiding en sensualiteit, die een enorme aantrekkingskracht uitoefende op hetero- én homoseksuelen. Het was een bedwelmende plaats voor de ziel, waar zondige dromen over sensuele seks bevredigd konden worden. Het imperialisme heeft een context geschapen voor ontmoetingen tussen Europese en inheemse seksuele systemen, die gezorgd hebben voor een transformatie van seksuele regimes aan beide kanten.
Het bestaan van interseksuele figuren zoals de berdache in de indiaanse cultuur en de mahu in Polynesië werd beschouwd als een bewijs van zondigheid en vormde zo een moreel excuus voor invasie. In hun cultuur waren zij echter een erkend lid van een sociale coherente minderheid die een derde geslacht vormde, een gender op zichzelf. In tegenstelling tot het westerse dualisme tussen man en vrouw werden geslachtsrol en biologische sekse er losgekoppeld. Het loslaten van de twee sekserollen maakt alternatieve seksualiteiten mogelijk. En zo zou het gevaar bezworen kunnen worden dat één seksuele norm aan een ongelijksoortige bevolking wordt opgelegd ? een norm waardoor mensen met abnormale seksuele gevoelens doorheen de geschiedenis de dood gevonden op brandstapels, in concentratiekampen of door ophanging.
Met Van alle tijden, in alle culturen slaagt Robert Aldrich erin een ander licht te werpen op dominante seksuele normen en waarden. Hij biedt een alternatieve kijk op de geschiedenis door aan de oppervlakte te brengen wat ontkend, vergeten of uitgewist werd. De naar voren gebrachte theorieën zijn gebaseerd op omstandig bronnenmateriaal waaronder dagboeken, brieven en rechtbankverslagen en worden ondersteund door prachtige illustraties. [Anke Van Vossole]
Drs. Cees van der Pluijm
Onder redactie van de Australische historicus Robert Aldrich ontstond een internationale geschiedschrijving van de homoseksualiteit. In veertien hoofdstukken gaat het van de Oudheid tot nu, van Europa tot Amerika, Afrika, Midden-Oosten en Azië. De Nederlandse wetenschapper Gert Hekma behandelt de periode 1980-heden. Daarin komen naast de verworvenheden van de emancipatie ook de bedreigingen door fundamentalisme en ziekte naar voren. Zo is dit hele boek: informatief, positief, levenslustig, maar met een kritisch oog zonder moralistisch te zijn. Op zeer leesbare wijze wordt kennis, ook zeer feitelijk, gemengd met beleving. Bronnen zijn naast de officiële archieven ook kunst en literatuur, memoires, brieven en foto's. Het boek laat inderdaad zien dat homoseksualiteit bij mannen en vrouwen iets is van alle culturen en alle tijden, het biedt tal van portretten van vooraanstaande homoseksuelen en is zeer rijk geïllustreerd. Van belang voor de emancipatie, de wetenschap en de kunst, een genot om te lezen en te bekijken voor een groot publiek: dat zie je niet bij ieder boek.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.